• No results found

Vraag nr. 5 van 30 september 1999 van de heer ANDRE VAN NIEUWKERKE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 5 van 30 september 1999 van de heer ANDRE VAN NIEUWKERKE"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 5

van 30 september 1999

van de heer ANDRE VAN NIEUWKERKE Subsidiëring beeldende kunstenaars – Regionale spreiding

In de laatste nieuwsbrief Beeldende Kunst (sep-tember 1999) staan de bedragen afgedrukt van de subsidies die aan beeldende kunstenaars worden toegekend door de Commissie voor de Beeldende Kunst van de Vlaamse Gemeenschap. Zoals de mi-nister kan vaststellen, gaat slechts 6,75 % van de subsidies naar kunstenaars uit de provincie We s t-V l a a n d e r e n . Nog pijnlijker is het voor de Limburgse kunstenaars (2,20 %).

Men kan zich afvragen hoe dit komt. Heeft dit te maken met de intrinsieke waarde van wat We s t-Vlaamse en Limburgse kunstenaars preste-ren ? Zijn er in het verleden veel minder dossiers uit We s t-Vlaanderen en Limburg ingediend ? Is de Commissie voor de Beeldende Kunst wel objectief en evenwichtig samengesteld ?

Graag had ik van de minister vernomen welke ini-tiatieven hij heeft genomen om deze ongelijkmati-ge verdeling in de toekomst te vermijden.

Antwoord

Uit de in de nieuwsbrief Beeldende Kunst (septem-ber 1999) gepubliceerde gegevens blijkt inderdaad duidelijk dat verhoudingsgewijs weinig beurzen worden toegekend aan in We s t-Vlaanderen of Lim-burg verblijvende kunstenaars.

Hoe valt dit te verklaren? In de nieuwsbrief wordt als verklaring het grootstedelijk karakter van de hedendaagse beeldende kunst aangedragen ("con-centratie in de grote stedelijke gebieden "). A n t-w e r p e n , Gent en Brussel, de drie grootstedelijke gebieden in V l a a n d e r e n , zijn samen goed voor 59 van de 89 toegekende werkbeurzen. Iets meer dan de helft van de beschikbare middelen (53, 01 %) ging naar in deze steden werkende kunstenaars. Deze verklaring impliceert dat er vanuit deze ste-delijke centra (en dus vanuit de provincies waar deze centra gelegen zijn) ook verhoudingsgewijs meer subsidie-aanvragen worden ingediend dan uit de niet-stedelijke gebieden. Het artikel in de nieuwsbrief onderzocht dit echter niet.

Vandaar dat ik mijn administratie opdracht heb ge-geven om ook de subsidieweigeringen te lokalise-ren. Dit gaf volgend beeld:

Toegekende Geweigerde subsidies aanvragen

Antwerpen 29 52

Brabant (incl. Brussel) 14 15

Oost-Vlaanderen 34 34

West-Vlaanderen 8 15

Limburg 4 7

89 123

Uit deze gegevens blijkt dat er vanuit Limburg en We s t-Vlaanderen inderdaad in verhouding weinig subsidieaanvragen worden ingediend en dat de verhouding toegekende beurzen/geweigerde beur-zen over heel Vlaanderen ongeveer gelijk loopt. Ten gronde ben ik van oordeel dat bij dit type van s u b s i d i e s, die de cultuurschepping zelf willen on-d e r s t e u n e n , voorzichtig moet woron-den omgespron-gen met de notie "cultuurspreiding". Vo o r r a n g moet worden gegeven aan de kwaliteit van de on-dersteunde hedendaagse cultuurcreatie, boven de herkomst ervan.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Toch kan ik me voorstellen dat voor bepaalde mensen die tekst toch nog te ingewikkeld is, of dat sommigen (en dit geldt vooral voor de huurders) de folder niet lezen omdat ze

o p d r a c h t e n , voorafgaandelijk aan de gunning van de opdracht, aan de inschrijvers/vennoot- schappen om de ware identiteit van hun be- stuurders en

– de doortocht Zwevegem : dit project werd eerder als gemeentelijk bestempeld. Het betreft een vuilvracht van ongeveer 10.000 inwoners, die nu nog onge- zuiverd naar de Leie

Hieruit volgt dat de toezichthoudende ambte- naar wel een zekere beoordelingsbevoegdheid heeft en dat hij niet gehouden is proces-verbaal op te maken indien hij op grond van

Deze bijkomende opleidingen voor Brus- selse werkzoekenden worden bijkomend gefi- nancierd en kunnen worden gerealiseerd via uitbreiding van de opleidingscapaciteit met der- d e

De verwerving van de meest waardevolle histori- sche en ecologische gronden, hetzij door de V l a a m- se Landmaatschappij, hetzij door de afdeling Na- t u u r, biedt mijns inziens

Kan de minister meedelen welke van de in 1997 en 1998 gereserveerde middelen voor initiatieven van Export Vlaanderen uiteindelijk niet werden aange- wend wegens

Voor het stadsnet Mechelen werd in 51,5 miljoen voor extra exploitatiekosten voorzien, terwijl er voor 114,7 miljoen nieuw rollend materieel werd aangekocht.. In Leuven werd voor