• No results found

5. De wil is er, maar kan het ook?

5.7. Benodigde competenties en vaardigheden

o Wat vraagt dit qua competenties en vaardigheden van publieke professionals?

Naar aanleiding van de literatuur zijn in tabel 1 (zie paragraaf 2.3) verschillende instrumenten gepresenteerd om de throughput legitimiteit van een governance netwerk te waarborgen. De inzet van deze instrumenten voor de mogelijk toekomstige samenwerking tussen het stadsdeel en de stichting Blije Buren komt in deze paragraaf eerst aan de orde.

Vervolgens wordt aandacht besteed aan de vaardigheden die publieke professionals van het stadsdeel nodig hebben om deze instrumenten goed in te zetten. In de gesprekken met de stichting en publieke professionals is gevraagd hoe het contact dat al tussen hen heeft plaatsgevonden, eruit heeft gezien. Daarnaast is gevraagd naar de vaardigheden die betrokkenen nodig achten voor het realiseren van een zo goed mogelijke samenwerking. De vaardigheden die uit de gesprekken naar voren komen worden vergeleken met degene die in de literatuur als belangrijk benadrukt worden.

67

Meta-governance instrumenten

Door middel van het inzetten van metagovernance-instrumenten van Sorensen & Torfing (2009) kunnen publieke professionals de throughput legitimiteit van hun samenwerkingsrelatie met de Blije Buren verbeteren. Dit doen zij door te sturen op de drie genoemde kerneigenschappen van een governance netwerk: structureel ontwerp en de mate van deliberatie en transparantie. Hiermee zetten zij in op het gezond en levend houden van de samenwerking.

In de gesprekken met publieke professionals komen enkele structurele eigenschappen van de samenwerkingsrelatie met grote regelmaat ter sprake. Er wordt gesproken over de noodzaak van zaken als veiligheid, termijnen voor evaluatie, de regelmaat van samenkomen voor afstemming, de manier van (gezamenlijke) besluitvorming en de toegankelijkheid voor de buurt. Aandacht voor het vormgeven van het structurele ontwerp is voor publieke professionals dus van belang. Middels het ‘hands-off’ netwerk structureren worden de randvoorwaarden van de samenwerking geschetst. Zo kunnen voorafgaand aan de daadwerkelijke (dagelijkse) samenwerking afspraken gemaakt worden over de structurele eigenschappen van het netwerk.

Vervolgens kan het inzetten van een combinatie van meer ‘hands-on’ instrumenten zorgen voor een verbetering van de daadwerkelijke samenwerking. In de toekomstige continuerende samenwerking kunnen instrumenten als netwerk management en netwerk participatie van pas komen. De publieke professionals die dichtbij het initiatief staan, dienen ervoor te zorgen dat er overeenstemming bestaat over de waarden die beide partijen van belang vinden voor een samenwerking. Met het netwerk management instrument zorgen zij bijvoorbeeld voor gemakkelijke uitwisseling van informatie en kennis, voor het waarborgen van voldoende middelen en voor flexibiliteit in middelen om doelen te bereiken. In hun participatie binnen het netwerk werken zij aan een goede vertrouwensband ter bevordering van een duurzame samenwerking.

Ervaringen in de wederzijdse contacten

Sinds de stichting Blije Buren in april 2014 haar intrek nam in het GVB huisje is er regelmatig contact met verschillende publieke professionals van het stadsdeel. Sommigen hadden ook daarvoor al eens gesproken met deze betrokken buurtbewoners. In bijna alle interviews is gesproken over het huidige contact tussen beide partijen. Alle geïnterviewde

68

publieke professionals geven aan dat het contact positief is en de relatie goed. Enkelen van hen benoemen daarnaast dat het gebrek aan ondersteuning tot nu toe wellicht tot frustratie bij de stichting Blije Buren geleid zou kunnen hebben.

Deze beide ervaringen worden door de Blije Buren onderschreven. De initiatiefnemers denken dat het stadsdeel soms misschien wel meer voor ze had kunnen doen, en dat het stadsdeel zichzelf niet realiseert hoeveel meer macht of invloed het heeft (bijvoorbeeld op het GVB). Dit roept gemengde gevoelens op. Aan de ene kant teleurstelling en frustratie, maar aan de andere kant blijven ze openstaan voor samenwerking. Er blijft ‘ruimte aan de tafel’ voor het stadsdeel.

‘In het begin dacht ik echt, die mensen [het stadsdeel] gaan ons helpen.’ - stichting Blije Buren (2)

‘Ze [het stadsdeel] laten ons gewoon keihard vallen. Soms heb ik dat gevoel wel gehad.’

- stichting Blije Buren (1)

‘Ik vertrouw erop dat ze dit nog steeds meent. Ik ga er vanuit dat als je iets zegt, dat je het op dat moment meent. Het kan zijn dat je daarin verandert, maar dan moet je dat ook zeggen.’

- stichting Blije Buren (1)

De samenwerking hoeft wat de Blije Buren betreft niet te lang op zich te laten wachten. Ze zitten al maanden buiten en willen graag weer een eigen plek hebben. Hoewel het gebrek aan een oplossing niet heeft geleid tot een verslechtering van de huidige verhouding tussen beide partijen, zien de Blije Buren wel graag dat er actie ondernomen wordt.

‘Ik heb die visie, maar het moet niet te lang duren, dan ga ik door en zijn zij helemaal uitgesloten.’

- stichting Blije Buren (2)

Benodigde vaardigheden

De vaardigheden die in gesprekken met publieke professionals en de Blije Buren naar voren gebracht worden, komen voor een groot deel overeen met de vaardigheden die in de literatuur geïdentificeerd zijn. Sommige vaardigheden die genoemd zijn liggen heel dicht bij elkaar, anderen worden enkel impliciet besproken en niet direct genoemd en weer andere vaardigheden worden heel duidelijk in veel gesprekken aan de orde gesteld. Er is gestreefd deze vaardigheden allemaal onder te brengen in enkele overkoepelende concepten. In de

69

interviews is een nadruk aanwezig op vaardigheden als openheid, vertrouwen, integriteit, flexibiliteit en maatwerk.

Openheid en vertrouwen

De open houding die de Blije Buren graag zouden zien sluit aan bij een van de meest genoemde benodigde vaardigheid door publieke professionals; het hebben en geven van vertrouwen. Om een burgerinitiatief de ruimte te geven ‘organisch’ te groeien en haar aansluiting bij de leefwereld van buurtbewoners te behouden, is het van belang haar activiteiten niet (helemaal) vast te leggen. Onderdeel van dit vertrouwen is een open en eerlijke houding tegenover elkaar. Een publieke professional moet in staat zijn in gesprek te gaan met de stichting, hen niet te domineren, maar gezamenlijk te komen tot overeenstemming.

‘Participeren, dat zijn woorden. De meeste mensen weten niet wat ermee bedoeld wordt. Deelnemen betekent meer, een ander die aan jou deelneemt in plaats van dat jij dat bij een ander moet doen.’

- stichting Blije Buren (2)

De Blije Buren ervaren niet altijd een open houding van publieke professionals, maar een controlerende. Dit kan eveneens leiden tot een hoogmoedige houding ten opzichte van stadsdeelmedewerkers als reactie daarop.

Een afwachtende rol wordt regelmatig genoemd in de interviews; publieke professionals moeten de neiging loslaten alles direct te willen regelen, ze moeten aansluiten bij wat er al speelt. Daarbij hoort dat beide zijden redelijk zijn en openstaan voor reflectie.

‘Dan geef je vertrouwen in de vergunning, maar als het doodbloedt moeten we elkaar ook weer even opzoeken. Dat moet ook kunnen.’ - ambtelijk medewerker (2)

‘We zijn misschien ook wel wat te benauwd hoor, soms. Je bent natuurlijk ook gewoon in gesprek, als je denkt dat dit een kant op gaat waarbij je vraagtekens zet, kun je ook bellen en op die manier polsen en sturen zonder dat het meteen in besluiten of beschikkingen vast hoeft te liggen.’

- ambtelijk medewerker (7)

‘Een houding om veel meer samen met de bewoners initiatieven te ontplooien. Meer ondersteunen, niet meer vóór de bewoners alles regelen en betalen.’ - ambtelijke medewerker (3)

70

Ook voor de Blije Buren is vertrouwen belangrijk. Ze benoemen het niet in die woorden, maar hun behoefte aan ruimte komt hier sterk mee overeen.

‘De rol begint met hen, met het bieden van ruimte, bieden van ruimte in je hart. Als je die hebt geboden ga je even je best doen, er zijn genoeg ruimtes.’ - stichting Blije Buren (2)

Doortastendheid

Hieruit blijkt dat openheid en vertrouwen vertaald worden in doortastendheid. De Blije Buren hebben niks aan loze beloften en gaan er vanuit dat beloften dus altijd gedaan worden met de intentie deze te houden. Daarop aansluitend zien zij ook graag dat er gehandeld gaat worden naar de toezeggingen. Voor hen is iedere dag weer een dag buiten zonder keuken en voorzieningen. Ook geven zij aan dat de houding van publieke professionals van belang.

Integriteit

Het werken op basis van vertrouwen, openheid en eerlijkheid brengt het risico van willekeur met zich mee. Publieke professionals baseren hun handelen in een samenwerking niet (enkel) op procedures of bepaalde resultaat afspraken, zij laten zich leiden door hun ervaring en intuïtie. Om willekeur tegen te gaan dienen publieke professionals daarom integer te zijn (Gemeente Amsterdam 2006: 6-9). De meerderheid van de publieke professionals noemt deze vaardigheid in de interviews.

‘met sommige dingen heb je geen klik, maar zie ik wel dat het ook belangrijk is voor de buurt. Dat zit ook in mijn baan ook, ik moet gewoon zien dat het belangrijk is voor de buurt. Ook als het niet mijn cup of tea is.’ - ambtelijk medewerker (2)

Een nadruk op openheid en vertrouwen kan echter ook op gespannen voet staan met integriteit zoals het vaak bedoeld wordt; de publieke professionals als belangeloze, onafhankelijke, bewaker van het algemeen belang. Integriteit is niet altijd de oplossing voor werken in de buurt op basis van vertrouwen, het kan ook zorgen voor spanning in de relaties die publieke professionals opbouwen met buurtbewoners. De bekendheid met de buurt die nodig is voor het waarderen van de samenwerkingsrelatie, kan leiden tot twijfel over de neutraliteit of beïnvloedbaarheid van een publieke professional.

71

‘dit heeft te maken met integriteit.[...] Daar hebben we nu nog geen instrument voor, dat doe je nu vaak intuïtief, op basis van ervaring, en eigenlijk zou het mooi zijn als we dat wat grijpbaarder kunnen maken. Het zijn vaak juist hele rijke afwegingen, maar die zijn vaak heel impliciet.’

- ambtelijk medewerker (4)

Betrokken aanwezigheid

Openheid, vertrouwen en integriteit van publieke professionals komen samen in het ‘aanwezig zijn’ in een samenwerking. Bijna alle publieke professionals benoemen ‘er zijn’ als een belangrijk onderdeel. Door actief deel te nemen, met mensen te spreken en mee te praten ontstaat gemakkelijker een vertrouwelijke basis. Daarbij biedt het de publieke professionals de mogelijkheid een gefundeerd eigen oordeel te vormen over de stand van zaken in de buurt. Een publieke professional moet gemotiveerd en geïnteresseerd zijn in de buurt en in de buurtbewoners, zij moeten hier aansluiting bij zoeken. Zij laten zich in hun werk leiden door hun nieuwsgierigheid en intuïtie.

Flexibiliteit en maatwerk

Interessant is de hiervoor expliciet genoemde nadruk op vaardigheden die te maken hebben met de kwaliteit van de samenwerking tussen actoren, zoals openheid en vertrouwen. Veel implicieter komt de vraag naar flexibiliteit en maatwerk aan de orde. Zo komt uit de interviews naar voren dat door het geven van vertrouwen er ook meer ruimte zou moeten zijn voor flexibiliteit. Door aan te sluiten en gezamenlijk te zoeken naar oplossingen wordt ook maatwerk verondersteld. In de interviews wordt echter niet expliciet genoemd dat het voor een publieke professional noodzakelijk is flexibel te kunnen werken door te zoeken naar maatwerkoplossingen.

Dat deze vaardigheden besproken zijn in de interviews wil overigens nog niet zeggen dat de publieke professionals van stadsdeel Oost hier daadwerkelijk naar handelen. Uit de al eerder opgedane ervaringen in contact tussen de stichting en het stadsdeel blijkt dat de stichting Blije Buren graag wat meer doortastendheid zou zien en soms haar twijfels heeft over het vertrouwen dat zij krijgt van publieke professionals.

72

Onderscheid ambtenaren en bestuurders

In het theoretische hoofdstuk van dit onderzoek is al kort gesproken over het onderscheid tussen ambtenaren en bestuurders. De hierboven beschreven vaardigheden hebben in grotere mate betrekking op het werk van ambtenaren (werkzaam in de buurt) dan op dat van bestuurders. Hoewel al deze vaardigheden ook van bestuurders gevraagd worden als zij de buurten in gaan om met bewoners te spreken, is het op initiatiefniveau met name van belang dat zij hun ambtenaren in de wijk steunen en faciliteren in hun werkzaamheden.

‘Het staat ook in het gebiedsplan, wat doe je in een jaar voor dat gebied. Er staat in bewonersinitiatieven faciliteren, accommoderen, huisvesten. Het algemeen bestuur heeft daar akkoord op gegeven, dat geeft ons houvast om het te gaan doen.’ - ambtelijk medewerker (2)

Uit de interviews blijkt dat de ideeën over hoe faciliteren en accommoderen eruit kan zien, nogal uit elkaar kunnen lopen. Zowel tussen ambtenaren onderling als tussen ambtenaren en bestuurders (zie ook paragraaf 5.4). Hier komt wellicht het politieke element in het werk van een bestuurder terug. Op de vraag of het bestuur het initiatief steunt, wordt ontwijkend geantwoord.

‘dat kan natuurlijk niet. Wij kunnen niet een kraak goedkeuren als stadsdeel. […]Maar we hebben het wel met veel belangstelling gevolgd, met warme sympathie.’ - bestuurder (1)

Wellicht dragen de patronen die horen bij de klassieke manieren van het legitimeren van overheidshandelen bij aan een terughoudendheid vanuit de bestuurder. Sorensen & Torfing (2009: 254-255) beschrijven de neiging van gekozen bestuurders om vast te houden aan alle verantwoordelijkheid en governance netwerken te zien als rommelig en niet te legitimeren. Zij raden bestuurders aan hecht samen te werken met ervaren ambtenaren en door vallen en opstaan te experimenteren met metagovernance van netwerken. Door het toepassen van deze metagovernance kan gestuurd worden op legitimering aan de hand van de throughput benadering.

‘Ik kan het sowieso niet verantwoorden. [...] Mijn enige verantwoording is dat het een eigen initiatief is, dat daar buiten plaats vindt en op eigen verantwoordelijkheid gebeurt.’ - bestuurder (1)

73

In het laatste hoofdstuk worden de resultaten van de verschillende onderzoeksvragen bij elkaar gebracht om een antwoord te formuleren op de probleemstelling van dit onderzoek. Hierin zullen ook de instrumenten voor metagovernance en de benodigde vaardigheden van publieke professionals gekoppeld worden.

74