RAPPORT KWALITEITSONDERZOEK NTC-VO
NTC-vo Stichting Lale Antalya
School : Stichting Lale Antalya Plaats : Antalya
BRIN-nummer : 29WC
Datum schoolbezoek : 31 oktober, 1 en 2 november 2014 Datum vaststelling : 29 januari 2015
Pagina 2 van 15
Inhoud
1 Inleiding 5 2 Kwaliteitsprofiel 7 3 Beschouwing 11
4 Vervolg van het toezicht 15
Pagina 3 van 15
Pagina 4 van 15
1 In le id ing
De Inspectie van het Onderwijs bezocht NTC-vo Stichting Lale te Antalya, Turkije in het kader van een kwaliteitsonderzoek (KO). Daarbij heeft een onderzoek plaatsgevonden naar de indicatoren van kwaliteitsaspecten op grond van het door de inspectie gehanteerde Toezichtkader po/vo 2011.
Bij dit kwaliteitsonderzoek doet de inspectie onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs door zich te richten op de kern van goed onderwijs op de school. Het gaat hierbij om indicatoren die betrekking hebben op de kwaliteitszorg, het aanbod, de onderwijstijd, het pedagogisch handelen van leraren, het didactisch handelen van leraren, de afstemming op de onderwijsbehoeften van leerlingen, het schoolklimaat, de begeleiding, de zorg, de resultaten en de ontwikkeling van leerlingen.
Op grond van het kwaliteitsprofiel van de school dat naar aanleiding van een vorig inspectiebezoek is opgemaakt, op basis van risicofactoren die bij de inspectie bekend zijn of afspraken die met de school zijn gemaakt, of op basis van de informatie die door de school is toegestuurd kan de inspectie besluiten om niet alle indicatoren bij het onderzoek te betrekken. Dit is bij uw school niet aan de orde geweest.
Indien de school in het kader van zelfevaluatie over een bepaalde indicator of over een bepaald kwaliteitsaspect voldoende betrouwbare en valide gegevens heeft verzameld kan in overleg tussen school en inspectie besloten worden om de oordelen uit de zelfevaluatie alleen te verifiëren en deze niet zelf opnieuw te onderzoeken. Doorgaans is dit alleen bij onafhankelijk onderzoek door derden het geval.
Uw school heeft naast de schoolgids en het schoolplan documenten ingestuurd die op uw zelfevaluatie-activiteiten en schoolontwikkeling betrekking hebben.
Het betreft:
zelfevaluatie 2014 leerkracht;
zelfevaluatie 2014 bestuur;
toetsoverzicht 2013-2014;
toetsoverzicht 2012-2013;
resultaten leerlingenenquête 2012-2013;
overzicht school LOVS;
ouderenquête uitslag 2013-2014;
leerlingrapporten van twee leerlingen;
kalender 2014-2015;
groepsindeling schooljaar 2014-2015.
De inspectie heeft de informatie uit deze documenten bij de oordeelsvorming betrokken.
Pagina 5 van 15
De opzet van het onderzoek
Het kwaliteitsonderzoek bestond uit de volgende activiteiten:
Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn;
Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft toegestuurd;
Schoolbezoek, waarbij in de vo-groep de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal;
Gesprek met de Honorair Consul;
Gesprekken met de directeur en het bestuur over de kwaliteit van de indicatoren;
Gesprek met de twee vo-leerlingen;
Gesprek met ouders van de vo-leerlingen.
Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de kwaliteitsoordelen en de conclusies van het schoolbezoek besproken met de directeur/leerkracht en het bestuur.
De inhoud van het rapport
Het onderzoek naar de kwaliteit van het onderwijs levert een kwaliteitsprofiel op van de school (hoofdstuk 2). In hoofdstuk 3 geeft de inspectie een beschouwing over de geconstateerde kwaliteit in relatie tot de context of uitgangssituatie van de school. Indien van toepassing worden in deze beschouwing ook de
toegevoegde indicatoren betrokken. In de rapporten vanaf schooljaar 2013-2014 is hierin voor iedere bezochte ntc-school apart informatie opgenomen over de aanpak en de gevolgen van de bezuinigingen op het Nederlands onderwijs in het buitenland vanaf januari 2014.
In hoofdstuk 4 is het vervolgtoezicht aangegeven en worden, indien noodzakelijk, afspraken vermeld met betrekking tot wettelijke bepalingen waaraan de school niet voldoet.
De tekst van het rapport komt grotendeels overeen met het rapport dat is gemaakt over de po-afdeling van de Stichting Lale.
Pagina 6 van 15
2 Kwa l ite itsprof ie l
Het kwaliteitsprofiel geeft een overzicht van de waarderingen die de inspectie heeft toegekend aan indicatoren die betrekking hebben op belangrijke kenmerken van goed onderwijs. De met een * gemarkeerde indicatoren zijn bepalend voor de vaststelling van het vervolgtoezicht.
In de waardering is tot uitdrukking gebracht in welke mate de indicatoren bijdragen aan de kwaliteit van het onderwijs:
1. draagt niet of nauwelijks bij;
2. draagt onvoldoende bij;
3. draagt voldoende bij;
4. draagt in hoge mate bij;
5. niet te beoordelen (alleen bij Resultaten en Ontwikkeling van
leerlingen). Deze waardering is gegeven indien de school over bepaalde indicatoren geen betrouwbare en valide gegevens beschikbaar heeft.
Kwaliteitsaspect 1: De opbrengsten liggen op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie verwacht mag worden.
1 2 3 4 5 1.1 * De leerlingen behalen het opleidingsniveau dat mag
worden verwacht. . ●
1.2 * De leerlingen lopen weinig vertraging op in de opleiding. ●
Kwaliteitsaspect 2: De aangeboden leerinhouden zijn gericht op de brede ontwikkeling van leerlingen en de voorbereiding op
vervolgonderwijs of arbeidsmarkt en samenleving.
1 2 3 4 2.1 * De aangeboden leerinhouden Nederlandse taal in de
onderbouw voldoen aan de kerndoelen ●
2.2 * De aangeboden leerinhouden Nederlandse taal in de
bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma's. ● 2.3 De school met taalzwakke leerlingen heeft een aanbod aan
leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze ● leerlingen.
Kwaliteitsaspect 3: De leerlingen krijgen voldoende tijd om zich het leerstofaanbod eigen te maken.
1 2 3 4 3.1 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. ● 3.2 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. ● 3.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. ●
Pagina 7 van 15
Kwaliteitsaspect 4: Het schoolklimaat wordt gekenmerkt door veiligheid en respectvolle omgangsvormen.
1 2 3 4
4.1 Ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die de
school daartoe onderneemt. ●
4.7 Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen op
een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. ●
Kwaliteitsaspect 5: De leraren leggen duidelijk uit, organiseren de onderwijsactiviteiten efficiënt en houden de leerlingen taakbetrokken
1 2 3 4
5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. ● 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. ● 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. ●
Kwaliteitsaspect 6: De leraren stemmen aanbod, instructie, verwerking en onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.
1 2 3 4
6.1 De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op de
onderwijsbehoeften van individuele leerlingen. ●
6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in
ontwikkeling tussen de leerlingen. ●
6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen ● in ontwikkeling tussen de leerlingen.
Kwaliteitsaspect 7: De leraren volgen systematisch de vorderingen van de leerlingen.
1 2 3 4
7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de
prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. ● 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in
de ontwikkeling van leerlingen ●
7.3 De school gebruikt informatie van scholen en instellingen waar ● de leerlingen vandaan komen voor de begeleiding van de leerlingen.
Kwaliteitsaspect 8: De leerlingen die dat nodig blijken te hebben, krijgen extra zorg.
1 2 3 4
8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt
de school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. ●
8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. ●
8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. ● Kwaliteitsaspect 9: De school zorgt systematisch voor behoud of verbetering van de kwaliteit van haar onderwijs.
1 2 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen.
9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces.
9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten.
3 ●
● ● 4
Pagina 8 van 15
Naleving
ja nee N1b In de schoolgids is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde
onderdelen. ●
N2b In het schoolplan is informatie opgenomen over standaard gecontroleerde
onderdelen. ●
N4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan ● de daarvoor gestelde minima.
Pagina 9 van 15
Pagina 10 van 15
3 Beschouw ing
Dit hoofdstuk beschrijft het oordeel van de inspectie over de kwaliteit van het voortgezet onderwijs op NTC-vo Stichting Lale te Antalya, Turkije en geeft een toelichting op het kwaliteitsprofiel. Daarbij legt de inspectie zo mogelijk verbanden tussen de verschillende onderzochte indicatoren onderling en - voor zover relevant - tussen de indicatoren en de schoolcontext, de specifieke doelstellingen van de school en eerdere inspectieonderzoeken.
Voor een goed begrip wordt eerst de uitgangssituatie beschreven.
Uitgangssituatie
Stichting Lale ('tulp' in het Turks) is vijftien jaar geleden door ouders opgericht.
De school biedt NTC-onderwijs voor kinderen in de leeftijd van 6 maanden tot en met 16 jaar. De school heeft z’n 60 kinderen in huis, waarvan er op dit moment 2 leerlingen in de vo-afdeling zitten. Deze leerlingen zijn onderdeel van de groep 6/7/8/vo. Beide vo-leerlingen komen uit een gemengd Turks-Nederlands gezin (richting 2-leerlingen).
De vo-leerlingen worden opgeleid voor een Staatsexamen Nederlands (B1/B2) of voor een CNaVT.
De school is gehuisvest in een gebouw waarin de crèche zit van de voormalige Internationale school in Antalya. Stichting Lale heeft hier de beschikking over een aantal leslokalen en twee speellokalen, plus een buitenspeelplaatsje. Er is voldoende leermateriaal voorhanden, ook in digitale vorm, en er is een aantal laptops en computers beschikbaar.
Bestuurlijke, personele en organisatorische wijzigingen
De school heeft het afgelopen schooljaar een roerige periode doorgemaakt, met zowel bestuurlijke, organisatorische als personele wijzigingen. Deels kwamen deze wijzigingen voort uit de stopzetting/vermindering van de Nederlandse subsidie (zie hiervoor onder 'aanpak en gevolgen bezuinigingen'), maar deels zijn deze wijzigingen ook los daarvan opgetreden.
Bestuurlijk: het huidige bestuur bestaat uit drie personen. De voorzitster is sinds anderhalf jaar aan het bestuur verbonden, en vervult sinds een jaar de rol van voorzitster. Ook de penningmeester is sinds anderhalf jaar aan het bestuur verbonden. De secretaris maakt sinds maart 2014 deel uit van het bestuur. De overdracht van het oude naar het nieuwe bestuur is niet vlekkeloos verlopen, en ook de taakverdeling van het nieuwe bestuur was niet optimaal en is na korte tijd gewijzigd. Inmiddels draait het bestuur naar tevredenheid, en heeft men na de eerdere ervaring met de bestuurswisseling ervoor gezorgd dat er meer aandacht is voor de borging van bestuursaangelegenheden. Een voorbeeld hiervan: de penningmeester heeft te kennen gegeven dat hij in verband met drukke werkzaamheden wil stoppen; hij blijft echter dit jaar nog in het bestuur en zijn opvolger 'draait schaduw' gedurende dit jaar.
Personeel: De directeur/leerkracht is sinds vier jaar aan de school verbonden.
De tweede leerkracht heeft aan het begin van het vorige schooljaar de school plotseling verlaten. De directeur/leerkracht heeft de reguliere (po- en vo-) lessen overgenomen, en sinds oktober 2014 is een nieuwe bevoegde docente (die ervaring heeft met NT2-onderwijs) gevonden. De peuterleidster in de peutergroepen verliet aan het eind van het afgelopen schooljaar de school; de school is er in geslaagd met ingang van het nieuwe schooljaar een vervangster te vinden.
Pagina 11 van 15
Organisatorisch: Met ingang van het nieuwe schooljaar is de school gestart met aparte Taalklassen voor leerlingen die onvoldoende Nederlands beheersen om in de reguliere groepen in te stromen. Hier was veel vraag naar. Ook de
speelgroep-maxi (voor kinderen tot en met 5 jaar) richt zich op deze doelgroep.
De school zag het starten van deze groepen als een goede manier om de doelgroepen van de school uit te breiden en zo een betere financiële basis te krijgen.
De school is een stichting naar Nederlands recht, maar heeft in Turkije geen rechtspositionele status. Dit zorgt voor rechtsonzekerheid bij het zittende personeel en de bestuursleden, en maakt het lastiger om nieuw personeel en nieuwe bestuursleden te werven. Het bestuur heeft daarom een advocaat opdracht gegeven de mogelijkheden voor oprichting van een erkend
rechtspersoon te onderzoeken, en hoopt komend schooljaar verdere stappen te kunnen ondernemen.
Aanpak en gevolgen bezuinigingen
Toen duidelijk was dat de subsidie vanuit Nederland beëindigd zou worden heeft de school zowel stappen gezet om de kosten te beperken als om de inkomsten te vergroten. Zo is er een website gemaakt en een folder gedrukt om de naamsbekendheid van de school te vergroten en mogelijke nieuwe leerlingen te werven. Dit heeft onder meer geresulteerd in de nieuw gestarte Taalklassen.
Ook is de ouderbijdrage verhoogd, is de korting voor broertjes en zusjes afgeschaft en zijn de zogenaamde 'kleine kosten' zoveel mogelijk beperkt.
Toen later alsnog werd besloten door de Tweede Kamer om nog een (beperkte) basisbekostiging in stand te houden heeft de school wél de verhoging van de ouderbijdrage in stand gehouden, maar de broertjes-/zusjeskorting alsnog weer ingevoerd. De sterke groei van de school maakt de financiële druk wel wat minder groot, maar om ook op de middellange termijn te kunnen blijven voortbestaan blijft de school zich toch beraden op manieren om geld binnen te halen, bijvoorbeeld via werving van sponsors. De nieuwe secretaris is specifiek belast met het opzetten van een sponsorplan. Een probleem bij het werven van de sponsors is echter de hiervoor weergegeven juridische status van de school, waardoor het lastig is naar buiten te treden en zichtbaar te zijn.
Over het geheel genomen is de uitgangssituatie van de school niet zonder meer gunstig te noemen. Met name de juridische onzekerheid is een lastig punt, omdat dit zowel gevolgen heeft voor het zittend personeel als voor de werving van nieuwe personeelsleden. De wijze waarop het bestuur de school bestuurt en ondersteunt, en de prioriteiten die zij hierbij legt geven echter wel vertrouwen dat de school zoveel mogelijk stabiliteit in de context wil bereiken.
Algemeen beeld
Stichting Lale is een bloeiende, energieke NTC-school die ondanks de roerige omstandigheden onderwijs van voldoende tot goede kwaliteit weet te realiseren.
In het rapport over de po-afdeling van de school staan de sterke kanten van de school uitgebreid beschreven. Deze sterke kanten gelden ook voor het vo onderwijs. Het aanbod is eigentijds en passend bij de leerlingen, er wordt goed aangesloten op het niveau van de leerlingen en de lessen zijn – voor zover mogelijk met zo’n kleine groep – afwisselend. De leerlingen zijn gemotiveerd om een diploma of eventueel een certificaat te halen op de school, met name omdat ze alle ijzers in het vuur willen houden wat betreft vervolgopleidingen. De opbrengsten van de school zijn niet beoordeeld, omdat het hier een heel kleine groep betreft en er geen recente opbrengstgegevens zijn. Vergeleken met het inspectiebezoek in 2011 heeft de school vooral vooruitgang geboekt wat betreft het aanbod dat past bij de vo-leerlingen en wat betreft het gebruik van ICT in de lessen. Uit het kwaliteitsprofiel komt duidelijk naar voren dat de inspectie vertrouwen heeft in de school en in de door haar gerealiseerde kwaliteit: alle kwaliteitsindicatoren hebben de beoordeling 'voldoende' of 'goed' gekregen.
Pagina 12 van 15
Toelichting Opbrengsten
Leerlingen in het vo kunnen hun opleiding afsluiten met een NT2-examen (B1/B2) of met een CNaVT. We hebben de opbrengsten niet beoordeeld, omdat de twee vo-leerlingen in het eerste vo-leerjaar zitten en er geen recente
afsluitende gegevens zijn.
De school heeft wel CITO-0-1-2-3 toetsen in huis, waarmee de tussenresultaten van de leerlingen in kaart kunnen worden gebracht. Omdat er nog niet meerdere meetmomenten zijn geweest kunnen we deze tussenresultaten nog niet
beoordelen.
Onderwijspraktijk
De school gebruikt een gangbare vo-methode Nederlands, en vult dit aan met digitaal materiaal en met de NOB-module vo. Daarnaast zijn er leesboeken voor de vo-leeftijdsgroep. Het aanbod is hiermee voldoende dekkend voor de
kerndoelen en de exameneisen. Door de geringe omvang van de vo-afdeling is het wel vrijwel onmogelijk om sommige taalvaardigheden in te oefenen, zoals debatteren en discussiëren.
De school heeft voldoende onderwijstijd gepland, en die tijd wordt goed benut.
Leerlingen krijgen huiswerk mee, en weten dat het voor hun taalvaardigheid Nederlands nodig is dat ze hun huiswerk daadwerkelijk maken. Verzuim komt nauwelijks voor, de leerlingen zeggen zelf dat ze het veel te leuk vinden op de Nederlandse school om lessen te verzuimen.
Ouders zijn heel betrokken bij de school; zij worden (onder meer via de huiswerkmail) betrokken bij hun eigen kinderen, maar ook in breder schoolverband wordt hun inzet gevraagd (onder meer bij de verschillende 'naschoolse' activiteiten die de school organiseert). Schoolregels zijn duidelijk, en zowel kinderen als ouders weten wat die regels inhouden. Ze worden, zo heeft de inspectie kunnen constateren, heel consequent tijdens de lessituaties gehanteerd, vandaar dat indicator 4.7 als 'goed' is beoordeeld.
De lessen zijn goed van kwaliteit, en er wordt voldoende gerichte aandacht aan de vo-leerlingen gegeven. De leerlingen werken hard en zijn duidelijk betrokken bij wat ze leren.
De school heeft genormeerde toetsen aangeschaft om leerlingen tussentijds te toetsen en hun leerwinst in kaart te brengen. Op dit moment zijn er nog
onvoldoende gegevens beschikbaar om hier uitspraken over te kunnen doen. De leerkracht houdt de leerlingen goed in de gaten, en voor zover ze extra zorg en begeleiding op het gebied van Nederlandse taal nodig hebben krijgen ze dat ook.
Gaat het om andersoortige zorg, bijvoorbeeld op sociaal-emotioneel gebied, dan houdt de leerkracht dit ook goed in de gaten en probeert een lijn te leggen naar de ouders en eventueel naar de dagschool.
Kwaliteitszorg
De kwaliteitszorg van de school is degelijk en volgens de regels der
kwaliteitszorgkunst opgezet: er wordt jaarlijks een planning van doelen en onderliggende activiteiten gemaakt, die binnen het meerjarenbeleid van het schoolplan passen, waarbij ook een prioritering, een tijdpad en
verantwoordelijkheden worden aangegeven. Dit wordt geëvalueerd, waarbij onder meer instrumenten zoals lesobservaties door externen, zelfevaluaties, leerlingen- en ouderenquêtes als input worden gebruikt. Zo nodig leiden de evaluaties tot bijstellingen van doelen en activiteiten. Omdat het nieuwe bestuur zelf ervaren heeft dat borging van in gang gezette ontwikkelingen essentieel is voor de school- en beleidsontwikkeling, heeft ze hier veel nadruk op gelegd.
Zaken zijn helder vastgelegd, en er wordt goed nagedacht over de vraag hoe te voorkomen dat als iemand wegvalt er een echt gat valt (bijvoorbeeld door nieuwe bestuursleden te laten schaduwdraaien en van zittende bestuursleden te
Pagina 13 van 15
vragen als ze willen stoppen nog een tijd mee te werken aan schaduwdraaien;
hetzelfde geldt voor de leerkrachten).
Opbrengsten worden wel geëvalueerd, maar niet zo grondig als in het po het geval is. De opbrengsten van een vo-afdeling lenen zich hier ook minder voor:
leerlingen gaan op voor een extern examen en slagen daar al dan niet voor. Nu de school ook CITO-0-1-2-3 in huis heeft kunnen tussentijds
opbrengstenanalyses gemaakt worden. De evaluatie van het onderwijsleerproces loopt parallel met die in het po.
Pagina 14 van 15
4 Vervolg van het toezicht
Bij dit kwaliteitsonderzoek heeft de inspectie ook de naleving van een aantal wettelijke voorschriften over de door het bestuur vastgestelde schoolgids en het schoolplan onderzocht, zoals die voor scholen in Nederland gelden. Op basis hiervan concludeert de inspectie dat de school aan deze wettelijke bepalingen voldoet.
De bevindingen van dit kwaliteitsonderzoek leiden tot het volgende arrangement voor het vervolg van het toezicht (toezichtarrangement):
De aangetroffen kwaliteit van het onderwijs op de school vraagt geen aanpassing van de reguliere onderzoeksplanning van de inspectie. In beginsel volgt over vier jaar opnieuw een kwaliteitsonderzoek.
Pagina 15 van 15
