Vraag nr. 100 van 21 maart 2001
van de heer JOS DE MEYER Directeurs SO – Mandaattoelage
Het decreet secundair onderwijs (SO) heeft de mandaten van algemeen directeur en coördinerend directeur ingevoerd. De directeurs belast met deze mandaten, ontvangen hiervoor een toelage.
1. Waarom is er een verschil in toelage voor de ti-tularissen van deze mandaten ?
2. Komen deze toelagen in aanmerking voor de berekening van het wachtgeld bij TBS 55+ (ter-beschikkingstelling wegens persoonlijke aange-legenheden voorafgaand aan het rustpensioen) ? Zo neen, waarom niet ?
3. Komen deze toelagen in aanmerking voor de berekening van hun pensioen ? Zo neen, w a a r-om is er op deze toelage dan een afhouding van 7,5 % voor het Fonds van Overlevingspensioe-nen ?
Antwoord
1. Het principe van een mandaat van algemeen di-recteur en coördinerend didi-recteur is ingevoerd door het onderwijsdecreet XI. In het kader van CAO V werden de bedragen met de representa-tieve vakorganisaties overeengekomen. ( CAO : collectieve arbeidsovereenkomst – red.)
Ongeacht of het gaat om een algemeen direc-teur of een coördinerend direcdirec-teur, wordt altijd een bedrag toegekend van 200.000 frank.
De algemeen directeur van het gemeenschaps-o n d e r w i j s, die bevgemeenschaps-oegd is vgemeenschaps-ogemeenschaps-or de schgemeenschaps-olengrgemeenschaps-oep, beschikt over een de facto functiebeschrijving in het Bijzonder Decreet van 14 juli 1998. De alge-meen directeur is bevoegd voor de scholen-groep op het vlak van onderwijsorganisatie, h e t f i n a n c i ë l e, het infrastructurele en het perso-n e e l s b e l e i d . De fuperso-nctie die op eeperso-n aaperso-ntal vlak-ken hierbij nauw aanleunt, is de coördinerend directeur in het gesubsidieerd onderwijs (zeker in de gevallen waar er per scholengemeenschap één inrichtende macht is). Voor beide functies wordt een extra bedrag van 80.000 frank toege-kend.
De coördinerend directeur in het gemeen-schapsonderwijs (vooral door het bestaan van
algemeen directeur) en de algemeen directeur in het gesubsidieerd onderwijs hebben niet deze kwantiteit aan taken en bevoegdheden. D e r h a l-ve wordt hun enkel het basisbedrag van 200.000 frank toegekend.
2. De berekening van het nettobedrag van de bij-wedde loopt volledig parallel met de bereke-ning van het gewone salaris. Dit betekent dat deze bedragen ook in aanmerking komen voor de berekening van het vakantiegeld, de einde-j a a r s t o e l a g e, het wachtgeld bieinde-j TBS 55+, en dat er ook qua RSZ afhoudingen gebeuren zoals bij de berekening van het salaris van een vastbenoemd of tijdelijk personeelslid (RSZ : R i j k s -dienst voor Sociale Zekerheid – red.). Het is immers de bedoeling dat deze bedragen in de berekening van het pensioen (zie punt 3 hierna) worden opgenomen.
Uit het voorgaande blijkt dat de "toelage" die aan de algemeen directeur en aan de coördine-rend directeur zal worden toegekend, in werke-lijkheid als een "bijwedde" (vergelijkbaar met de bijwedde voor het bezit van bijzondere di-ploma's) moet worden beschouwd, en ook als dusdanig nu reeds wordt uitgekeerd.
Opdat dit ook in de decretale bepalingen tot ui-ting zou komen, is het logisch dat in het decreet "rechtspositie personeelsleden gemeenschaps-onderwijs" en in het decreet "rechtspositie per-soneelsleden gesubsidieerd onderwijs" het woord "toelage" wordt vervangen door het woord "bijwedde". Dit zal worden geregeld in het eerstvolgende verzameldecreet, n a m e l i j k het decreet betreffende het onderwijs XIII. 3. Wat de berekening van de pensioenen betreft,
kan ik de Vlaamse volksvertegenwoordiger meedelen dat ik op 30 januari 2001 aan de heer Frank Va n d e n b r o u c k e, minister van Sociale Zaken en Pensioenen, een brief heb g e r i c h t waarin uitvoerig wordt uiteengezet welke maat-regelen noodzakelijk zijn om de pensioenen te regelen van de personeelsleden die met de voormelde mandaten worden belast.
Aan de minister van Pensioenen werd inzonder-heid gevraagd te laten nagaan of :