Vraag nr. 90
van 28 oktober 1996
van de heer JACQUES DEVOLDER Haven Zeebrugge – Reddingsboeien
Bij controle in Zeebrugge werd er vastgesteld dat op de voor het publiek toegankelijke kaaien en rond de vissershaven geen of weinig reddingsboei-en aanwezig zijn.
Bij navraag op verschillende diensten (afdeling Waterwegen Ku s t , stadsbestuur Brugge, p r o v i n c i e West-Vlaanderen en verschillende veiligheidsin-stellingen) werd er meegedeeld dat er nergens richtlijnen en/of reglementen bestaan die deze onveilige situatie reglementeren.
1. Welke dienst is bevoegd voor de veiligheid op de kaaien, c. q . voor het aanbrengen van red-dingsboeien ? Wie moet er toezien op de staat van de boeien en met welke frequentie moeten deze controles geschieden ?
2. Welke reglementering is van toepassing op de plaatsing van boeien, meer bepaald : waar moe-ten reddingsboeien worden opgesteld, op hoe-veel meter afstand van elkaar, hoe moet de opmerkingsgraad en toegankelijkheid van de kasten gewaarborgd worden ?
3. Aan welke voorschriften (drijfvermogen, o p m e r k i n g s g r a a d , g e b r u i k s v r i e n d e l i j k h e i d , l e e f-lijn, ...) moeten de reddingsboeien voldoen ?
Antwoord
1. Voor de niet voor het publiek toegankelijke kaaien is normaal de havenbeheerder bevoegd, dit is naargelang het geval de vergunninghouder of de concessiehouder.
Voor de wel voor het publiek toegankelijke kaaimuren is de gemeente bevoegd in het kader van de taken die de gemeentewet haar oplegt, onder meer op het vlak van de "(...) veiligheid (...) op openbare wegen en plaatsen (...)" (arti-kel 135).
2. Zoals de vraagsteller zelf reeds vermeldt in zijn vraag, bestaat er met betrekking tot de plaatsing van reddingsboeien enerzijds geen algemene reglementering die het gemeentelijk vlak over-stijgt.Anderzijds is het weinig waarschijnlijk dat de gemeente een lokale reglementering gaat uitvaardigen die bepaalt waar zijzelf
reddings-boeien moet plaatsen, hoeveel zij er moet plaat-sen, en hoe de toegankelijkheid en opmerkings-graad moeten zijn.
3. Evenmin zijn er voorschriften aangaande drijf-v e r m o g e n , opmerkingsgraad en gebruiksdrijf-vrien- gebruiksvrien-delijkheid van reddingsboeien.