Vraag nr. 4 van 27 juni 1995
van mevrouw L. MAXIMUS
Rivierloodsen Zeekanaal Willebroek – Personeels-bezetting
Het Zeekanaal van Willebroek speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van de ganse streek van Klein-Brabant en het Mechelse en stroomopwaarts, richting Brussel en de taalgrens. Onder de vorige regering werd overigens een decreet goedgekeurd m.b.t. de NV Zee-kanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen. De exploitatieresultaten die onlangs aan de bijzondere algemene vergadering van de NV werden voorgelegd, tonen aan dat die strategisch gelegen waterweg door de nieuwe aanpak een middel bij uitstek vormt om de scheepvaart te bevorderen, nieuwe bedrijven aan te trekken, arbeidsplaatsen te creëren en tegelijkertijd een ecologisch verantwoord alternatief te bieden voor het toenemende wegvervoer.
Met bovenvermeld decreet werden bijkomende instru-menten aangereikt voor de ontwikkeling van de regio. Alle elementen zijn evenwel nog niet aanwezig om dit instrument maximaal te laten renderen. Er blijken inderdaad geregeld problemen te ontstaan ten gevolge van de onderbezetting van de dienst Rivierloodsen op het Zeekanaal.
Op 10 mei jongstleden was er het zoveelste incident. Een schip kon niet met het goede tij de sluis van Hinge-ne binHinge-nenvaren en er moesten risico's worden geno-men. Gelukkig was er alleen maar lichte averij aan schip en sluis. Dit soort incidenten, dat te wijten is aan het niet tijdig beschikbaar zijn van de rivierloodsen, zet ondernemers er niet toe aan van wegvervoer om te schakelen naar vervoer te water.
Het Vlaams Gewest is de belangrijkste aandeelhouder in de NV Zeekanaal. Ik vernam dan ook graag welke maatregelen zijn genomen om zulke incidenten in de toekomst te voorkomen.
Antwoord
De NV Zeekanaal en Watergebonden Grondbeheer Vlaanderen, beheerder van het Zeekanaal, is aangewe-zen op de diensten van het ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, administratie Waterwegen en Zeewe-zen, om de beloodsing tot Wintam uit te voeren. Het is correct dat een goede beloodsingsservice een belang-rijk onderdeel is van de dienstverlening naar de water-weggebruikers toe en dus een element vormt in het bepalen van de aantrekkingskracht van het Zeekanaal. Dit geldt zowel voor de actuele gebruikers van het Zee-kanaal, als voor de potentiële gebruikers. Het belang van een goede beloodsing neemt nog toe als men bedenkt dat het juist de kleine zeevaart is die, zeker na het operationeel worden van de nieuwe sluis in Hin-gene, een belangrijk groeipotentieel heeft.
De NV Zeekanaal zelf is zich hiervan ten volle bewust en heeft met de bevoegde dienst van het Loodswezen de problematiek besproken. Toezeggingen werden ge-daan om de beloodsingsservice te verbeteren. Zelf heb