• No results found

Aanwezigheid beheerder

Het is verboden een horeca-inrichting voor bezoekers geopend te hebben, zonder dat een op de vergunning vermelde beheerder in de horeca-inrichting aanwezig is.

Artikel 2.3.1.12 Inrichtingseisen

1. De horeca-inrichting moet voldoen aan de inrichtingseisen, zoals deze in het Besluit eisen inrichtingen Drank- en Horecawet worden gesteld aan inrichtingen waarin het horecabedrijf wordt uitgeoefend.

2. Het in het eerste lid gestelde gebod is niet van toepassing op horeca-inrichtingen voor de exploitatie waarvan tevens een vergunning als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en Horecawet is vereist en op horeca-inrichtingen die als afhaalcentrum worden aangemerkt.

3. In bijzondere gevallen kan de burgemeester voor wat betreft horeca-inrichtingen die niet vergunningplichtig zijn op grond van de Drank- en Horecawet vrijstelling verlenen van een of meerdere inrichtingseisen zoals bedoeld in het eerste lid.

Artikel 2.3.1.13 Terrassen

1. Het is verboden zonder vergunning van de burgemeester de weg of een weggedeelte te gebruiken voor het plaatsen van een bij een horeca-inrichting behorend terras.

2. Het in het eerste lid bepaalde is niet van toepassing indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

a. het terras wordt geplaatst op het voor de voetgangers bestemde gedeelte van de weg;

b. indien het terras op een weg wordt geplaatst die mede bestemd is voor voertuigen, dient een minimale doorgang van 1,5 meter voor voetgangers te worden vrijgehouden;

c. op wegen of weggedeelten enkel bestemd voor voetgangers dient te allen tijde een vrije en onbelemmerde doorgang van minimaal 3,5 meter aanwezig te zijn ten behoeve van hulpdiensten;

d. het terras mag slechts voor en aansluitend aan het pand van de betreffende horeca-inrichting worden geplaatst en enkel gedurende de openingstijden daarvan;

e. het terras mag maximaal twee meter breed zijn;

f. het terras is niet gelegen in het horecaconcentratiegebied als bedoeld in artikel 2.3.1.15, zesde lid of in de winkelcentra Kronenburg en Presikhaaf;

g. de horeca-inrichting waar het terras bij wordt geplaatst is geen afhaalcentrum.

3. De burgemeester weigert de in het eerste lid bedoelde vergunning indien de desbetreffende horeca-inrichting een afhaalcentrum is.

4. De burgemeester kan de in het eerste lid bedoelde vergunning weigeren:

a. indien het beoogde gebruik schade toebrengt aan de weg dan wel gevaar oplevert voor de bruikbaarheid van de weg of voor het doelmatig en veilig gebruik daarvan;

b. indien dat gebruik een belemmering kan worden voor het doelmatige beheer en onderhoud van de weg;

c. indien het beoogde gebruik – hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving – niet voldoet aan redelijke eisen van welstand;

d. indien zich ten aanzien van het beoogde gebruik een van de in artikel 2.3.1.6, aanhef en onder a, b, c of d genoemde weigeringsgronden voordoet.

5. Het bepaalde in het eerste en tweede lid geldt niet, voor zover de Wet beheer

rijkswaterstaatswerken of het Provinciaal wegenreglement Gelderland van toepassing is.

Artikel 2.3.1.14 Geslotenverklaring

1. De burgemeester kan bij een handelen in strijd met het bepaalde in artikel 2.3.1.2 of artikel 2.3.1.7, vierde lid, de horeca-inrichting, al dan niet voor een bepaalde termijn, gesloten verklaren.

2. De sluiting wordt geacht openbaar bekend te zijn zodra een afschrift van het bevel tot sluiting op of nabij de toegang of de toegangen van de horeca-inrichting is aangebracht.

3. Zolang het bevel tot sluiting van kracht is, is het verboden bezoekers tot de inrichting toe te laten of daarin te laten verblijven en is het verboden deze inrichting als bezoeker te betreden of daarin als bezoeker te verblijven.

4. Het in dit artikel bepaalde geldt niet voor zover artikel 13b Opiumwet van toepassing is.

Artikel 2.3.1.15 Sluitingsuur

1. Het is verboden een horeca-inrichting voor bezoekers geopend te hebben en aldaar bezoekers toe te laten of te laten verblijven, dan wel de exploitatie van de inrichting voort te zetten door middel van verkoop via een loket of automatiek of op andere wijze:

op maandag tot en met donderdag tussen 01.00 uur en 06.00 uur, en op vrijdag, zaterdag en zondag tussen 02.00 uur en 06.00 uur, met dien verstande dat het tussen 00.00 uur en 06.00 uur verboden is een bij de inrichting behorend terras voor bezoekers geopend te hebben en daar bezoekers plaats te laten nemen of te laten verblijven.

2. In afwijking van het eerste lid is het in het horecaconcentratiegebied verboden een horeca-inrichting voor bezoekers geopend te hebben en aldaar bezoekers toe te laten of te laten verblijven dan wel de exploitatie van de inrichting voort te zetten door middel van verkoop via een loket of automatiek of op andere wijze:

op maandag tot en met donderdag tussen 03.00 uur en 06.00 uur, met dien verstande dat van 02.00 uur tot 03.00 uur geen bezoekers tot een inrichting als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en horecawet mogen worden toegelaten, en op vrijdag, zaterdag en zondag tussen 04.00 uur en 06.00 uur, met dien verstande dat van 03.00 uur tot 04.00 uur geen bezoekers tot een inrichting als bedoeld in artikel 3 van de Drank- en horecawet mogen worden toegelaten.

3. Het college stelt in het belang van de handhaving van de openbare orde, de veiligheid en van de bescherming van het woon- en leefklimaat nadere regels vast met betrekking tot eisen waaraan in het horecaconcentratiegebied gelegen horeca-inrichtingen die op maandag tot en met donderdag na 01.00 uur, dan wel op vrijdag, zaterdag of zondag na 02.00 geopend zijn,

moeten voldoen. In deze nadere regels wordt de verplichting opgelegd tot het melden van het voornemen van een horeca-inrichting om na 01.00 uur, respectievelijk 02.00 uur geopend te zijn.

4. Het is in het horecaconcentratiegebied verboden een bij een horeca-inrichting behorende terras voor bezoekers geopend te hebben en daar bezoekers plaats te laten nemen of te laten verblijven:

op maandag tot en met donderdag tussen 01.00 uur en 06.00 uur, en op vrijdag, zaterdag en zondag tussen 02.00 uur en 06.00 uur.

5. De burgemeester kan voor een afzonderlijke horeca-inrichting of voor een daartoe behorend terras andere sluitingsuren vaststellen.

6. Onder horecaconcentratiegebied wordt in dit artikel verstaan: het gebied dat begrensd wordt door- en met inbegrip van de Varkensstraat, Grote Oord, Jansplaats, Jansplein,

Janslangstraat, Lombardsteeg, Korenstraat, Molenstraat en Hoogstraat, zoals is aangegeven op de bij deze verordening behorende plattegrond.

7. Het in dit artikel bepaalde geldt niet voor zover op de Wet milieubeheer gebaseerde voorschriften van toepassing zijn.