• No results found

Schoolondersteuningsprofiel Koningin Julianaschool

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Schoolondersteuningsprofiel Koningin Julianaschool"

Copied!
31
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Schoolondersteuningsprofiel Koningin Julianaschool

Januari 2014

Peter Lakke Inschool

PCBS. Koningin Juliana

Hoge Molenwerf 1, 2935 CB Ouderkerk a/d IJssel T:0180-681992 : directie@jslag.nl; www.jslag.nl

(2)

1.Inleiding ... 3

2.Algemene gegevens ... 4

2.1.Algemene gegevens van de school ... 4

2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept ... 4

2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van de afgelopen schooljaren ... 5

2.3.1.Leerling aantallen ... 5

2.3.2.Leerlinggewichten ... 5

2.3.3.Aantal besproken leerlingen bij het Zorgplatform of Zorgcommissie ... 6

2.3.4.Aanmeldingen PCL en verwijzingen SBO ... 6

2.3.5.Leerlingen met verwijzingen SO of een rugzakje ... 7

2.3.6.Aantal leerlingen met dyslexie en dyscalculie ... 7

2.3.7.Aantal gediagnosticeerde leerlingen met hoogbegaafdheid of een individueel gemeten IQ lager dan 85 ... 8

2.3.8.Toelichting op gegevens hoofdstuk 2 ... 8

3.Aspecten basisondersteuning ... 9

3.1.Basiskwaliteit volgens de inspectie ... 9

3.1.1.Toelichting op gegevens ... 9

3.2.Planmatig werken ... 10

3.2.1.Standaarden van de inspectie ... 10

3.2.2.Standaarden handelingsgericht werken ... 11

3.2.3.Toelichting op gegevens ... 11

3.3.Preventieve en licht curatieve interventies ... 12

3.3.1.Toelichting op gegevens ... 12

3.4.Onderwijsondersteuningsstructuur ... 13

3.4.1.Deskundigheid ... 13

3.4.2.Toelichting op gegevens ... 14

3.4.3.Groepsgrootte en formatie ... 14

3.4.4.Toelichting op gegevens ... 15

3.4.5.Voorzieningen ... 15

3.4.6.Toelichting op gegevens ... 15

3.4.7.Ruimtelijke omgeving ... 15

3.4.8.Toelichting op gegevens ... 16

3.4.9.Samenwerking ... 16

3.4.10.Toelichting op gegevens ... 17

3.5.Bijdragen Passend onderwijs ... 17

(3)

4.Ondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften

... 21

4.1.Leren en ontwikkeling ... 22

4.2.Fysiek en Medisch ... 23

4.3.Sociaal-emotioneel en gedrag ... 25

4.4.Thuissituatie ... 26

5.Samenvatting ... 28

(4)

1.Inleiding

In dit schoolondersteuningsprofiel wordt een beeld gegeven van de mogelijkheden, grenzen en ambities die de school heeft als het gaat om het bieden van passend onderwijs aan leerlingen met specifieke (extra of aanvullende) onderwijsbehoeften.

Uit dit document blijkt of de school voldoet aan de basisondersteuning die door het schoolbestuur en het samenwerkingsverband is vastgesteld of nog wordt vastgesteld.

Bovendien wordt aangegeven voor welke leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften het team een arrangement heeft.

Dit schoolondersteuningsprofiel geeft ook de ambities van de school weer. Deze ambities staan geformuleerd in concrete doelen van het schoolbeleid.

Op basis van dit document kan de school een goede gesprekspartner zijn voor bestuur, ouders, het samenwerkingsverband, het speciaal onderwijs en organisaties voor welzijn en zorg.

De optelsom van de gegevens van meerdere scholen van het samenwerkingsverband geven een beeld van het onderwijsaanbod op het niveau van het schoolbestuur, de gemeente en het samenwerkingsverband. Op basis van dit overzicht kan het

samenwerkingsverband bepalen voor welke kinderen op welke plek voorzieningen en lesplaatsen worden ingericht. Het schoolbestuur en het samenwerkingsverband kunnen vervolgens beleid ontwikkelen om te voldoen aan de zorgplicht voor het bieden van passend onderwijs aan alle leerlingen uit de regio. Zo vormen de schoolondersteuningsprofielen van alle scholen samen een belangrijke bouwsteen voor het ontwikkelen van beleid op onder andere de ondersteuningstoewijzing, de verdeling van middelen en het arrangeren van een goed antwoord op de behoeften van leerlingen.

Het schoolondersteuningsprofiel van de school is opgesteld door een adviseur van Inschool, op basis van de ingevulde facts& findings en de ingevulde werkbladen over de arrangementen van de school. Beiden zijn ingevuld tijdens de zogenaamde Pressure Cooker bijeenkomsten in oktober 2013. Naar aanleiding hiervan is door Inschool een concept rapportage opgesteld welke aan de school is voorgelegd om te checken op feitelijke onjuistheden. Ook is gevraagd aan de school de concept rapportage te completeren waar het de ambities betreft ten aanzien van onderwijs(ondersteunings-) arrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Deze aanvullingen zijn meegenomen in de definitieve schoolrapportage van dit schoolondersteuningsprofiel.

(5)

2.Algemene gegevens

2.1.Algemene gegevens van de school

School: Koningin Julianaschool BRIN: 07PP

Directeur: V.M.Brauns IB-er(s): R.Kint

Schoolbestuur: Vereniging PCPO Krimpenerwaard Samenwerkingsverband: SWV Midden Holland wsns 3304

2.2.Onderwijsvisie/schoolconcept

Visie van de school:

Ieder kind is uniek. Ieder kind mag er zijn. We geloven dat elk mens van oorsprong is geschapen naar Gods beeld en gelijkenis. We gaan er van uit dat ieder kind talenten heeft gekregen. Het is onze opdracht om die talenten te ontwikkelen en te

gebruiken. Dat betekent dat we daar zorgvuldig mee moeten omgaan. Geen mens is beter dan de ander, geen mens is meer waard dan de ander. Dat mag zelfvertrouwen geven

Missie van de school:

De missie van onze school: ” Elk kind wordt gezien!”

Elk kind is uniek, ieder kind mag zichzelf zijn. In ons onderwijs proberen wij recht te doen en tegemoet te komen aan elk kind. Samen vormen al deze leerlingen één geheel. Samen met de leerkrachten en ouders vormen wij één organisatie. Vanuit deze eenheid is bloei en groei naar volwassenheid mogelijk.

Onze school is georganiseerd volgens het leerstofjaarklassensysteem, waarbij jaarlijks combinatiegroepen gevormd worden. Bij deze combinatiegroepen wordt uitgegaan van het belang van de kinderen: leidend is de pedagogische combinatie:

wat werkt? Daarnaast spelen de leercapaciteiten van de kinderen een rol en de aantallen leerlingen per groep.

We bieden zoveel mogelijk onderwijs op maat, volgens de HGW richtlijnen en het model directe instructie. Daarbij worden diverse coöperatieve werkvormen gehanteerd. Er wordt gewerkt met groepsplannen voor rekenen, taal/spelling en lezen. Bij specifieke zorgbehoefte hanteren we individuele handelingsplannen.

Zelfstandigheid wordt bevorderd. Binnen elke groep zijn drie niveaus, er wordt gebruik gemaakt van de instructietafel (voor verlengde instructie), en van compacten en verrijken. Aandacht voor het welbevinden van de leerlingen is van groot belang.

Voor de sociaal-emotionele ontwikkeling is de Kanjertraining ingezet. We hanteren een Leerlingvolgsysteem voor cognitieve – en voor sociaal-emotionele ontwikkeling via ParnasSys en ZIEN. De jongste kinderen (groep 1 en 2) worden gevolgd dmv het volgsysteem Leerlijnen in ParnasSys.

We werken aan een goede samenwerking met ouders, die als deskundigen worden gezien. Via ParnasSys zijn zij op de hoogte van de vorderingen van hun kind.”

(6)

2.3.Kengetallen leerlingenpopulatie van de afgelopen schooljaren 2.3.1.Leerling aantallen

Bovenstaand figuur laat zien dat het leerlingenaantal vanaf 2009 is gestegen van 88 leerlingen in 2009 naar 97 leerlingen in 2012. De directie van de school geeft aan dat de verwachting is dat het leerlingenaantal zal dalen.

Figuur 1. We merken op dat door een typische schaalverdeling de grootte van de school lijkt te halveren. De afname is zeer beperkt en gematigd.

2.3.2.Leerlinggewichten

per 1 okt. 2009 per 1 okt. 2010 per 1 okt. 2011 per 1 okt. 2012

Leerling aantallen 88 90 97 97

per 1 okt. 2013 per 1 okt. 2014 per 1 okt. 2015 Verwachte leerling

aantallen 90 85 85

per 1 okt. 2009 per 1 okt. 2010 per 1 okt. 2011 per 1 okt. 2012 Aantal leerlingen met

leerlinggewicht 0,3 19 14 14 12

Aantal leerlingen met

leerlinggewicht 1,2 2 2 5 5

(7)

Bovenstaand figuur laat het aantal leerlingen met een leerlinggewicht zien van de afgelopen vier jaar. Op dit moment zijn er 12 leerlingen met een leerlinggewicht 0,3.

Dat komt overeen met 12% van de schoolpopulatie; landelijk gemiddelde daarvan is 6,9% (bron: http://kengetallen.passendonderwijs.nl, leerlinggewichten 2011-2012) en 5 kinderen met een schoolgewicht 1,2. Dat komt overeen met 5,2% van de schoolpopulatie; landelijk gemiddelde daarvan is 5,4% (bron: idem).

2.3.3.Aantal besproken leerlingen bij het Zorgplatform of Zorgcommissie

Afgelopen vier jaar zijn er 6 leerlingen besproken.

2.3.4.Aanmeldingen PCL en verwijzingen SBO

Afgelopen vier jaar meldde de school 2 leerlingen aan bij het PCL en verwees de school 2 leerlingen naar het SBO. Dat komt overeen met een verwijzingspercentage van 0,54% per jaar. Het landelijk gemiddelde bedraagt 0,51% (bron:

http://kengetallen.passendonderwijs.nl, aantal leerlingen verwezen naar het zelfde of een ander samenwerkingsverband 2010-2011, het percentage van 2011-2012 is nog niet bekend). De school heeft sinds 2009 geen leerlingen teruggeplaatst gekregen uit het Speciaal Basisonderwijs (SBO).

2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013 Aantal besproken leerlingen

per schooljaar bij het Zorgplatform of

zorgcommissie

0 0 3 3

2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013

Aantal aanmeldingen PCL 0 0 0 2

Aantal verwijzingen SBO 0 0 0 2

Aantal terugplaatsingen per

schooljaar vanuit SBO 0 0 0 0

(8)

2.3.5.Leerlingen met verwijzingen SO of een rugzakje

De school verwees volgens opgave van de directie sinds 2009-2010 drie leerlingen naar het Speciaal Onderwijs (SO), allen naar cluster 3.

Er zijn op 1 oktober 2012 2 leerlingen met een indicatie (rugzakje). Dit komt neer op 2,1 % van de schoolpopulatie. Het landelijk gemiddelde van leeringen met een rugzakje in het basisonderwijs is 1,4% (bron:

http://kengetallen.passendonderwijs.nl, totaal aantal leerlingen met een rugzak, zowel op het BO als SBO, schooljaar 2011-2012).

2.3.6.Aantal leerlingen met dyslexie en dyscalculie

2009-2010 2010-2011 2011-2012 2012-2013

Verwijzingen SO cluster 1 0 0 0 0

Verwijzingen SO cluster 2 0 0 0 0

Verwijzingen SO cluster 3 1 0 0 2

Verwijzingen SO cluster 4 0 0 0 0

1 oktober 2009

1 oktober 2010

1 oktober 2011

1 oktober 2012

Aantal rugzakjes cluster 1 0 0 0 1

Aantal rugzakjes cluster 2 0 0 0 0

Aantal rugzakjes cluster 3 0 0 0 0

Aantal rugzakjes cluster 4 0 0 1 1

1 oktober

2009 1 oktober

2010 1 oktober

2011 1 oktober 2012

Aantal dyslexieverklaringen 0 1 1 1

Aantal gediagnosticeerde leerlingen met

dyscalculie/rekenstoornis 0 0 0 0

(9)

Op de school zit momenteel één leerling met een dyslexieverklaring. Op de school zitten momenteel geen leerlingen met een verklaring voor dyscalculie.

2.3.7.Aantal gediagnosticeerde leerlingen met hoogbegaafdheid of een individueel gemeten IQ lager dan 85

Op de school zitten momenteel geen leerlingen met een diagnose hoogbegaafdheid.

Op de school zitten momenteel vier leerlingen met IQ lager dan 85.

2.3.8.Toelichting op gegevens hoofdstuk 2

Als er naast een laag intelligentieprofiel geen bijkomende onderwijskundige belemmeringen zijn (zoals bijvoorbeeld ernstige aandachtstoornissen of sociaal- emotionele problemen), kunnen we deze kinderen de ondersteuning bieden die nodig is. Bij meervoudige problematiek, bijv. aandachtsstoornissen gecombineerd met een laag IQ, kunnen we deze kinderen niet de benodigde zorg bieden en zullen we verwijzen naar een gespecialiseerde vorm van onderwijs.

Bovendien wordt bij alle aanmeldingen van kinderen met speciale

onderwijsbehoeften bekeken wat de draagkracht van de school is: de grootte en samenstelling van de groep die het betreft, de benodigde onderwijsruimte, de draagkracht van het team, de mogelijkheid om de leerkracht ondersteuning te bieden.

In de nabije toekomst willen we kinderen met een hoge begaafdheid meer

onderwijsbod bieden via compacten/verrijken onderwijs op maat. Aandacht voor de dagelijkse structurele uitdaging voor deze leerlingen is nodig.

1 oktober 2009

1 oktober 2010

1 oktober 2011

1 oktober 2012 Aantal gediagnosticeerde

hoogbegaafde leerlingen (IQ

hoger dan 130) 0 0 0 0

Aantal leerlingen met een individueel gemeten IQ lager

dan 85 1 0 1 4

(10)

3.Aspecten basisondersteuning

De basisondersteuning geeft het niveau van ondersteuning weer, waaraan alle scholen in het samenwerkingsverband (gaan) voldoen. Mede op basis van de schoolondersteuningsprofielen van alle deelnemende scholen stelt het samenwerkingsverband het niveau van basisondersteuning vast.

De basisondersteuning omvat vier aspecten:

- basiskwaliteit (het oordeel van de inspectie over de school);

- onderwijsondersteuningsstructuur (goede afspraken over de organisatie binnen de school en samenwerking met specialisten);

- planmatig werken (het volgen van de resultaten van de leerlingen en het inrichten van het onderwijs op basis daarvan) en

- preventieve en licht curatieve interventies (zoals een aanpak voor pesten of dyslexie).

In de vragenlijst die voor deze rapportage is gebruikt, zijn deze vier aspecten van basisondersteuning bevraagd. De school heeft kunnen aangeven wat het meest recente oordeel van de inspectie was over de basiskwaliteit van de school. De kwaliteit van de ondersteuningsstructuur en het planmatig werken is in beeld gebracht aan de hand van een aantal standaarden. Deze standaarden zijn voor een deel ontleend aan de standaarden die de inspectie hanteert, en voor een ander deel hebben ze betrekking op de mate waarin de school het handelingsgericht werken beheerst. De kwaliteit van de ondersteuningsstructuur en het planmatig werken is verder in beeld gebracht door gegevens over de groepsgrootte (aandacht/tijd), voorzieningen, mogelijkheden van het gebouw en samenwerkingsrelaties van de school weer te geven.

Vervolgens heeft de school kunnen aangeven welke preventieve en licht curatieve interventies zij aanbiedt. Om de kwaliteit van deze interventies verder in te vullen is ook gevraagd welke (gecertificeerde) deskundigen in het team aanwezig zijn.

3.1.Basiskwaliteit volgens de inspectie

De Inspectie heeft de basiskwaliteit van de school tijdens haar laatste oordeel akkoord bevonden.

De Inspectie oordeelde tijdens haar laatste bezoek ten aanzien van de opbrengsten als volgt:

Zwak Voldoende Goed Excellent De resultaten van de leerlingen aan het EINDE van de basisschool

liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken

van de leerlingpopulatie mag worden verwacht *

De resultaten van de leerlingen voor de Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde TIJDENS de schoolperiode liggen tem minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingpopulatie mag worden verwacht

*

3.1.1.Toelichting op gegevens

De laatste twee jaar (vanaf 2012) is veel aandacht besteed aan het afstemmen van onderwijs aan zorgleerlingen.

Ook het aspect dat leraren systematisch de voortgang volgen en analyseren in de ontwikkeling van de leerlingen.

(11)

Planmatig zorg bieden. Regelmatig evalueren van de effecten van de zorg.

3.2.Planmatig werken

3.2.1.Standaarden van de inspectie

Onderstaand schema geeft aan hoe de school zichzelf beoordeelt op een aantal standaarden uit het toezichtkader van de Inspectie van het onderwijs.

Zwak Voldoende Goed Excellent 1.4 Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen

zich naar hun mogelijkheden *

2.4 De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerling-gewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand

*

4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school * 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van

leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het

gebied van sociale veiligheid op de school voordoen *

4.5/6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het

voorkomen en afhandelen van incidenten in en om de school *

4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen

op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan *

5.1 De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof *

5.2 De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer *

5.3 De leerlingen zijn actief betrokken bij de

onderwijsactiviteiten *

6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen *

6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in

ontwikkeling tussen de leerlingen *

6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen *

6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in

ontwikkeling tussen de leerlingen *

7.1 De school gebruikt een samenhangend systeem genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties

en de ontwikkeling van de leerlingen *

7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang

in ontwikkeling van de leerlingen *

8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig

hebben *

8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens

bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen *

8.3 De school voert de zorg planmatig uit *

8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg * 8.5 De school zoekt de structurele samenwerking met

ketenpartners waar noodzakelijke interventies op leerling-

niveau haar eigen kerntaak overschrijden *

9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerling-populatie *

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen * 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces *

(12)

9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten *

9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces * 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de

gerealiseerde onderwijskwaliteit *

Directie en IB beoordelen de school op 5 van de 26 bovenstaande inspectie indicatoren als zwak, 17 als voldoende en 4 als goed.

3.2.2.Standaarden handelingsgericht werken

Onderstaand schema geeft weer in hoeverre de school zichzelf op dit moment beoordeelt betreffende de ontwikkeling van handelingsgericht werken (HGW).

Zwak Voldoende Goed Excellent Leerkrachten verkennen en benoemen de onderwijsbehoeften

van leerlingen o.a. door observatie, gesprekken en het

analyseren van toetsen *

Leerkrachten bekijken en bespreken de wisselwerking tussen de leerling, de leerkracht, de groep en de leerstof om de

onderwijsbehoeften te begrijpen en daarop af te stemmen *

Leerkrachten reflecteren op hun eigen rol en het effect van hun

gedrag op het gedrag van leerlingen, ouders, collega's * Leerkrachten zijn zich bewust van de grote invloed die zij op de

ontwikkeling van hun leerlingen hebben *

Alle teamleden zoeken, benoemen en benutten de sterke kanten en interesses van de leerlingen, de leerkrachten, de

ouders en het schoolteam *

Leerkrachten werken samen met hun leerlingen. Ze betrekken hen bij de analyse, formuleren samen doelen en benutten de

ideeën en oplossingen van leerlingen *

Leerkrachten werken samen met ouders. Ze betrekken hen als ervaringsdeskundige en partner bij de analyse van de situatie en

het bedenken en uitvoeren van de aanpak *

Leerkrachten benoemen hoge, reële SMARTI-doelen voor de lange (einde schooljaar) en voor de korte (tussendoelen) termijn. Deze doelen worden gecommuniceerd en geëvalueerd met leerlingen, ouders en collega's

*

Leerkrachten werken met een groepsplan waarin ze de doelen en de aanpak voor de groep, subgroepjes en mogelijk een

individuele leerling beschrijven *

Leerkrachten bespreken minstens drie keer per jaar hun vragen betreffende het opstellen, uitvoeren en realiseren van hun

groepsplannen met de intern begeleider *

De onderwijs- en begeleidingsstructuur is voor eenieder duidelijk. Er zijn heldere afspraken over wie wat doet, waarom,

waar, hoe en wanneer *

Alle teamleden zijn open naar collega's, leerlingen en ouders over het werk dat gedaan wordt of is. Motieven en opvattingen

worden daarbij inzichtelijk gemaakt *

De school beoordeelt zichzelf op een van de twaalf standaarden van handelingsgericht werken als zwak, 5 als voldoende en 6 als goed.

3.2.3.Toelichting op gegevens

In de basis wordt planmatig gewerkt in alle groepen. Elke groep heeft 3 niveaus en voor de hoofdvakken rekenen, taal/spelling en lezen zijn er groepsplannen

(13)

opgesteld. In de combinatiegroepen (voor een leerkracht dus 6 niveaus ) is het moeilijk om naast de groepsplannen ook de individuele handelingsplannen voldoende tot uitvoering te brengen.

Daarnaast constateren we dat de samenwerking tussen leerlingen en leerkracht kan verbeterd worden middels kindgesprekken; de volgende stap in HGW. Hierbij kan het uitgaan van positieve kindfactoren kan worden bevorderd.

3.3.Preventieve en licht curatieve interventies

Ja Nee Toelichting

De school heeft een aanbod voor leerlingen met

dyscalculie *

De school heeft een aanbod voor leerlingen met

dyslexie *

We hebben aanpassingen voor leerlingen met dyslexie. We hebben een PCPO protocol hiervoor, dit moet wel schoolspecifiek gemaakt worden.

De school heeft een protocol voor medische

handelingen *

We hebben een PCPO protocol hiervoor, dit moet wel schoolspecifiek gemaakt worden

De school biedt fysieke toegankelijkheid voor

leerlingen die dit nodig hebben *

De school biedt aangepaste werk- en

instructieruimtes voor leerlingen die dit nodig

hebben. *

De school biedt de beschikbaarheid van hulpmiddelen voor leerlingen die dit nodig

hebben. *

De school heeft een aanpak gericht op sociale

veiligheid *

De school heeft een aanpak gericht op het

voorkomen van gedragsproblemen *

De school heeft een onderwijsprogramma en leerlijnen die zijn afgestemd op leerlingen met een minder dan gemiddelde intelligentie

We kijken naar de onderwijsbehoeften van het kind en stemmen daarop ons onderwijs af. We vragen indien nodig om ambulante begeleiding.

De school heeft een onderwijsprogramma en leerlijnen die zijn afgestemd op leerlingen met een meer dan gemiddelde intelligentie.

Dit is in ontwikkeling

De school heeft een aanpak voor leerlingen met een verstandelijke beperking

We hebben 2 zorgleerlingen met minder gemiddelde intelligentie. Deze leerlingen worden ambulant begeleid. We halen externe expertise in huis.

3.3.1.Toelichting op gegevens

De basiszorg die leerlingen nodig hebben kunnen we bieden. De extra zorg die nodig is bij een leerling met een specifieke onderwijsbehoefte wordt altijd afgewogen met de vraag of de school deze leerling de gewenste ondersteuning kan bieden. Voor leerlingen met lichte ondersteuningsbehoeften heeft de school voldoende

mogelijkheden. Alleen voor leerlingen met een verstandelijke beperking heeft de school geen aanpak voorhanden.

Bij alle aanmeldingen van een leerling met speciale onderwijsbehoeften wordt bekeken wat de draagkracht van de school is: de grootte en samenstelling van de (combinatie)groep die het betreft, plaatsing in onder- of bovenbouw, het aantal

(14)

reeds aanwezig zorgleerlingen in de groep, de benodigde onderwijsruimte, de draagkracht van het team en de mogelijkheid om de leerkracht ondersteuning te bieden. Indien nodig zal een andere meer passende vorm van onderwijs worden gezocht voor de betreffende leerling.

3.4.Onderwijsondersteuningsstructuur 3.4.1.Deskundigheid

De school maakt gebruik van de volgende aanwezige teamdeskundigheid.

aanwezig zonder

diploma aanwezig met

diploma niet

aanwezig

Intern Begeleider *

Taal/leesspecialist *

Dyslexie specialist *

Rekenspecialist *

Gedragsspecialist *

Sociale vaardigheden specialist *

Hoogbegaafdheid specialist *

Remedial teacher *

Motorische Remedial Teaching *

Spelbegeleiding *

Coaching en Video Interactie

Begeleiding *

Daarnaast zijn er nog andere deskundigen werkzaam in het team, namelijk:

Leerkrachten met gymbevoegdheid.

De school maakt daarnaast gebruik van de volgende aanwezige deskundigheid aanwezig in het samenwerkingsverband/bestuur.

aanwezig zonder

diploma aanwezig met

diploma niet

aanwezig

Orthopedagoog/Psycholoog *

Hoogbegaafdheidspecialist *

Logopedist *

Schoomaatschappelijk werker *

Schoolversterker *

Specialist het jonge kind *

Intern Begeleider *

Taal/leesspecialist *

Dyslexiespecialist *

Rekenspecialist *

Gedragsspecialist *

Sociale vaardigheden specialist *

Remedial Teacher *

(15)

Motorisch Remedial Teacher *

Spelbegeleiding *

Coaching en video interactie

Begeleider *

Daarnaast maakt de school gebruik van de volgende overige deskundigheid die beschikbaar is in- en buiten het samenwerkingsverband/bestuur:

 Fysiotherapeute vanuit particuliere praktijk.

 Algemeen/schoolmaatschappelijk werk vanuit Stichting Kwadraad.

 Jeugdzorg

 Onderwijs Advies (schoolbegeleidingsdienst)

 PABber WSNS (Preventieve Ambulante Begeleiding)

 Logopediste vanuit GGD

3.4.2.Toelichting op gegevens

Het team is voldoende deskundig op cognitief gebied, minder ervaren in begeleiden van kinderen met gedragsproblemen. We hanteren de Kanjertraining, deze werkt zowel preventief als curatief.

3.4.3.Groepsgrootte en formatie

De gemiddelde groepsgrootte is 22

Het aantal teamleden (Onderwijs Personeel) per 1 augustus 2013 is 8,5

De formatie van het Onderwijskundig Personeel is per 1 augustus 2013 5,4 FTE.

Daarnaast heeft de school 1 persoon Onderwijs Ondersteunend Personeel (OOP) per 1 augustus 2013.

Het Onderwijskundig Ondersteunend Personeel (OOP) heeft 0,85 FTE per 1 augustus 2013.

Bezetting van de groep

Er is één professional per dag aanwezig in de klas *

Er zijn twee professionals gelijktijdig in de klas gedurende meerdere dagdelen per week

Taken kunnen worden toebedeeld aan onderwijsassistent, ouders of medeleerlingen

In onderstaande tabel is te lezen hoeveel formatie er is voor de inzet van deskundigen die binnen het eigen team aanwezig is

niet aanwezig wel aanwezig geen formatie 0,1 0,2 0,3 0,4 0,5 meer dan 0,5 meer dan 1 meer dan 2

Intern begeleider *

Taal/leesspecialist *

Dyslexiespecialist *

(16)

Reken/wiskundespecialist *

Gedragsspecialist *

Sociale vaardigheden

specialist *

Hoogbegaafdheid

specialist *

Remedial teacher *

Motorische remedial teacher

Spelbegeleiding *

Coaching en video

interactie specialist *

3.4.4.Toelichting op gegevens

Om een passend onderwijsaanbod te realiseren binnen de school hebben we meer financiële middelen en ondersteuning op de werkvloer nodig. Onze formatie is bijna volledig ingezet in de groepen, er is weinig budget voor RT, IB en andere

ondersteuning. De deskundigheid is er wel, maar kan niet gefaciliteerd worden.

3.4.5.Voorzieningen

In onderstaande tabel is te zien of en hoeveel leerlingen gebruik hebben gemaakt van voorzieningen/aanpakken (georganiseerd op school, het bestuur of op

samenwerkingsverband niveau) in het schooljaar 2012-2013.

n.v.t. 0 1-

5 5-

10 10-

15 15-

20 meer dan 20 Ambulante begeleiding door een van de clusters *

Preventieve ambulante begeleiding door een

van de clusters *

Hulpklas lezen/Spellen Expertisecentrum (SBO) * Spellingswerkplaats expertisecentrum (SBO) * Leeswerkplaats expertisecentrum (SBO) *

Plusklas Hoogbegaafden *

Aanbod Sovatraining *

Aanbod Faalangstraining *

Zomerschool *

Daarnaast maakt de school geen gebruik van andere voorzieningen/aanpakken.

3.4.6.Toelichting op gegevens

We maken weinig gebruik van voorzieningen zoals hiervoor genoemd.

3.4.7.Ruimtelijke omgeving

In onderstaande tabel is aangegeven wat de mogelijkheden van het schoolgebouw zijn om tegemoet te komen aan speciale onderwijsbehoeften:

(17)

Er is ruimte in de groep voor één-op-één begeleiding

Er is ruimte op de gang voor één-op-één begeleiding

Er is een prikkelarme werkplek *

Er is ruimte voor een time-out *

De lokalen zijn aangepast voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften * Er zijn ruimten met specifieke functies voor bewegings- en leerbehoeften (fysiotherapie, schooltuin,

enzovoort) *

Er zijn werkplekken voor leerlingen beschikbaar op de gang of in flexibele ruimten * Anders (vul in bij Toelichting)

De werkruimten en lokalen worden als volgt beoordeeld:

Slecht Matig Voldoende Goed Zeer goed Zijn de werkruimten afgestemd op de

onderwijsbehoeften van kinderen? *

Is de inrichting van de lokalen afgestemd op de

onderwijsbehoeften van kinderen? *

3.4.8.Toelichting op gegevens

Er zijn bepaalde functies van het gebouw zoals : speellokaal voor evt. MRT, hellingbaan, extra lokalen, werkplekken gerealiseerd. We hebben geen speciale apparaten en aangepaste toiletten.

3.4.9.Samenwerking

De school werkt structureel samen met de volgende onderwijspartners en externe instanties/partners (of heeft afgesproken hoe de samenwerking verloopt als dat nodig is):

swv po *

swv vo (v)SO

SBO *

Lokale overheid/gemeente *

Bureau jeugdzorg *

Ouder en Kind Centrum (OKC) *

Maatschappelijk werk *

GGZ *

Leerplicht *

Politie *

Club- en buurthuiswerk/ dorpsraad *

Schoolbegeleidingsdienst *

GGD/Jeugdgezondheidsdienst *

Bascule

(18)

Anders (vul in bij toelichting)

3.4.10.Toelichting op gegevens

We hebben al veel contacten met externe partners, dit kan gebruikt worden om passend onderwijs te realiseren.

3.5.Bijdragen Passend onderwijs

Voor welke leerlingen met speciale en/of aanvullende onderwijsbehoeften kan het samenwerkingsverband een beroep op uw school doen?

1. Kinderen met leer- en ontwikkelingsproblemen

Leerlingen die een leerachterstand of intellectueel probleem hebben kunnen wij in de meeste gevallen een aanpak bieden. Hierbij kan gedacht worden aan een eigen leerlijn met de beschrijving van een ontwikkelingsperspectief. Daar hebben we extra ondersteuning en middelen bij nodig.

Wanneer de problematiek ernstig of meervoudig is, kunnen wij niet de zorg/hulp bieden die nodig is.

Wij hebben ons als team ontwikkeld in effectieve instructie in een combinatiegroep.

Dit geeft ondersteuning aan de leerlingen in de groep. De instructie wordt effectief, omdat de leerkracht instructie geven door het model effectieve instructie. Elk kind kan hierdoor op zijn niveau (max 3 in de klas) aan het werk. In de onderbouw vindt dit plaats door de kleine kring te gebruiken. Door in drie niveaus te werken kan er aan onderwijsbehoefte van kinderen worden voldaan.

Als team zijn wij handelingsverlegen wanneer er een combinatie is van leer- en ontwikkelingsproblemen. Wanneer de onderwijsbehoefte meervoudig of ernstig van aard zijn hebben wij hier geen mogelijkheden voor. Wij kunnen zonder extra middelen geen zorg verlenen aan kinderen met een laag IQ, lager dan 85. Dit hangt samen met de tijdsinvestering aan de leerling in verhouding met de andere leerlingen in de groep.

2. Kinderen met fysieke en medische problemen

Wij zijn in staat om kinderen met een verminderd zicht of gehoor een passende aanpak te bieden. Als school hebben wij inmiddels ervaring met gezichts

problematiek en kunnen uit de voeten met technische hulpmiddelen.

Kinderen die door fysieke problemen gebruik moeten maken van een rolstoel zijn welkom in onze school. Per leerling zal er gekeken worden of wij als school een passend onderwijsaanbod kunnen aanbieden. De grens is voor ons wanneer de leerling medische verzorging nodig heeft. Het team kijken we naar combinaties van beperkingen. Kunnen we zorg bieden? Kunnen we voldoen aan de onderwijsbehoefte?

Zo ja/nee wat hebben we dan nodig? Komt de verdeling tijd/aandacht in de groep niet in het gedrang? Belangrijk vinden wij dat het kind zelfredzaam is binnen de groep waarin hij/zij zit. Daarnaast vinden wij het van belang om ouders te

betrekken bij de onderwijsbehoefte van het kunt. Op die manier trekken we samen op.

Leerlingen met fysieke en medische problemen vereisen een aanpak op maat. Om deze aanpak op maat te kunnen bieden is het van groot belang om geregeld in overleg te treden met ouders. Tijdens het overleg zal de aanpak en de ontwikkeling

(19)

van de leerling worden besproken. Ook zal er dan besproken worden of de leerling nog op zijn plek is binnen de school. Komt de leerling nog tot ontplooiing en ontwikkeling of is ons handelen onvoldoende.

Wij hebben als team geen ervaring met kinderen die het syndroom van Down hebben.

Wij zullen dit daarom per individu, aangemelde leerling, bespreken. Leerkrachten en ouders zullen in gesprek beoordelen of wij juiste aanpak hebben om mogelijkheden tot ontwikkeling van de leerling te kunnen garanderen. Externe ondersteuning is daarbij zeer wenselijk, alsmede extra middelen om vorm te geven aan de verdere ontwikkeling.

Daarnaast kunnen wij op dit moment niet de juiste zorg bieden aan leerlingen die niet kunnen zien of horen. Dit komt door de groepsgrootte van de gemiddelde groepen in onze en de hulp die geboden moet worden in de groep. Het is voor ons lastig om voor deze kinderen een veilige werk-speel- en leeromgeving te creëren.

Wanneer een kind met deze onderwijsbehoefte op onze school wordt aangemeld, zullen we eerst met de ouders in gesprek gaan om te bezien welke mogelijkheden er zijn.

3. Kinderen met sociaal-emotionele problemen

Wij zijn in staat om, om te gaan met kinderen die problemen hebben met

zelfbeeld/weerbaarheid contactname/ zelfvertrouwen en de positie in de groep. Dit betekent niet dat we in alle gevallen zonder externe hulp kunnen. Wanneer wij naar ons idee onvoldoende resultaat boeken, zullen wij hulp inschakelen van externe instanties. Onze grens is er wanneer de sociaal emotionele problematiek samengaat met een andere handicap of stoornis, waardoor wij onvoldoende in staat zijn om met de leerling te kunnen communiceren.

4. Kinderen met gedragsproblemen

Gedragsproblemen uiten zich verschillend. Kinderen die gedragsproblemen hebben laten overactief, impulsief, naar binnen gericht, naar buiten gericht, bizar en storend gedrag zien. In veel van deze situaties zullen we een aanpak hebben of kunnen ontwikkelen, al dan niet met behulp van externe ondersteuning. Maar in een aantal gevallen, als de problematiek ernstig is, zal dat niet gaan. Dat geldt vooral voor leerlingen met naar buiten gericht, storend en overactief-impulsief gedrag.

Wanneer het probleemgedrag grenzen overschrijdt en de veiligheid van de leerling zelf en mede leerlingen in het gedrang komt, kunnen wij als school geen passende aanpak aanbieden.

Wij willen graag leren/ hulp hebben. De hulp van de ambulant begeleider,

schoolbegeleider of PAB’er biedt in de meeste gevallen kennis en structuur om de kinderen met gedragsproblemen te begeleiden. Observatie en ondersteuning voor kinderen met gedragsproblemen blijft een voorwaarde.

Onze grens met betrekking tot gedragsproblemen komt door complexiteit van de problemen. Naast gedragsproblemen, problemen op leer- en ontwikkelingsgebied en/of sociaal emotionele problematiek. (Co-morbiditeit) Gedragsproblemen die de veiligheid van de leerling zelf, medeleerlingen en teamleden in gevaar brengt kunnen wij niet toelaten.

5. Kinderen met werkhoudingsproblemen

Wij kunnen leerlingen een aanpak bieden die problemen hebben met hun werkhouding. Onder werkhouding verstaan wij: concentratie, motivatie, taakgerichtheid, zelfstandigheid en tempo.

In sommige gevallen, waar wij op dat moment geen passende hulp kunnen bieden, zullen wij externe hulp inschakelen, om een aanpak te ontwikkelen die aansluit bij

(20)

de hulpvraag van de leerling. Als team lopen wij tegen grenzen aan wanneer er problemen zijn rondom tempo en zelfstandigheid en deze problemen belemmerend werken voor de leerling zelf maar ook voor de leerlingen in de groep.

In enkele gevallen zullen we tegen onze grenzen aan lopen. Dat geldt vooral bij leerlingen met een uitzonderlijk laag of hoog tempo.

6. Kinderen in een problematische thuissituatie

Wij, het team, willen kinderen begeleiden en een toekomstperspectief bieden die een problematische thuissituatie hebben. Onder een problematische thuissituatie verstaan wij: overbescherming, pedagogische verwaarlozing en onderstimulering.

Wanneer wij ondersteuning nodig hebben, zullen wij hulp inroepen van organisaties die hiervoor toegerust zijn. Om de juiste hulp te kunnen bieden, zullen wij in de meeste gevallen de hulp inschakelen van : centrum jeugd en gezin,

schoolmaatschappelijkwerk, Bureau Jeugdzorg en de schoolarts.

Welke voorwaarden stelt de school hierbij?

Overwegingen

Bij aanmelding wordt er onder andere op gelet of verwacht mag worden dat:

 Het team het betreffende kind kan begeleiden zonder dat het kind of de andere leerlingen daardoor te kort komen;

 Het welbevinden van het kind wordt gewaarborgd;

 Het kind dat wordt aangemeld voldoende zelfredzaam is;

 Het betreffende kind, de andere kinderen en het team zich veilig kunnen (blijven) voelen;

 Het onderwijsleerproces van het betreffende kind of van de overige leerlingen niet belemmerd zal worden;

 De veiligheid van de andere kinderen en de leerkracht is niet het geding;

Voorwaarden

Wanneer tot plaatsing wordt besloten, moet duidelijk zijn dat:

 Voor de leerkracht waarbij het betreffende kind wordt geplaatst, tijd

beschikbaar kan worden gesteld voor o.a. begeleiding, bijscholing, contacten met ouders en instanties;

 Er voldoende cognitieve ontwikkeling plaats vindt;

 De extra ontvangen formatieruimte benut wordt;

 De ouders en de leerkracht elkaar van goede informatie voorzien;

 De ouders gevraagd zal worden bij te springen indien nodig;

 De Intern Begeleider regelmatig bij het overleg over het betreffende kind betrokken is;

 Er afspraken zijn gemaakt over de begeleiding van het betreffende kind;

 Er goed naar de individuele onderwijsbehoefte gekeken wordt;

 De omgevingsfactoren zijn meegenomen (ouders, groep, leerkracht) Met name omdat we nu met combinatiegroepen werken;

 Er is een begrenzing aan de aantallen leerlingen;

 In hoeverre is sprake van co morbiditeit bij de leerling.

(21)

Wij kunnen kinderen met enkelvoudige problemen aan op het gebied van cluster 1, 2, 3. Wij kunnen kinderen begeleiden op een gebied van het leren met een beneden gemiddelde intelligentie.

Welke voorwaarden stelt de school hierbij?

- Leerlingen met meervoudige problemen kunnen wij onvoldoende ondersteuning bieden.

- Wij kunnen geen ondersteuning bieden aan zorgkinderen in de groep wanneer er sprake van een grote combinatiegroep en 1 vaste leerkracht. Dan hebben wij meer handen in de groep nodig. Onze grens met betrekking tot

gedragsproblemen komt door complexiteit van de problemen. Naast

gedragsproblemen, problemen op leer en ontwikkelingsgebied en/of sociaal emotionele problematiek. Gedragsproblemen die de veiligheid van de

leerling zelf, maar ook naar de medeleerlingen toe in gevaar brengen kunnen wij niet toelaten

(22)

4.Ondersteuningsarrangementen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften

In het volgende hoofdstuk wordt in kaart gebracht in hoeverre de school in staat is een aanbod te hebben voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Deze behoeften kunnen betrekking hebben op:

- leer- en ontwikkelingskenmerken;

- fysieke en medische kenmerken;

- sociaal-emotionele en gedragsmatige kenmerken en - de thuissituatie.

Er wordt beschreven welke aanpak de school heeft voor de verschillende aandachtsgebieden. Voor het beschrijven van deze

onderwijsondersteuningsarrangementen is informatie verzameld over:

- deskundigheid die de school heeft of binnen handbereik heeft;

- tijd en aandacht die de school aan leerlingen kan besteden;

- specifieke materialen of voorzieningen waarover de school beschikt;

- mogelijkheden van het schoolgebouw en - samenwerking met relevante organisaties.

(23)

4.1.Leren en ontwikkeling

Leer- en ontwikkelingskenmerken

hebben betrekking op leer- en ontwikkelingshulpvragen, leerachterstand, taalhulpvragen en ontwikkelingsvoorsprong

Huidige situatie – wat doen/kunnen we nu al? Invulling 1. Leerlingen die een leerachterstand of

kleine ontwikkelingsvoorsprong hebben, kunnen wij in de meeste gevallen een aanpak bieden.

Hierbij kan gedacht worden aan een eigen leerlijn met een beschrijving van

leerdoelen in een

ontwikkelingsperspectief.

Wij kunnen kinderen hulp bieden bij het leren met dyslexie en dyscalculie.

Deskundigheid van leerkracht en I.B-er in het begeleiden van leerachterstand- en voorsprong is voldoende.

In het opstellen en realiseren van deze speciale onderwijsbehoeften , worden leerkracht en I.B-er goed ondersteund vanuit WSNS, Park en Dijk door preventief ambulant begeleider.

Aandacht en tijd is voldoende beschikbaar voor de zorgleerling in de groep maar in het geval dat er meerdere zorgleerlingen in de groep aanwezig zijn, dan is deze aandacht en tijd beperkt.

De voorzieningen: We beschikken over een goed gefaciliteerde orthotheek met

didactische materialen. Er is ook binnen de groepen voldoende spel- en oefenmaterialen aanwezig.

Gebouw is goed gefaciliteerd: er zijn op school meerdere begeleidingsplekken aanwezig.

Samenwerking met zorgpartners: schoolarts, preventief ambulant begeleider en

schoolbegeleidingsdienst is goed.

2. Wij kunnen kinderen begeleiden met een rugzak op het gebied van cluster 1, 2 en 3.

Deskundigheid: goed met hulp en expertise van buitenaf ( in de vorm van ambulante begeleiding)

Aandacht en tijd: elke 6 weken hebben we een breed overleg met alle betrokken bij de rugzak (ouders, ambulant begeleider,

leerkracht, R.T-er en I.B-er). Hier wordt ruim de tijd( 1 uur per rugzakkind) voor genomen.

De R.T-er krijgt binnen de uren van de rugzak alle ruimte om de rugzakleerling goed te begeleiden.

(24)

Voorzieningen: deze voorzieningen gericht op de problematiek van het kind kunnen bekostigd worden door inzet van LGF.

Vb. Aanschaf van visuele, audio-visuele en of motorische middelen

Gebouw is goed gefaciliteerd: er zijn op school meerdere begeleidingsplekken aanwezig.

Samenwerking met ambulante begeleiders vanuit de verschillende clusters is goed.

Ambitie; wat willen we veranderen/verbeteren?

Wat hebben we hiervoor nodig?

Ambities:

Wij kunnen ons als team nog meer ontwikkelen in een effectieve instructie in een combinatiegroep. Hierdoor kan zorg gerealiseerd worden.

Meer aandacht voor leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong

Gestructureerd aanbod begaafde leerlingen in de groep

Begeleiding dyslectische lln optimaliseren

Gestructureerd aanbod voor dyslectische lln opstellen voor de hele school

Uitvoeren van aanwezige protocollen (bijv lees-/dyslexieprotocol PCPO,) en het proces bewaken

Deskundigheid bevorderen op het gebied van dyscalculie

Voortdurende opfrissing van werkwijze en intervisie. Op die manier leren van en met elkaar.

Overige punten opnemen in schoolplan en jaarplan 2014-2015.

Waar ligt voor ons op dit moment de grens?

Leerlingen die zich moeizaam met zeer beperkte woordenschat uitdrukken en leerlingen die een zeer ernstige ontwikkelingsachterstand hebben in combinatie met moeilijk gedrag of fysieke problematiek. De volgende zaken zullen meewegen in het nemen van een juiste beslissing: Het welbevinden van de leerling, is er groei t.o.v. zichzelf aanwezig, zorgt deze leerling voor evt. disbalans in de groep, de mate van zelfredzaamheid van de leerling, de medewerking van de ouders en de veiligheid van de groep/leerkracht.

4.2.Fysiek en Medisch

Fysiek en medisch

hebben betrekking op hulp- en ondersteuningsvragen van gehoor, gezicht, spraak en/of taal,

(25)

motoriek en/of fysieke belemmeringen (epilepsie, diabetes, etc.) Huidige situatie – wat doen/kunnen we nu

al?

Invulling

1.Wij hebben ervaring in het begeleiden van een leerling met een

taalontwikkelingsstoornis.

Ook hebben wij meerdere leerlingen begeleid met taalachterstand.

Wij begeleiden op dit moment een leerling met een motorische problematiek.

Wij zijn in staat om kinderen met een verminderd zicht of gehoor een passende aanpak te bieden. Als school hebben wij inmiddels ervaring met deze problematiek en kunnen wij omgaan met technische

hulpmiddelen.

Kinderen die door fysieke problemen gebruik moeten maken van een rolstoel zijn welkom in onze school.

Per leerling zal er gekeken worden of wij als school een passend onderwijsaanbod kunnen aanbieden.

Bespreekbaar:

Wij hebben als team geen ervaring met het syndroom van down, wij zullen dit daarom per individueel geval bespreken. Leerkrachten en ouders zullen in gesprek beoordelen of wij juiste aanpak hebben om mogelijkheden tot ontwikkeling van de leerling te kunnen garanderen.

Deskundigheid: de contacten met de ambulante begeleiding vanuit cluster 2 en 3 is goed.

Aandacht en tijd:Er is voldoende tijd en aandacht binnen de rugzaktijd. Elke 6 weken hebben we een breed overleg met alle betrokken bij de rugzak

De voorzieningen: extra taal –en motorische materialen, begeleiding en werkplekken zijn goed.

Gebouw is goed gefaciliteerd: er zijn op school meerdere begeleidingsruimten aanwezig. Ook speellokaal voor MRT is beschikbaar .

Wat betreft voorzieningen voor fysieke problemen beschikken wij over een ingang met helling te gebruiken voor een rolstoel.

We werken in elke groep met een digibord dit om de taalactiviteiten visueel en auditief te ondersteunen.

Samenwerking :de samenwerking met ambulante begeleiding is goed. In de begeleiding van motorische problematiek is de hulp van fysiotherapeut onmisbaar. Wat betreft taal-ontwikkelingsproblemen is begeleiding van een logopedist noodzakelijk.

Voorwaarde:

Wij vinden het belangrijk dat de zorgleerling zich veilig voelt op school.

Daarnaast willen wij in elk geval kinderen door onze zorg tot ontwikkeling komen!.

Ambitie; wat willen we veranderen/verbeteren?

Wat hebben we hiervoor nodig?

(26)

Meer kennis van het team voor begeleiding van leerlingen vanuit cluster 2 en 3.

Graag motorische MRT op school kunnen bieden

Extra taalondersteuning op school bieden

Opstellen protocol omgaan met medische aangelegenheden en verantwoordelijkheden

Meer kennis op het gebied van NT2 en woordenschat zou een goede aanvulling zijn.

Samenwerking en kennis van collega-scholen

Waar ligt voor ons op dit moment de grens?

Wanneer er sprake is van intensieve medische verzorging dan kunnen wij deze zorg onvoldoende bieden. De volgende zaken zullen meewegen in het nemen van een juiste beslissing: Het welbevinden van de leerling, is er groei t.o.v. zichzelf aanwezig, zorgt deze leerling voor evt. disbalans in de groep, de mate van zelfredzaamheid van de leerling, de medewerking van de ouders en de veiligheid van de groep/leerkracht.

4.3.Sociaal-emotioneel en gedrag

Sociaal-emotioneel en gedrag

hebben betrekking op hulp- en ondersteuningsvragen op het gebied van sociaal-emotionele ontwikkeling en gedrag ((faal)angst, teruggetrokkenheid, zelfvertrouwen, weerbaarheid, positie in de groep en contactname; het invoelen van emoties en dit kunnen toepassen).

Gedragshulpvragen kunnen betrekking hebben op allerlei vormen van concreet waarneembaar externaliserend of internaliserend gedrag.

Huidige situatie – wat doen/kunnen we nu al? Invulling Gedrag We hebben vanuit Gemeente

Ouderkerk een SOVA-training aangeboden voor gr 7/8.

We hanteren de Kanjertraining vanaf gr 1 t/m 8, hierdoor zijn we met name preventief, curatief en vormend bezig met gedrag.

We hebben op school een goede aanpak voor problemen met betrekking tot pestgedrag.

- Schoolbrede regels en afspraken + gedrags- en veiligheidsprotocol maken dat de sociale en fysieke veiligheid van de kinderen bewaakt worden.

Deskundigheid:De deskundigheid op het gebied van gedragsproblemen is goed: Wij hebben de Kanjertraining geïmplementeerd.

In deze training hebben wij geleerd om het zelfvertrouwen en positieve sociale

vaardigheden in de groep te stimuleren en negatieve sociaal gedrag om te buigen naar positief sociaal gedrag.

Aandacht en tijd: binnen het rooster is hier tijd voor.

Voorzieningen: Middelen/methode zijn aangeschaft.

(27)

- De school kenmerkt zich door een positief en veilig pedagogisch klimaat

Gedragsproblemen uiten zich verschillend.

Kinderen met enkelvoudige gedragsproblemen hebben kunnen wij ondersteunen.

Het gebouw is goed gefaciliteerd, er zijn verschillende lege lokalen waar kinderen even tot rust kunnen komen. De school kan ook afgesloten worden (om weglopen te voorkomen)

Samenwerking De hulp van de ambulant begeleider, schoolbegeleider of PAB’er biedt in de meeste gevallen kennis en goede handvaten om de kinderen met gedragsproblemen te begeleiden.

Observatie en ondersteuning voor kinderen met gedragsproblemen blijft een

voorwaarde.

Ambitie; wat willen we veranderen/verbeteren?

Wat hebben we hiervoor nodig?

We vinden het belangrijk dat de relatie tussen leerkracht en kind bevorderd wordt.

We vinden het functioneel om kind- gesprekken structureel te houden.

Cursus en coaching op dit gebied.

Waar ligt voor ons op dit moment de grens?

1 Voor leerlingen met ernstig psychiatrisch gedrag en/of met een problematische contactname hebben we niet altijd een goede aanpak op school. Wanneer er sprake is van lichte vorm van hiervoor beschreven problematiek dan zal er een afweging gemaakt moeten worden of wij daarvoor de juiste aanpak binnen school hebben of kunnen ontwikkelen. Ook deze factoren zullen we mee laten wegen: het welbevinden van het kind, is er groei t.o.v.

zichzelf aanwezig, zorgt deze leerling voor evt. disbalans in de groep,de mate van zelfredzaamheid van de leerling, de medewerking van de ouders en de veiligheid van de groep/leerkracht.

2 We hebben geen aanpak voor leerlingen met ernstige gedragsproblematiek. Met name storend en bizar gedrag waarbij de fysieke veiligheid van anderen in het geding komt. Als we verwijzen zullen de volgende zaken meewegen in het nemen van de juiste beslissing: het welbevinden van het kind, is er groei t.o.v. zichzelf aanwezig, zorgt dit kind voor evt.

disbalans in de groep, de mate van zelfredzaamheid van de leerling, de medewerking van de ouders en de veiligheid van de groep/leerkracht.

4.4.Thuissituatie

Thuissituatie

Gaat om hulp- en ondersteuningsvragen die voornamelijk te maken hebben met de thuis- of gezinssituatie van het kind ((pedagogische) verwaarlozing, overbescherming, etc.)

Huidige situatie – wat doen/kunnen we nu al? Invulling 1. Wij als team van de KJS, willen kinderen

begeleiden en een toekomstperspectief bieden die een problematische thuissituatie

Deskundigheid met expertise van buitenaf is voldoende.

(28)

hebben. Onder een problematische

thuissituatie verstaan wij: overbescherming, pedagogische verwaarlozing en

onderstimulering. Dit is alleen mogelijk met goede begeleiding en ondersteuning van CJG, GGD en GGZ.

Wanneer er sprake is van een enkele leerling binnen de groep is hier voldoende aandacht en tijd voor.

Wij willen als school laagdrempelig zijn voor overige zorgpartners. De

schoolmaatschappelijk werkster houdt elke 3 weken spreekuur.

gebouw: n.v.t.

samenwerking: Wij hebben een goed contact met Bureau jeugdzorg, schoolarts en

schoolmaatschappelijk werk.Dit is noodzakelijk bij deze problematiek.

Ambitie; wat willen we veranderen/verbeteren?

Wat hebben we hiervoor nodig?

Wij zien niet veel mogelijkheden in het ontwikkelen van het team hierin want de thuissituatie is een privé gebied en speelt zich voornamelijk buiten de invloedssfeer van school af.

Waar ligt voor ons op dit moment de grens?

Problemen die buiten onze invloed liggen. We zullen dan de juiste instantie zoeken die de leerling en de ouders verder kunnen helpen. Als ouders niet meewerken en mede daardoor problematisch gedrag van kinderen negatieve invloed heeft op de groep of de leerkracht, zal een grens bereikt worden. In dit geval kan het proces van schorsing en verwijdering

noodzakelijk zijn.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Struikelpunten di e genoemd worden zijn het gebrek aan tijd binnen een dermatologisch consult, het gebrek aan kennis en mogelijkheden om hulpverlening te kunnen bieden indien

Onze school is een ontmoetingsplaats, een samenleving in het klein, waar kinderen leren luisteren, hun eigen mening leren verwoorden, leren omgaan met teleurstellingen,

Wij zijn een MR, die verantwoordelijkheid draagt voor de belangen van kinderen, personeel en ouders van de Koningin Julianaschool in Heteren.. We staan voor een open MR die helder

Ondanks dat de interacties tussen vaders en moeders met hun kind verschillend kunnen zijn, wordt verwacht dat, mede op basis van de literatuur, opvoedstress bij zowel vaders

Dit protocol beschrijft hoe het Spaarne College het rekenonderwijs georganiseerd heeft, welke begeleiding er geboden wordt aan leerlingen met ernstige rekenproblemen en dyscalculie

Hier wordt een tegenstelling: „geest-stof", of „geest-natuur”, of „geestelijk-lichamelijk" geschapen, die er voor den Noordras-mensch niet is, die uit dienzelfden

In het afstudeeronderzoek wordt onderzocht wat de huidige werkwijze van behandelklas X is, wat bevorderende en belemmerende factoren zijn in de sociaal-emotionele ontwikkeling van

In het eerste deel hebben wij beschreven welke (extra) ondersteuning wij bieden aan ouders en leerlingen en wat daarvan de kwaliteit is. Op basis van die inventarisatie hebben wij