Inspectierapport
Kraaiennest (BSO)
Admiraal de Ruyterlaan 35a 1215LV HILVERSUM
Registratienummer 125854572
Dit is een publicatie van:
2 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM
14.0004062
Inspectierapport
Kraaiennest (BSO)
Admiraal de Ruyterlaan 35a 1215LV HILVERSUM
Registratienummer 125854572
Toezichthouder: GGD Gooi & Vechtstreek In opdracht van gemeente: HILVERSUM
Datum inspectie: 09-05-2014
Type onderzoek: Regulier onderzoek
Status: Definitief
Datum vaststelling inspectierapport: 03-06-2014
Inhoudsopgave
Het onderzoek...4
Observaties en bevindingen ...5
Pedagogisch klimaat ...5
Personeel en groepen...7
Inspectie-items...9
Gegevens voorziening... 11
Gegevens toezicht... 11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 12
4 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 3 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd regulier onderzoek.
In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van zogeheten risico gestuurd toezicht (RGT). De inspectieactiviteit richt zich primair op de kwaliteit van de dagelijkse praktijk, aangevuld met aandachtspunten uit vorige inspecties.
Beschouwing Algemeen:
Buitenschoolse opvang Kraaiennest is onderdeel van kinderopvang organisatie BINK. BINK heeft meerdere locaties dagopvang, buitenschoolse opvang en peuterspeelzalen in Hilversum en Soest.
Bij buitenschoolse opvang Kraaiennest worden kinderen van de basisschool Montessori-Zuid opgevangen in vier basisgroepen tot zij de leeftijd van 8+ hebben bereikt. De kinderen gaan dan naar BSO Hasselbraam.
Op de benedenverdieping zijn de twee basisgroepen voor de jongste kinderen. In Zon en Ster worden de kinderen van 4-6 jaar opgevangen. Naast hun eigen basisgroep hebben de kinderen toegang tot onder andere een speellokaal.
Op de eerste verdieping worden op de groepen Maan en Regenboog de kinderen van 6-8 jaar opgevangen. Naast hun eigen basisgroep hebben de oudste kinderen onder andere toegang tot een chill-room en een theaterkamer.
Inspectie historie:
Bij het reguliere onderzoek in 2012 is een tekortkoming geconstateerd in de beroepskracht-kind- ratio. Ten tijde van het nader onderzoek werd aan dit item voldaan.
Bij het reguliere onderzoek van 2013 werd aan alle getoetste items voldaan.
Huidige inspectie:
De huidige inspectie heeft zich gericht op kernzaken uit de praktijk. De inspectie en bijbehorende observatie heeft onaangekondigd plaatsgevonden op vrijdagmiddag 09 mei 2014.
In het Landelijk Register Kinderopvang staat naast BSO Kraaiennest ook een dependance
geregistreerd, hier vindt inmiddels geen opvang meer plaats. De houder dient deze locatie te laten uitschrijven.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
Dependance Kraaiennest kan uit register worden verwijderd. Hier vindt geen opvang meer plaats.
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Binnen dit domein zijn de volgende competenties geobserveerd en beoordeeld:
Emotionele veiligheid
Persoonlijke competentie
Sociale competentie
Overdracht van normen en waarden
Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie kindercentrum. Onderstaande beschrijvingen zijn aan dat instrument ontleend, en tijdens het onderzoek op locatie geconstateerd. Na de beschrijving uit het veldinstrument volgt eventueel een voorbeeld uit de waargenomen praktijk.
Pedagogische praktijk
Tijdens het interview met de beroepskrachten blijkt dat zij voldoende op de hoogte zijn van het pedagogisch beleid. Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groepen.
Emotionele veiligheid:
De kinderen worden uitgenodigd tot participatie;
De activiteiten passen in algemene zin bij de interesse en het ontwikkelingsniveau van de kinderen.
Kinderen kunnen bij sommige activiteiten aangeven waar hun voorkeur naar uitgaat. Zij krijgen gelegenheid om ook kenbaar te maken waar zij zelf zin in hebben.
Voor zowel de jongste, als de oudste kinderen worden elke dag activiteiten georganiseerd.
Kinderen zijn vrij om te kiezen of, en aan welke activiteit zij willen deelnemen. Ten tijde van de observatie kon er bijvoorbeeld voor worden gekozen om een moederdagcadeau te maken, maar er was ook een buitenspel/sportactiviteit. Meerdere kinderen kozen ervoor om binnen of buiten vrij te spelen.
Persoonlijke competentie:
Kinderen krijgen de mogelijkheid om eigen ervaringen op te doen middels spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting;
De meeste kinderen zijn het grootste deel van de tijd bezig met een bepaalde activiteit. Momenten van betrokkenheid wisselen af met rondlopen of kortdurend en oppervlakkig spel.
Het spelmateriaal is zichtbaar en bereikbaar voor kinderen. De meeste tentoongestelde werkjes in de ruimte zijn door de kinderen zelf gemaakt en hebben een verband met huidige activiteiten of thema’s.
Wanneer de kinderen geen keuze maken en gaan rondhangen, worden zij gestimuleerd door de beroepskracht. "Wat ga jij doen?" "Kom anders even kijken, we hebben hele leuke dingen om te maken voor moederdag."
Sociale competentie:
De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in het voorkómen en oplossen van conflicten;
De beroepskrachten grijpen doorgaans in bij negatieve interacties tussen kinderen, nadat zij een eerste indruk hebben gekregen van de situatie.
De beroepskrachten benoemen actief de manier waarop kinderen een (bijna) conflict of negatieve situatie hebben opgelost. Zij complimenteren de kinderen en benoemen op welke wijze de aanpak positief heeft gewerkt.
Op de oudste groep zijn enkele kinderen met lego bezig. Eén van de werkjes wordt door een ander kind kapot gemaakt. De beroepskracht wacht even af wat er gebeurd. Het kind zegt gelijk sorry.
Vervolgens gaat de beroepskracht naar de kinderen toe en zegt: "Goed dat je sorry zegt, maar hij vond dat niet leuk he? Ga je even helpen met het weer te maken?"
6 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM
Kinderen maken deel uit van het groepsgebeuren;
Kinderen worden gestimuleerd om sociale contacten met elkaar aan te gaan. De beroepskrachten laten veel initiatief voor samenspel over aan de kinderen, maar grijpen wel in als kinderen mee mogen of kunnen doen.
Eén van de kinderen zit achter de computer een spelletje te doen, een ander kind draalt daar omheen. De beroepskracht vraagt: "Mag hij misschien even meedoen?"
Het kind achter de computer benoemt dat hij liever even alleen speelt. De beroepskracht zegt: "Hij wil even alleen spelen, je kan dan na hem, is dat goed?"
Niet veel later geeft de jongen achter de computer aan dat het andere kind toch mee mag doen.
Gebruikte bronnen:
Interview anderen (Pedagogisch medewerkers)
Observaties (Onaangekondigd op 09 mei 2014)
Personeel en groepen
Binnen dit domein heeft er een steekproef plaatsgevonden van passende diploma’s en geldige verklaringen omtrent het gedrag van de beroepskrachten.
De beroepskracht-kind-ratio en de opvang in basisgroepen zijn getoetst door middel van roosters, presentielijsten en bezettingslijsten.
Verklaring omtrent het gedrag
Van alle medewerkers werkzaam bij buitenschoolse opvang het Kraaiennest is de verklaring omtrent het gedrag ingezien.
Van de 11 medewerkers waren 10 verklaringen omtrent het gedrag niet ouder dan 2 jaar.
De verklaring omtrent het gedrag van één huishoudelijk medewerker dateerde uit 2010. De toezichthouder heeft op dit item overleg en overreding toegepast. De houder is in de gelegenheid gesteld een verklaring omtrent het gedrag van deze medewerker toe sturen die niet ouder is dan 2 jaar.
De houder heeft deze verklaring omtrent het gedrag binnen de gestelde termijn toegezonden. Aan de voorwaarden wordt voldaan.
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten uit de steekproef beschikken over een passende beroepskwalificatie.
Beroepskracht-kindratio
Ten tijde van de onaangekondigde inspectie op vrijdag 09 mei 2014 is de volgende beroepskracht- kind-ratio geconstateerd;
Naam
groep Leeftijd
kinderen Aantal aanwezige kinderen
Aantal
beroepskrachten nodig
Aantal
beroepskrachten aanwezig
Opmerkingen
Zon 4-6 jaar 9 1 1 samengevoegd
met Ster
Ster 4-6 jaar 9 1 1
Maan 6-8 jaar 6 1 1 samengevoegd
met Regenboog
Regenboog 6-8 jaar 6 1 1
Op woensdag en vrijdag zijn de jongste twee groepen en de oudste twee groepen samengevoegd.
De overige dagen zijn aanzienlijk drukker. De groepen werken dan allen afzonderlijk.
Conclusie uit de waargenomen praktijk is dat er aan de minimale eisen betreffende de beroepskracht-kind-ratio wordt voldaan.
8 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM Opvang in groepen
Ieder kind hoort bij een basisgroep van maximaal 20 kinderen. Wanneer kinderen in een andere basisgroep dan hun eigen basisgroep worden opgevangen, dan heeft de ouder hiervoor schriftelijk toestemming gegeven.
Naam groep Leeftijd kinderen Maximaal aantal aanwezige kinderen
Zon 4-6 jaar 20
Ster 4-6 jaar 20
Maan 6-8 jaar 20
Regenboog 6-8 jaar 20
Gebruikte bronnen:
Interview anderen (Pedagogisch medewerkers)
Observaties (Onaangekondigd op 09 mei 2014)
Verklaringen omtrent het gedrag
Diploma's beroepskrachten
Presentielijsten
Personeelsrooster
Inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 en 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die niet ouder is dan twee jaar.
(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1, 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
10 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OFDe verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 7 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen
Ieder kind behoort bij een basisgroep.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF
De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.50 lid 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : Kraaiennest
Website : http://www.binkkinderopvang.nl
Aantal kindplaatsen : 90
Gegevens houder
Naam houder : Bink Hilversum
Adres houder : Postbus 1064
Postcode en plaats : 1200BB HILVERSUM
Website : www.binkkinderopvang.nl
KvK nummer : 55449808
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD Gooi & Vechtstreek
Adres : Postbus 251
Postcode en plaats : 1400AG BUSSUM
Telefoonnummer : 035-6926377
Onderzoek uitgevoerd door : K. Driessen Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : HILVERSUM
Adres : Postbus 9900
Postcode en plaats : 1201GM HILVERSUM
Planning
Datum inspectie : 09-05-2014
Opstellen concept inspectierapport : 30-05-2014
Zienswijze houder : Niet van toepassing
Vaststelling inspectierapport : 03-06-2014 Verzenden inspectierapport naar houder
en oudercommissie : 03-06-2014
Verzenden inspectierapport naar
gemeente : 03-06-2014
Openbaar maken inspectierapport : 10-06-2014
12 van 12 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang regulier onderzoek 09-05-2014
Kraaiennest te HILVERSUM
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.