• No results found

RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE DELTA

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "RAPPORT VAN HET ONDERZOEK IN HET KADER VAN DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE DELTA"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VVE-RAPPORT RAPPORT VAN HET

ONDERZOEK IN HET KADER VAN

DE VOOR- EN VROEGSCHOOLSE EDUCATIE BASISSCHOOL DE DELTA

Locatie :De Delta

Brinnr. :19ML

Plaats :3843GC Harderwijk

Onderzoeksnummer :16285 Datum onderzoek :30-1-2012

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 1 van 7 Hb.nr. 3258866

(2)

1. INLEIDING

Dit rapport is het verslag van een onderzoek van de Inspectie van het Onderwijs naar de kwaliteit van de voor- en vroegschoolse educatie (VVE). VVE is bedoeld voor jonge kinderen die

onvoldoende zijn toegerust voor een soepele instroom in groep 3 van het basisonderwijs, waardoor ze grote kans lopen om achterop te raken.

In dit rapport worden de volgende onderwerpen besproken:

 De voorwaarden van VVE

 De ouders

 De kwaliteit van de educatie

 Het VVE-programma, zoals dat wordt aangeboden

 Het pedagogisch klimaat

 Het educatief handelen

 De ontwikkeling, zorg en begeleiding

 De kwaliteitszorg

 De doorgaande lijn tussen de voor- en vroegschool

 De resultaten van VVE

Elk van de VVE-kwaliteitsaspecten is uiteengelegd in indicatoren. Als een indicator beoordeeld wordt, gebeurt dat doorgaans met de volgende oordelen:

1. Staat in de kinderschoenen: verbeteringen zijn dringend nodig

Deze kwalificatie geeft aan dat er écht iets verbeterd dient te worden.

2. Enigszins ontwikkeld: verbeteringen zijn wenselijk

Deze kwalificatie geeft aan dat het wenselijk is dat iets verbeterd wordt.

3. Voldoende

4. Goed ontwikkeld: een voorbeeld voor anderen

Deze kwalificatie geeft aan dat dit aspect in orde is, en wel op een zodanige manier dat andere voor- en/of vroegscholen hiervan kunnen leren.

Dit rapport is gebaseerd op versie 2.2 van het VVE-toezichtkader (zie de internetsite van de onderwijsinspectie).

Opbouw van het rapport

Hoofdstuk 2 beschrijft het totaalbeeld van het onderzoek. De beoordeelde onderwerpen

(indicatoren) staan in hoofdstuk 3, met eerst de oordelen en daarna een toelichting als dat nodig is. Als er op basis van dit onderzoek afspraken gemaakt zijn, staan die in hoofdstuk 4.

Groepsinformatie kleutergroepen

Aantal kleuters in groep 1: 12, waarvan 3 doelgroepkleuters Aantal kleuters in groep 2: 7, waarvan 6 doelgroepkleuters Context

De Delta kent een leerlingpopulatie die voor het grootste deel is samengesteld uit meertalige kinderen met een andere culturele en talige achtergrond dan de Nederlandse. Een aantal van deze leerlingen komt van voorscholen waarin VVE wordt uitgevoerd. De school geeft zelf aan dat de beginsituatie van de kinderen die in groep 1 komen, zeer divers is, zeker waar het de

taalverwerving betreft.

Bij de start van het VVE-beleid in Harderwijk is er sprake geweest van afstemming en

samenwerking op verschillende onderdelen tussen de Harderwijkse voor- en vroegscholen, ook op De Delta. In de afgelopen jaren is dit veranderd. Daar zijn diverse redenen voor, waaronder het gegeven dat de kinderspeelzaal zich in de voorgaande jaren op een andere locatie bevond. Sinds een half jaar is kinderspeelzaal Kris Kras in het gebouw van De Delta gevestigd waarmee er nieuwe mogelijkheden zijn om tot samenwerking te komen.

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 2 van 7 Hb.nr. 3258866

(3)

Zoals hierboven vermeld, is de beginsituatie van de instromende leerlingen in groep 1 divers op De Delta. Voor het onderwijs in de groepen 1 en 2 van De Delta betekent het dat al het mogelijke moet worden gedaan om deze kinderen op een aanvaardbaar niveau te brengen, zeker wanneer er een (taal)ontwikkelingsachterstand is. Daarbij wordt in het aanbod geen verschil gemaakt tussen de leerlingen met een gewicht en zonder een gewicht.

In de kleutergroepen krijgt het onderwijs vorm op een wijze die passend is bij de kenmerken van de leerlingenpopulatie. Het educatief handelen en het pedagogisch klimaat zijn op orde. Zo is er dagelijks en geïntegreerd in alle activiteiten, op diverse wijzen extra aandacht voor de taal en de taalontwikkeling. De ouders worden op diverse manieren betrokken bij het onderwijs en bij de school en er is voor hen een passende informatievoorziening waar het de ontwikkelingen en vorderingen van hun kinderen betreft.

Het achterstandsbeleid van de school is geïntegreerd in het handelen in de kwaliteitszorg, al spreekt de school hier (nog) niet expliciet in VVE-termen. Verbeterpunten zijn vastgesteld in het aspect van de doorgaande lijn. De samenwerking en inhoudelijke afstemming met de voorschool ontbreekt op dit moment. Daarmee kan ook worden vastgesteld dat de school nog niet op alle punten optimaal gebruik maakt, of kan maken, van gegevens betreffende het ontwikkelingsniveau en de mogelijke achterstand van de instromende kleuters.

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 3 van 7 Hb.nr. 3258866

(4)

3. DE OORDELEN MET EEN TOELICHTING ALS DAT NODIG IS

Naam gemeente Harderwijk

A CONDITIES De Delta

A1 Een integraal VVE-programma

A1.1 Naam/namen van programma(s) Startblokken

A3 Leidster - kind ratio ("dubbele bezetting") 3 A5 Kwaliteit leidsters/leerkrachten

A5.4 Alle leidsters zijn toereikend geschoold (voor het vve-programma) 2 De Delta werkt in de vroegschool met een onderwijsaanbod dat bestaat uit leerlijnen die zijn gerelateerd aan de ontwikkelingsgebieden van de taal, de geletterdheid, het rekenen-wiskunde, het sociaal-emotionele en de motoriek. De Delta maakt gebruik van de mogelijkheid van een schakelklas voor kinderen in groep 2 die dat nodig hebben vanwege hun taalachterstand.

Van een specifieke scholing voor een VVE-programma is in de afgelopen jaren geen sprake meer geweest (A5.4). Wel dient te worden vermeld dat de leraren in de kleuterbouw hun kennis en vaardigheden bijhouden zoals dat kan worden verwacht op een school met een populatie die kenmerken van achterstand vertoont. Daarvoor volgen en volgden zij wel scholing. Dat betekent dat er wordt gewerkt met didactieken (woordenschatonderwijs) en methodieken (zoals Het Vertelhuis) die passen bij wat de leerlingen nodig hebben. Bovendien hebben de leraren in de onderbouw specifieke scholing gevolgd in het werken met basisontwikkeling.

B OUDERS De Delta

B1 Gericht ouderbeleid 2

B2 Ouders zijn vooraf adequaat geïnformeerd 3

B3 Intake 3

B4 Stimuleren om thuis ontwikkelingsstimulerende activiteiten te doen 4 B5 Participatie in VVE-activiteiten in de vroegschool 3

B6 Informeren over de ontwikkeling van hun kind 3

B7 Rekening houden met de thuistaal 3

In het gesprek met een aantal ouders van peuters en kleuters, werd duidelijk dat de school de ouders vooraf adequaat informeert over de ambities die zij heeft en haar doelen ten aanzien van het onderwijs en de ouders. In de intake zijn relevante onderwerpen aan de orde, waarmee de beginsituatie van de kleuters voor een belangrijk deel kan worden vastgesteld. De school maakt daarnaast een aantal activiteiten mogelijk waarmee zij beoogt de ouderbetrokkenheid te

vergroten. Zo is er de mogelijkheid voor de ouders in de school, om spelmaterialen en boeken te lenen. Daarmee kunnen zij thuis activiteiten met hun kinderen uitvoeren, die bedoeld zijn om de taalontwikkeling te stimuleren. Dit is, naar het oordeel van de inspectie, een voorbeeld voor anderen (B4). Ook zijn er koffieochtenden voor moeders, er zijn speelmiddagen en (taal)cursussen in het schoolgebouw, die worden uitgevoerd door maatschappelijke organisaties en het ROC in Harderwijk. Voor ouders is het regelmatig mogelijk om op school te komen en de vorderingen en ontwikkelingen van hun kinderen te bespreken.

Hoewel er dus sprake is van bedrijvigheid om ouders bij de school en het onderwijs te betrekken, is er geen gericht ouderbeleid op papier vastgelegd, dat de doelen van een dergelijk beleid in de vroegschool beschrijft (B1).

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 4 van 7 Hb.nr. 3258866

(5)

C KWALITEIT VAN DE UITVOERING VAN VVE De Delta C1 Kwaliteit van de educatie: het aangeboden programma

C1.1 Een integraal VVE-programma 3

C1.2 Werken met een doelgerichte planning 3

C1.3 Het aanbod gericht op de taalontwikkeling is voldoende dekkend 3 C1.4 Het aanbod klimt op in moeilijkheidsgraad en er wordt gedifferentieerd 3 C2 Kwaliteit van de educatie: het pedagogisch klimaat

C2.1 Het pedagogisch handelen van de leerkrachten is respectvol 3 C2.2 De leerkrachten hanteren duidelijke pedagogische gedragsgrenzen 3 C2.3 De leerkrachten stimuleren de sociale vaardigheden en de persoonlijke

competenties van de kinderen 3

C2.4 De leerkrachten tonen respect voor de autonomie van het kind 3 C2.5 De inrichting van de ruimte is aantrekkelijk, uitdagend en spel- en taal-

uitlokkend

3 C3 Kwaliteit van de educatie: het educatief handelen

C3.1 Het educatief handelen van beide leerkrachten is goed op elkaar afgestemd 3 C3.2 Er worden de hele 'dag' effectieve en gerichte activiteiten voor de

taalontwikkeling uitgevoerd 3

C3.3 De leidsters/leerkrachten bevorderen de interactie met en tussen kinderen 3 C3.4 De leerkrachten stimuleren actieve betrokkenheid van de kinderen en

verrijken het spelen en werken 3

C3.5 De leerkrachten bevorderen de ontwikkeling van aanpakgedrag

(strategieën) bij de kinderen 3

C3.6 Het gedrag van de leerkrachten met de kinderen is responsief 3 C3.7 De leerkrachten stemmen de activiteiten af op verschillen in de ontwikkeling

van de individuele kinderen 3

Voor alle indicatoren in dit aspect geldt dat zij in voldoende mate zijn aangetroffen in de vroegschool. Vastgesteld is dat er onderwijsaanbod is dat voldoet aan de eisen. Dit aanbod is doelgericht gepland en stimuleert op gestructureerde en op samenhangende wijze de ontwikkeling van taal en rekenen, de motorische en sociaal-emotionele ontwikkeling. De wijze waarop de voorbereiding plaats vindt, in het groepsplan dat is gekoppeld aan de weekplanning, biedt inzicht in de afstemming op verschillen tussen de leerlingen. De activiteiten die hiervoor worden

aangeboden, hangen samen met de (tussen)doelen uit het ontwikkelingsvolgsysteem. Prominente aandacht krijgt de taalontwikkeling, wat onder andere blijkt uit de inrichting van het lokaal en aanvullende taalprogramma’s die worden ingezet.

Tijdens het lesbezoek dat de inspectie uitvoerde, is gezien dat de indicatoren van het pedagogisch klimaat en het educatief handelen alle van voldoende kwaliteit zijn. Er was in de groep een pedagogisch klimaat waarin de leraar de kinderen respectvol benaderde, terwijl tegelijk de gedragsgrenzen duidelijk waren. Het educatief handelen kenmerkte zich voor een groot deel uit het aanbieden en ontwikkelen van taal bij de leerlingen. Daarbij was in voldoende mate zichtbaar dat afstemming plaats vond op de verschillen tussen de leerlingen.

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 5 van 7 Hb.nr. 3258866

(6)

D ONTWIKKELING, BEGELEIDING EN ZORG De Delta D1 Ontwikkeling, begeleiding en zorg binnen de groep

D1.1 Volgen van de brede ontwikkeling van alle kinderen 3 D1.2 De begeleiding is planmatig voor: de hele groep, de kleine (tutor)groep en

het individuele kind 3

D1.3 De evaluatie van de aangeboden begeleiding en zorg 3 D1.4 Specifieke aandacht bij de begeleiding en zorg voor de taalontwikkeling 3 D2 Ontwikkeling, begeleiding en zorg in de bredere zorgketen

D2.1 Leidsters/leerkrachten hebben een overzicht van de kinderen die zorg nodig hebben die de voor- resp. vroegschool niet kan leveren, en van de aard van die zorg

3

D2.2 Leidsters/leerkrachten melden kinderen aan voor externe zorg wanneer de voor- resp. vroegschool de gewenste zorg niet kan leveren 3 D2.3 De leidsters/leerkrachten blijven de ontwikkeling van kinderen met extra

zorg bijhouden 3

In de vroegschool is een volgsystematiek in gebruik die inzicht biedt in de vorderingen en ontwikkelingen van ieder kind. In de groepsplanning is vastgelegd hoe de begeleiding van zorgleerlingen wordt uitgevoerd. De procedures die de vroegschool uitvoert ten behoeve van de handelingsplanning, zijn geïntegreerd in de zorgsystematiek van de hele school. Het daarvoor geschreven Zorghandboek, biedt hierover op alle onderdelen duidelijkheid. In de kleutergroep is gezien dat deze onderdelen deel uitmaken van het reguliere onderwijs in de school.

E KWALITEITSZORG BINNEN DE VROEGSCHOOL De Delta

E1 Er is VVE-coördinatie in de vroegschool 3

E2 De vroegschool evalueert de kwaliteit van VVE regelmatig 3 E3 De vroegschool evalueert de opbrengsten van alle kinderen 3 E4 De vroegschool formuleert op basis van evaluaties verbetermaatregelen en

voert die aantoonbaar en planmatig uit

3 E5 De vroegschool borgt de kwaliteit van haar educatie 3 E6 In de kwaliteitszorg van de basisschool wordt ook specifiek naar VVE gekeken 3

Hoewel in de kwaliteitszorg de VVE-principes niet expliciet zijn vermeld, is binnen de school de verantwoordelijkheid voor de uitvoering en de kwaliteit van het achterstandsbeleid aantoonbaar vastgelegd. Met name de uitvoering en inrichting van het onderwijs in de schakelklas, en het teamlid dat daarvoor verantwoordelijk is, is in dit oordeel meegewogen.

Evaluaties van opbrengsten en van het onderwijsleerproces worden regelmatig uitgevoerd en leiden tot aanpassingen en verbeteringen op onderdelen van het onderwijs. Ook de evaluaties van de schakelklas, die jaarlijks door een externe instantie wordt uitgevoerd, maken dit zichtbaar. De school geeft aan dat onderdelen van het achterstandsbeleid in de kwaliteitszorg als

vanzelfsprekend gelden, gezien haar analyse van de leerlingen- en ouderpopulatie. Hoewel de indicatoren dus in voldoende mate zijn aangetroffen in de kwaliteitszorg, zijn deze in de school niet altijd geëxpliciteerd in termen van de vroegschoolse educatie.

In de uitvoering van de kwaliteitszorg is ook zichtbaar dat de school de kwaliteit van de educatie in groep 1 en 2 borgt. Voorbeelden hiervan zijn zichtbaar in de professionaliteit van de leraren, de leeromgeving en de specifieke zorg voor de individuele leerlingen.

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 6 van 7 Hb.nr. 3258866

(7)

VVE-rapport 16285 Onderzoeksdatum: 30-1-2012 Pagina 7 van 7 Hb.nr. 3258866

F DOORGAANDE LIJN De Delta

F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool 2 F3 De basisschool wint doelmatige informatie in bij de voorschool over de

instromende peuters en maakt daar aantoonbaar gebruik van

2 F4 Het aanbod van de vroegschool is afgestemd op dat van de voorschool 2 F5 Het pedagogisch klimaat en het educatief handelen van de vroegschool is

afgestemd op dat van de voorschool

2 F6 De manier om met ouders om te gaan op de vroegschool is afgestemd op die van de voorschool

2 F7 De interne begeleiding en zorg op vroegschool zijn afgestemd op die van de

voorschool 2

Tussen de voor- en de vroegschool die beide in hetzelfde gebouw zijn gevestigd, is geen sprake van coördinatie (F1). Evenmin is dat het geval met andere voorscholen waarvan De Delta haar instromende kleuters betrekt. Vastgesteld is tevens dat de basisschool niet doelmatig informatie inwint bij de voorschool over deze kinderen. Dit gebeurt incidenteel (F3). Bij de vaststelling en de uitvoering van haar aanbod, is vanuit de vroegschool geen afstemming met de voorscholen (F4).

Ook voor de overige indicatoren die in het aspect van de doorgaande lijn aan de orde zijn

(pedagogisch klimaat, de omgang met de ouders en de wijze waarop de interne begeleiding vorm krijgt), geldt dat er geen afstemming plaats vindt tussen de vroegschool en de voorschool (F5, F6, F7). De school geeft aan hier behoefte wel aan te hebben. Voor alle betrokkenen geldt dan ook dat hier nog winst valt te behalen.

G OPBRENGSTEN VAN VVE De Delta

G1 De resultaten worden gemeten conform de gemeentelijk afspraken nvt

G2 De resultaten zijn van voldoende niveau nvt

G3 Verlengde kleuterperiode 3

4. VERVOLGAFSPRAKEN

Het bezoek heeft geen aanleiding gegeven voor het maken van vervolgafspraken.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding) 3 A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands 3 A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend

F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool 3 F2 Voldoende kinderen stromen door naar een vroegschool 3 F3 De voor- en vroegschool zorgen voor een ‘warme’ overdracht

Door het ontbreken van coördinatie tussen voor- en vroegschool ligt het in de lijn dat ook geen sprake is van een inhoudelijk overleg waarin naast uitwisseling van ervaringen

Ontwikkelpunt is om het ouderbeleid verder uit te werken aan de hand van een analyse van de ouderpopulatie en daarbij onder andere aandacht te besteden aan de volgende zaken: de

A5.2 Alle beroepskrachten zijn toereikend gekwalificeerd (opleiding) 3 A5.3 Alle beroepskrachten spreken voldoende Nederlands 3 A5.4 Alle beroepskrachten zijn toereikend

(F4, F5, F6 en F7) Over het aanbod, pedagogisch klimaat, educatief handelen, ouderbeleid en interne zorg en begeleiding zijn geen afspraken gemaakt met de voorschool.

F DOORGAANDE LIJN Bs De Kindervriend F1 Er is VVE-coördinatie tussen de voor- en vroegschool 2 F2 Voldoende kinderen stromen door naar een vroegschool 2 F3 De basisschool

Gezien het feit dat de eind- en tussendoelen voor de groepen 1 en 2 onvoldoende beschreven zijn, is het van belang om binnen het kwaliteitsbeleid extra aandacht te besteden aan