• No results found

Vraag nr. 58 van 8 februari 2002 van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 58 van 8 februari 2002 van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 58 van 8 februari 2002

van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Randgemeenten met EU-ambtenaren – Steun Uit het februarinummer van de Randkrant ver-neem ik dat de burgemeester van Hoeilaart de mi-nister tot viermaal toe brieven heeft geschreven met de vraag maatregelen te nemen ten voordele van de gemeenten in de Rand die EU-a m b t e n a r e n , die geen belasting betalen, onder hun inwoners hebben (EU : Europese Unie).

Zoals de minister ongetwijfeld weet, zijn er een aantal randgemeenten waar heel wat ambtenaren van de Europese Gemeenschap verblijven. D e z e inwoners betalen geen personenbelasting.

1. Heeft de minister terzake al een initiatief geno-men ?

2. Kan hij meedelen waarom de burgemeester van Hoeilaart nog geen antwoord op zijn verschil-lende brieven gekregen heeft ?

Antwoord

Het college van burgemeester en schepenen van Hoeilaart heeft mij inderdaad aangeschreven met de vraag om bij de herziening van het Gemeente-fonds een criterium in te bouwen waardoor ge-meenten die onder hun inwoners talrijke ambtena-ren en personeelsleden bij de Europese of andere internationale instellingen tellen, g e c o m p e n s e e r d zouden worden voor het inkomensverlies dat voortvloeit uit de vrijstelling voor die inwoners van de betaling van aanvullende personenbelasting en van talrijke andere gemeentelijke belastingen. Vooreerst wil ik aan de Vlaamse volksvertegen-woordiger meedelen dat ik op 5 februari laatstle-den de vraag van het college van burgemeester en schepenen van Hoeilaart heb beantwoord.

Mijn administratie heeft echter met betrekking tot de herziening van het Gemeentefonds talrijke vra-gen gekrevra-gen van gemeenten en andere instanties. De strikte timing voor de herziening van het de-creet over het Gemeentefonds, maar ook voor de herwerking en voorbereiding van diverse andere d e c r e t e n , ten gevolge van de Lambermontakkoor-den van juli 2001, waardoor een groot deel van de tot dan toe federale wetgeving werd geregionali-seerd (onder meer de gemeente- en provinciewet), noopte de administratie de beschikbare mankracht

ten volle in te zetten voor het wetgevende werk. Daarnaast was het ook niet mogelijk om, in volle b e l e i d s v o o r b e r e i d i n g, inhoudelijk in te gaan op de vele vragen van de gemeenten. Tot zolang de Vlaamse regering geen principiële goedkeuring aan het voorontwerp van decreet over het Ge-meentefonds had verleend, kon echter op de vele gestelde vragen geen antwoord ten gronde worden g e g e v e n . De Vlaamse regering keurde het vooront-werp van decreet principieel goed op 30 november 2001.

Ik meen echter dat een dergelijk criterium niet op-portuun is, omdat het indruist tegen de hoofddoel-stelling zelf van het Gemeentefonds. Dat beoogt namelijk in de allereerste plaats een algemene fi-nanciering en herverdeling van middelen om zo de bestuurskracht van elke gemeente maximaal te on-d e r s t e u n e n , rekening houon-denon-de met on-de specifieke omstandigheden van de afzonderlijke gemeenten. De fiscale draagkracht van de lokale besturen ver-schilt namelijk onderling sterk. Dat komt vooral tot uiting in de aanvullende personenbelasting en de opcentiemen op de onroerende voorheffing. B i j de heffing van gelijke aanslagvoeten verschillen de opbrengsten die de gemeenten per inwoner ver-k r i j g e n ,a a n z i e n l i j ver-k . Dat is het gevolg van factoren die voor een belangrijk deel vreemd zijn aan het eigen beleid. Inkomensniveau van de inwoners, waarde van de kadastrale inkomens, a a n w e z i g h e i d van industriële vestigingen, mogelijkheden tot ont-w i k k e l i n g, socio-economische omgeving, c e n t r u m-f u n c t i e s, stedelijke om-f landelijke context verschillen sterk van gemeente tot gemeente. Daarnaast bepa-len deze externe factoren ook in aanzienlijke mate het uitgavenpatroon van de gemeenten. Er is bijge-volg een duidelijke ongelijkheid van kansen onder de gemeenten.

Het fiscaal vermogen of onvermogen is daarom één van de hoofdcriteria bij de verdeling van het Vlaams Gemeentefonds. Het grote gewicht dat aan deze maatstaf wordt gegeven, accentueert het be-lang van de herverdelingsrol van het Gemeente-f o n d s. Het begrip "Gemeente-fiscaal vermogen" houdt geen enkel verband met de hoogte van de aanslagvoe-t e n , heaanslagvoe-t aanaanslagvoe-tal belasaanslagvoe-tingen of de effecaanslagvoe-tieve belas-tingdruk in een gemeente, maar peilt naar het ver-mogen van een gemeente om via de fiscaliteit mid-delen te verwerven.

(2)

draag-k r a c h t . Een gemeente waarvan de inwoners relatief grote inkomsten genereren, zal een grote fiscale draagkracht hebben, zelfs al heft zij geen aanvul-lende personenbelasting, omdat de waarde van 1 % personenbelasting per inwoner hoog is. O m g e-k e e r d , een "arme" gemeente met inwoners die wei-nig belastingen betalen, is fiscaal arm, zelfs al heeft zij hoge aanslagvoeten. Hetzelfde geldt mutatis mutandis voor de onroerende voorheffing, die ge-baseerd is op het kadastraal inkomen. De verdeel-sleutel binnen het Gemeentefonds werkt voor deze maatstaven logischerwijze met de omgekeerde e v e n r e d i g h e i d . Hoe groter de waarde per persoon van 1% personenbelasting of 1 opcentiem op de onroerende voorheffing, hoe lager het aandeel van de gemeenten voor deze maatstaven.

Het is inderdaad juist dat een aantal gemeenten in de Brusselse Rand geconfronteerd worden met een steeds groeiend aantal personeelsleden van inter-nationale instellingen, waardoor belangrijke belas-tinginkomsten verloren gaan. Anderzijds is het zo dat juist die gemeenten behoren tot de meest fis-caalkrachtige gemeenten. Bovendien zijn in die ge-m e e n t e n , in vergelijking ge-met de Vlaage-mse gege-middel- gemiddel-d e n , relatief lage aanslagvoeten inzake gemiddel-de aanvul-lende personenbelasting en de onroerende voor-heffing van kracht. Er bestaat derhalve inzake beide belastingen nog een voldoende ruime marge om bijkomende inkomsten te verwerven.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Naar aanleiding van deze opmerkingen werd het wegentracé minimaal gewijzigd omwille van het behoud van een eik op de hoek van het perceel en werd door

Aangezien echter de voorbije vier jaar reeds driemaal een beroep moest worden gedaan op noodpompen om Berlaar van wateroverlast te vrij- w a r e n , kan de vraag

Omdat er onderhandelingen aan de gang waren over een nieuw protocol, werd het toen blijkbaar nuttig geacht om met de bewuste contro- les op te houden (Bulletin

Het klopt dat er plannen bestaan om nog tij- dens deze regeerperiode in Londen een V l a a m- se vertegenwoordiging te openen waarin de kantoren van alle

Zoals de minister weet, w e r d dit tijdschrift, dat de Franstalige inwoners oproept om zich niet in hun Vlaamse omgeving te integre- ren, gesubsidieerd door de Franse Gemeenschap.

D e Raad van State voegt daar in hetzelfde arrest nog aan toe dat dezelfde verplichting – het gebruik van het Nederlands – ook geldt voor de burge- meester of een schepen die

Overeenkomstig het besluit van de Vlaamse rege- ring van 19 januari 1999 betreffende de toekenning van extra lestijden voor scholen van het basison- derwijs in de Rand-

In maart van vorig jaar bleek dat de federale rege- ring van plan was 400 miljoen frank van de Natio- nale Loterij toe te kennen aan een Stichting voor het Nationaal Erfgoed..