Vraag nr. 43
van 6 december 2000
van de heer DIRK DE COCK
Van Der Eecken Zele – Sanering bedrijfsterreinen In haar antwoord op mijn schriftelijke vraag nr. 8 van 27 oktober 2000 antwoordde de minister dat e r, wat de Zeelse spinnerij NV Van Der Eecken be-t r e f be-t , verscheidene resulbe-tabe-ten van bodemonderzoe-ken aanwezig zijn bij de Openbare A f v a l s t o f f e n-maatschappij voor het Vlaams Gewest (OVA M ) . "Er werden reeds in 1996 en in 1999 oriënterende bodemonderzoeken uitgevoerd. In 1999 werd eveneens een beschrijvend bodemonderzoek opge-s t a r t , dat intuopge-sopge-sen nog niet conform kon worden v e r k l a a r d . Vooral de grondwaterverontreiniging met gechloreerde solventen werd nog niet afge-perkt," (Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 6 van 19 januari 2001, blz. 815 – red.).
Vermits men na het oriënterende bodemonderzoek is overgegaan tot een beschrijvend onderzoek, k a n daaruit worden afgeleid dat er wel degelijk sprake is van bodemverontreiniging. Dit bepaalt immers artikel 38 van het bodemsaneringsdecreet.
In dit decreet staat vermeld dat OVAM verplicht is binnen de bepaalde termijnen advies te geven aan de bevoegde overheid over de mogelijke ernst van de verontreiniging en over de mogelijke kostprijs van de sanering.
1. Wat zijn de resultaten van deze verschillende bodemonderzoeken die aanwezig zijn bij OVAM ? Wat voor de oriënterende bodemon-derzoeken van 1996 en 1999 ? En wat met het beschrijvende bodemonderzoek van 1999 ? Wat is het advies van OVAM ?
2. Op 12 september jongstleden adviseerde de OVAM positief, zodat NV Van Der Eecken een beroep kon doen op artikel 48 van het bodem-saneringsdecreet.
Binnen welke termijn kan de overdracht van de gronden plaatsvinden noodzakelijk om de ver-dere saneringsverplichtingen uit te voeren, zodat de gronden kunnen worden verkocht ? Ligt het initiatief hier bij de curatoren ?
Antwoord
1. Uit de oriënterende bodemonderzoeken (11.05.1995 en 10.03.1999) en de beschrijvende
bodemonderzoeken (06.07.1999 en 26.07.2000) is gebleken dat op het terrein van Van Der Eec-ken in de Lindestraat in Zele en op omliggende terreinen een verontreiniging met tetrachloor-e t h tetrachloor-e tetrachloor-e n , t r i c h l o o r tetrachloor-e t h tetrachloor-e tetrachloor-e n , c i s - 1 , 2 - d i c h l o o r tetrachloor-e t h tetrachloor-e tetrachloor-e n en vinylchloride in het grondwater aanwezig is. Hieruit besluit de OVAM dat er een ernstige aanwijzing is voor een ernstige bedreiging en dat er verder onderzoek dient te gebeuren. De verontreiniging met bovengenoemde ge-c hloreerde solventen werd nog niet volledig af-g e p e r k t , zodat noaf-g niet kan worden overaf-geaf-gaan tot het opstellen en uitvoeren van het bodemsa-neringsproject.
De verplichting van de OVAM om advies te verlenen over de mogelijke kostprijs van de sa-nering geldt enkel in het geval van onteigenin-g e n . In het onteigenin-geval van een overdracht, zoals bij Van Der Eecken, is er geen dergelijke verplich-ting.
2. De OVAM gaf op 12 september 2000 g u n s t i g advies voor de toepassing van artikel 48 voor de overdracht van de terreinen van Van Der Eec-ken (nog niet in faling) aan de Lindestraat. D e gronden aan de Lindestraat konden worden overgedragen op voorwaarde dat de éénzijdige verbintenis werd ondertekend en dat er finan-ciële zekerheden werden gesteld. Dit gebeurde n i e t , zodat de overdracht voorlopig niet kan plaatsvinden.