Vraag nr. 353 van 27 mei 1997
van de heer JULIEN DEMEULENAERE Werkgroep N8 Ieper-Veurne – Resultaten
In aansluiting op mijn parlementaire vraag nr. 2 3 5 van 5 juni 1996 (Bulletin van Vragen en A n t w o o r -den nr. 15 van 10 juni 1996, b l z . 797 – red.) omtrent de werkgroep ad hoc N8 Ieper- Veurne wil ik de minister graag volgende inlichtingen vragen. 1. Hoe dikwijls kwam deze werkgroep samen na
de vergadering van 25 april 1996 ?
2. Wat zijn de bevindingen en de eventuele beslui-ten van deze werkgroep ?
Antwoord
1. De werkgroep N8 is na 25 april 1996 niet meer samengekomen. Latere initiatieven tot vergade-ren zijn om diverse redenen mislukt. M i d d e n 1996 heb ik Arohm (administratie Ruimtelijke O r d e n i n g, Huisvesting en Monumenten en Landschappen) de opdracht gegeven de door de afdeling Wegen West-Vlaanderen in haar tracé-nota voorgestelde oplossingen, evenals die uit de in 1984 door de afdeling Bijzondere Tr a c é s opgemaakte studie, te toetsen aan het ontwerp-Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen. De afde-ling Ruimtelijke Planning van Arohm heeft prof. ir. J.W.M. Korsmit gevraagd deze evaluatie door te voeren. Dit heeft geleid tot de nota " Verbindingen Ieper- Ve u r n e, Vo o r b e r e i d e n d Onderzoek Tracéstudie A19/N8" van 19 april 1997.
2. Gezien het voorafgaande is de werkgroep uiter-aard tot geen conclusie gekomen.