KWALITEITSONDERZOEK EDUCATIE
Luzac College Amersfoort Particuliere vavo-instelling voor mavo, havo en vwo.
Definitieve rapportage
Plaats: Amersfoort
BRIN-nummer: 30DG
HB-nummer: 3525058
Onderzoek uitgevoerd op: 11 december 2012 Conceptrapport verzonden op: 4 februari 2013 Rapport vastgesteld te Tilburg op: 13 mei 2013
Rapport Kwalititeitsonderzoek educatie 11-12-2012 – Luzac College VAVO Amersfoort pagina 2 van 14
Inhoudsopgave
1 Inleiding………... 5
2 Conclusie en vervolgtoezicht ... 7
2.1 Conclusie ... 7
3 Resultaten van de opleiding ... 8
Beoordeling indicatoren opleiding Luzac College Amersfoort ... 8
3.2 Beschouwing ... 9
Bijlage………. ... 13
Bijlage: Normeringen kwaliteitsgebieden ... 13
1 Inleiding
De Inspectie van het Onderwijs heeft op 11 december 2012 een onderzoek uitgevoerd op het Luzac College te Amersfoort, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdelingen en over de naleving van wet- en regelgeving.
Aanleiding
De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende.
De inspectie heeft voor Luzac College te Amersfoort, de afdelingen mavo, havo en vwo een risicoanalyse uitgevoerd. Uit de gegevens van de school blijkt dat voor de afdelingen havo en vwo in de jaren 2010-2011 en 2011-2012 positieve resultaten zijn gerealiseerd. In beide jaren voldeden de resultaten van de afdelingen mavo, havo en vwo aan de opbrengstennorm.
Op 20 maart 2012 heeft de inspectie op basis van het nieuwe waarderingskader 2012 met het bevoegd gezag besproken dat in 2012 en 2013 een bestandsopname plaatsvindt bij alle vestigingen en alle afdelingen. Daarbij zal de inspectie een onderzoek uitvoeren op alle kernindicatoren, ongeacht of er wel of geen tekortkomingen in de risicoanalyse zijn geconstateerd. In dit onderzoek wordt tevens nagegaan of de school aan enkele wettelijke voorschriften voldoet. De inspectie oordeelt in deze bestandsopname met de oordelen voldoende of onvoldoende. Bij het oordeel onvoldoende heeft de instelling één jaar na vaststelling van het definitieve inspectierapport de gelegenheid om de
tekortkomingen te herstellen. Aan de wettelijke vereisten moet worden voldaan volgens afspraak in dit rapport. Bij onvoldoende herstel volgt - op basis van nieuw onderzoek - een oordeel over een afdeling in termen van zwak of zeer zwak.
Toezichthistorie
Het Luzac College is opgericht in 1984. Op 31 augustus 2009 is door het Ministerie OCW een licentie afgegeven aan het Luzac College Amersfoort ex artikel 1.4a.1 van de Wet educatie en beroepsonderwijs (WEB).
Het inspectieonderzoek in november 2009, vooral gericht op opbrengsten en bevoegdheden, liet zien dat de afdelingen havo en vwo van de instelling voldeden aan de gestelde normen van het waarderingskader particuliere zelfstandige eindexameninstellingen (Staatscourant nr. 7 13 januari 2009).
Per 1 oktober 2012 zijn er 78 studenten ingeschreven onder wie 23 uitbestede leerlingen. In totaal hebben 84 leerlingen examen gedaan in 2012, onder wie 9 mavo-leerlingen.
Onderzoeksopzet
De inspectie heeft bij dit onderzoek indicatoren van de volgende aspecten
onderzocht: het onderwijsproces, de opbrengsten, de kwaliteitsborging en naleving wettelijke vereisten.
Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:
• Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de instelling die bij de inspectie aanwezig zijn.
• Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie- activiteiten van de school en van andere documenten die de instelling voorafgaand aan het instellingsbezoek heeft toegestuurd en tijdens het instellingsbezoek heeft overhandigd.
• Instellingsbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen.
Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met het management.
• Op uw instelling is verder een gesprek gevoerd met studenten en docenten en zorgfunctionarissen.
Aan het eind van het instellingsbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de directie van de instelling.
Toezichtkader
De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader BVE 2012 en het Addendum toezichtkader BVE 2012 voor NBO VAVO. Deze zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.
Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruik gemaakt van gegevens uit BRON, het informatiesysteem van het Ministerie van OCW, schooljaren 2009-2010, 2010-2011 en 2011-2012.
Opbouw rapport
In hoofdstuk 2 zijn het vervolgtoezicht en de oordelen uit het onderzoek naar de opbrengsten, onderwijskwaliteit, kwaliteitsborging en het voldoen aan de wettelijke vereisten weergegeven. Deze oordelen worden in hoofdstuk 3 uitgewerkt, waar nodig afzonderlijk voor de onderscheiden afdelingen. In paragraaf 3.1. zijn de oordelen in tabelvorm uitgewerkt naar aspect en indicator. In paragraaf 3.2. volgt een beschouwing, uitgewerkt naar de opbrengsten, het onderwijsproces en de kwaliteitsborging en de wettelijke vereisten. In de bijlage wordt tenslotte de normering voor de oordelen op de kwaliteitsgebieden weergegeven.
Rapport Kwalititeitsonderzoek educatie 11-12-2012 – Luzac College VAVO Amersfoort pagina 6 van 14
2 Conclusie en vervolgtoezicht
In dit hoofdstuk geven we aan welke conclusie we trekken uit het
kwaliteitsonderzoek van de onderwijssoorten mavo, havo en vwo en wat het vervolgtoezicht voor het Luzac College te Amersfoort inhoudt.
2.1 Conclusie
Het kwaliteitsonderzoek in 2012 bij het Luzac College te Amersfoort heeft geleid tot de volgende oordelen:
Kwaliteitsgebied Voldoende
mavo havo vwo
1. Onderwijsproces v v v
3. Opbrengsten v v v
4. Kwaliteitsborging v v v
5. Naleving wettelijke vereisten v v v
Het oordeel leidt niet tot intensivering van het vervolgtoezicht bij Luzac College Amersfoort. Alle drie de afdelingen voldoen aan de gestelde normen voor de opbrengsten, het onderwijsproces en de naleving wettelijke eisen.
3 Resultaten van de opleiding
In dit hoofdstuk vermelden we de oordelen over de kwaliteitsgebieden en geven we tevens een toelichting op deze oordelen. Voor de afdelingen mavo, havo en vwo komt de inspectie tot eenzelfde oordeel. Luzac College Amersfoort realiseert voor alle afdelingen voldoende opbrengsten met de opmerking dat voor de afdeling mavo er slechts een examenkandidaat was.
In paragraaf 2.1 is het oordeel per kwaliteitsgebied gegeven. In paragraaf 3.1 is het oordeel per indicator per aspect per kwaliteitsgebied weergegeven. In paragraaf 3.2 volgt een beschouwing.
3.1 Oordeel per aspect
Hieronder is het oordeel op de indicatoren, de aspecten per kwaliteitsgebied weergegeven.
Beoordeling indicatoren opleiding Luzac College Amersfoort
Gebied 1: Onderwijsproces Voldoende Onvoldoende
Aspecten Indicatoren
Programma
1.1 Samenhang 1.1.1 Inhoud v
1.1.2 Programmering v
1.2 Maatwerk 1.2.1 Differentiatie v
Leren in de onderwijsinstelling
1.3 Didactisch 1.3.1 Interactie v
handelen* 1.3.2 Ondersteuning en begeleiding van de leeractiviteiten
v
1.3.3 Feedback op de leeractiviteiten en de leerresultaten
v
1.4 Leertijd 1.4.1 Benutting v
1.4.2 Werkdruk v
1.5 Leeromgeving 1.5.1 Schoolklimaat v 1.5.2 Materiële voorzieningen v
Begeleiding 1.6 Intake & 1.6.1 Voorlichting v
plaatsing 1.6.2 Intake en plaatsing v 1.7 Studieloopbaan 1.7.1 Informatievoorziening v begeleiding* 1.7.2 Studieloopbaanbegeleiding v 1.8 Zorg 1.8.1 Eerste- en tweedelijnszorg v 1.8.2 Derdelijnszorg v
Gebied 3: Opbrengsten Voldoende Onvoldoende
Aspecten Indicatoren
3.1 Rendement* 3.1.1 Gemiddeld CE-cijfer mavo havo vwo
3.1.2 Verschil SE-CE mavo
havo vwo
Gebied 4: Kwaliteitsborging Voldoende Onvoldoende
Aspecten Indicatoren
4.1 Sturing * 4.1.1 Plannen v
4.1.2 Informatie v
4.1.3 Continuïteit v 4.2 Beoordeling * 4.2.1 Monitoring v
4.2.2 Evaluatie v
4.3 Verbeteringen 4.3.1 Verbeteraanpak v verankering * 4.3.2 Deskundigheidsbevorderin
g v
4.3.3 Verankering v
4.4 Dialoog en 4.4.1 Intern v
verantwoording 4.4.2 Extern v
Gebied 5: Naleving wettelijke vereisten Voldoet Voldoet niet
Aspecten Indicatoren
5.1 Naleving wettelijke vereisten
5.1.1 Naleving wettelijke
vereisten v
3.2 Beschouwing Algemeen
De afdelingen mavo, havo en vwo van Luzac College Amersfoort kenmerken zich door voldoende kwaliteit op alle onderzochte gebieden.
Het vestigingsteam heeft in de achterliggende jaren gewerkt aan verbeteringen van de kwaliteit van de schoolexamens.
Het bevoegd gezag stelt binnen haar onderwijsconcept hoge ambities aan de kwaliteit van het onderwijsproces en de opbrengsten. Daarom stuurt de directie ook op de aanwezigheid van bevoegde en bekwame leraren. De ontwikkeling in de kwaliteitsborging – die ‘Luzac breed’ wordt aangestuurd - heeft sterk bijgedragen aan een positieve ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs. Hierdoor is een verbeterslag gerealiseerd die onder andere tot uiting komt in de gemiddelde cijfers voor het centraal eindexamen. In alle afdelingen is zowel het driejaren- als
tweejarengemiddelde voldoende.
Hieronder lichten wij per gebied de belangrijkste bevindingen toe.
Onderwijsproces
De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijsproces als voldoende.
De instelling hanteert een onderwijsconcept waarbij in beginsel klassikaal en frontaal wordt lesgegeven in kleine groepen studenten. Tijdens de lesuren van 60 minuten verzorgt de leraar een klassikale uitleg of toelichting, waarna tijdens de verwerkingsfase van de opdrachten individuele begeleiding volgt. Extra
vakbegeleiding en -ondersteuning vindt plaats in steunlessen, in aanvulling op de lessentabel van gemiddeld 22 lesuren. Uitgebreidere verwerking van de leerstof vindt plaats tijdens de studie-uren.
Daarnaast heeft elke leerling een begeleid(st)er die minimaal elke twee weken met de leerling een gesprek voert over diens voortgang. Bij concrete hulpvragen wordt gekeken hoe de instelling zelf iets te bieden heeft (bijvoorbeeld extra steunlessen of hulplessen). Afhankelijk van de ondersteuningsbehoefte van de leerling blijkt de begeleiding bij enkele leerlingen intensiever en leidt soms tot meerdere contacten per week.
Het lesprogramma verloopt volgens de richtlijnen in de programma’s van toetsing en afsluiting. Elk examenvak heeft twee à drie lesuren per week. De bevordering van ‘actief burgerschap en sociale intergratie’ wordt meegenomen in het vak maatschappijleer of – wetenschappen.
Differentiatie in instructie en verwerking vindt regelmatig plaats in de vaklessen.
Daarnaast gebeurt dit ook in de steunlessen.
Met tussentoetsen, dagelijkse observaties en door tweewekelijkse besprekingen met de leerlingbegeleider geeft de school aan de leerling regelmatig feedback over diens leeractiviteiten en leervorderingen. De gegevens daarvan legt de
leerlingbegeleider eveneens vast in het geautomatiseerde leerlingvolgsysteem. Elke leraar is verplicht na elke les een verslag over bijvoorbeeld inzet, huiswerk en gedrag vast te leggen in het volgsysteem. Voor elke leerling wordt een actieplan gemaakt waarvan alle betrokkenen op de hoogte zijn. Zo nodig wordt dit actieplan bijgesteld gedurende het jaar. Uit de gesprekken met diverse geledingen is
duidelijk geworden dat de leerlingen worden aangeproken en gestimuleerd door het pedagogisch handelen van de leraren en leerlingbegeleiders.
Om tot een goede plaatsing van de leerling te komen in de juiste schoolsoort met de juiste doelstelling vindt een uitgebreid intakegesprek plaats door de
schoolleider. Indien nodig worden toetsen afgenomen. Voorop staat echter de mate waarin de leerling gemotiveerd is om de beoogde opleiding te voltooien; is die motivatie er niet, dan wordt de leerling niet aangenomen.
Bij inschrijving wordt de leerling de schoolgids ter hand gesteld, waarin ook staat welke gedragsregels de instelling hanteert en handhaaft. De leerlingen geven aan zich daarbij prettig te voelen. Zij melden dat er een goed leerklimaat is en dat zij de meeste tijd hard moeten werken. Er heerst een ontspannen sfeer op de school en de leerlingen voelen zich veilig.
Opbrengsten
In deze bestandsopname beoordeelt de inspectie de opbrengsten, afgemeten aan de prestaties van de leerlingen over de afgelopen twee jaar. De instelling realiseert over deze periode voldoende opbrengsten voor de afdelingen mavo, havo en vwo.
Gebruikelijk is dat de inspectie de kwaliteit van de opbrengsten beoordeelt over een periode van drie jaar. Dan zou het oordeel voldoende zijn alle afdelingen.
Omdat de opbrengstnormen pas twee jaar geleden zijn afgesproken geldt specifiek voor de bestandsopname in 2012-2013 dat de trend in de resultaten van 2010- 2011 en de voorlopige resultaten 2011-2012 het zwaarst in de beoordeling worden gewogen.
Onderstaande tabel laat zien dat Luzac College Amersfoort een positieve
ontwikkeling doormaakt zowel voor het verschil tussen het schoolexamen en het centraal eindexamen als voor het gemiddelde cijfer voor het centraal eindexamen.
Alle afdelingen hebben nu geringe discrepanties tussen de gemiddelde cijfers voor het schoolexamen (SE) en het centraal eindexamen (CE). Ook voldoen de
gemiddelde cijfers CE ruim aan de in 2012 geldende norm van 5,8.
Rapport Kwalititeitsonderzoek educatie 11-12-2012 – Luzac College VAVO Amersfoort pagina 10 van 14
Opbrengsten, examenresultaten 2009-2010, 2010-2011 en 2011-2012
2009-2010 2010-2011 2011-2012
mavo* havo vwo mavo* havo vwo mavo havo vwo Verschil
SE-CE 0,12 0,37 0,95 0,36 -0,08 0,30 0,12 -0,26 0,11 Gemiddeld
CE cijfer 6,55 6,05 5,48 6,2 6,45 6.06 6,45 6,6 6,24
De instelling heeft haar opbrengsten verbeterd ten opzichte van vorige jaren. Om de kwaliteit van de schoolexamens te borgen werken de Luzac Colleges met een centraal examenbureau en met landelijk opgestelde se-toetsen. Met name de invoering van n-termen bij de schoolexamens heeft hierbij effect gehad. Daarmee worden uitschieters in resultaten van schoolexamens gedempt. Ook de invoering van vastgestelde corrrectiemodellen komt de betrouwbaarheid ten goede.
Kwaliteitsborging
De kwaliteitsborging is voldoende.
De centrale directie van Luzac stelt in onderlinge afstemming met de vestigingen landelijk en per vestiging plannen op, voert verbeteracties uit en evalueert met diverse belanghebbenden de gerealiseerde kwaliteit. Visie, missie, uitgangspunten en uitwerking daarvan worden op centraal niveau bepaald en vastgelegd. De Luzac Colleges hebben een centraal schoolplan. Een belangrijk speerpunt in het centaal beleid van Luzac is de aansturing en begeleiding van leraren gericht op
bevoegdheid en bekwaamheid.
De centraal gemaakte afspraak houdt in dat de leiding van de vestiging de voortgang bewaakt van verschillende actiepunten en hierover maandelijks rapporteert aan de centrale directie. Het gebruik van Dashboardgegevens staat hierbij centraal. Per 1 augustus is een nieuwe rector benoemd in Amersfoort.
In het vestigingsplan is PDCA-cyclus duidelijk herkenbaar. Per speerpunt is een heldere analyse gemaakt van de voortgang in het voorgaande jaar en zijn beheers- en verbeterdoelen vastgelegd voor het komende schooljaar.
Speerpunten voor 2012-2013 zijn de pr op de onderwijsmarkt, de
examenresultaten, onderwijsaanbod en RTTI en de organisatie van staf, rapportage en communicatie. Een en ander is in een activiteitenmatrix opgenomen, waarin borging van kwaliteit duidelijk verankerd is
Het jaarverslag 2010-2011 is openbaar en start met een samenvatting van het centrale examenverslag en bevat de cijfers voor de betreffende vestiging. De focus van het jaarverslag ligt op de opbrengsten. De kwaliteit van het onderwijsproces en de kwaliteitsborging worden hierin niet in beeld gebracht.
De instelling monitort het onderwijsproces regelmatig met tevredenheidsonder- zoeken onder leerlingen en ouders. De vraagstelling gaat daarbij zowel over het onderwijsproces als over de resultaten. Geconstateerde tekorten of punten met een
‘lage’ beoordeling worden met de leraren besproken en kunnen consequenties hebben voor de aanstelling. Jaarlijks voert de rector met elke docent een functioneringsgesprek. Ook bespreekt de rector met de docent de verwachte resultaten van de leerlingen. De instelling streeft niet alleen naar honderd procent bevoegde docenten, maar wil ook dat de leraren hun bekwaamheid onderhouden.
Zo is er veel aandacht geweest voor differentiatie in toetsvragen (RTTI) en de goede Luzac-les.
Wettelijke vereisten
De opleiding voldoet aan de onderzochte wettelijke eisen.
Luzac College Amersfoort voldoet wel aan de onderzochte wettelijke eisen Dat betreft de volgende gebieden:
- meldplicht bij verzuim en voortijdig schoolverlaten en schorsing - wettelijke documenten
- bevoegd/bekwaam gegeven lessen
Het aantal bevoegd/bekwaam gegeven lessen de voldoet met 93 % aan de norm van 80% bevoegd te geven lessen. Het vestigingsbeleid is er op gericht dat on(der)bevoegde leraren in opleiding zijn. Alle docenten zijn bevoegd, of in opleiding.
Verder is afgesproken dat binnen zes weken in elk leerlingdossier van uitbestede leerlingen (16 en 17 jarigen in het vavo) argumenten voor deze uitbesteding worden vastgelegd. Het bevoegd gezag bericht de inspectie na deze periode of dat daadwerkelijk is gerealiseerd.
En tot slot is afgesproken dat Luzac binnen zes weken minimaal op haar eigen site duidelijk maakt dat VAVO op Luzac College en VO op Luzac Lyceum wordt gegeven en wat de verschillen (en overeenkomsten) daartussen zijn.
Rapport Kwalititeitsonderzoek educatie 11-12-2012 – Luzac College VAVO Amersfoort pagina 12 van 14
Bijlage
Bijlage: Normeringen kwaliteitsgebieden
De instelling scoort per instellingsoort een onvoldoende op de opbrengsten wanneer indicator 3.1.2 onvoldoende scoort volgens de vastgelegde systematiek van het gemiddelde cijfer over twee jaar (zie besluitvormingschema hieronder). Na een eerste oordeel onvoldoende krijgt de instelling een hersteltermijn van één instellingsjaar. Een melding ‘voornemen ontneming licentie’ aan de Minister OCW vindt plaats bij een tweede onvoldoende op indicator 3.1.2.
Normering:
Voor de normering van het onderwijsproces zijn 2 kernaspecten benoemd. (1.3:
Didactisch handelen en 1.7:Studieloopbaanbegeleiding in het voorgaande overzicht aangeduid met een asterisk).
Gebied 1 Onderwijsproces
Voldoende - Aan 6 van de 8 aspecten is voldaan - Aan beide kernaspecten is voldaan - Er wordt voor het grootste deel aan de
omschrijving van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen
Onvoldoende - Aan 1 of beide kernaspecten is niet voldaan - Aan 3, 4 of 5 aspecten is niet voldaan Gebied 3 Opbrengsten
De normindicatoren voor de beoordeling van de opbrengsten mavo, havo of vwo van een opleiding zijn:
• 3.1.1 De studenten van de opleiding behalen voor hun centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht.
• 3.1.2 Bij de opleiding zijn de verschillen tussen het cijfer voor het instellingexamen en het cijfer voor het centraal examen van een aanvaardbaar niveau.
De instelling scoort per instellingsoort een onvoldoende op de opbrengsten wanneer indicator 3.1.2 onvoldoende scoort volgens de vastgelegde systematiek van het gemiddelde cijfer over twee jaar.
Gebied 4 Kwaliteitsborging
Voldoende - Aan alle kernaspecten is voldaan
- Aan alle indicatoren van deze aspecten is voldaan - Er wordt voor het grootste deel van de omschrijving
van de portretten van deze indicatoren voldaan, waaronder de essentiële onderdelen
Onvoldoende - Aan twee aspecten is niet voldaan
Gebied 5 wettelijke vereisten
De opleiding voldoet niet aan de wettelijke bepalingen indien de inspectie vaststelt dat één van deze bepalingen niet wordt nageleefd. Bij sommige bepalingen vloeit de norm direct uit de wet voort. Voor enkele bepalingen zijn andere
operationaliseringen opgesteld.
Rapport Kwalititeitsonderzoek educatie 11-12-2012 – Luzac College VAVO Amersfoort pagina 14 van 14
