• No results found

Inspectierapport Doomijn BSO Zalmkolk (BSO) Zalmkolk PA Zwolle Registratienummer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inspectierapport Doomijn BSO Zalmkolk (BSO) Zalmkolk PA Zwolle Registratienummer"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inspectierapport

Doomijn BSO Zalmkolk (BSO) Zalmkolk 2

8017PA Zwolle

Registratienummer 399961483

Toezichthouder: GGD IJsselland

In opdracht van gemeente: Zwolle

Datum inspectie: 19-10-2017

Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek

Status: Definitief

Datum vaststelling inspectierapport: 20-11-2017

(2)

2 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 19-10-2017

Doomijn BSO Zalmkolk te Zwolle

Inhoudsopgave

Inhoudsopgave ... 2

Het onderzoek... 3

Observaties en bevindingen ... 4

Overzicht getoetste inspectie-items ... 7

Gegevens voorziening ... 9

Gegevens toezicht ... 9

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum...10

(3)

Het onderzoek

Onderzoeksopzet

Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.

In dit onderzoek is op grond van de bevindingen bij voorgaande inspecties, een beperkt aantal kwaliteitseisen onderzocht. Dat zijn de volgende:

 de eisen aan het personeel;

 de opvang in groepen;

 de beroepskracht-kindratio;

 de pedagogische kwaliteit.

Beschouwing

Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over buitenschoolse opvang Zalmkolk en de inspectiegeschiedenis, volgen de bevindingen op hoofdlijnen. Deze worden elders in het rapport per domein verder uitgewerkt.

Feiten over buitenschoolse opvang Zalmkolk

Buitenschoolse opvang Zalmkolk is onderdeel van Stichting Doomijn Kinderopvang. Doomijn Kinderopvang heeft meerdere kinderdagverblijven en buitenschoolse opvanglocaties binnen regio IJsselland.

De buitenschoolse opvang maakt gebruik van twee groepsruimtes binnen de muren van

Jenaplanschool De Phoenix. In het landelijk register kinderopvang staat de buitenschoolse opvang geregistreerd met 40 kindplaatsen.

Inspectiegeschiedenis

04-06-2015 onderzoek voor registratie: Vanuit de GGD zijn er geen bezwaren tegen exploitatie van Doomijn BSO Zalmkolk.

01-10-2015 onderzoek na registratie: er is een overtreding geconstateerd met betrekking tot het pedagogisch beleidsplan.

12-01-2016 nader onderzoek: de eerder geconstateerde overtreding (01-10-2015) is hersteld.

16-06-2016 incidenteel onderzoek: de toezichthouder gaat akkoord met de uitbreiding naar 30 kindplaatsen.

21-11-2016 jaarlijks onderzoek: de getoetste voorwaarden voldoen aan de Wet kinderopvang.

23-11-2016 incidenteel onderzoek: de toezichthouder gaat akkoord met de uitbreiding naar 40 kindplaatsen.

Bevindingen op hoofdlijnen

Tijdens dit jaarlijks onderzoek voldoen alle onderzochte items aan de Wet kinderopvang Advies aan College van B&W

Geen handhaving.

(4)

4 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 19-10-2017

Doomijn BSO Zalmkolk te Zwolle

Observaties en bevindingen

Pedagogisch klimaat

Tijdens het inspectiebezoek is de pedagogische praktijk getoetst in theorie en in de praktijk.

Bij de observatie van de pedagogische praktijk maakt de toezichthouder gebruik van het

Veldinstrument observatie kindercentrum (januari 2015). Daarin staan specifieke aspecten waarop wordt geobserveerd.

Het observatie-instrument bevat voor elke voorwaarde indicatoren. Deze worden gebruikt bij het beschrijven van de pedagogische praktijk.

Pedagogische praktijk

De houder heeft een pedagogisch beleidsplan waarin de voor BSO de Zalmkolk kenmerkende visie op de omgang met kinderen is beschreven. Uit een gesprek met de beroepskrachten blijkt dat zij goed op de hoogte zijn van het beleid en daarnaar handelen. Dit kwam ook tot uiting tijdens de observatie op de groep.

Emotionele veiligheid

Indicator: ‘De beroepskrachten hebben een vertrouwde relatie met de kinderen.’

Observatie:

De meeste kinderen laten zich enthousiast maken en motiveren door de beroepskrachten. Zij reageren op initiatieven van de beroepskracht. De meeste kinderen zijn rustig en ontspannen in het contact met de beroepskrachten. De kinderen schakelen de beroepskrachten in als ze hulp of steun nodig hebben.

In verband met het mooie weer gaat een groep kinderen van de Blije Bij en Aardige Aap onder begeleiding van drie beroepskrachten naar buiten. Een van de beroepskrachten geeft aan een aantal kinderen aan dat zij wel een idee voor een spel heeft. Zij vertelt tegen die groep kinderen dat er dan zeker 3 kinderen bij moeten komen. Zij motiveert de kinderen om een groep te vormen zodat het spel gepeeld kan gaan worden. De kinderen gaan daarop uit elkaar en vragen hardop

"Wie wil met ons een spel mee spelen?". Na ongeveer 10 minuten komen de beroepskracht en de kinderen bij elkaar en zien dat er voldoende kinderen zijn om het spel te kunnen spelen.

Ontwikkeling van de persoonlijke competentie

Indicator: 'Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer)ervaringen op te doen dankzij de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting.'

Observatie:

Er is voldoende spelmateriaal voor de verschillende ontwikkelingsgebieden en leeftijdsgroepen. Er is gesloten en open spelmateriaal waar kinderen mee kunnen ontdekken en fantaseren. De kinderen zijn langere tijd bezig met een activiteit. Zo worden er aan de grote tafel figuren van strijkkralen gemaakt. Aan een kleine tafel wordt er gekleurd, en in een leeshoek zijn twee kinderen een boek aan het lezen.

In verband met het mooie weer gaat een grote groep kinderen buiten spelen. Daar is voldoende materiaal aanwezig. Er kan onder andere worden geschommeld, geskelterd en gevoetbald.

Ontwikkeling van de sociale competentie Indicator:'De kinderen zijn deel van de groep.' Observatie:

De beroepskrachten zetten zich in voor een positieve sfeer door zorg voor de inrichting en

aankleding van ruimte en activiteiten. Ze maken grapjes, zijn behulpzaam en hebben aandacht en zorg voor alle kinderen. De kinderen komen ook naar de beroepskrachten toe om dingen te laten zien of om te vragen of ze ergens mee willen helpen.

(5)

Overdracht van normen en waarden

Indicator:'Beroepskrachten vervullen een voorbeeldfunctie in spreken en handelen.' Observatie:

De beroepskrachten geven kinderen het goede voorbeeld van sociale vaardigheden in de omgang met andere kinderen. De beroepskrachten zijn vriendelijk, luisteren, leven mee, troosten en helpen. De interacties tussen beroepskrachten en kind sluiten aan op de behoeften.

Conclusie

Tijdens het inspectiebezoek is de pedagogische praktijk conform de Wet Kinderopvang.

Gebruikte bronnen:

 Interview (Beroepskrachten)

 Observaties (Binnen- en buitenruimte, Pedagogische praktijk)

 Pedagogisch beleidsplan (versie september 2016)

 Pedagogisch werkplan (versie september 2016)

(6)

6 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 19-10-2017

Doomijn BSO Zalmkolk te Zwolle

Personeel en groepen

Verklaring omtrent het gedrag

De beroepskrachten die werkzaam zijn bij buitenschoolse opvang Zalmkolk hebben een geldige verklaring omtrent het gedrag.

Passende beroepskwalificatie

De beroepskrachten die werkzaam zijn bij buitenschoolse opvang Zalmkolk beschikken over een passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.

Opvang in groepen

Er wordt op deze buitenschoolse opvang gewerkt met de volgende twee basisgroepen:

 Blije Bij: maximaal 20 kinderen uit groep 1, 2 en 3.

 Aardige Apen: maximaal 20 kinderen uit groep 4, 5.

Conclusie

De opvang in groepen is conform de Wet kinderopvang.

Beroepskracht-kindratio

De toezichthouder heeft de presentielijsten van meerdere dagdelen bekeken.

De beroepskracht-kindratio is conform de Wet kinderopvang.

Ook ten aanzien van het afwijken van de beroepskracht-kindratio voldoet de houder aan de voorwaarden uit de Wet kinderopvang.

Gebruikte bronnen:

 Interview (Beroepskrachten)

 Observaties (Binnen- en buitenruimte, Pedagogische praktijk)

 Verklaringen omtrent het gedrag (Steekproef)

 Diploma's beroepskrachten (Steekproef)

 Presentielijsten (Steekproef)

 Personeelsrooster (Steekproef)

(7)

Overzicht getoetste inspectie-items

Pedagogisch klimaat

Pedagogische praktijk

De houder draagt zorg voor uitvoering van het vastgestelde pedagogisch beleidsplan.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Personeel en groepen

Verklaring omtrent het gedrag

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013.

(art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden.

(art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen) Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang.

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen

De opvang vindt plaats in basisgroepen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(8)

8 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 19-10-2017

Doomijn BSO Zalmkolk te Zwolle

De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF

De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:

- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.

- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.

Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen) OF

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:

- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen)

Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(9)

Gegevens voorziening

Opvanggegevens

Naam voorziening : Doomijn BSO Zalmkolk

Website : http://www.doomijn.nl

Aantal kindplaatsen : 40

Gegevens houder

Naam houder : Travers Kinderopvang

Adres houder : Burg Drijbersingel 11

Postcode en plaats : 8021DA Zwolle

Website : www.doomijn.nl

KvK nummer : 05027189

Aansluiting geschillencommissie : Ja

Gegevens toezicht

Gegevens toezichthouder (GGD)

Naam GGD : GGD IJsselland

Adres : Postbus 1453

Postcode en plaats : 8001BL ZWOLLE

Telefoonnummer : 038-4 281 686

Onderzoek uitgevoerd door : Carolien Boschma J de Lange Gegevens opdrachtgever (gemeente)

Naam gemeente : Zwolle

Adres : Postbus 10007

Postcode en plaats : 8000GA ZWOLLE

Planning

Datum inspectie : 19-10-2017

Opstellen concept inspectierapport : 14-11-2017

Zienswijze houder : 14-11-2017

Vaststelling inspectierapport : 20-11-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 20-11-2017 Verzenden inspectierapport naar

gemeente : 20-11-2017

Openbaar maken inspectierapport : 04-12-2017

(10)

10 van 10 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 19-10-2017

Doomijn BSO Zalmkolk te Zwolle

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum

De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

14 november 2017 Zienswijze Doomijn BSO

Doomijn kinderopvang is blij met de positieve beoordeling van de GGD inspectie en de observaties van het pedagogisch handelen van de pedagogisch medewerkers van BSO Zalmkolk. Ook in de toekomst zetten de medewerkers van Doomijn kinderopvang zich met plezier in om dezelfde kwaliteit en aandacht voor de kinderen te blijven bieden.

Elly van Holland

Manager kinderopvang en peuterspeelzalen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling

1. Een buitenschoolse opvang, een kinderdagverblijf, een gastouder- bureau of een voorziening voor gastouderopvang wordt niet in exploitatie genomen voordat een onderzoek door de

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling