OPENBAAR
ZIENSWIJZE ZIGGO TEN AANZIEN VAN ONTWERPBESLUIT GESPREKSDOORGIFTE TUSSEN NETWERKEN D.D. 19 SEPTEMBER 2008
Ziggo BV (hierna: Ziggo) heeft kennis genomen van het ontwerpbesluit van 18 september 2008 betreffende het opleggen van verplichtingen voor ondernemingen die beschikken over een aanmerkelijke marktmacht (hierna: AMM) als bedoeld in hoofdstuk 6A van de
Telecommunicatiewet.
Blijkens het ontwerpbesluit is OPTA van mening dat er voldoende concurrentiedruk wordt uitgeoefend, mede gebaseerd op de marktafbakening waarbij transit en directe interconnectie tot de zelfde relevante markt worden gerekend. Dit zou bepaald worden door de
vraagsubstitutie van transit naar directe interconnectie. OPTA concludeert dat de
vraagsubstitutie groot is hetgeen zou blijken uit de feitelijke overstap van partijen van transit naar directe interconnectie in de laatste jaren. Ziggo is het met het laatste feit eens, de
overstap van transit naar direct interconnecteren wordt inderdaad gemaakt. Ziggo is echter van mening dat OPTA onvoldoende onderzoek heeft gaan naar de markt en de marktpartijen die hierin acteren. Met name daar waar het gaat om de toekomstige ontwikkelingen op de transit markt. Mede gegeven het feit dat [xxxx] aan Ziggo heeft aangegeven medio 2009 de transit dienst te beëindigen. Daarnaast zijn er in de markt geluiden die aangeven dat ook één of meer andere partijen zouden overwegen uit de transitmarkt te stappen.
Ten gevolge van de aankondiging van [xxxx] zal Ziggo, maar ongetwijfeld ook andere
partijen, naar alternatieve oplossingen moeten kijken waarbij het [xxx] inkopen van transit bij [xxxx] overwogen zal moeten worden.
Het marktaandeel van [xxx] ligt ongeveer op [xxx]. Als [xxx] stopt met het aanbieden van de transit dienst zorgt dit onvermijdelijk voor een verschuiving van marktaandeel, hetgeen weer consequenties heeft voor het marktaandeel van KPN.
Onder randnummer 162 geeft OPTA aan dat T-Mobile als alternatieve transitaanbieder wordt gezien met eenzelfde bereik als van KPN. De drie andere transitdiensten aanbieders, te weten BT, Tele2 en Verizon, leveren transitdiensten voor een beperkt aantal bestemmingen. Deze partijen zullen als zodanig geen uitwisselbare diensten leveren en kunnen dan ook niet gelijkwaardig gewaardeerd worden in de concurrentie-analyse.
In de situatie dat één of meer partijen uit de transit-markt wegvallen dan wordt de nu nog eniger mate aanwezige kopersmacht aanzienlijk aangetast. Daar tegenover wordt met vrij grote zekerheid het marktaandeel van de incumbent vergroot. Dit heeft een dubbele effect in de dominantieanalyse van OPTA.
Aangezien het feit dat op redelijke korte termijn een belangrijke peiler onder het
ontwerpbesluit zal wegvallen, verzoekt Ziggo het College om het ontwerpbesluit zoals dat nu voorligt met bovenstaande informatie nogmaals te bezien en opnieuw de economische
machtspositie te bepalen. Het marktaandeel is hier niet alleen van belang, ook is bepalend dat een onderneming zich onafhankelijk van de markt kan gedragen, het zogenaamde functionele criterium, hetgeen ons inziens in casu het geval is (beeindigen transitdienst [xxxx]).
Onder randnummer 103 wordt weergegeven dat een onderneming met een groot marktaandeel op een bepaalde markt geleidelijk marktaandeel verliest, er op kan wijzen dat de markt
concurrerender wordt, maar dit niet hoeft uit te sluiten dat aanzienlijke macht wordt
vastgesteld. Dit wordt ook bevestigd door de stelling van OPTA onder randnummer 34 pagina 9 van het ontwerpbesluit. Hier wordt aangegeven dat, indien bepaalde gedragingen zich in de toekomst zich zullen voordoen, stappen kunnen worden ondernomen om de gedragingen te voorkomen wanneer een markt niet daadwerkelijk concurrerend is. Hiertoe zal het College een marktanalyse moeten uitvoeren.
Ziggo verzoekt het College dan ook om intrekking van de ex ante verplichtingen die voortkomen uit artikel 6a.3 Tw op te schorten tot na een nieuw te starten marktanalyse.
-0-0-0-