12.3.8 De voltooid tegenwoordige toekomende tijd (v.t.t.t.) / Σσντελεσμένος Μέλλοντας
De v.t.t.t. geeft aan dat een handeling in de toekomst voltooid zal zijn, voordat een andere handeling plaats vindt of vóór een bepaalde tijdstip. Deze tijd wordt, zoals in het Nederlands, met het onverbuigbare woordje ζα (zullen) en hierna het hulpwerkwoord έρσ (hebben) in de o.t.t. gevormd.
Het gewone werkwoord wordt in de infinitief (met de uitgang –εη) gebruikt en blijft onveranderd. Het hulpwerkwoord έρσ wordt in de persoonsvormen van de tegenwoordige tijd gebruikt (έρσ, έρεηο, έρεη, έρνπκε, έρεηε, έρνπλ).
Θα έρσ γξάςεη ην γξάκκα πξηλ ηηο νρηώ. Ik zal de brief vóór acht uur geschreven hebben.
Θα έρσ καγεηξέςεη πξηλ έξζεηο. Ik zal gekookt hebben voordat je komt.
12.3.8.1 Vorming van de v.t.t.t. actief Kenmerken
Kenmerkend voor de v.t.t.t. actief zijn: het woordje ζα, de o.t.t. van het hulpwerkwoord έρσ (hebben) en de infinitief van de o.v.t actief van de werkwoorden (uitgangen -ζεη, -μεη, -ςεη).
Vormingsstappen
De werkwoorden δηαβάδσ, γξάθσ, αγαπώ en ηειεθσλώ worden als voorbeeld gebruikt:
1. neem de v.t.t. (voltooid tegenwoordige tijd) actief van het werkwoord over.
Groep A, 1e vervoeging Groep B, 2e vervoeging, B1, B2 έρσ δηαβάζεη, έρεηο δηαβάζεη, …
έρσ γξάςεη, έρεηο γξάςεη, …
έρσ αγαπήζεη, έρεηο αγαπήζεη, …
έρσ ηειεθσλήζεη, έρεηο ηειεθσλήζεη, … 2. zet ervoor het woordje ζα.
Groep A, 1e vervoeging Groep B, 2e vervoeging, B1, B2 ζα έρσ δηαβάζεη, ζα έρεηο δηαβάζεη, …
ζα έρσ γξάςεη, ζα έρεηο γξάςεη, …
ζα έρσ αγαπήζεη, ζα έρεηο αγαπήζεη, … ζα έρσ ηειεθσλήζεη, ζα έρεηο ηειεθσλήζεη, …
Hieronder wordt één werkwoord van iedere groep vervoegd:
Groep van de 1e vervoeging Groep van de 2e vervoeging έρσ
έρεηο έρεη
θα γράψει
έρνπκε έρεηε έρνπλ
έρσ έρεηο έρεη
θα αγαπήσει
έρνπκε έρεηε έρνπλ
12.3.8.2 Vorming van de v.t.t.t. mediumpassief Kenmerken
Kenmerkend voor de v.t.t.t. mediumpassief zijn: het woordje ζα, de o.t.t. van het hulpwerkwoord έρσ (hebben) en de infinitief van de o.v.t mediumpassief van de werkwoorden (uitgangen –ζεη, -ζηεη of (- θηεη, -ρηεη, -θζεη, -λζεη, -(απ)ηεη, -(επ)ηεη)).
Vormingsstappen
De werkwoorden πιεξώλνκαη, αγνξάδνκαη, αγαπηέκαη, θνηκάκαη en δηεγνύκαη worden als voorbeeld gebruikt:
1. neem de v.t.t. (voltooid tegenwoordige tijd) mediumpassief van het werkwoord over.
Groep A, 1e vervoeging Groep B, 2e vervoeging, B1, B2, Archaïsche vervoeging έρσ πιεξσζεί, έρεηο πιεξσζεί, …
έρσ αγνξαζηεί, έρεηο αγνξαζηεί, … έρσ αγαπεζεί, έρεηο αγαπεζεί, …
έρσ ηειεθσλεζεί, έρεηο ηειεθσλεζεί, … έρσ δηεγεζεί, έρεηο δηεγεζεί, …
2. zet ervoor het woordje ζα.
Groep A, 1e vervoeging Groep B, 2e vervoeging, B1, B2, Archaïsche vervoeging ζα έρσ πιεξσζεί, ζα έρεηο πιεξσζεί, …
ζα έρσ αγνξαζηεί, ζα έρεηο αγνξαζηεί, …
ζα έρσ αγαπεζεί, ζα έρεηο αγαπεζεί, … ζα έρσ ηειεθσλεζεί, ζα έρεηο ηειεθσλεζεί, … ζα έρσ δηεγεζεί, ζα έρεηο δηεγεζεί, …
Hieronder wordt één werkwoord van iedere groep vervoegd:
Groep van de 1e vervoeging Groep van de 2e vervoeging έρσ
έρεηο έρεη
θα πληρωθεί
έρνπκε έρεηε έρνπλ
έρσ έρεηο έρεη
θα αγαπηθεί
έρνπκε έρεηε έρνπλ