Vraag nr. 58
van 8 december 2000
van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN Vlaamse economische vertegenwoordigers – Ne-derland
Ofschoon nu al zo'n 78 % van de Belgische export naar Nederland door Vlaanderen wordt verwezen-l i j k t , biedt de Nederverwezen-landse markt voor onze Vlaamse bedrijven ongetwijfeld nog heel wat per-spectieven.
Het lijkt mij dan ook verwonderlijk dat de V l a a m-se vertegenwoordiging in Nederland het met één Vlaamse economische vertegenwoordiger moet s t e l l e n . Wallonië werkt met twee handelsattachés en zelfs het Brussels Gewest heeft zopas een at-taché aangesteld.
Wordt ernaar gestreefd om het Vlaamse handels-dispositief op een van onze belangrijkste markten uit te breiden ?
Antwoord
1. Ik verwijs naar de bespreking van de ontwerp-begroting 2001 en de beleidsbrief 2001 met be-trekking tot het extern economisch beleid in de Commissie voor Buitenlands Beleid en Europe-se Aangelegenheden van het Vlaams Parlement op 23 november jongstleden (Stuk 15 (2000-2001) – nr. 6-C – red.).
Ik heb mij tijdens die bespreking aangesloten bij de stelling van een aantal commissarissen dat de Vlaamse overheid haar inspanningen inzake exportbevordering prioritair op Europa moet richten.
Tijdens dezelfde vergadering heb ik laten weten een versterking van het buitenlands netwerk voor te bereiden in onze vier buurlanden. M e t name wat Nederland betreft, heb ik toen bij wijze van voorbeeld Eindhoven expliciet ge-noemd als een eventualiteit.
2. Na bedoelde vergadering werd aan de algemeen directeur van Export Vlaanderen opdracht ge-geven om te onderzoeken of de opening van bij-komende standplaatsen voor handelsposten in de buurlanden, en dus met name ook in Neder-land, aangewezen en te verantwoorden is. Deze aangelegenheid is momenteel derhalve in onderzoek.