• No results found

vonnis rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen sectie familie- en jeugdrechtbank Kamer AF10 Uitgifte 17/ 17/ 16/5837/A

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "vonnis rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen sectie familie- en jeugdrechtbank Kamer AF10 Uitgifte 17/ 17/ 16/5837/A"

Copied!
6
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Repertoriumnummer

17/

Griffienummer

17/

Rolnummer

16/5837/A

Datum van uitspraak

3 januari 2017

Familiedossier nummer:

230101-16-03305

Niet aan te bieden aan de ontvanger

Uitgifte

Afgeleverd aan Afgeleverd aan

Referentie bestelling CD nummer RD nummer

bedrag: EUR datum:

Referentie bestelling CD nummer RD nummer

bedrag: EUR datum:

rechtbank van eerste aanleg Antwerpen, afdeling Antwerpen

sectie familie- en jeugdrechtbank

vonnis

Kamer AF10

Aangeboden op te ANTWERPEN

Niet te registreren De e.a. inspecteur

(2)

Inzake:

I.B.

zonder gekend beroep, Belg, geboren te Antwerpen op [datum], wonende te 2100 DEURNE (ANTWERPEN), [adres],

eisende partij,

-vertegenwoordigd ter zitting door Mr.[naam] te 2000 ANTWERPEN, [adres]

-in persoon aanwezig TEGEN:

T.B.

zonder gekend beroep, nationaliteit Turkije, geboren te [stad](Turkije) op [datum], laatstwonende te 2100 Deurne, [adres], aldaar ambtelijk geschrapt dd. 18/03/2016, hans zonder gekende woon- en of verblijfplaats in België of in het buitenland,

verwerende partij,

- niet verschijnend, noch iemand voor haar.

* * * * * 1. Procedure

De zaak werd aanhangig gemaakt bij deze rechtbank bij dagvaarding betekend op 4 november 2016.

De rechtbank heeft kennis genomen van het dossier van de rechtspleging waarin onder meer vervat :

 de gedinginleidende dagvaarding;

 de stukken van eisende partij.

Eisende partij werd laatst gehoord ter zitting van 6 december 2016. Verweerster verscheen niet ter zitting, noch iemand voor haar. Verstek werd gevorderd en verleend.

2. Situering en vorderingen

Partijen zijn gehuwd te [stad](Turkije) op [datum].

Uit het huwelijk werd één - nog minderjarig - kind geboren, met name : A.B., geboren op [datum] 2014.

(3)

Eisende partij vordert :

 de echtscheiding tussen partijen uit te spreken op grond van onherstelbare ontwrichting overeenkomstig artikel 229 § 3 van het Burgerlijk Wetboek,

 de aanstelling van notaris L.R. in het kader van de vereffening-verdeling,

 gedaagde te veroordelen tot de kosten van het geding Er werden tevens maatregelen gevorderd.

De vordering tot het bekomen van maatregelen maakt het voorwerp uit van een afzonderlijk vonnis, voorzien op dezelfde datum.

3. Bevoegdheid – toepasselijk recht

Mevrouw en het kind van partijen hadden als laatst gekende woonplaats [adres], 2100 Antwerpen, zijnde de laatste echtelijke woonplaats. Alleszins werd het kind niet met toestemming van de vader naar het buitenland gebracht.

Eisende partij is van Belgische nationaliteit en woont in België, verweerster is van Turkse nationaliteit en heeft geen gekende woonplaats.

Vermits de laatste gewone verblijfplaats van de echtgenoten zich in België bevindt alwaar eisende partij nog verblijft, is deze rechtbank overeenkomstig de Verordening (EU) nr.

2201/2003 (Brussel IIbis-Verordening) internationaal bevoegd om van het geding kennis te nemen.

Op basis van de voorliggende elementen of de verklaringen van eiser blijkt niet dat er bij een andere rechtbank een familiedossier werd geopend of vorderingen aanhangig gemaakt overeenkomstig artikel 572 bis van het Gerechtelijk Wetboek.

Overeenkomstig de artikelen 629 bis § 2 en 6 van het Gerechtelijk Wetboek is deze rechtbank territoriaal bevoegd gezien de laatst gekende woon- en verblijfplaats van het minderjarig kind is gelegen te 2100 Antwerpen.

Overeenkomstig art. 8 d) van de Verordening (EU) nr. 1259/2010 (Rome III Verordening) kan het Belgische recht worden toegepast.

4. Ontvankelijkheid

De vorderingen zijn regelmatig ingesteld en zijn ontvankelijk, waarover geen betwisting.

(4)

5. Beoordeling

de vordering tot echtscheiding

Volgens de voorgelegde stukken, meer bepaald het verslag van onderzoek van de reële hoofdverblijfplaats van 26 november 2015 en de getuigschriften van woonst blijkt dat partijen feitelijke gescheiden leven sedert 26 november 2015..

Gelet op de ononderbroken feitelijke scheiding van meer dan één jaar staat de onherstelbare ontwrichting vast.

De rechtbank stelt vast dat de voorwaarden om de echtscheiding uit te spreken op grond van artikel 229 §3 van het Burgerlijk Wetboek vervuld zijn. De vordering tot echtscheiding is derhalve gegrond.

Inzake echtscheiding kan geen voorlopige tenuitvoerlegging worden toegestaan (artikel 1399 van het Gerechtelijk Wetboek)

de vereffening en verdeling

Aangezien het huwelijk van partijen door de echtscheiding ontbonden wordt, is de vordering tot vereffening en verdeling gegrond.

In voorliggende zaak worden partijen bij toepassing van art. 806 Ger.W. verwezen naar de in het beschikkend gedeelte ambtshalve aangewezen notaris.

de gerechtskosten

Bij gebreke aan een overeenkomst tussen partijen met betrekking tot de kosten hetzij omstandigheden die een andersluidende beoordeling rechtvaardigen wordt overeenkomstig art. 1258 lid 2 van het Gerechtelijk Wetboek elke partij verwezen in de eigen kosten. Bij gebreke aan in het ongelijk gestelde partij – de echtscheiding wordt schuldloos uitgesproken - wordt geen rechtsplegingsvergoeding toegewezen.

(5)

6. Beslissing

De rechtspleging verliep in overeenstemming met de Wet van 15 juni 1935 op het gebruik van de taal in gerechtszaken,

Rechtsprekend bij verstek en in eerste aanleg, Verklaart de vorderingen ontvankelijk.

Verklaart de vorderingen gegrond als volgt :

SPREEKT DE ECHTSCHEIDING UIT tussen :

I.B.

zonder gekend beroep, Belg, geboren te Antwerpen op [datum], wonende te 2100 DEURNE (ANTWERPEN), [adres],

en

T.B.

zonder gekend beroep, nationaliteit Turkije, geboren te [stad](Turkije) op [datum] en wonende te , ambtelijk geschrapt,

Gehuwd te [stad](Turkije) op [datum]

Bij toepassing van artikel 229 § 3 van het Burgerlijk Wetboek

Beveelt dat, na voltrekking der echtscheiding, door het ambt van notaris L.R., met standplaats te 2018 Antwerpen, zal worden overgegaan tot de vereffening en verdeling van het gemeenschappelijk vermogen of de onverdeeldheden, bestaan hebbende tussen partijen als echtgenoten, en tot de vereffening der wederzijdse vergoedingen/rekeningen.

Legt de kosten van de vereffening en verdeling ten laste van de boedel.

De rechtbank wijst de partijen erop dat zij de mogelijkheid hebben om bij de opening van de werkzaamheden met de notaris-vereffenaar geheel of gedeeltelijk het tijdschema voor het verdere verloop van de gerechtelijke verdeling overeen te komen (artikel 1217 van het Gerechtelijk Wetboek). Indien geen akkoord wordt bereikt over een tijdschema, gelden de

(6)

termijnen voorzien in artikel 1218 van het Gerechtelijk Wetboek, behalve in het geval van afwijking, het akkoord van alle partijen en van de notaris-vereffenaar;

De rechtbank vestigt tevens de aandacht op artikel 1220 § 1 van het Gerechtelijk Wetboek, dat luidt als volgt :

“§1. Behoudens akkoord van alle partijen of ontdekking van nieuwe feiten of nieuwe stukken van overwegend belang houdt de notaris-vereffenaar geen rekening met aanspraken, opmerkingen en stukken die na het verstrijken van de met toepassing van artikel 1217 overeengekomen termijnen of de in artikel 1218, §1 en §2 bepaalde termijnen zijn aangebracht.”

Zegt voor recht dat inzake echtscheiding huidig vonnis niet uitvoerbaar bij voorraad is.

Zegt voor recht dat de vordering tot het bekomen van maatregelen het voorwerp van een afzonderlijk vonnis zal uitmaken, tevens voorzien op heden.

Zegt dat er wederzijds geen rechtsplegingsvergoedingen verschuldigd zijn en dat elke partij verder de eigen kosten van het geding dient te dragen, in hoofde van eisende partij begroot op 263,85 euro uit hoofde van dagvaardingskosten en in hoofde van verweerder begroot op (nihil).

Dit vonnis werd uitgesproken op drie januari tweeduizend zeventien in openbare zitting van de Kamer AF10, die samengesteld was uit:

, familierechter , griffier

, griffier , familierechter

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Meerdere beklaagden wijzen er op dat zij wel aanwezig waren bij de fight tegen Club Brugge (feiten voorzien onder tenlastelegging D.7), maar dat deze fight niet heeft

Alle feiten van de bewezen verklaarde tenlasteleggingen vermengen zich in hoofde van beklaagde als zijnde gepleegd met eenzelfde strafbaar opzet, zodat de rechtbank met toepassing

" Als verhuurder, als eventuele onderverhuurder of als persoon die een woning ter beschikking stelt, een woning of een specifieke woonvorm, als vermeld in artikel

bij inbreuk op artikel 6.1.1.1° van de Vlaamse Codex Rnimtelijke Ordening hetzij zonder voorafgaande stedenbouwkundige vergunning, het 2 ij in strijd met.de vergunning, hetzij

Eiseres verwijst ook naar het feit dat de arbeidsovereenkomst uiteindelijk niet werd beëindigd door de werkgever maar door eiseres zelf op basis van medische

Vanaf 1 januari 2021 worden deze feiten van tenlastelegging B strafbaar gesteld door de Vlaamse Codex Wonen als volgt: "Als verhuurder, als eventuele

de vordering tot echtscheiding op grond van artikel 229 §1 van het Burgerlijk Wetboek Overeenkomstig artikel 229, §1 van het Burgerlijk Wetboek kan de echtscheiding worden

mits naleving van een aantal voorwaarden (waaronder contactverbod met de slachtoffers) in voorlopige vrijheid gesteld. Enkele dagen later contacteert hij de politie en stelt