Vraag nr. 50 van 4 maart 2005
van de heer MARC VAN DEN ABEELEN
REACH-verordening – Impact op chemische industrie
Sinds eind vorige maand debatteert het Europees Parlement over de omstreden ontwerpverordening omtrent de registratie, evaluatie en autorisatie van chemische stoffen (afgekort : Reach).
De chemische industrie zal in de praktijk meer dan 100.000 stoffen moeten testen op hun scha-delijke effecten voor mens en milieu. De ontwerp-verordening zal de huidige bewijslast omkeren : de overheid zou niet langer moeten bewijzen dat een product onveilig is, maar de industrie moet bewij-zen dat een product veilig is.
Tijdens een hoorzitting begin dit jaar in het Europees Parlement heeft Europees commissa-ris voor Ondernemingen en Industrie, Günter Verheugen, verklaard dat hij een impactstudie heeft besteld naar de mogelijke economische gevolgen van deze verordening op de Europese economie. Op de Europese Raad van Brussel van 16 en 17 oktober 2003 hebben de staats- en rege-ringsleiders in hun conclusie duidelijk gemaakt dat EU-wetgeving de Unie niet in een ongunstige con-currentiepositie mag plaatsen. De concurrentiepo-sitie van de chemische bedrijven in de Unie komt bij een ongewijzigde invoering van de Reach-veror-dening echter wel in het gedrang, daar Azië en de Verenigde Staten een veel minder strenge wetgeving hebben met betrekking tot chemische stoffen. Men mag niet vergeten dat de Antwerpse chemie-indu-strie de tweede grootste ter wereld is, na Houston, en dat zij 65.000 werknemers tewerkstelt.
Uit een studie van Idea Consult blijkt dat de hui-dige ontwerpverordening de Belgische chemiesec-tor 155 à 200 miljoen euro zal kosten, wat neerkomt op 0,7 % à 0,9 % van hun geconsolideerde omzet. Als de commissie ook polymeren zou onderwerpen aan de strenge Reach-normen wordt de factuur vervijfvoudigd. De studie toont ook aan dat vooral KMO's getroffen zullen worden, daar de admini-stratieve kosten van de registratie van de chemische stoffen hun prijzen met 200 % zullen doen toene-men, tegenover 7 % bij multinationals.
De ontwerpverordening zal niet enkel gevol-gen hebben voor de Vlaamse chemiesector, maar
stroomafwaarts ook voor de verf-, zeep- en textiel-nijverheid.
Belangrijk is ook dat de zware kosten die de ver-ordening zou teweegbrengen voor de chemische industrie, een impact zullen hebben op de onder-zoeksbudgetten van deze industrie.
1. Wat onderneemt de minister op Vlaams niveau om de voor Vlaanderen belangrijke chemiesec-tor te vrijwaren ?
2. Zijn er momenteel gesprekken aan de gang met federaal minister Verwilghen om op Europees niveau te pleiten voor een Reach-verordening die de concurrentiepositie van onze chemische industrie beschermt ?
Antwoord
1. Ik ben me er ten volle van bewust dat de Reach-procedure een risico kan inhouden voor de KMO's die aan de toepassing ervan worden onderworpen. Deze bezorgdheid werd tot uit-drukking gebracht ter gelegenheid van de Raad Competitiviteit en Groei van 7 maart laatstle-den via een nota van het Luxemburgs voorzit-terschap. Sinds januari 2005 heeft de ad hoc Werkgroep Chemie een exhaustief en gedetail-leerd onderzoek verricht van de Titels IV en V en hun bijhorende annexen. De Titels VI tot VIII zullen ook in deze ad hoc Werkgroep wor-den onderzocht. Een debat wordt geplandop de Raad Competitiviteit en Groei van 6 juni en op de Raad Leefmilieu van 24 juni. Om een aanvaardbaar evenwicht te vinden tussen de divergerende standpunten, is het Luxemburgs voorzitterschap van oordeel dat het essentieel is in nauw contact te blijven met het Europees Parlement waar deze aangelegenheid ook voor-ligt en waarnaar de Vlaamse volksvertegen-woordiger trouwens verwees.
OSOR-voorstel (One Substance-One Registration) komen hier aan bod. Via mijn diensten wordt deelgenomen aan de hiervoor geciteerde pro-cedures, zij het in de fasen die de Europese besluitvorming voorafgaan. De Belgische standpuntvorming is, net zoals dit het geval is voor andere belangrijke dossiers, een aangele-genheid van intra-Belgische samenwerking. 2. Door constant overleg met de private sector
wordt er steeds met de bezorgdheden van de chemische industrie rekening gehouden in de besluitvorming.
Aangezien er tot nu toe geregelde contacten met de experten van de chemische sector georgani-seerd werden op het kabinet van de Premier, zijn er geen parallelle contacten op Vlaams niveau gepland. Wel is Vlaanderen nauw betrokken bij dit overleg.
