• No results found

Vraag nr. 104 van 1 februari 2001 van de heer JOS DE MEYER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 104 van 1 februari 2001 van de heer JOS DE MEYER"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 104 van 1 februari 2001

van de heer JOS DE MEYER

Haven Antwerpen – Langetermijnvisie

In een studie van de professoren R. A l l a e r t , T. N o t-teboom en A . Verbeke over een toekomstbeeld van de toegankelijkheid van het Schelde-e s t u a r i u m wordt geadviseerd dat Antwerpen zich niet moet blindstaren op een verdere verdieping van de We s-t e r s c h e l d e. Tegelijk geven zij aan das-t Ans-twerpen er verstandiger aan doet om een samenwerkingsver-band aan te gaan met de havens van V l i s s i n g e n , Te r n e u z e n , G e n t , Zeebrugge en Oostende. Zij stel-len dat de gemiddelde grootte van containersche-pen zal groeien van 5.000 tot 8.000 T E U ( t w e n t y-foot equivalent unit), dat er tegen 2030 containerreuzen zullen varen van 15.000 TEU en dat die toch niet in Antwerpen kunnen worden ge-g e n e r e e r d . Tevens stellen zij dat een bundelinge-g van voornoemde zes havens als Schelde-m a i n p o r t ,v o o r Antwerpen veel belangrijker is dan de bevaarbaar-heid van de Westerschelde voor diepstekende sche-pen.

De Technische Scheldecommissie dient haar con-clusies eind januari 2001 aan de respectievelijk be-voegde Nederlandse en Vlaamse minister te over-h a n d i g e n , zodat over-het politiek en maatscover-happelijk debat kan beginnen.

Als in 2010 het Deurganckdok zou afgewerkt zijn (met een sluis op het Wa a s l a n d k a n a a l , werk dat nog niet is gelanceerd) dan duurt het mogelijk nog tot 2030 vooraleer het Deurganckdok op zijn volle rendement komt. Intussen zullen vijf van de zes terminals van het Deurganckdok in handen van in-ternationale reders zijn en niet meer van A n t w e r p-se goederenbehandelaars. De hypothep-se van een tweede getijdendok bovenop Doel moet dan ook sterk in vraag worden gesteld.

Inzake langetermijnvisie op de ontwikkeling van het havengebied op de Linkerscheldeoever (LO) vernam ik graag het volgende.

1. Kan de minister de conclusies in het rapport van de professoren R. A l l a e r t , T. Notteboom en A . Verbeke onderschrijven dat Antwerpen zich niet moet blindstaren op een verdere verdieping van de Westerschelde ?

De optimale aansluiting van zeehavens en hun maritieme toegang op integrale logistieke ke-tens zal veel belangrijker zijn dan de maritieme toegankelijkheid op zich. Hoe evalueert de mi-nister het advies van de drie hoogleraren dat een bundeling van zes havens als Schelde-m a i n-p o r t , voor Antwern-pen veel belangrijker is dan de bevaarbaarheid van de Westerschelde voor diepstekende schepen ? Welke beleidsconclu-sies verbindt de minister aan de stelling dat er in 2030 enkel concurrentie zal bestaan tussen inte-grale logistieke ketens, niet tussen zeehavens ? Is de minister het eens met de argumentatie dat de gemiddelde grootte van containerschepen fors zal groeien en dat die toch niet in A n t w e r-pen kunnen worden gegenereerd ?

2. Welke beleidsvisie hanteert de minister inzake het belang van regionale economische clusters en hoe worden deze gerealiseerd ? Welke optie wordt genomen in de structuur van havennet-werken van de Westerschelde voor de verschil-lende havens ?

Welke vervoersstructuren worden verder uitge-bouwd om de mogelijkheden van onze zeeha-vens te optimaliseren ?

De realisatie van "economische projecten" ten koste van ecologische waarden komt onder druk van ecologisch verzet. Met de schaarse ruimte moet zorgvuldig worden omgegaan. H o e wordt dit zorgvuldigheidsprincipe vertaald in de langetermijnopties voor de havenontwikkeling op LO ? Welke rechtszekerheid moet aan de huidige ruimtegebruikers worden gegarandeerd ? 3. Welke vormen van overleg op Vlaams niveau en

V l a a m s-Nederlands niveau zijn gepland met het oog op een langetermijnvisie inzake havenont-wikkeling op LO en de verdieping van de We s-terschelde ?

Welke samenwerking publieke-private doel-groepen wordt beoogd in strategische projecten die het havennetwerk ondersteunen ?

4. Hoeveel bedraagt de huidige raming voor de verdieping van de Westerschelde ?

(2)

N.B. Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Dirk Van Mechelen, Vlaams minister van Economie, Ruimtelijke Ordening en Media.

Gecoördineerd antwoord

De Technische Scheldecommissie heeft haar con-clusies over het onderzoeksproject Langetermijnvi-sie Schelde-estuarium begin februari 2001 aan de respectievelijk bevoegde Nederlandse en V l a a m s e minister overhandigd.

Als het Deurganckdok zal worden afgewerkt, m a a r ook reeds bij de indienstneming van het eerste d e e l , zal door de gebruikers van de kaai-infrastruc-tuur worden gebruikgemaakt van de faciliteiten die verdiepingsprogramma's in de Beneden-Zeeschel-de en Beneden-Zeeschel-de WesterschelBeneden-Zeeschel-de bieBeneden-Zeeschel-den. De baggerwerken voor de verruiming van de Schelde in het kader van het 48-voetprogramma zijn voltooid. De wrak-kenruiming wordt voortgezet.

Tijdens de bespreking in het Vlaams Parlement van de gemeenschappelijke audit van het Belgische Rekenhof en de Nederlandse Rekenkamer over de lopende Scheldeverruiming kwam tot uiting dat een parlementair debat in het kader van verdrags-ratificatie een te smalle basis wordt geacht voor politieke besluitvorming.

De Technische Scheldecommissie heeft mij begin februari haar eindrapport van het onderzoekspro-ject Langetermijnvisie Schelde-estuarium aangebo-d e n . In aangebo-de Langetermijnvisie Schelaangebo-de-estuarium worden alle aspecten van de toegankelijkheid van de Scheldehavens diepgaand onderzocht, t e r w i j l ook de veiligheid en de natuurlijkheid in het estu-arium op gelijkwaardige basis aan bod komen. H e t rapport geeft onder meer vier mogelijke integrale ontwikkelingsschetsen voor het estuarium op lange termijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Er wordt in overgangsmaatregelen voorzien voor de leraren die nu TV Sport geven en die niet voldoen aan de voorwaarden om AV Sport te geven (de GLSO's in de derde graad van

Op de eindejaarstoela- ge van de personeelsleden die deeltijds tijdelijk en deeltijds vastbenoemd zijn, wordt in sommi- ge gevallen de RSZ-bijdrage afgehouden op zowel het deel

Uit het voorgaande blijkt dat de "toelage" die aan de algemeen directeur en aan de coördine- rend directeur zal worden toegekend, in werke- lijkheid als een

Dit houdt dus in dat elke exploitant van een in- richting waar een mobiele scheider wordt inge- zet (en die meer dan 2 ton mest be/verwerkt op jaarbasis) een milieuvergunning

In verband hiermee worden door mijn admini- stratie Land- en Tuinbouw (ALT) gesprekken gevoerd voor het aanpassen van de leerstof in de richting van duurzame land- en tuinbouw en

Al de uitbatingswegen werden in goede staat van berijdbaarheid gebracht in de jaren 1999- 2000 en 2001, voor een globaal bedrag van circa 105 miljoen frank5. De aanleg van

Indien de procedure niet wordt voortgezet, heeft de minister dan andere concrete plannen om deze familiale grondgebonden landbouwbe- drijven te ondersteunen.. Welke

Aangezien de A LT voor de behandeling van de aanvragen gegevens dient op te vragen bij de Mestbank en er pas kan worden gestart met het opvragen van gegevens nadat de aangiften van