• No results found

Beleidstheorie

In document RAPPORT ONDERZOEK JAARSTUKKEN 2020 (pagina 17-21)

2. Toepassing Duisenbergmethode voor programma 4, Milieu

2.3 Beleidstheorie

In deze paragraaf gaan we in op de volgende vragen van de Duisenbergmethode:

a. Ambitie programma: Wat wil het college bereiken / heeft het bereikt? Is er (actuele) kadernota? (zo nee, waarom niet?). Sluiten kadernota, “Ambitie programma” en

“speerpunten van beleid” (zowel van MPB als JS) bij elkaar aan?

b. Doelstelling in relatie tot effectindicatoren: Sluiten de speerpunten van beleid en de effecten aan bij de gestelde doelen? Worden alle doelen/effecten gemeten? Goede effectindicatoren?

c. Doelstelling in relatie tot de rolneming: welke instrumenten worden ingezet/ zijn dit juiste, effectieve instrumenten? Waaruit blijkt dit?

Onderzoeksrapport Jaarstukken 2020 Rekenkamercommissie Apeldoorn | 18

2.3.1 Ambitie programma

Hoofddoelstelling van programma 4, Milieu is: het verkleinen van de ecologische voetafdruk van Apeldoorn.

Deze hoofddoelstelling wordt geoperationaliseerd in drie doelstellingen:

1. De uitstoot van CO2 is in Apeldoorn met 25% verminderd.

2. Het gebruik van grondstoffen is in Apeldoorn met 25% verminderd.

3. Het schoner en stiller maken van Apeldoorn.

Het college verwoordt compact wat men heeft bereikt ten aanzien van vermindering CO2-uitstoot en energieneutraliteit en verminderd gebruik grondstoffen, dat wil zeggen:

• Over vermindering van CO2-uitstoot met 25% leest de RKC niets over bereikte resultaten. Wel wordt kort ingegaan op de doelstelling van het realiseren van energieneutraliteit voor 2050: 'lopen achter op onze ambitie: 4,7% energieneutraliteit eind 2018 dat volgens het Versnelling Plus-scenario 6% had moeten zijn:

• Over mindering gebruik van grondstoffen met 25% in termen van restafval is aangegeven dat - door het omgekeerd inzamelen- het tussendoel voor 2020 (80 kilo per inwoner) is behaald aangezien er 65 kilo per inwoner in 2020 is opgehaald:

• Voor een schoner en stiller Apeldoorn geldt dat evenals vorig jaar de RKC constateert:

'er is overwegend geformuleerd wat er is gedaan en niet wat er is bereikt'. Immers, er wordt verwezen naar twee grondsaneringen en maatregelen op het gebied van mobiliteit, zoals: de inzet van elektrische bussen en diverse laadvoorzieningen voor elektrische auto's en het opstellen van een mobiliteitsvisie voor de binnenstad met primaat voor voetganger en fietser.

Actuele kadernota’s staan aan het eind van het programma vermeld. De looptijd van de Uitvoeringsagenda energietransitie 20217-2020 is voorbij. Een nieuw normenkader is nu in voorbereiding met de Regionale Energie Strategie (zie onder 1.1.5).

Ad 1. De uitstoot van CO2 is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Apeldoorn wil de uitstoot van CO2 in de periode van 2014 – 2022/2023 versneld verminderen met 25%, d.w.z. met 290 kton. Voor de periode 2014-2020 geldt een ambitie van een vermindering van186 kton. Dit kon de RKC in de jaarstukken van 2019 lezen. Evenals in de jaarstukken 2019 treffen we In de jaarstukken 2020 noch onder ‘bereikte resultaten’ noch onder ‘prestaties’ hierover enige informatie aan. De RKC had verwacht dat dit in de jaarstukken 2020 wel was gebeurd, gezien onze constatering vorig jaar: ‘(…) wil de raad kunnen vaststellen of het noodzakelijk is of en met name in welke mate hij moet bijsturen dan zal duidelijk moeten zijn wat er tot en met 2019 is gerealiseerd.’

Het realiseren van de CO2-doelstelling is geoperationaliseerd in de formulering van 13 prestaties; echter onder de prestaties is geen enkele passage gewijd aan daadwerkelijk reductie van CO2-uitstoot.

De effectindicatoren betreffen de geregistreerde energielabels in Apeldoorn, de verdeling ervan en het percentage hernieuwbare elektriciteit. Ook is aangegeven de productie van duurzame elektriciteit op woningen in de periode 2012-2018 (op woningen en totaal).

De RKC heeft geen effectindicatoren aangetroffen voor CO2-uitstoot.

Ad 2. Het gebruik van grondstoffen is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Apeldoorn wil het gebruik van grondstoffen met 25% verminderen in de periode 2017 – 2022, dat wil zeggen van 130 kg naar 80 kg per persoon. Met 65 kg per persoon in 2020 is het doel ruimschoots behaald.

Het realiseren van deze doelstelling is voor 2020 geoperationaliseerd in 8 prestaties, samen te vatten in termen van monitoren, stimuleren en onderzoeken.

Als effectindicator is -evenals in jaarstukken 2019- opgenomen de omvang van het huishoudelijk restafval in kg/per inwoner, maar nu over de periode 2011 – 2020.

Evenals vorig jaar is er geen effectindicator opgenomen voor het gebruik van grondstoffen door het bedrijfsleven.

Notabene, bij het onderzoek naar de Jaarstukken 2018 is reeds de vraag gesteld hoe het circulair ingezamelde, gescheiden afval wordt verwerkt. Daar was geen informatie over opgenomen, terwijl dit voor de cirkelwaarde wel van belang is. Ook bij de Jaarstukken 2019 en 2020 is dit niet gebeurd. Het scheiden verzamelen van afval is geen doel op zich, het gaat immers om de verwerking en hergebruik van het afval.

Vorig jaar is de aanbeveling gedaan om als effectindicatoren te gebruiken: de tevredenheid over huisservice en het kwijt kunnen van afval/grondstoffen. Dit is naar de mening van de RKC nog steeds actueel. Er is met deze doelstelling alleen de volgende effectindicator vermeld:

omvang huishoudelijk restafval (kg/inwoner).

Ad 3. Het schoner en stiller maken van Apeldoorn.

De gemeente wil Apeldoorn schoner en stiller maken door in de periode 2018 – 2022 de volgende concrete doelen na te streven:

a. Luchtkwaliteit openbare ruimte te verbeteren: minimaal 25% onder de EU-norm;

b. Geluidsbelasting in openbare ruimte te verminderen tot max. 63dB;

c. Asbest op daken met 50% te verwijderen;

d. Verontreinigingen in grondwater te verminderen met 10%.

Voor 2020 zijn hiertoe vier prestaties geformuleerd, met name betrekking hebbend op controles door OVIJ, sanering van asbestdaken en vermindering verontreinigingen grondwater. Wat OVIJ betreft lezen we dat aan gestelde kwaliteitscriteria en KPI’s ‘in voldoende mate’ wordt voldaan. Ten aanzien van asbestsanering kan de RKC niet anders constateren dan dat onduidelijk is of er iets is gebeurd. Over verontreinigingen van grondwater worden kwalitatieve, maar geen kwantitatieve opmerkingen gemaakt; niet is geschetst welk percentage inmiddels is bereikt.

Over verbeterde luchtkwaliteit en verminderde geluidsbelasting lezen wij niets. Mogelijk dat we hiervoor bij Programma 3 Mobiliteit te rade moeten gaan.

Er zijn geen effectindicatoren voor deze doelstelling geformuleerd.

Er worden zes Kadernota's vermeld:

• Uitvoeringsagenda energietransitie 2017-2020

• Afval- en recycleplan Apeldoorn Recycleservice 2025

• Nederland Circulair 2050

• Plan van aanpak asbestdakenverbod 2018-2024

• Actieplan geluid 2018-2023

Onderzoeksrapport Jaarstukken 2020 Rekenkamercommissie Apeldoorn | 20

• Gebiedsgericht grondwaterbeheer Apeldoorn uitvoeringsprogramma 2018-2022.

Vergeleken met vorig jaar valt het de RKC op dat de kadernota over luchtkwaliteit niet meer wordt vermeld en dat we overigens in de jaarstukken 2020 niets lezen over kg CO2-uitstoot in tegenstelling tot de jaarstukken 2019.

Ook dit jaar wordt er gewerkt met Circulus Berkel BV, Omgevingsdienst Veluwe IJssel (OVIJ) en Cirkelwaarde. Onze opmerking van vorig jaar dat de gemeente samen met andere partijen uitvoering geeft en daarmee gedeeltelijk invloed heeft op de uitkomst nog steeds van toepassing is.

2.3.2 Doelstelling in relatie tot effectindicatoren

In zijn algemeenheid constateert de RKC dat de speerpunten (lees: strategische doelen) aansluiten bij gestelde doelen. Niet alle doelen/effecten worden gemeten. Voor wat betreft de effectindicatoren:

1. De uitstoot van CO2 is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Deze doelstelling kent geen effectindicator. De geformuleerde effectindicatoren die vooral het energiegebruik betreffen geven onvoldoende de relatie met de uitstoot van CO2 weer.

2. Het gebruik van grondstoffen is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Als effectindicator wordt gehanteerd de omvang van het huishoudelijk restafval in kg/per inwoner; geen effectindicator is opgenomen voor het gebruik van grondstoffen door het bedrijfsleven.

3. Het schoner en stiller maken van Apeldoorn.

Voor deze doelstelling zijn onder Programma 4 geen effectindicatoren geformuleerd.

De aanbeveling van de RKC in haar rapport over de jaarstukken 2017 geldt nog steeds, namelijk: 'Focus als gemeente op de zaken op dit terrein waar je invloed op hebt. Maak de voortgang hiervan inzichtelijk en geef van tijd tot tijd aan waarmee de variabelen te

beïnvloeden zijn en wat het effect daarvan is.

2.3.3 Doelstelling in relatie tot rolneming

Welke instrumenten worden ingezet/ zijn dit juiste, effectieve instrumenten? Waaruit blijkt dit?

We geven per doelstelling aan welke instrumenten zijn ingezet.

1. De uitstoot van CO2 is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Op het gebied van de energietransitie worden diverse instrumenten ingezet, zoals:

• Gratis advies en voorlichting;

• Verstrekken van leningen en subsidies;

• Opzetten en uitvoeren van pilots;

• Onderzoek.

Over de effectiviteit van deze instrumenten kan geen uitspraak worden gedaan, aangezien de uitstoot van CO2 en de vermindering ervan niet in de jaarstukken 2020 is vermeld.

2. Het gebruik van grondstoffen is in Apeldoorn met 25% verminderd.

Op het gebied van afval worden instrumenten gehanteerd, zoals:

• Financiële prikkels voor gescheiden inzameling;

• Pilots;

• Onderzoek.

Dit lijken effectieve instrumenten omdat de doelstelling wordt gehaald.

3. Het schoner en stiller maken van Apeldoorn.

Ten aanzien van deze doelstelling zijn in zijn algemeenheid instrumenten gehanteerd, zoals:

toezicht, handhaving, vergunningverlening, monitoring, afkopen, sanering. Zoals eerder aangegeven worden ten aanzien van deze doelstelling alleen uitspraken gedaan over controles OVIJ, asbestsanering en vermindering van verontreinigingen. Wat controles van OVIJ betreft leest de RKC dat aan gestelde kwaliteitscriteria en KPI’s ‘in voldoende mate’ wordt voldaan. Dit kan worden geïnterpreteerd als zijnde de instrumenten die OVIJ hanteert zijn effectief.

Over effectiviteit van asbestsanering constateren wij dat hierover geen conclusies zijn te trekken omdat onduidelijk is of er iets is gebeurd. Over effectiviteit van het verminderen van verontreinigingen van grondwater worden kwalitatieve, maar geen kwantitatieve opmerkingen gemaakt. Dit betekent dat er slechts in beperkte mate een uitspraak over de effectiviteit kan worden gedaan.

2.4 Operationalisering en output (Doen 'versus' gedaan?)

In document RAPPORT ONDERZOEK JAARSTUKKEN 2020 (pagina 17-21)