• No results found

Informele verslaglegging KBG 2 MB GTS

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Informele verslaglegging KBG 2 MB GTS"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Informele verslaglegging KBG 2 MB GTS

Tijdens de klankbordgroep (=KBG) van 20 februari 2008 waren aanwezig:

Samuel Pronk NMa/DTe

Ariane Kruijtzer NMa/DTe Marleen Holtslag NMa/DTe Dorien Bennink NMa/DTe

Wilco de Vreeze NMa/juridische dienst Piet Broekharst Productschap Tuinbouw Rob van der valk LTO glaskracht

Erik Gottschal Gas Transport Services Dick Zelhorst Gas Transport Services Boudewijn Reniers VOEG

(2)

Geen opmerkingen

(3)

• Ephrin vraagt zich af hoe de gasbrief zich verhoudt tot de concept ministeriële regeling.

(4)

In hoeverre rust er op de DTe een plicht om de doelmatigheid van GTS vast te stellen door middel van een ‘internationale efficiëncybenchmark’?

Artikel 3 van de Verordening geeft aan dat de tarieven van GTS een afspiegeling zijn van de werkelijke kosten, voor zover deze overeenkomen met die van een efficiënte, structureel vergelijkbare netbeheerder. GTS stelt de vraag in hoeverre andere instrumenten om de doelmatigheid vast te stellen (zoals frontiershift, die wij nu gebruiken) in lijn zijn met dit uitgangspunt in de Verordening.

DTe stelt daarover het volgende:

De toevoeging “voor zover deze overeenkomen met die van een efficiënte, structureel vergelijkbare

netbeheerder” bedoelt aan te geven dat de te reguleren kosten wél doelmatig dienen te zijn. Zijn ze dat niet dan hoeft er niet volledig rekening gehouden te worden met de daadwerkelijk gemaakte kosten. Het is dus - mede gelet op het voorgaande - niet de bedoeling om met deze toevoeging aan te geven dat er per definitie een efficiency benchmark dient plaats te vinden. Er zijn verscheidene manieren waarop de doelmatigheid van de kosten kan worden vastgesteld. Gelet op de explanatory note is het aan de Regulator om daarvoor criteria op te stellen. Kortom: als we de doelmatigheid van GTS zouden willen betrekken in de regulering zijn wij niet automatisch gehouden om dat via een internationale vergelijking te doen.

• GTS uit haar verbazing over regulering in het algemeen en stelt dat zij feitelijk viervoudig wordt gereguleerd:

o Tarieven moeten een afspiegeling zijn van de werkelijke kosten; o Kosten moeten efficiënt zijn;

o DTe stelt een methodebesluit vast; o DTe stelt de tarieven vast.

Vraag 2: Is de DTe bevoegd tot het vaststellen van basishoeveelheden/rekenvolumina?

In de Gaswet ontbreekt een artikel waarin expliciet een bevoegdheidsgrondslag voor het vaststellen van rekenvolumina voor GTS wordt neergelegd. DTe kan dus geen afzonderlijk rekenvoluminabesluit nemen. Het CBb heeft in zijn uitspraak aangegeven dat de methode van regulering van GTS een normering moet bevatten die betrekking heeft op tarieven van de te onderscheiden diensten. De methode van regulering dient

dusdanig vormgegeven te worden dat er een duidelijk verband wordt geschetst tussen de toegestane inkomsten en de tarieven per taak.

Bij regionale netbeheerders en TenneT wordt dit verband gelegd door middel van o.a. de rekenvolumina. Ook bij GTS zou het werken met rekenvolumina kunnen leiden tot dit verband. Het begrip ‘methode van

regulering’ is een begrip dat door de DTe nader kan worden ingevuld. Indien de DTe kan motiveren waarom reguleren met behulp van rekenvolumina ook noodzakelijk zou zijn om voor GTS de benodigde relatie te leggen tussen de toegestane inkomsten en de diverse tarieven, is verdedigbaar dat de bevoegdheid tot het vaststellen van een methode ook inhoudt dat de DTe rekenvolumina kan vaststellen. De rekenvolumina zouden dan een onderdeel vormen van het methodebesluit.

• De KBG stelt dat rekenvolumina de volgende eigenschappen moeten hebben: o Uitvoerbaar;

o Objectief bepaalbaar; o Het doel dienen; o Controleerbaar.

(5)

• GTS zegt dat voor de eerst jaren na een investering de volumes goed voorspelbaar zijn, echter de betrouwbaarheid van de voorspellingen nemen af met de tijd.

• GasTerra vraagt wat EZ bedoelt in de concept MR met 7% rendement: ongeveer 7% of precies 7%. • Ephrin constateert dat de sector en GTS tegengestelde belangen hebben bij de bepaling van

rekenvolumina.

• GasTerra stelt dat als de 7% rendement voor investeringen uit de concept MR op deze waarde is vastgesteld doordat GTS risico loopt bij investeren, dan moeten rekenvolumina ook dusdanig worden vastgesteld dat GTS dit risico draagt. Een rendement zou namelijk gebaseerd moeten worden op het risico van een investering.

• GTS stelt dat er 2 soorten risico’s zijn:

1. risico dat GTS meer of minder contracten verkoopt dan geschat;

2. risico dat een na afloop van de contracten deze niet worden verlengd en de investering nog niet is terugverdiend.

Daarnaast is er een verschil tussen het rendement op een investering en het rendement dat GTS tijdens een reguleringsperiode kan/zal behalen. De levensduur van een activa is langer dan een reguleringsperiode.

Vraag 3: Ook met de huidige voorgestelde procedure wordt de termijn voor GTS zeer krap om tijdig een tariefvoorstel in te dienen. Zijn er mogelijkheden om hier soepel mee om te gaan?

Eerder vaststellen ontwerp MB is geen optie. Wat (theoretisch) een optie is zou kunnen zijn:

1. Zienswijzetermijn inkorten, waardoor definitief besluit eerder dan begin augustus 2008 kan worden vastgesteld;

2. GTS meer tijd gunnen om, na vaststellen MB begin augustus 2008, tarievenvoorstel in te dienen (minstens 1 maand tussen vaststellen MB en tarievenvoorstel).

Optie 1 niet wenselijk gegeven na te streven zorgvuldigheid procedure. Optie 2 lijkt meest voor de hand liggen, waarbij in uiterste geval vaststellen tarieven met terugwerkende kracht aan de orde zou kunnen zijn.

• Ephrin stelt dat de sector graag tarieven wil hebben op 1 oktober, dat is namelijk belangrijke informatie.

Vraag 4: Wat gaat de DTe doen met de regulering van de afgelopen jaren, nu de tekst/datum van de nieuwe MR bekend is?

De DTe is voornemens een methodebesluit te nemen voor de toekomstige periode. De DTe zal in principe geen methode voor de afgelopen periode voorbereiden. Regulering van de periode 2006-2008 zou overigens toch geen materieel effect kunnen hebben, omdat de DTe niet bevoegd is na te calculeren op dit punt. Wel heeft de DTe de mogelijkheid om het gegeven dat de afgelopen periode niet is gereguleerd, mee te laten wegen in bepaalde keuzes in het nieuwe methodebesluit (bv. hoogte x-factor en andere parameters). De DTe houdt er nog steeds rekening mee dat de MR niet, niet-tijdig of in gewijzigde vorm tot stand komt. In dat geval houdt de DTe de mogelijkheid om toch ook de afgelopen periode te reguleren.

• GasTerra stelt dat een MB ook een reguleringsperiode kan omvatten die begint in 2005. • GasTerra vraagt of een MB een verrekening kan bevatten die deels betrekking heeft op een jaar

buiten de reguleringsperiode. DTe zegt deze vraag in de volgende KBG te zullen beantwoorden.

(6)

Socialiseren betekent niet per definitie geen separaat methodebesluit meer. Het feit dat deze kosten uiteindelijk worden terugverdiend via het transporttarief betekent niet automatisch dat het (ook) niet meer voor de hand zou liggen om voor deze taak een separate methode van regulering vast te stellen. Bovendien lijkt het goed mogelijk om de kosten voor deze taak apart inzichtelijk te krijgen. Wel zal worden bekeken of het wenselijk blijft om een separaat methodebesluit vast te stellen in geval van socialiseren van deze kosten.

(7)

Geen opmerkingen

(8)

• GasTerra zegt dat ze de conclusie van het rapport wat betreft de bestemmingsmarkt en de markt van oorsprong deelt. GasTerra noemt dit TINA: There is no alternative. Over de transit markt zegt GasTerra het volgende: In theorie zou GTS kunnen concurreren, maar in praktijk komt dat niet zo veel voor. GasTerra vindt dat transitstromen hun eigen broek moeten ophouden en dat die stromen niet moeten worden bekostigd door binnenlandse consumenten.

• GTS is van mening dat:

o De verordening op meer toeziet dan P2PC;

o Het net in zijn geheel moet worden beschouwd, i.p.v. in stukken; o Brattle misschien bevooroordeeld is/was;

o Er alleen Amerikaanse methodologie wordt gebruikt, terwijl er ook Europese is; o Potentiële concurrentie niet op juiste wijze wordt meegenomen;

o Het rapport te kort door de bocht is m.b.t. “stranded assets”;

o De LRMC hoger zijn dan de huidige prijzen en dat de prijzen dus omhoog moeten; o DTe eerder de discussie met de sector had moeten aangaan;

o Ze het niet eens is met de disclaimer van het rapport;

o Dat het rapport te kort door de bocht is door te stellen dat shippers prijsverhogingen kunnen doorgeven aan hun klanten;

o De transitmarkt deel uitmaakt van de TTF.

• GasTerra stelt dat transitstromen geen deel uitmaken van het handelsverkeer.

• GTS reageert hierop door te zeggen dat zij gas niet kan identificeren, zij weet niet wat transitgas is. • Ephrin vraagt aan GTS welke conclusie van het rapport GTS niet deelt.

(9)
(10)
(11)
(12)

• GasTerra zegt dat zij graag tijdens een volgende KBG wat meer inhoudelijk over het MB zou willen spreken. Daarop kondigt DTe aan dat er na de 3de KBG bijeenkomst nog een bijeenkomst wordt ingepland waar het ontwerp MB inhoudelijk aan de orde komt.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Verantwoordelijkheid bestuur In het vernieuwde toezicht spreken we met het bestuur over zijn eindverantwoordelijkheid voor de kwaliteit en de continuïteit van het onderwijs op

Enexis merkt op dat de wijze waarop de puntschatting wordt gemaakt over verschillende reguleringsperiodes consistent dient

Within this heyday of the medium the research project Projecting knowledge focuses specifically on the transfer of scientific knowledge with the optical lantern by academics,

Wie in hokjes leert, gaaf in hokjes denken. Breng de verschillende onderwijsvormen tot bloei en pluk de beste als vrucht. Een ezel stoot zich enkel en alleen geen tweede maal aan

“Ook voor bedrijven en vereni- gingen lassen we een voor- verkoop in van 29 oktober tot 11 november.. Zij kunnen zich aan- melden

In het kader van de Warmste Week schen- ken ze de opbrengsten van de eetavond weg aan De Stappaert, een lokale vzw die zich inzet voor kansar- me jongeren en jonge al-

De Belgische wetgeving rond homohuwelijk, abortus en euthanasie is dus helemaal geen uiting van permissiviteit, maar kwam tot stand vanuit een moreel uitgangspunt: respect voor

Maar de arnhemsche neef had nog niet uitgesproken Hij zag Machteld met eerbiedige hoogachting aan, en terwijl hij van de bank opstond, plaatste hij zich naast haar stoel, terwijl