Vraag nr. 358 van 4 juli 2003
van de heer ERIK MATTHIJS
Ontsluiting haven Zeebrugge – Studies
Om verantwoorde beleidsmaatregelen te kunnen n e m e n , doet de regering veelvuldig een beroep op studiebureaus die een studie ten gronde moeten maken over mogelijke beleidsopties, a l t e r n a t i e v e n moeten onderzoeken en een kosten-b a t e n a n a l y s e m a k e n . De studies kosten veel tijd, en het gebeurt dat er een vervolgstudie moet worden opgesteld, o f de studie is ondertussen verouderd omdat er nieu-we elementen zijn, enzovoort.
Het laten uitvoeren van een studie is een soort me-thode van de minister geworden om geen beslissing te moeten nemen of een beslissing jaren te kunnen u i t s t e l l e n . Het gevolg dat aan de studies gegeven wordt, is ook betwistbaar.
Over de ontsluiting van de haven van Zeebrugge zijn er ook studies lopende. De vraag of het Schip-donkkanaal moet worden verbreed, houdt de men-sen die in de op het gewestplan bepaalde reserva-tiestrook wonen en werken, nu al twintig jaar in de g r e e p. Nog steeds is er geen antwoord, noch in het kader van de ontsluiting van de haven van Zee-b r u g g e, noch in het kader van het overstromingsge-vaar in het Leiebekken van Gent.
Ondertussen blijft baggering van het Schipdonkka-naal uit. Dit zou de waterafvoercapaciteit nochtans sterk verhogen.
1. Hoeveel studies lopen er nog over de ontslui-tingsproblematiek van de haven van Zeebrug-ge ? Welke ?
Wat is van elk van die studies de vermoedelijke einddatum ?
Wat is de kostprijs van de reeds afgewerkte stu-dies ?
Welk bestuur is de opdrachtgever en wie voert/voerde de studies uit ?
2. Wat is de waarde van de Maatschappelijke Im-pactstudie (MAIS) ?
3. Wanneer valt een definitieve beslissing over de verbreding van het Schipdonkkanaal, van be-lang voor de overstromingsproblematiek ?
4. Wanneer wordt het Schipdonkkanaal gebag-gerd ?
5. Is er een multidisciplinaire werkgroep die de ontsluiting van de haven voorbereidt ? Wie zijn de deelnemers ?
Wanneer worden definitieve conclusies ver-wacht ?
Antwoord
1. Momenteel wordt gewerkt aan de opmaak van een strategisch plan voor de haven van Brugge-Z e e b r u g g e. Dit plan zal een langetermijnvisie omvatten (periode van 30 jaar) en een voorstel van maatregelen om deze ontwikkeling te rich-ten en te ondersteunen. Het spreekt vanzelf dat de ontsluitingsproblematiek aan bod komt voor alle modi, dus inclusief de binnenvaart. De stu-die is nog lopende en zal in principe begin 2004 worden afgerond. De opdracht werd gegeven door het departement Leefmilieu en Infrastruc-tuur aan een consortium WES – Groep Plan-ning – CIBE. De kostprijs voor de studie be-draagt 613.287,64 + 13.223,94 + 214.803,56 euro. In het strategisch planningsproces wordt multi-diciplinair gebruikgemaakt van reeds beschik-bare informatie, die onder meer in voorgaand onderzoek verworven werd.
Anderzijds heb ik NV Zeekanaal en Wa t e r g e-bonden Grondbeheer Vlaanderen opgedragen om een studie uit te voeren in samenwerking met het havenbedrijf voor een proefproject voor kust- en binnenvaart, waarin de mogelijk-heden van estuaire vaart nader zullen worden onderzocht. Ook deze is nog in uitvoering. De reeds uitgevoerde Maatschappelijke Impact-studie voor de ontsluiting van de Vlaamse kust-havens is hiervan een voorbeeld. De kostprijs bedroeg 18.204.450 frank of 451.276,53 euro (bedrag incl. B T W ) . De opdracht werd gegeven door de administratie Waterwegen en Zeewe-zen en werd uitgevoerd door een consortium van Technum – Resource Analysis en IMDC uit Antwerpen.
In het RSV was aangegeven dat de ruimtelijke en economische opportuniteiten voorafgaande-lijk bestudeerd moesten worden. De administra-tie Waterwegen en Zeewezen heeft dit nog ver-der opengetrokken en heeft de drie alternatie-ven benaderd vanuit de dimensies economie, m i l i e u , sociaal en cultuur en heeft tevens een technische en ruimtelijke studie uitgevoerd. I n de Maatschappelijke Impactstudie voor de ont-sluiting van de kusthavens is tevens getracht om zoveel mogelijk opportuniteiten te benutten in plaats van te focussen op het milderen van ne-gatieve effecten. Als finaliteit is voor verschil-lende ontsluitingsalternatieven een beschrijving gegeven van de impact (zowel positief als nega-tief).
3. In het kader van het strategisch plan voor de haven van Brugge-Zeebrugge wordt een multi-modale ontsluitingsstudie uitgevoerd. De ver-breding van het Schipdonkkanaal is één van de te onderzoeken mogelijkheden.
Inzake waterafvoer vanuit het Gentse worden verschillende scenario’s met het mathematisch model van de Leie berekend, gekoppeld aan de mathematische modellen van het A f l e i d i n g s k a-naal van de Leie, de Schelde, de Ringvaart om G e n t , het Kanaal Gent-Oostende en het Kanaal Gent-Terneuzen.
4. De omgeving van het kruispunt van Schipdonk is recentelijk volledig gebaggerd. Voor de rest van het Schipdonkkanaal is een meetcampagne in uitvoering. Afhankelijk van de resultaten zul-len verdere initiatieven genomen worden. D e resultaten van deze onderzoeken dragen bij tot de onderbouwing van beslissingen over infra-structuurprojecten met grote maatschappelijke impact.
5. De ontsluiting van de haven wordt, zoals reeds v e r m e l d , bestudeerd in het kader van het strate-gisch plan haven van Zeebrugge. Een centrale s t u u r g r o e p, voorgezeten door de gouverneur van We s t - V l a a n d e r e n , coördineert onder meer de werkzaamheden van diverse (thematische) deelwerkgroepen.