Bijlage 2
Beoordeling buistransport t.b.v. zandafvoer Beuningse Plas
Voor de afvoer van het zand uit de Beuningse Plas is buistransport een van de afvoermogelijkheden die in beeld gebracht is waarbij de volgende uitgangspunten gehanteerd zijn:
Het zand wordt afgevoerd richting het water. Van daaruit wordt het zand verder per schip afgevoerd naar de gebruikers;
Het zand wordt voor belading in het schip geklasseerd;
Na beoordeling is duidelijk geworden dat afvoer per buis geen bruikbaar alternatief is. Hieronder wordt verder beschreven waarom.
Buistransport niet mogelijk door:
1. Het per buis vervoerde ruwe materiaal wordt nat in het schip gebracht, waarbij het
transportwater over de reling van de beun van het schip zal weglopen. Dit water is vermengd met kleine (zand)deeltjes die direct (onder water) neerslaan langs het te laden schip. Dit is voor de beheerder van het water een ongewenste situatie. Vrij frequent moet het
neergeslagen zand worden opgezogen. Om dit te voorkomen is een technische voorziening noodzakelijk langs het kanaal om het te natte zand/grind te ontwateren. Het onttrokken water wel moet worden ontdaan van de fijne slib/zandfracties die na het ontwateren in het retourwater aanwezig is alvorens het water gereed is voor hergebruik. Elders is een
klasseerinstallatie (KSI) noodzakelijk om het ruwe materiaal te verwerken tot eindproduct.
2. Gereed (geklasseerd) product per buis vervoeren is niet mogelijk omdat er tijdens het buistransport een ontmenging van het gereed product zal ontstaan. Hierdoor is het opnieuw in een goede verhouding brengen aan het einde van het (buis)transport noodzakelijk. Dit betekend een klasseerinstallatie nabij de laadlocatie.
3. Het plaatsen van een KSI in nabijheid van de laadlocatie. Hiervoor komen twee locaties in aanmerking, een locatie in de uiterwaarden van de Waal of een locatie langs het Maas- Waalkanaal. Een KSI in de uiterwaarde is niet mogelijk vanwege het natura 2000 gebied maar ook omdat er een hoogwatervrij gebied gerealiseerd moet worden in het stroomgebied van de Waal. Voor de realisatie van een KSI langs het Maas-Waalkanaal is geen ruimte
beschikbaar.
Algemeen, nadelige consequenties
4. Bij de afvoer van het zand wordt een groot deel water gebruikt, soms is zelfs de verhouding van 60-70% water ten opzichte van zand/grind aanwezig. Dit water wordt onttrokken uit de Beuningse Plas. Om de waterstand in de plas niet onacceptabel te laten dalen zal er een suppletieleiding aangelegd moeten worden, om retourwater uit het kanaal weer in de Beuningse plas te brengen.
5. Het gebruik van een buizen systeem geeft door de aanwezigheid van zand/grind slijtage aan de binnenkant van de buiswand. Het zwaardere materiaal zal aan de onderzijde van de buizen méér slijtage geven dan aan de zijkanten-bovenkant van de buis. Hierdoor zal om de 3-5 maanden de buis moeten worden gedraaid om een evenredige buisslijtage te krijgen.
Door deze slijtage zal gedurende de doorlooptijd van ca 15 jaar het gehele buis tracé tenminste 2 maal moeten worden vervangen. Dit betekend dat er voortdurend
onderhoud/vervanging aan het gehele tracé zal plaatsvinden met de daarbij behorende kosten.
6. Het ruwe materiaal afvoeren richting de H1 locatie in Winssen. Buiten de grote afstand waarover het materiaal vervoerd wordt wil Boskalis dit materiaal zelf in de markt zetten.
Boskalis heeft langdurige contracten met afnemers.
7. De inpassing van de buizen in het landschap. Omdat de buizen bovengrond moeten liggen (i.v.m. draaien) en deze langs het hele tracé bereikbaar moet zijn is inpassing in het landschap geen makkelijke opgave. Om dit mogelijk te maken zullen wellicht forse investeringen voor inpassing noodzakelijk zijn.
Conclusie is dat deze afvoer wijze niet bruikbaar is uit zowel technisch als financieel oogpunt. Het is daarbij niet van belang of de afvoer naar het Maas- en Waalkanaal gaat of bijvoorbeeld naar een overslagpunt aan de Waal.