• No results found

Vraag nr. 31van 21 maart 1996van de heer JACQUES DEVOLDER

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 31van 21 maart 1996van de heer JACQUES DEVOLDER"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 31 van 21 maart 1996

van de heer JACQUES DEVOLDER Hartcentra – Erkenning

Het koninklijk besluit van 15 maart 1995 met betrek-king tot de kwaliteitscriteria voor hartcentra in zieken-huizen, stelt dat aan drie voorwaarden moet worden voldaan om als hartcentrum te worden erkend. Deze voorwaarden zijn : beschikken over een hartchirurgie-dienst, een hartcatheterisatiedienst voor invasief onder-zoek en een hartcatheterisatiedienst voor interventio-nele cardiologie.

Hoeveel en welke ziekenhuizen zijn erkend als hartcen-trum ?

Antwoord

Vooreerst moet worden opgemerkt dat het koninklijk besluit van 15 maart 1995 in artikel 23, § 1 en 2 bepaalt dat aan de bedoelde nieuwe erkenningsnormen uiter-lijk op 31 december 1996 moet voldaan zijn. Tot deze datum kunnen de bestaande hartcatheterisatiediensten voor invasief onderzoek, hartcatheterisatiediensten voor interventionele cardiologie en de bestaande hart-chirurgiediensten erkend overeenkomstig de vroegere besluiten, hun erkenning behouden. Dit betekent dat tot nu toe enkel bij het vervallen van de erkenningster-mijn een erkenning als hartcentrum wordt overwogen zo het ziekenhuis reeds beschikt over de drie diensten, of indien een ziekenhuis slechts over één of twee erkende diensten beschikt, waaronder minstens een erkende hartchirurgiedienst, en die wenst uit te breiden tot de drie diensten om als volwaardig hartcentrum te kunnen worden erkend.

Volgende ziekenhuizen die vroeger reeds beschikten over drie erkende onderscheiden diensten zijn momen-teel erkend als hartcentrum :

– Middelheim, Antwerpen

– Universitair Ziekenhuis KU Leuven ; – Sint-Jan, Brugge.

Voor het O.-L.-Vrouwziekenhuis in Aalst werd wel een gunstig advies verleend voor de erkenning van een hartcentrum, maar er werd nog geen ministerieel besluit betekend.

Volgende ziekenhuizen zijn eveneens erkend als hart-centrum, maar beschikten vroeger slechts over een erkende hartcatheterisatiedienst voor invasief onder-zoek en een erkende hartchirurgiedienst :

– H. Hart, Roeselare

– AZ Maria-Middelares, Gent – Sint-Jan, Genk.

Volgende ziekenhuizen zijn erkend voor een geïsoleer-de hartcatheterisatiedienst voor invasief ongeïsoleer-derzoek vol-gens artikel 8 van het nieuwe normenbesluit, aangezien zij vroeger reeds als dusdanig erkend waren :

– Eeuwfeest, Antwerpen

– Aalsters Stedelijk Ziekenhuis, Aalst.

Voor het Sint-Maartenziekenhuis in Kortrijk werd een gunstig advies verleend voor de erkenning van een geï-soleerde hartcatherisatiedienst voor invasief onder-zoek, maar een ministerieel besluit werd nog niet bete-kend.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Waarom heeft de minister, tegen het advies in van zowel de stad als de provincie, door de ver- strekking van de vergunningen impliciet toege- laten dat de A17, die nu al heel

Indien in het VPS voor een bepaalde activiteit geen extra-verloning bepaald is, betekent dit uiteraard niet dat een dergelijke activiteit niet mag of kan

: Deze vraag werd eveneens gesteld aan de heer Eddy Baldewijns, Vlaams minister van Openbare Werken, Vervoer en Ruimtelijke

Ik meen dat niet a priori kan worden gesteld dat een dubbele heffing onrechtvaardig is, aangezien beide heffin- gen een verschillende basis hebben : e n e r z i j d s wordt

Aangezien de gronden waarop de betrokken ren- banen gelegen zijn geen eigendom zijn van de federale overheid, is een overheveling naar de Vlaamse Gemeenschap ook

Zoals de vraagsteller zelf reeds vermeldt in zijn vraag, bestaat er met betrekking tot de plaatsing van reddingsboeien enerzijds geen algemene reglementering die het

De bedoeling is dat elke lijn- manager in staat wordt gesteld om kennis en ervaring op te doen in verband met het door- voeren van procesanalyses, zodat externe

De vraag kan worden gesteld of er geen andere oplossingen bestaan voor dit probleem, die minder kosten en die toch het gebouw bewaren2. Hoever is de procedure tot bescherming