• No results found

Cirkel en lijn

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Cirkel en lijn"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Eindexamen havo wiskunde B pilot 2013-I

havovwo.nl

havovwo.nl examen-cd.nl

Vraag Antwoord Scores

Cirkel en lijn

17 maximumscore 8 • De vergelijking 2 2 2 5 6 6 8 x +yx+ y= − is te herleiden tot 2 2 3 5 (x−3) +(y+3) =9 1

• De straal van de cirkel is dus 3 5

9 (≈3, 098 (of nauwkeuriger)) 1

• De coördinaten van M zijn (3, 3)− 1

• Een lijn loodrecht op l heeft richtingscoëfficiënt 1

4 1

x=3 en y= −3 invullen in y= 41x b+ geeft b= −334 (dus een

vergelijking van de lijn m loodrecht op l door M is y=14x−334) 1

• 1 3 3

4x−34 = − −4x 34 geeft x=0 en dit invullen in

3 1 4 34 y= x− geeft 3 4 3

y= − , dus de coördinaten van het snijpunt van l en m zijn (0, 3 )− 34 1

• De afstand tussen M(3,−3) en (0,−3 )34 , dus van M tot l, is

2 3 2 9

4 16

(0 3)− + −( 3 − −3) = 9 (≈3,092 (of nauwkeuriger)) 1

• 9 3

16 5

9 <9 (of 9169 < 935 ) (of 3, 092<3, 098) (dus de afstand van M tot

l is inderdaad kleiner dan de straal van c) 1

of

• De afstand van M tot l is kleiner dan de straal als l en c twee snijpunten

hebben 2

• Dit is het geval als de vergelijking

2 3 2 3 2

4 4 5

( 4 3 ) 6 6( 4 3 ) 8

x + − −xx+ − −x = − twee oplossingen heeft 1

• Uit 2 3 2 3 2 4 4 5 ( 4 3 ) 6 6( 4 3 ) 8 x + − −xx+ − −x = − volgt 2 2 3 3 2 3 2 4 4 4 5 16 2 4 3 (3 ) 6 24 6 3 8 x + x + ⋅ ⋅ x+ − xx− ⋅ = − 2 • Hieruit volgt 2 2 1 1 2 16 2 5 16 30 14 6 24 22 8 x + x + x+ − xx− = − 1 • Hieruit volgt 2 3 80 17x = 1 • (Dit geeft 3 1360

x= of x= − 13603 dus) deze vergelijking heeft twee

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Welke redenen waren er volgens jou om te kiezen voor het huidige ontwerp van het cluster Welke redenen waren er volgens jou om te kiezen voor het huidige ontwerp van het cluster

8p 13 Bereken voor deze situatie exact de omtrek van vierhoek

[r]

[r]

Rond je antwoord af op een geheel aantal graden.. Zie

De figuur hieronder staat twee maal op de uitwerkbijlage.. Je kunt hierbij gebruik maken van

Wat je in feite gaat doen is eerst bewijzen dat driehoeken 4RGF en 4SHF gelijkvormig zijn, vervolgens merk je op dat aangezien F H = 2F G vanwege de geli- jkvormigheid moet gelden dat

Lessen waarin leerlingen zélf teksten meenemen of kunnen kiezen en waarbij de sandwichdidactiek (Pronk &amp; De Vos, 2017, 2018) wordt ingezet om zo het diepere lezen te