Wijchens dialect
Dit woordenboek Wijchens bevat 8 gezegden, 108 woorden en 3 opmerkingen.
8 gezegden
∙ als je dat eens wist dan gaat het lampje wel branden - a ge da us wit dan gut da perke wel an
∙ De deur staat open - De deur stoat los
∙ doe ik even - doek wel efkus
∙ ontspoort persoon - lupt neve de wekker
∙ uit frustatie / wraak - van krem
∙ Val in de knup - Zoek het uit , bekijk het
∙ Wat een onzin! - Wanne kwats!
∙ Wat een zooitje! - Wanne kraom!
108 woorden
∙ aanrecht - geut
∙ afvalwaterputje - gutgat
∙ Autowasstraat - Wasbeer
∙ bed - nest
∙ Ben - Binde
∙ ben jij - binde gij
∙ blik voor handveger - blek
∙ bloem - bluumke
∙ boomstronk - bomboks
∙ boter - botter
∙ broek - boks
∙ broekzak - tes
∙ buik - buuk
∙ Daar - Daorte
∙ daarginds - daorginter
∙ dadelijk - drek
∙ dat daar - det door
∙ dat meisje - de derke
∙ dat meisje - die dern
∙ dat mens - dieje mins
∙ de hort op gaan - schuupen
∙ die man - die kerl
∙ doek - doek
∙ door - deur
∙ Duimen - Frotten
∙ eerste - urste
∙ erg zeer - verrekkus pijn
∙ Fijn droog zand - Suussaand
∙ gaan - goi
∙ Gaat - Gut
∙ geef eens hier - gif 's hier
∙ gekwijl - gezever
∙ gevoel - gevuul
∙ gezicht - bakkus
∙ groen - gruun
∙ had - hai
∙ handig - hendig
∙ handstoffer - stofverken
∙ hark - griessel
∙ heb je - hedde
∙ heb je het al gehoord - hedde 't al geheurd
∙ helster - getouw
∙ Het dorp - Ut terp
∙ Heuveltje - Hugje
∙ Hier - Hierte
∙ hoofd - duttert
∙ huis - hut / keet
∙ ik wou - ik woi
∙ Jij - Gij
∙ kauwen - knauwe
∙ kijk - kiek
∙ kijken - kieken
∙ kinderlhandjes - poelekes
∙ kleiner - klender
∙ konijn - knient
∙ lade - laoi
∙ Laurierstaaf - Suukerpek
∙ loeren - spienze
∙ loopt - lupt
∙ lullie - gullie
∙ man - kerl
∙ Markt - Mert
∙ Melkbus - Melktuit
∙ moeder - moet
∙ Mus - Krits
∙ oren - orre
∙ Platzak - Keps
∙ politie - plissie
∙ Pony - Poeny
∙ pop - pupke
∙ por of stoot - foemp
∙ precies - krek
∙ prop - frot
∙ regen - majum
∙ Reizigers - Karvolk
∙ rommel / rotzooi - kneut
∙ schop - schup
∙ slaag - sleeg
∙ Spekkaoje - Spekkaantjes
∙ spelen met modder en water - poelien
∙ stamelen / lullen - wauwelen
∙ stiekem / nieuwsgierig kijken - blieken
∙ struik - struuk
∙ suiker - suuker
∙ tafel - toffel
∙ tanden - tènd
∙ Vaak - Duk
∙ vaatdoekje - schottelslet
∙ vader - vat
∙ valsspelen - koetelen
∙ varken - keuje
∙ veel - veul
∙ vogel - veugelke
∙ Voortaan - Vort
∙ vrouw - frommes
∙ Vrouwen - Vrollie
∙ waarom - wrum
∙ weet - wit
∙ Weten - Witte
∙ Wijnbal , zuurbal - Zoembal
∙ woonde - waonde
∙ zakdoek - nussik
∙ zal ik eens wat zeggen - zak ' s wa zeggen
∙ zeuren - nuilen
∙ Zeuren - Nöölen
∙ zie je wel - ziede wel
∙ Zondagsgeld - Zondagsoortje
∙ zonde - sunt
3 opmerkingen
∙ De kar die melkbussen op kwam halen in Wijchen heette de roomkar . In het Nederlands niet gevonden als melkkar , dus met met paard en wagen
∙ Wat vaak als nuilen geschreven wordt kan beter met öö geschreven worden, de freuleklank, dus nööle zonder n aan het einde.
∙ todden van de pap werd gezegd woord vormer en stuk ballegooi of het verder in wijchen gebruikt werd is mij niet bekend.
Dit woordenboek 'Wijchens' is samengesteld door bezoekers van www.mijnwoordenboek.nl. Heeft u zelf ook woorden of ziet u fouten? U kunt die dan zelf toevoegen en verbeteren op de website, of laten toevoegen door een handige kennis.