• No results found

De VN-Veiligheidsraad: kop van Jut of hoeder van het algemene wereldbelang?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "De VN-Veiligheidsraad: kop van Jut of hoeder van het algemene wereldbelang?"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

De VN-Veiligheidsraad: kop van Jut of hoeder van het algemene wereldbelang?

Schrijver, N.J.

Citation

Schrijver, N. J. (2008). De VN-Veiligheidsraad: kop van Jut of hoeder van het algemene wereldbelang? Rechtsgeleerd Magazijn Themis, 169(4), 135-135. Retrieved from

https://hdl.handle.net/1887/13582

Version: Not Applicable (or Unknown)

License: Leiden University Non-exclusive license Downloaded

from: https://hdl.handle.net/1887/13582

Note: To cite this publication please use the final published version (if applicable).

(2)

De VN-Veiligheidsraad: kop van Jut of hoeder van het algemene wereldbelang?

Dezer dagen brandmerkte de VN-Veiligheidsraad de verkiezingen in Zimbabwe als niet vrij en niet eerlijk;

discussieerde de Raad over hoe de vermeende nucleaire ambities van Iran met eventueel verdergaande sancties te beteugelen; en evalueerde de Raad de effectiviteit van zijn anti-terrorismebeleid zoals ontwikkeld in reactie op Elf September. Deze kleine greep uit het zomernieuws anno 2008 leert hoezeer de VN-Veiligheidsraad zich beweegt in de kolkende internationale politiek.

In de ruim zestig jaren van zijn bestaan heeft de Veilig- heidsraad zijn horizon enorm verbreed. In 1945 werd de Raad ingesteld als forum van politiek overleg met als hoofdtaak de internationale vrede en veiligheid te bewa- ren. Daaronder werd in die dagen verstaan het tegengaan van verstoringen van de status quo, dat wil zeggen het behoud van de ‘negatieve vrede’. Geleidelijk aan heeft het begrip vrede een bredere inhoud gekregen, waaronder het verwezenlijken van het recht van volken op zelfbe- schikking, het beschermen van de rechten van de mens en het organiseren van naoorlogse vredesopbouw. Deze

‘positieve vrede’ domineert tegenwoordig de agenda van de Veiligheidsraad. Dat heeft ertoe geleid dat de Raad naast forum van overleg en hoeder van de negatieve vrede ook vredesarchitect, voorlopig bestuurder (Oost-Timor, Kosovo), pseudo-wetgever, geschillenbeslechter, oprichter van straftribunalen en troepenleverancier is geworden.

Daarbij past dat de Veiligheidsraad zich niet alleen meer met concrete situaties in landen bezighoudt, maar zich ook in meer algemene zin uitspreekt over bepaalde onder- werpen die vrede en veiligheid raken, zoals de rol van vrouwen en kinderen in gewapende conflicten, versprei- ding van het aidsvirus, de verspreiding van massavernie- tigingswapens en zelfs klimaatverandering.

In de eerste twintig jaar telde de Raad 11 leden, vijf per- manente en zes gekozen leden. Vanwege de enorme groei van het aantal staten als gevolg van het dekolonisatiepro- ces werd de Raad in 1966 uitgebreid van 11 tot de huidige 15 leden. De afgelopen 15 jaar is intensief gesproken over uitbreiding van de Veiligheidsraad met nieuwe leden, waaronder permanente leden. Kandidaten zijn Japan (maar dat wil China niet), India (maar dat wil Pakistan niet), een Afrikaans land (Egypte, Nigeria of Zuid-Afri- ka?), Duitsland (maar dat wil Italië niet) en Brazilië (maar dat willen Argentinië en Mexico niet). Allerlei formules, ook die van een semi-permanent of een vierjarig en her- nieuwbaar lidmaatschap en al dan niet met een vetorecht, zijn besproken. Intussen ging het momentum van de Wereldtop ter gelegenheid van de zestigste verjaardag van de VN in 2005 verloren om deze Gordiaanse knoop door te hakken. Sindsdien zit de hervormingsdiscussie weer muurvast. De vraag is of dat zo heel erg is: vergro- ting van de representativiteit van de Veiligheidsraad, hoe voor de hand liggend ook, kan nog wel eens haaks staan op de vergroting van effectiviteit wat evenzeer een belang- rijk vereiste voor een versterkte legitimiteit is. En hoe

logisch is het om aan het begin van de 21e eeuw nog meer nationale staten aan de Veiligheidsraad toe te voegen en niet belangrijke regionale organisaties, zoals de Europese Unie en de Afrikaanse Unie?

In plaats van het heil te zoeken in een kwantitatieve uit- breiding van de Veiligheidsraad zou het beter zijn de kwaliteit van de besluitvorming en het optreden van de Raad te verbeteren. Dit door betere checks and balances in te bouwen en ook zelf beginselen van behoorlijk be- stuur, zo vaak voorgehouden aan individuele landen, toe te passen. Al 63 jaar werkt de Raad op basis van voorlo- pige procedureregels; het is goed mogelijk om op basis van het gegroeide recht en de praktijk van de Verenigde Naties en met inachtneming van beginselen van behoorlijk bestuur de procedureregels vast te stellen. Voorafgaand aan besluitvorming zouden de betrokken partijen alsmede de Secretaris-generaal, de President van de Algemene Vergadering en indien van toepassing de hoofden van VN-organen (UNICEF, Wereldvoedselprogramma), belangrijke niet-gouvernementele organisaties en even- tueel deskundigen in een openbare zitting gehoord moe- ten worden. Voorts zou de Raad de rechtsbasis van zijn besluiten duidelijk moeten aangeven, zowel wat betreft het VN-Handvest als het overige materiële recht waaron- der de rechten van de mens, het oorlogsrecht en het inter- nationale strafrecht dat niet in het Handvest aan de orde komt maar wel vaak wordt ingeroepen. Bij het samenstel- len van sanctielijsten met namen van vermeende terroris- ten behoort enige externe toetsing plaats te hebben. Per- manente leden die een veto uitbrengen zouden dit in een openbare zitting en niet louter achter de schermen moeten toelichten. Ten slotte is er dringend behoefte aan meer samenwerking en eenheid van benadering binnen het VN-systeem. Te vaak werken organen, functionarissen, programma’s en organisaties en de afzonderlijke politieke, humanitaire en politieke sectoren langs elkaar heen.

Transparantie, toerekenbaarheid, verantwoording, con- sultatie, hoor en wederhoor, coördinatie, coherentie zijn geen holle frasen maar de beginselen op basis waarvan de Raad zich verder kan ontpoppen als hoeder van het alge- mene wereldbelang in plaats van de internationale kop van Jut te worden.

NJS

REDACTIONELE KANTTEKENINGEN

135 Rechtsgeleerd Magazijn THEMIS 2008-4

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Leerlijn Toegankelijke Onafhankelijke cliëntondersteuning.. MAARTEN VAN DEN

Gezamenlijke scholings- en intervisie- bijeenkomsten voor alle Meedenkers, nog beter

• Wat kan ik de komende weken bijdragen binnen mijn organisatie om een prettige werkcultuur te creëren voor ervaringsdeskundigen. • Welke kennis ontbreekt wellicht nog binnen

• Niet altijd bewust dat cliëntondersteuning óók is voor vraagstukken rond schulden, werk & inkomen. • SCP over participatiewet: geen sprake

• Presentatie door Frits Dreschler van Divosa over het project ‘Rechtshulp en het sociaal domein’1. • In gesprek met Wil Evers, beleidsmedewerker bij

Een evaluatie levert kennis op voor de doorontwikkeling van beleid of aanpak of voor nieuw te ontwikkelen beleid of projecten.?. Vijf stappen voor monitoren

Cocq lijdt al 34 jaar aan een ongeneeslijke ziekte aan zijn aderen.. Dat weerhield hem er niet van een strijdlustig leven

'Ze eist niet dat iemand haar doodt, maar dat een arts toestemming krijgt om haar medicijnen te geven die het haar mogelijk maken zelf waardig te sterven.'.. Sébire: 'Ik kan niets