Door S2343134 Bastiaan de Wolde
Bankastraat 7a, 9715CA Groningen 0634585430
t.s.de.wolde@student.rug.nl
MA Middle-Eastern Studies
Begeleider vanuit Rijksuniversiteit Groningen: Prof. dr. W. J. van Bekkum
Begeleider vanuit VluchtelingenWerk Noord-Nederland: Tanneke van Dijk
Inhoud
Inleiding ... 2
VluchtelingenWerk Noord-Nederland ... 2
Leeruitkomsten ... 5
Opdoen praktische kennis ... 5
Vertrouwelijkheid ... 6
Communicatie vaardigheden ... 7
Organisatie vaardigheden... 8
Assertieve en proactieve vaardigheden ... 9
Teamwork ... 10
Evaluatie ... 11
Conclusie... 12
Bijlagen ... 14
Inleiding
Als onderdeel van mijn Master Midden-Oosten Studies heb ik gekozen voor een stage in plaats van een tutorial omdat ik nog niet wist welke richting ik op wilde gaan na mijn studies. Door middel van een stage hoopte ik meer inzicht te krijgen in mijn competenties en wat voor werk bij me past, maar ook hoe het is om volledige dagen aan het werk te zijn. Daarom heb ik
gesolliciteerd voor een stage als juridisch medewerker bij VluchtelingenWerk. Hierover heb ik eerst kort getwijfeld aangezien ik niet juridisch ben opgeleid. Toch heb ik na contact met Lisa Kunst, die dezelfde stage en studie heeft gedaan, ervoor gekozen te solliciteren. Na een
sollicitatiegesprek bleek ook dat een juridische achtergrond niet noodzakelijk was. Vervolgens ben ik aangenomen als stagiair op de afdeling Gezinshereniging voor drie volledige dagen van begin september 2019 tot eind januari 2020.
Dit stageverslag is als volgt opgebouwd. Ten eerste geef ik een korte omschrijving van VluchtelingenWerk als organisatie en leg ik kort uit wat mijn werkzaamheden waren op de afdeling Gezinshereniging van deze organisatie te Groningen. Daarna zal ik ingaan op mijn leerdoelen, hoe ik hieraan gewerkt heb en hoe ik ze heb bereikt. Hierbij zal ik proberen mijn keuzes te verantwoorden. Tot slot volgt er een evaluatie met een conclusie.
VluchtelingenWerk Noord-Nederland
VluchtelingenWerk is een non-profit organisatie gericht op de begeleiding van vluchtelingen in Nederland. Deze begeleiding begint bij de aanmelding van de vluchteling bij het
aanmeldcentrum in Ter Apel bij binnenkomst in Nederland. Ook kan men later nog voor allerlei zaken bij Vluchtelingenwerk langskomen waaronder juridische steun of hulp bij de Nederlandse taal, gezinshereniging of integratie. VluchtelingenWerk is een overkoepelende organisatie die is opgedeeld in vijf regio’s waarvan VluchtelingenWerk Noord-Nederland één is. Deze regio omvat Groningen, Friesland en Drenthe. Op onze afdeling hadden we alleen cliënten uit de provincie Groningen. De missie van VluchtelingenWerk is om “de belangen van vluchtelingen en asielzoekers in Nederland [te behartigen], vanaf het moment van binnenkomst tot en met de integratie in de Nederlandse samenleving”.1 Daarbij is hun visie: “vluchtelingen moeten meer
1
“Missie En Visie.” Wat Zijn De Missie En Visie Van VluchtelingenWerk Nederland?,
juridische en maatschappelijke veiligheid vinden en Nederland moet meer bijdragen aan het oplossen van grote vluchtelingencrises”.2
Mijn stagewerkzaamheden vielen binnen deze missie en visie. Bij Gezinshereniging hielp ik vluchtelingen voornamelijk bij het doen van de gezinsherenigingaanvragen. Het is uiteraard in het belang van de vluchteling om familieleden uit de gebieden te halen die ze zelf zijn ontvlucht. In plaats van Europa binnenkomen via illegale en vaak gevaarlijke routes, kunnen familieleden hier legaal heen komen via gezinshereniging. Hieronder zal ik kort uitleggen wat de procedure tot gezinshereniging is en wat mijn rol hierin is.
De aanvragen kunnen onderverdeeld worden in twee categorieën:
- Nareis, deze aanvraag is bedoeld voor partners en kinderen van meerderjarige vluchtelingen of ouders van minderjarige vluchtelingen;
- Verblijfsdoel ‘familie en gezin’ (ook wel 8 EVRM genoemd), deze aanvraag is bedoeld voor andere familieleden waaronder ook broertjes en zusjes. De aanvraag is gebaseerd op Artikel 8 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, wat men voorziet van het recht op een familieleven.
Om te bepalen welke aanvraag gedaan moet worden komen de cliënten bij ons op kantoor voor een intakegesprek om het proces te starten en te kijken welke aanvraag past bij hun aanvraag. Hierbij vertel ik hen wat de procedure is en welke documenten we van hen nodig hebben om de aanvraag aan te vullen. Het kan dat hieruit naar voren komt dat we hen niet kunnen helpen aangezien er een zeer geringe kans is dat de aanvragen door de IND worden goedgekeurd. In dit geval is het aan de cliënt om te beslissen of er een aanvraag gedaan wordt. Een aanvraag is namelijk niet altijd gratis; alleen de nareis-aanvragen zijn gratis. Daarnaast komen er vaak kosten bij omdat officiële documenten naar het Nederlands, Engels, Duits of Frans vertaald moeten worden via een officieel vertalingbureau. Echter, veel van de cliënten die ik heb gehad zijn zich ervan bewust dat niet alle aanvragen worden goedgekeurd maar zijn toch bereid om het te proberen. Juist om de kans zo klein mogelijk te maken dat een aanvraag wordt afgewezen schakelen vluchtelingen onze hulp in. Ik kan hen daarbij vertellen welke documenten er benodigd zijn om de identiteit van de familieleden en de familieband aan te tonen bij de IND. Daarnaast is het aan mij om bij elke aanvraag een begeleidende brief te sturen voor verdere
uitleg. Deze uitleg kan bijvoorbeeld betrekking hebben op de afwezigheid van documenten of een persoonlijke situatie of een persoonlijk verhaal waar door de IND rekening mee gehouden moet worden. Deze brief lever ik samen met de aanvraag en de officiële documenten in bij de IND en dan begint de beslistermijn van drie maanden. Echter, aangezien de IND veel aanvragen binnenkrijgt wordt naar mijn ervaring deze termijn altijd verlengd tot zes maanden.
In de meeste gevallen ontvangt de cliënt na halverwege de beslistermijn een
Herstelverzuimbrief (HV-brief) waarin om extra informatie of documenten wordt gevraagd. Het is dan aan mij om samen met de cliënt deze informatie te leveren of uit te leggen waarom het niet geleverd kan worden. Dit gebeurt wederom met een brief naar de IND die ik namens de cliënt schrijf. Meestal hebben wij hiervoor vier weken de tijd.
Tot slot krijgt de cliënt aan het einde van de beslistermijn een brief met een negatieve of een positieve beschikking. In het geval van een negatieve beschikking leg ik de brief uit en vertel ik waarom de aanvraag is afgewezen. Daarna verwijzen we de cliënt door naar een advocaat die dan een beroep indient tegen het besluit. Omdat de afdeling Gezinshereniging niet op juridisch gebied even goed zijn opgeleid als een advocaat stopt in dit geval onze rol in de aanvraag. Vanaf dat moment loopt de aanvraag en het beroep via de advocaat. Hierbij is het belangrijk om uit te leggen waarom VluchtelingenWerk niet langer kan helpen bij de aanvraag.
Bij een positieve beschikking leg ik aan de cliënt uit wat de vervolgstappen zijn die doorlopen moeten worden om de visa te bemachtigen. Hiervoor moeten er afspraken gemaakt worden bij de Nederlandse ambassades, meestal in Soedan, Ethiopië, of Libanon, waarbij ik wederom help met het invullen van de benodigde formulieren. De visa moeten binnen 90 dagen worden opgehaald bij de ambassades.
Wanneer de visa door de familieleden zijn opgehaald moeten ze binnen drie maanden naar Nederland reizen. De meeste vluchtelingen kunnen de vliegtickets echter niet (volledig) zelf betalen, waardoor ze met mijn hulp een aanvraag doen bij fondsen die hen kunnen helpen bij het aanschaffen van de tickets. Hiervoor schrijf ik een brief waarom de cliënt niet in staat is geweest om (meer) te sparen. Ook voeg ik bankafschriften en legitimatiebewijzen van de cliënten toe om de aanvraag compleet te maken. Deze aanvragen heb ik vele malen gedaan omdat het vaak voorkomt dat mensen niet goed hebben gespaard. Naar mijn ervaring komt dit vaker voor bij Eritreërs terwijl Syriërs vaker meer geld hebben gespaard. Ik was niet in staat om zelf de mensen te helpen bij het boeken van hun vliegtickets aangezien VluchtelingenWerk niet
verantwoordelijk wil zijn voor eventuele fouten. Hiervoor moesten de cliënten hulp vragen van familieleden, vrienden of maatschappelijke begeleiders van Humanitas. Voor de vliegtickets had ik regelmatig contact met de contactpersonen van de fondsen wanneer zij vragen hadden over de aanvragen en ook met de maatschappelijke begeleiders die hielpen bij het boeken. Kortom, als stagiair bij VluchtelingenWerk speel ik gedurende de aanvraag tot gezinshereniging een grote rol voor de cliënten waarbij ik in contact sta met andere betrokken instanties.
Leeruitkomsten
Voor het begin van de stage heb ik een stageplan opgesteld met daarin een aantal leeruitkomsten en te verwerven competenties. Deze zal ik hieronder uiteenzetten en behandelen in context van mijn werkzaamheden bij Gezinshereniging.
Opdoen praktische kennis
Aan het begin van mijn stage was het opdoen van praktische kennis en ervaring belangrijkste voor mij. Na mijn Bachelors en Master vond ik het belangrijk om te zien wat ik met mijn kennis en opleidingsniveau kon doen. Bij VluchtelingenWerk kon ik via mijn stage uitzoeken hoe het was om dagelijks hele dagen aanwezig te zijn, afspraken te hebben en nieuwe praktische kennis op te doen over andere onderwerpen dan die tijdens de studie worden behandeld. Hierbij heb ik gemerkt dat ik relatief makkelijk informatie tot me neem als ik het een keer meegemaakt heb ten opzichte van informatie tot me nemen door te lezen. Vooral op juridisch gebied heb ik veel geleerd door onderwerpen te bespreken en te zien wat er op mijn pad kwam tijdens de afspraken. Ook al ben ik niet juridisch geschoold was dit redelijk makkelijk voor me omdat ik via Midden-Oosten Studies in aanraking ben gekomen met onderwerpen zoals de oorlogssituatie in Syrië, de situatie rondom Palestina en de vluchtelingenproblemen rond de Middellandse zee. Ook via American Studies en mijn Midden-Oosten Studies scripties had ik theoretische kennis over migratie. Via mijn cliënten kwam ik er achter wat deze situaties voor praktische implicaties hadden voor vluchtelingen en hoe deze mensen in Nederland worden opgevangen wanneer ze in Nederland aankomen. Daardoor kreeg de theorie een praktische dimensie die dichterbij huis staat dan een verre oorlog.
Daarnaast stelde de stage me in staat om in contact te komen met externe partijen zoals advocaten, sociale begeleiders, fondsen, pleegzorgorganisaties evenals overheidsinstellingen
zoals de Nederlandse ambassades en de IND en internationale organisaties zoals het IOM. Hierdoor heb ik een beter beeld gekregen van de partijen die betrokken zijn bij de hulp aan vluchtelingen.
Vertrouwelijkheid
De omgang met vertrouwelijke informatie was één van de leerdoelen van deze stage. Ook binnen de organisatie is vertrouwelijkheid een belangrijk punt en daarom moest ik een
geheimhoudingsverklaring tekenen zodra ik aan mijn stage begon. Aangezien ik bijna dagelijks afspraken heb met cliënten en hierbij veel persoonlijk informatie en documenten besproken worden is het van belang dat er op een goede manier met deze informatie omgegaan wordt. In het verleden had ik al eerder met geheimhouding te maken gekregen via mijn vrijwilligerswerk. Daarom was het voor mij niet een nieuw concept. Daarnaast merkte ik ook dat geheimhouding me hielp bij het scheiden van werk en privé. Door de geheimhouding was ik minder geneigd mijn ervaringen op de stage thuis te delen en daardoor nam ik de moeilijkheden die op mijn stage voorkwamen, zoals problemen tijdens de procedure of verhalen van de cliënten, niet mee naar huis.
Voorbeelden van persoonlijke documenten waarmee ik dagelijks in aanraking kom zijn officiële documenten die de identiteit van iemand aantonen, zoals paspoorten, identiteitskaarten, doopaktes of geboorteaktes. Verder zijn er officiële documenten die we nodig hebben die de familieband tussen de referent in Nederland en de nareizigers kunnen aantonen. Hierbij kan gedacht worden aan (religieuze) huwelijksaktes, familieboekjes of familie-uittreksels. Echter, de IND neemt niet alleen genoegen met officiële documenten maar wil ook weten hoe de
familieband in stand is gehouden gedurende de periode dat de vluchteling gescheiden is geweest van zijn/haar familie. Dit betekent dat ik regelmatig moet vragen hoe de relatie was voor de vluchteling naar Nederland kwam en hoe het tot op heden stand houdt. Zeker in het geval van liefdesrelaties is kan dit zorgen voor ongemakkelijke vragen over de inhoud en invulling van de relatie gezien dit doorgaans erg privé is. Tot slot bekijk ik regelmatig de bankafschriften van cliënten wanneer de cliënt zelf niet in staat is om te betalen voor zijn vliegtickets en fondsen aangesproken moeten worden via VluchtelingenWerk. Voordat wij een aanvraag doen namens de cliënt bekijken we eerst of een cliënt in staat was om zelf geld te sparen. Hiervoor controleren wij de afschriften van de afgelopen twee maanden om in te zien of er geen onnodige uitgaven zijn gedaan. Op basis hiervan besluiten wij om een aanvraag in te dienen of niet. Gezien de aard
van deze informatie en documenten is de geheimhouding hierover voor mij vanaf het begin vanzelfsprekend geweest.
Dat VluchtelingenWerk geheimhouding hoog in het vaandel heeft staan betekent niet dat vluchtelingen ook direct alles vertellen. Sommige informatie wordt door cliënten gezien als zodanig privé dat ze het liever niet willen delen. Dit kan zijn omdat het pijnlijk is voor hen om te delen of omdat het niet in hun cultuur zit om dit met een vreemde te delen, ook al kan het van belang zijn voor de gezinshereniging. Zo heb ik bij één cliënt eerst een tijd moeten werken aan het vertrouwen in de geheimhoudingsplicht van VluchtelingenWerk voordat hij zijn verhaal wilde doen. Dit verhaal had hij nog nooit aan iemand verteld omdat hij niet wilde vertellen wat de rol van een ouder was binnen een terroristische groepering. Toch was deze informatie voor mij van belang omdat het na dat verhaal duidelijk was dat ik hem niet verder kon helpen en dat hij eerst de hulp van een advocaat in moest schakelen. Hieruit heb ik geleerd dat er een gevoel van vertrouwelijkheid en geheimhouding moet bestaan bij de vluchteling voordat we goed kunnen helpen. Zonder dit gevoel zullen we nooit optimaal in staat zijn om de vluchtelingen te helpen.
Communicatie vaardigheden
Om de aanvragen correct en volledig te kunnen inleveren heb ik de juiste documenten en informatie nodig. Daarbij heb ik gemerkt dat het belangrijk is om gerichte vragen te stellen ter verduidelijking van de verhalen van de cliënten over de familieband. De IND gaat op zoek naar redenen om de aanvragen af te wijzen op basis van tegenstrijdige informatie of gaten in verhalen en daarom is het belangrijk deze al bij onze gesprekken eruit te halen. De voorbereiding van een gesprek is hiermee van groot belang want hierbij kan je alvast vragen opschrijven voor de missende informatie. Deze kan ik dan tijdens het gesprek gericht stellen. Meestal zijn dit gesloten vragen omdat je op zoek bent naar specifieke informatie. Echter, een combinatie van gesloten en open vragen heeft voor mij het meeste nut tijdens de gesprekken. Door open vragen te stellen vertellen cliënten soms meer informatie waarvan we geen besef hadden. Op basis van deze informatie kan het de aanvraag sterker maken of juist verzwakken. De combinatie van open en gesloten vragen is wel een van de belangrijkere lessen die ik heb geleerd bij
VluchtelingenWerk. Het verbetert mijn onderzoekende competenties en het heeft me beter gemaakt in gespreksvoering.
Echter, gespreksvoering is niet altijd even simpel met de cliënten. Een belangrijke oorzaak hiervan is dat veel van de cliënten niet goed genoeg Nederlands kunnen om ons te voorzien met de benodigde informatie. Daarom schakel ik regelmatig de tolkentelefoon in, die dan een tolk voor me regelen. Vaak gaat het hierbij om Tigrinia voor de Eritreërs en Arabisch voor de Syriër. Hierbij heb ik gemerkt dat de tolkentelefoon in mijn voordeel werkt maar ook in mijn nadeel. Het voordeel is dat het de communicatie met de cliënt vergemakkelijkt en dat ik meer informatie van hen krijg. Ook kan ik makkelijker aangeven welke documenten ik van hen nog nodig heb. Toch is de communicatie met de tolk niet altijd even makkelijk aangezien deze soms sneller wil vertalen dan dat ik klaar ben met wat ik wil vertellen. Daardoor loopt het gesprek niet altijd even soepel. De tolken verschillen hierin, waardoor de communicatie via de ene tolk beter verloopt dan via een andere. Gelukkig is een medestagiair van me van Syrische afkomst waardoor hij vaak als tolk kon fungeren. Om deze reden plande ik de Syrische cliënten vaak op een dag dat hij ook aanwezig was waardoor de communicatie makkelijker verliep dan via de telefoon. Het werken met via een tolk was nieuw voor me maar is wel een goede les geweest in communicatie maar ook een les in geduld.
Organisatie vaardigheden
Bij VluchtelingenWerk wordt er gebruik gemaakt van het online dossiersysteem, genaamd VVS. Het dossier van elke cliënt is hierin te vinden door middel van het V-nummer, een nummer dat elke vluchteling in Nederland krijgt bij binnenkomst. Dit systeem wordt gebruikt door alle medewerkers van VluchtelingenWerk in Nederland en staat daarom centraal in de organisatie. Binnen het dossier van cliënten worden belangrijke documenten toegevoegd en notities gemaakt die collega’s terug kunnen lezen om zo de huidige stand van zaken snel te kunnen zien.
In het begin was het even wennen om dit systeem te gebruiken en is het zoeken waar de benodigde informatie te vinden is. Ook is het makkelijk is om te vergeten hieraan informatie en documenten toe te voegen op drukke dagen. Desalniettemin kan het zijn dat collega’s informatie missen en dubbel werk gedaan wordt indien het dossier niet goed wordt bijgehouden. Daarom heb ik na mijn eerste maand besloten voor mijzelf om aan het einde van elke dag, rond vier uur, VVS bij te werken met de updates van die dag zodat ik het dossier in ieder geval op orde kon houden. Dit werkte niet vlekkeloos aangezien ik soms druk bezig was met afspraken tot vijf uur maar over het algemeen werkte dit systeem voor mijn. Vaak voegde ik dan op een andere dag alsnog een notitie toe aan het dossier indien ik het was vergeten.
Van mijn teamleider en stagebegeleider Tanneke van Dijk kreeg ik de vrijheid om zelf te bepalen hoe ik mijn dossiers wilde bijhouden naast VVS. Ze gaf me de ruimte om te kiezen voor een methode die voor mij werkte zodat de kans dat ik een belangrijke deadline zou missen zo klein mogelijk zou worden. Om te voorkomen dat dit gebeurde ben ik al vrij snel begonnen met het bijhouden van papieren dossiers toen ik merkte dat er alsnog veel papieren gebruikt worden waarvan het me niet praktisch leek om ze weg te gooien nadat een scan ervan was toegevoegd aan VVS. De papieren stop ik in rode mappen met daarop de naam en het V-nummer van de cliënten. Hierdoor kan ik in één oogopslag zien van wie het dossier is en dan scheid ik de
dossiers waarmee ik bezig moet op een dag van de andere dossiers. Met post-it notes, die geplakt konden worden op de mappen, kan ik aangeven wat er nog moest gebeuren. Ik merkte dat ik deze stickers vaak niet nodig had omdat ik in mijn hoofd genoeg overzicht had van het werk dat ik nog moest verrichten. De gescheiden stapels dossiers maakte voor mij duidelijk wat de werkdruk van die dag was en kon ik ze één voor één afwerken wat mij overzicht gaf op een dag. Wanneer een gezin wordt herenigd en de rol van onze afdeling eindigt, dan stop ik de dossiers in een blauwe map indien ze later nog nodig zijn.
Kortom, door mijn systeem van papieren dossiers ter aanvulling van het online dossier VVS had ik al snel een routine ontwikkeld voor het begin en het einde van mijn stagedag. Mijn collega’s zijn ook op de hoogte van waar mijn dossiers zich bevinden waardoor ze er altijd toegang tot hebben indien nodig. Regelmatig staan cliënten zonder afspraak bij ons kantoor en dan is het handig als iedereen bij de dossiers kan. Wanneer ik VluchtelingenWerk zal verlaten kan ik mijn papieren dossiers makkelijk overdragen aan mijn opvolgers en zo zal hopelijk niets verloren gaan.
Assertieve en proactieve vaardigheden
Naast mijn gewone, dagelijkse werkzaamheden heb ik geprobeerd zo veel mogelijk andere werkzaamheden te verrichten. Ik heb gemerkt dat ik gedurende een werkdag graag bezig blijf, zowel om aan het einde met een gevoel van voldoening naar huis te gaan als ook om de tijd sneller te laten gaan. Daarom heb me naast mijn werkzaamheden bezig gehouden met het
ontwerpen van een doorstroomschema waarop het hele proces van de aanvragen te zien is. Zoals te lezen is bij mijn werkzaamheden zijn we gebonden aan de deadlines die de IND stelt en daarom is het belangrijk om deze niet te missen. Op dit schema zijn de deadlines te zien waar we ons aan moeten houden en dit schema hangt nu dagelijks bij ons op het kantoor. Zo kunnen alle
collega’s zien hoe het staat met de aanvragen van de cliënten van onze afdeling. Met behulp van kleuren is er in één opslag te zien welke dossiers aandacht behoeven. Ook geven de kleuren aan bij welke aanvragen we slechts hoeven te wachten op een reactie van de IND en wat hiervoor de deadline is. Dit schema is na het eerste teamoverleg in november in gebruik genomen en wordt door alle medewerkers van onze afdeling bijgewerkt.
In de bijlage is een deel van het stroomschema te vinden. Echter, vanwege de
geheimhouding heb ik alle persoonlijke informatie, zoals namen van cliënten en medewerkers en de V-nummers verwijderd. Blauw geeft aan dat wij bij VluchtelingenWerk bezig zijn met deze stap, rood is een negatieve beschikking, groen is een positieve beschikking, geel is een
beslistermijn waarop we moeten wachten. Data in rood zijn komende deadlines terwijl zwarte data deadlines zijn die zijn geweest. Niet alle data is ingevuld omdat sommige informatie niet bij ons bekend is.
Daarnaast heb ik me bezig gehouden met het verzamelen van cijfers van de percentages Syriërs en Eritreërs in de gemeentes van Groningen, Friesland en Drenthe. Deze waren nodig om gemeentes in te lichten over de komende stroom aan aanvragen voor verlengingen van
verblijfsvergunningen. Veel vergunningen zijn rond 2015 afgegeven en met een geldigheid van vijf jaar betekent dit dat er komend jaar veel vergunningen vernieuwd zullen worden.
VluchtelingenWerk probeert gemeentes hierbij te helpen en daarom heb ik de cijfers over de taakstellingen per gemeente verzameld bij het CBS. In de taakstellingen staat hoeveel vluchtelingen elke gemeente op moet nemen en deze hoeveelheden zijn afhankelijk van de grootte van de gemeente.
Door deze klussen op te pakken naast mijn gewone werkzaamheden heb ik initiatief getoond en geprobeerd om proactief bezig te zijn. Ook zag ik hierin de uitdaging om mijn werkdruk te verhogen en mezelf hierdoor uit te dagen.
Teamwork
Aan het begin van mijn stage wist ik dat ik zou werken binnen een team van stagiairs en vrijwilligers op de afdeling Gezinshereniging. Echter, ik wist niet in welke mate ik met de anderen zou samenwerken. Gedurende mijn stage werd het duidelijk dat iedereen zijn eigen cliënten heeft maar dat het vaak voorkomt dat ik ook in aanraking kom met de cliënten van mijn collega’s. Hierdoor ben je redelijk op de hoogte waar de ander mee bezig is. Dit heb ik als zeer aangenaam ervaren omdat ik zo constant nieuwe dingen leerde uit de ervaringen van anderen.
Ook verschillen de aanvragen, waarbij sommige meer routine zijn terwijl andere veel
ingewikkelder in elkaar zitten. Doordat ik redelijk op de hoogte ben van de cliënten van collega’s is er een open sfeer waarin ik me op mijn gemak voel om vragen te stellen en mijn twijfels over aanvragen te delen.
Deze sfeer wordt ondermeer gecreëerd door de teamleider van onze afdeling, mevrouw van Dijk. Bij haar konden we altijd met onze vragen terecht en ze legde alles rustig en uitgebreid uit waardoor ik constant blijf leren, zelfs aan nu het einde van mijn stage. Bij het teamoverleg dat we regelmatig hebben wordt de ruimte gemaakt om dossiers, problemen en ervaringen te
bespreken. Daarom denk ik dat het teamwork binnen deze organisatie vanzelf ging. De informele sfeer die er op de afdeling heerst stelde me op mijn gemak en gaf het gevoel dat het goed was om vragen te stellen zonder ik hierop afgerekend word. Ik heb gemerkt dat dit voor mij van groot belang is om goed te kunnen functioneren en leren binnen een team. Daarom ben ik blij dat ik met deze stage heb kunnen ervaren hoe het is om voor langere tijd samen te werken binnen een team met eigen cliënten en dossiers in een informele maar gemotiveerde sfeer.
Evaluatie
Via mijn werkzaamheden heb ik me de laatste paar maanden ingezet door cliënten te helpen met hun wens om hun gezin hier in Nederland te verenigen. Met mijn motivatie en toewijding heb ik VluchtelingenWerk kunnen helpen met het voortzetten van hun missie en visie. Daarnaast heb ik geprobeerd een goede sfeer te creëren en deze te onderhouden met mijn collega’s. Uit mijn evaluatiegesprek met mijn stagebegeleider Tanneke van Dijk is ook naar voren gekomen dat ze zeer tevreden was met mijn werk en mijn inzet. De kennis die ik via mijn studies heb opgedaan diende als een mooie achtergrond voor mijn werkzaamheden zoals ik hierboven al heb uitgelegd. Ook kwam af en toe mijn kennis van het Arabisch van pas, vooral bij het lezen van officiële documenten of het vertalen van adressen in het Arabisch schrift naar het Latijnse schrift. Zoals hierboven ook te lezen is ben ik tevreden over hoe ik mijn leerdoelen heb bereikt. Ik heb mezelf kunnen ontwikkelen en heb praktische ervaring opgedaan. Tot slot heb ik veel gehad aan mijn schrijfvaardigheid vanuit de studie. Aangezien ik regelmatig brieven moest schrijven naar verschillende instanties uit naam van de cliënt of VluchtelingenWerk was het belangrijk dat dit goed gedaan werd. Door de grote hoeveelheid die we hebben moeten schrijven op de universiteit had ik voldoende zelfvertrouwen in zowel mijn Nederlandse als Engelse schrijfvaardigheden.
Over het algemeen was de begeleiding tijdens mijn stage zeer goed. Voor vragen kon ik altijd bij de stagebegeleider terecht. Ook voor onzekerheden en twijfels met betrekking tot mijn werk of gespreksvoering kon ik altijd bij haar terecht waardoor ik ook regelmatig feedback op mijn werk kreeg. Gedurende mijn stage heb ik halverwege voortgangsgesprek gehad en aan het eind een eindgesprek voor de stage. Doordat ik continue om feedback kon vragen en ik nauw contact had met mijn stagebegeleider had ik niet behoefte aan meer tussentijdse gesprekken. Op deze manier voelde de begeleiding natuurlijker en minder gedwongen wat voor mij heel
aangenaam was.
Echter, wat ik ook aangegeven heb tijdens de twee gesprekken met mijn stagebegeleider is dat ik graag meer ingewerkt had willen worden in de eerste periode. Gedurende de eerste week heb ik bij wat gesprekken meegekeken om me te introduceren tot de soort gesprekken die ik later zou voeren. Bij aanvang ging ik er vanuit dat mijn inwerkperiode ongeveer een maand zou duren. Mijn inwerkperiode daarentegen was korter dan verwacht. Dit kwam doordat de stagiairs die er al een tijd werkten gestopt waren of omdat zij op andere dagen werkte dan ik. Achteraf was het geen probleem en was het goed aangezien ik daardoor in het diepe werd gegooid en snel zelf aan de slag moest. Dit heeft gezorgd voor zelfstandigheid in mijn werk. Toch blijf ik na mijn stage nog een paar weken werken om de nieuwe stagiairs in te werken zodat zij iets meer
begeleiding hebben tijdens hun eerste weken.
Niet alleen kreeg ik begeleiding van mijn stagebegeleider maar als onderdeel van mijn introductieperiode had ik in oktober een basiscursus die wordt aangeboden aan alle
medewerkers, stagiairs en vrijwilligers van VluchtelingenWerk. Zo zijn er binnen de organisatie altijd mogelijkheden om je door middel van deze cursussen te ontwikkelen. Tijdens deze cursus wordt de rol van VluchtelingenWerk behandeld, evenals de asielprocedure die vluchtelingen moeten doorlopen wanneer ze aankomen in Nederland. Hoewel mijn introductieperiode niet was zoals ik aanvankelijk had verwacht liet deze cursus me wel inzien dat ik zeer goede begeleiding kreeg en al veel geleerd had in mijn eerste maand.
Conclusie
Mijn conclusie is dat ik blij ben dat ik een stage heb gedaan bij VluchtelingenWerk. Ik heb me op mijn gemak gevoeld binnen de organisatie en ik haalde voldoening uit het werk. De
me goed voelde op mijn stageplek. De stage heeft me beter inzicht gegeven in wat ik later wil doen namelijk dat ik graag verder zou gaan binnen deze sector. Na de stage heb ik het gevoel dat de informele sfeer beter bij mij past dan een sterk hiërarchische structuur en ik zal dan in de toekomst ook werk proberen te zoeken wat gerelateerd is aan het werk wat ik op mijn stage heb gedaan. Ook heeft het me laten inzien dat ik het belangrijk vind om voldoening te halen uit mijn werk.
Daarnaast zijn mijn empathisch vermogen en zelfvertrouwen gegroeid. Vooral het
zelfvertrouwen in mijn werkzaamheden en professionele capaciteiten zal ik meenemen naar mijn toekomstige werkzaamheden en banen. Een kracht van me is dat ik begaan ben met de cliënten en de organisatie en daardoor zet ik me in voor mijn werk, zowel omdat ik dat belangrijk vind als omdat het me dan blijft uitdagen en ik dingen blijf leren. Verder kreeg ik de feedback dat ik gefocust ben tijdens het werk en een duidelijke organisatie heb die voor mij werkt. Ook kan ik goed werken onder druk doordat ik het overzicht over mijn werk kan houden. Toch heb ik ook gemerkt dat ik streng voor mezelf kan zijn in mijn werk. Ik wil het zo goed mogelijk doen en zoveel mogelijk leren. Hierin ben ik strenger in mijn werk dan tijdens de studie omdat er in mijn werk mensen van mij afhankelijk zijn terwijl mijn studie vooral consequenties heeft voor mijzelf. De drang het zo goed mogelijk te doen komt dan ook voort uit de motivatie om de mensen om me heen niet teleur te stellen. Ik denk dat dit een goed inzicht is wat ik gekregen heb van de stage en waar ik me in de toekomst meer bewust van zal zijn.
Vanwege alles wat ik geleerd heb op deze stage en de inzichten die ik heb gekregen over mijzelf zou ik andere studenten van Midden-Oosten Studies deze stage aanraden. Het laat zien waar we mee bezig kunnen binnen Nederland maar alsnog verbonden te zijn met de regio van onze studie. Ook laat het zien dat er vele mogelijkheden binnen Nederland voor stageplekken voor studenten Midden-Oosten Studies.
