• No results found

5.3 – Algemene resultaten en hun invloed op de representativiteit

De algemene onderzoeksresultaten worden gedefinieerd als het aantal referrals dat is aangedragen, het geslacht en de leeftijd. De resultaten worden in deze paragraaf behandeld, alsmede hun invloed op de representativiteit van het onderzoek.

5.3.1 – Aantal aangedragen referrals

In de enquête is de vraag gesteld hoeveel referrals de respondent heeft aangedragen. De resultaten staan weergegeven in tabel 5.1.

Bij analyse van de resultaten blijkt dat 49,5% van de respondenten minimaal één referral heeft aangedragen. Bij Bedrijf X is de schatting dat 20% van de medewerkers minimaal één referral heeft aangedragen. Deze schatting is gebaseerd op het aantal referrals van verschillende personen dat tot nu toe in behandeling is genomen. Hoewel in de uitnodiging en de herinnering om deel te nemen aan het onderzoek uitdrukkelijk is gevraagd

de enquête ook in te vullen als men geen referrals heeft aangedragen, is waarschijnlijk sprake van self selection bias, wat inhoudt dat respondenten die zich meer betrokken voelen bij het onderwerp ook meer geneigd zijn om deel te nemen aan een onderzoek (Malhotra 2004).

Tabel 5.1: Aantal referrals aangedragen door de respondenten (Vraag 3: Aantal referrals aangedragen in de afgelopen 12 maanden n = 436)

Uit sommige commentaren die zijn gegeven bij de vraag over ervaringen met het referralprogamma wordt echter de indruk gewekt dat niet alle referrals bij het referralteam worden aangeboden. Hierdoor is het cijfer van 20% waarschijnlijk iets te laag. Daarom wordt bij dit onderzoek de aanname gedaan dat 25% van de medewerkers ooit minimaal één referral heeft aangedragen. Om de representativiteit van het onderzoek te bevorderen zal daarom een aantal respondenten dat minimaal één referral heeft aangedragen a-select moeten worden weggefilterd. Dit komt neer op 32% van de steekproef, oftewel 143 respondenten. Er blijven 293 respondenten over. Door ervoor te zorgen dat de verhouding tussen aandragers en niet-aandragers ongeveer overeenkomt met deze verhouding in de populatie, wordt getracht een deel ven de self selection bias op te heffen. Toch zal deze actie niet geheel afdoende zijn, omdat onder de aandragers en niet-aandragers afzonderlijk ook respondenten zijn die zich meer betrokken voelen bij het onderwerp dan andere leden van de populatie en sneller geneigd zijn de enquête in te vullen. Bij het interpreteren van de resultaten moet hiermee rekening worden gehouden. Het zou bijvoorbeeld kunnen dat antwoorden iets meer wijken naar extreme waarden, hoewel de extremen gegeven door verschillende respondenten elkaar weer kunnen opheffen. Helaas is hierover geen informatie beschikbaar.

Aan de minimale eis voor betrouwbaarheid zoals die is berekend in hoofdstuk 4, wordt met 293 respondenten voldaan. Deze aangepaste groep respondenten zal worden gebruikt in de daartoe noodzakelijke gevallen. Dit zijn gevallen waarin iets gezegd wordt over de populatie als geheel. De weggefilterde onderzoeksresultaten zullen wel worden gebruikt

Frequency Percent Valid Percent Cumulative

Percent

0 referrals 220 50.5 50.5 50.5

1 referral 121 27.8 27.8 78.2

2 referrals 55 12.6 12.6 90.8

3 referrals 13 3.0 3.0 93.8

Meer dan 3 referrals 27 6.2 6.2 100.0

wanneer iets wordt gezegd over het verschil tussen de groepen ‘aandragers’ en ‘niet-aandragers’ en wanneer alleen iets wordt gezegd over de groep ‘‘niet-aandragers’.

5.3.2 – Geslacht van de respondenten

Kijkend naar het geslacht van de respondenten in de gehele groep valt op dat deze voor 78,2% uit mannen bestaat. Dit is ongeveer ook het geval met de onderzoekspopulatie, dus op dit gebied verschilt de steekproef niet van de populatie. Het percentage mannen in de geselecteerde groep (zoals in de vorige sub-paragraaf uitgelegd) bedraagt 79,5%. Deze percentages verschillen niet significant van elkaar, zoals blijkt uit de hiervoor uitgevoerde paired t-test (p > 0,025, tweezijdig).

5.3.3 – Leeftijd van de respondenten

De gemiddelde leeftijd en de standaarddeviatie van alle en de geselecteerde respondenten staan vermeld in het onderstaande schema. De geselecteerde respondenten zijn de respondenten die overbleven nadat een deel van de aandragers was weggefilterd, zoals beschreven in paragraaf 5.3.1:

Waarde Leeftijd alle respondenten Leeftijd geselecteerde

respondenten Gemiddelde leeftijd in waarde

volgens de steekproef 3,34 3,40

Gemiddelde leeftijd in jaren 31,7 jaar 32,0 jaar

Standaarddeviatie in waarde

volgens de steekproef 1,104 1,141

Standaarddeviatie in jaren 5,5 jaar 5,7 jaar

Tabel 5.2: Leeftijd respondenten (p > 0,025, paired t-test, tweezijdig)

Zoals blijkt uit tabel 5.2 is de gemiddelde leeftijd van de respondenten ongeveer 32 jaar. Dit komt overeen met de werkelijke gemiddelde leeftijd van de populatie, die in vergelijking met de gemiddelde leeftijd van de Nederlandse beroepsbevolking (40,3 jaar, bron: CBS) vrij laag is. De gemiddelde leeftijd en standaarddeviatie van de groep geselecteerde respondenten verschillen niet significant van die van alle respondenten, zoals blijkt uit de hiervoor uitgevoerde paired t-test.

5.3.4 – Gedragsintentie in de toekomst

Aan de respondenten is gevraagd of zij in de toekomst een referral zouden willen aandragen. Deze vraag hield overigens niet in dat zij daadwerkelijk van plan zijn dit in de

Figuur 5.1: Verdeling van relaties tussen aandragers en aangedragen referrals (n = 210, aantal aangedragen referrals = 413, p < 0,025, chi-kwadraattoets, tweezijdig)

toekomst te doen, maar of zij bezwaar hebben om iemand aan te dragen. 15 van de 293 (5,1%) geselecteerde respondenten vallen in de groep die van plan is nooit een referral aan te dragen. Dit is de groep die vraag 17 met ‘nee’ beantwoordt. Omdat het voor hen niet relevant is de vragen die daarna komen in te vullen, eindigt de enquête voor hen bij vraag 18. De onderzoeksresultaten die voortvloeien uit de vragen vanaf vraag 19 hebben daarom alleen betrekking op de respondenten die niet in deze categorie vallen (94,9% van de respondenten). Dit verklaart ook dat bij sommige onderzoeksresultaten een aantal ‘missing values’ is.