• No results found

Vraag nr. 17 van 9 oktober 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 17 van 9 oktober 1998 van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 17 van 9 oktober 1998

van mevrouw RIET VAN CLEUVENBERGEN SIF+-gemeenten – Instandhouding eigen middelen Het Sociaal Impulsfonds (SIF) wordt onder andere door een heffing op krotwoningen en verwaarloos-de gebouwen gefinancierd.

Een aantal gemeenten krijgt zo gedurende drie jaar een extra ondersteuning van het Vlaams Gewest uit dit Sociaal Impulsfonds. Bedoeling is de gemeentebesturen, naast de eigen middelen, extra middelen te geven om sociale impulsen te geven in hun gemeente.

Ook via andere kanalen (bijvoorbeeld jeugdwerk-beleidsplan) kunnen gemeenten een extra financië-le injectie krijgen, maar dan steeds op voorwaarde dat ze de eigen vroegere uitgaven voor het doel intact houden.

In het SIF+-plan is dit niet als voorwaarde opgeno-men.

Zijn er SIF+-gemeenten die sinds 1996 de eigen inkomsten hebben verlaagd door geen of minder eigen belasting voor verkrotting of leegstand te heffen, door de gemeentelijke opcentiemen te ver-lagen, door de heffingen of specifieke belastingen af te schaffen zonder dit te compenseren door andere heffingen of belastingen, door de aanvul-lende gemeentebelasting op de personeelsbelasting te verlagen ? Zo ja, welke ?

Antwoord

Het Sociaal Impulsfonds is een bundeling van een aantal bestaande middelen zoals het Bijzonder Fonds voor Maatschappelijk Welzijn (BFMW), de

Bijzondere Dotatie, het Vlaams Fonds voor de Integratie van Kansarmen (VFIK), middelen tegen de kansarmoede, en wordt verhoogd met nieuwe middelen en met de netto-opbrengst uit de heffing op de leegstand en de verkrotting.

De bundeling van deze middelen gaat de versnip-pering tegen en geeft aan de lokale besturen decre-taal een maximale zekerheid inzake de continuïteit van de middelen om een beleid te voeren dat niet alleen de problemen wegwerkt, maar ze ook moet voorkomen.

Wat de financiële stimulansen via andere kanalen dan het Sociaal Impulsfonds betreft, kan er worden verwezen naar artikel 16 van de beleidsovereen-komsten die de Vlaamse overheid afsluit met de lokale besturen, zowel SIF+ als waarborggemeen-ten. De lokale besturen verbinden er zich volgens dit artikel toe om alle financiële middelen (eigen middelen, federale middelen uit veiligheids- en preventiecontracten, Europese middelen, middelen van de provincies, ...) waarover ze beschikken om de doelstellingen van deze beleidsovereenkomst te realiseren, optimaal op elkaar af te stemmen en op de meest doeltreffende wijze in te zetten. De admi-nistratie bewaakt en volgt de afstemming van al deze middelen op.

(2)

Tabel 1 met de aanvullende personenbelasting (APB) per SIF+-gemeente (in procent)

Gemeente APB 1995 APB 1996 APB 1997 evolutie 96-97

Aalst 8,0 8,0 8,0 status-quo Antwerpen 8,0 8,0 8,0 status-quo Blankenberge 7,3 7,0 7,0 status-quo Bredene 7,0 7,0 7,0 status-quo Brugge 7,0 7,0 7,0 status-quo De Panne 5,0 5,0 5,0 status-quo Dendermonde 8,8 8,8 8,8 status-quo Diest 6,0 8,0 8,0 status-quo Eeklo 8,0 8,0 8,0 status-quo Genk 7,0 7,0 7,0 status-quo Gent 7,0 6,7 6,7 status-quo Geraardsbergen 8,5 8,5 8,5 status-quo Ham 5,0 5,0 5,0 status-quo Kortrijk 6,0 6,5 6,5 status-quo Leuven 7,0 7,0 7,0 status-quo Lier 7,0 7,0 7,0 status-quo Maasmechelen 6,0 6,0 6,0 status-quo Mechelen 7,8 7,8 7,8 status-quo Menen 7,0 7,0 7,0 status-quo Nieuwpoort 6,0 6,0 6,0 status-quo Oostende 7,0 7,0 7,0 status-quo Ronse 7,0 7,0 7,0 status-quo Spiere-Helkijn 5,5 6,5 6,5 status-quo Tienen 7,2 7,2 7,2 status-quo Tongeren 6,0 6,0 8,5 + 2,5 Turnhout 7,0 7,0 7,0 status-quo Vilvoorde 6,0 6,0 6,0 status-quo Wetteren 7,0 7,0 7,0 status-quo Willebroek 9,0 9,0 9,0 status-quo Zelzate 5,5 5,5 6,0 + 0,5

Tabel 2 met opcentiemen op de onroerende voorheffing (OOV) per SIF+-gemeente

Gemeente OGV 1995 OGV 1996 OGV 1997 evolutie 96-97

(3)

Gemeente OGV 1995 OGV 1996 OGV 1997 evolutie 96-97 Genk 1.050 1.050 1.050 status-quo Gent 1.175 1.175 1.175 status-quo Geraardsbergen 1.300 1.300 1.300 status-quo Ham 850 850 850 status-quo Kortrijk 1.400 1.550 1.550 status-quo Leuven 1.150 1.150 1.150 status-quo Lier 725 725 950 + 225 Maasmechelen 1.120 1.250 1.250 status-quo Mechelen 1.663 1.663 1.663 status-quo Menen 1.400 1.400 1.500 + 100 Nieuwpoort 1.200 1.200 1.300 + 100 Oostende 1.450 1.450 1.600 + 150 Ronse 1.200 1.200 1.200 status-quo Spiere-Helkijn 1.450 1.450 1.450 status-quo Tienen 1.400 1.400 1.400 status-quo Tongeren 1.250 1.250 1.350 + 100 Turnhout 1.050 1.050 1.050 status-quo Vilvoorde 1.200 1.200 1.200 status-quo Wetteren 1.000 1.000 1.000 status-quo Willebroek 1.500 1.500 1.500 status-quo Zelzate 850 850 850 status-quo

Uit beide tabellen blijkt dat van 1996 – het jaar van de inwerkingtreding van het decreet op het Sociaal Impulsfonds – tot 1997 geen enkele van de SIF+-gemeenten is overgegaan tot het verlagen van de algemene personenbelasting of tot het ver-minderen van de gemeentelijke opcentiemen.

(4)

Tabel 3 met belasting voor verkrotting of leegstand voor de SIF+-gemeenten volgens de begrotingen 1996 en 1997 (in frank) Gemeente 1996 1997 Aalst 8.000.000 7.000.000 Antwerpen 22.000.000 22.000.000 Blankenberge 1.041.000 3.500.000 Bredene 300.000 150.000 Brugge 6.000.000 8.500.000 De Panne 250.000 – Dendermonde – – Diest 550.000 550.000 Eeklo 2.000.000 920.000 Genk 250.000 – Gent 25.000.000 5.000.000 Geraardsbergen 130.000 1.000.000 Ham – 130.000 Kortrijk 2.000.000 2.000.000 Leuven 5.500.000 5.000.000 Lier 2.920.100 2.000.000 Maasmechelen 900.000 100.000 Mechelen 2.500.000 2.500.000 Menen 3.000.000 – Nieuwpoort – – Oostende 10.000.000 10.000.000 Ronse 750.000 250.000 Spiere-Helkijn – – Tienen 1.000.000 1.000.000 Tongeren 1.500.000 600.000 Turnhout – 500.000 Vilvoorde 2.000.000 2.000.000 Wetteren 850.000 1.700.000 Willebroek 3.250.000 500.000 Zelzate 400.000 10.400.000

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Binnen deze werkgroep wordt met verschillende actoren, alsook met de Vlaamse Vereniging van Steden en Gemeenten, gezocht naar de best mogelijke formule om de

(3) SERV & provincie : adviesverlening door Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen en bestendige deputatie van de provincie... Aanvragen voor erkenning als

D i t zou wellicht ook niet mogelijk zijn omdat dit strij- dig zou zijn met de federale wetten inzake de over- heidsopdrachten en deze omtrent de mededinging, alsook met de

Deze tewerkstelling is verscheiden : het kan zowel gaan om het aanleggen van een milieu-inventaris, als om selectieve ophaling en sorteren, het verfraaien van parken en planten,

Na de Interministeriële Conferentie voor Maat- schappelijke Integratie van 9 oktober 1996 werden alle ministers, ook van de gewesten, aangeschreven met de vraag of hun

Hoe werkt de Vlaamse Gemeenschap samen met deze opleidingen (subsidievormen voor werking, leerkrachten, gebouwen, erkenning als dagonderwijsvorm, van getuigschriften, ...

De scholen die in aanmerking komen voor zulke veiligheidslichten, moeten langs gewestwegen gelegen zijn en mogen niet beveiligd zijn door driekleurige lichten.. Worden de gemeenten

Dat leidde tot de zes kleinere formulieren : Aanpassing van premie voor verbetering of aanpassing van woning (A3 recto verso), Verklaring over eerste ingebruikne- ming van