• No results found

Vraag nr. 1 van 5 oktober 1998 van de heer STEFAAN PLATTEAU

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 1 van 5 oktober 1998 van de heer STEFAAN PLATTEAU"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 1

van 5 oktober 1998

van de heer STEFAAN PLATTEAU Hogescholen – Kwaliteitsbewaking

Een van de grote uitdagingen in het onderwijs blijft de kwaliteitsbewaking. Het decreet van 13 juli 1994 betreffende de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap stelt expliciet dat de hogeschool moet instaan voor de interne en de externe kwali-teitsbewaking. De instelling moet permanent en op eigen initiatief toezien op de kwaliteit van haar onderwijs- en onderzoeksactiviteiten.

1. Welke initiatieven namen de hogescholen reeds om de kwaliteitszorg te bewaken ?

2. Welke maatregelen trof de overheid om de externe kwaliteitsbewaking te garanderen ?

Antwoord

1. Kwaliteitsbewaking hoger onderwijs – alge-meen

Omdat kwalitatieve concurrentie met het bui-tenland hoe langer hoe meer doorslaggevend zal worden, is de bewaking van deze kwaliteit een topprioriteit. Gestreefd moet worden naar een eenvormig systeem voor het hele hoger onderwijs. Aan de ene kant moeten de hoge-scholen permanent en op eigen initiatief waken over de kwaliteit van de door hen aangeboden opleidingen en kunnen zij op gezamenlijk initia-tief werken volgens het principe van de visita-tiecommissies. In deze commissies kunnen des-kundigen uit het betrokken studiegebied zete-len, zowel uit binnen- als buitenland. Aan de andere kant moet de overheid de kwaliteitszorg van de hogescholen evalueren en zelf op gere-gelde tijdstippen controles uitvoeren.

Het ontwerp van decreet X bevat een aantal artikelen die de kwaliteitsbewaking hoger onderwijs, zowel voor de universiteiten als voor de hogescholen, op eenzelfde leest schoeien. De overheid heeft als belangrijke rol de meta-eva-luatie. De implementatie ervan gebeurt defini-tief op 1 september 1999.

2. Initiatieven van de hogescholen met betrekking tot de kwaliteitszorg

Over het algemeen kan worden gesteld dat nog niet alle hogescholen over een sluitend systeem inzake kwaliteitszorg beschikken. De meeste hogescholen zijn overtuigd van de noodzaak

van interne kwaliteitsbewaking, getuige de cre-atie van hetzij een werkgroep Kwaliteitszorg, hetzij een kwaliteitsombudsman. Het gaat om overkoepelende diensten over de hele hoge-school, dan wel om diensten die per departe-ment zijn georganiseerd. Deze diensten bevin-den zich op dit ogenblik nog in de voorberei-dende fase, met name het deelnemen aan stu-diedagen inzake kwaliteitszorg en het bedenken van een visie daaromtrent. Sommige hogescho-len beschikken echter al over een uitgewerkt systeem, zoals EFQM of Proza.

Dit Proza-model is ontwikkeld in samenwerking tussen een aantal hogescholen. Vele hogescho-len zijn de laatste jaren gestart met allerlei los-staande initiatieven, die min of meer in de lijn liggen van wat van hen op dit vlak wordt ver-wacht. Vaak gaat het uitsluitend om maatrege-len in het kader van de interne kwaliteitszorg. Van externe kwaliteitszorg via visitatiecommis-sies is nog geen sprake.

Van de losse initiatieven die tot hiertoe veelal worden genomen, komen vaak de volgende terug :

– bevraging van studenten via enquêtes, onder meer aan de hand van de vragenlijsten van de doorlichtingscommissies ;

– bevraging van afgestudeerden, hetzij om naar de behoeften van het werkveld te kun-nen peilen, hetzij om de opleiding te evalu-eren ;

– onderzoek van de instroom via bijhouden van slaagcijfers van eerstejaarsstudenten, in combinatie met de afstudeerrichting in het secundair onderwijs ;

– bevraging van stagebedrijven ;

– evaluatie van de opleiding door de afstude-renden ;

– bespreking van het opleidingsprogramma, onder meer uit oogpunt van de behoeften van het werkveld.

3. De organisatie van de kwaliteitszorg door de overheid – meta-evaluatie

Het decreet op de inspectie voorziet in de afschaffing van de inspectie hoger onderwijs, geheel in de lijn van de bepalingen van decreet X.

(2)

gebruikt bij de uitbouw van de meta-evaluatie door de overheid.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Ik heb de werking van de VZW's SOVO en de besteding van de sociale toelagen op de voet laten volgen door mijn commissarissen.. In enkele gevallen heb ik tegen misbruiken

Wat de verlenging van de evaluatietermijn en de individuele gevallen b e t r e f t , blijkt uit de opeenvol- g e n d e, jaarlijkse verslagen van de inspectie over de toestand van

Graag vernam ik per departement hoeveel ambte- naren respectievelijk een loopbaanversnelling en anderzijds hoeveel personeelsleden een onvol- doende

Het kan immers niet de bedoeling zijn bepaalde personen of (buiten- landse) instanties te misleiden omtrent het statuut van de instelling en het niveau van het diploma. I n

Voor bio-ingenieur zou een gelijkaardige vaststel- ling mogelijk zijn, ware het niet dat de neerwaartse trend niet constant is en dat de stijging in 97-98 slechts iets minder dan 11

De "adviescommissie Limburg" die de Nederland- se minister bevoegd voor Onderwijs Jo Ritzen en ikzelf hebben ingesteld, bereidt een advies voor met aanbevelingen inzake

Daarna kan de Vlaamse regering het besluit defini- tief goedkeuren.. Ik verwacht de definitieve afronding vóór het par-

Met brief van 19 december 1997 antwoordde Aquafin positief op deze vraag, waarbij er wel op werd gewezen dat elke wijziging van de overeenkomst moet worden goedgekeurd door 85 % van