Vraag nr. 46 van 8 februari 2002
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Decreet ideologische strekkingen – Toepassing Het decreet tot het waarborgen van de rechten van de Nederlandstalige ideologische en filosofische strekkingen in Brussel-Hoofdstad van 25 juli 1974 bepaalt in artikel 3 dat de Nederlandse Cultuur-commissie (NCC), thans de Vlaamse Gemeen-schapscommissie (VG C ) , uiterlijk voor 1 oktober van ieder jaar een verslag neerlegt.
Voorzover ik daar een zicht op heb, gebeurt dit niet.
1. Kan de minister dit bevestigen ?
2. Vindt hij het, in voorkomend geval, normaal dat er geen jaarverslag wordt opgemaakt ?
3. Heeft hij de VGC terzake ooit benaderd ?
Antwoord
Het decreet van 25 juli 1974 tot het waarborgen van de rechten van de Nederlandstalige ideologi-sche en filosofiideologi-sche strekkingen in Brussel-H o o f d-stad bepaalt inderdaad dat de voormalige NCC jaarlijks een verslag zou uitbrengen bij de Cultuur-raad voor de Nederlandse Cultuurgemeenschap. Ik verwijs uitdrukkelijk naar deze oude terminolo-g i e, aanterminolo-gezien dit decreet sinds zijn ontstaan nooit meer het voorwerp heeft uitgemaakt van enige wij-ziging in het kader van de verschillende doorge-voerde institutionele en bestuurlijke hervormin-gen.
Het decreet zou zijn ontstaansreden vinden in de samenstelling van de NCC naar aanleiding van de verkiezingen van de Agglomeratieraad van 1971. In tegenstelling tot de Vlaamse Gemeenschaps-c o m m i s s i e, die wordt samengesteld uit alle leden van de Nederlandstalige taalgroep van de Brussel-se Hoofdstedelijke Raad, die rechtstreeks wordt verkozen door de bevolking, had de Nederlandse Cultuurcommissie geen rechtstreekse democrati-sche samenstelling. Ze bestond uit elf leden, v e r k o-zen door de leden van de Nederlandstalige taal-groep van de A g g l o m e r a t i e r a a d . Bovendien mocht de commissie slechts voor ten hoogste één derde bestaan uit leden van deze raad. Het principe van de poolvorming en de taalgesplitste lijsten was ook nog geen feit.
Zowel de beperking van het ledenaantal als het vertegenwoordigingsmechanisme resulteerden toen in een samenstelling van het politiek orgaan waarin niet alle Nederlandstalige politieke fracties vertegenwoordigd waren, terwijl er wel vertegen-woordigers van politieke fracties van tweetalige lijsten werden opgenomen.
Teneinde het toezicht en de inspraak te garanderen van de niet-vertegenwoordigde politieke fracties, werd het desbetreffende decreet in het leven ge-r o e p e n . Ege-r wege-rden sindsdien nooit vooge-rstellen tot aanpassingen ingediend of uitvoeringsmodaliteiten o p g e s t e l d . Ook bij de Vaste Cultuurpactcommissie heeft de toepassing van dit decreet nooit het voor-werp uitgemaakt van een klacht.