Vraag nr. 418 van 7 juli 1997
van de heer ERIK MATTHIJS "Koppelingsgebied" – Draagwijdte
Samen met de inherzieningstelling van het gewest-plan Gentse en Kanaalzone op 13 mei 1997 voert de Vlaamse regering het begrip "koppelingsge-bied" in als nieuwe bestemming.
Uit de nota aan de Vlaamse regering kan afgeleid worden dat dit gebied een bufferfunctie zal hebben om :
– de milieuhygiënische impact van de industriële en zeehavenactiviteiten naar de nabijgelegen woonkernen te beperken door een specifieke inrichting van de aangrenzende gebieden (de zogenaamde koppelingsgebieden) ;
– de leefbaarheid voor het wonen en de andere aanwezige functies (waaronder agrarische func-ties) te garanderen in de bestaande woonker-nen.
Dit zijn positieve uitgangspunten.
Wanneer we evenwel de aanvullende stedenbouw-kundige voorschriften (art. 12) nader bekijken, i s het voor de niet-stedenbouwkundige moeilijk om de boven geciteerde uitgangspunten te herkennen. Meer zelfs, de formulering kan tot verschillende interpretaties leiden.
Daarom had ik graag enige toelichting gekregen bij de voorschriften.
1. Wat is de betekenis van de paragraaf "Toegela-ten is ... plaatsvinden." ?
2. Wat moeten we hier verstaan onder recreatieve a c t i v i t e i t e n , dienstverlenende bedrijven, g e-meenschapsvoorzieningen en nutsvoorzienin-gen ?
3. Is het mogelijk dat activiteiten/bedrijven van nutsvoorzieningsmaatschappijen zich in het gebied vestigen ?
4. Kan de dienstverlenende sector zich in dit gebied vestigen ?
5. Is het op grond van de draagwijdte van de term "complementair" mogelijk dat de gronden bin-nen het koppelingsgebied worden opgehoogd
met bijvoorbeeld zand uit de Kluizendokken, om daarna deze terreinen te beplanten ?
6. Naar de ontwikkelingsmogelijkheden van de agrarische sector toe : kunnen in deze koppe-lingsgebieden bestaande agrarische bedrijven ook hun bedrijfsruimte uitbreiden ? Met bedrijfsruimte bedoel ik serres voor glasteelt, veestallen, ...
Antwoord
In de tweede paragraaf van het bestemmingsvoor-schrift wordt in algemene zin vermeld welke activi-teiten in het koppelingsgebied kunnen worden ont-wikkeld vanuit de bufferende en koppelende func-tie van het gebied. Daarenboven worden in alge-mene bewoordingen de ruimtelijke inrichtingsprin-cipes aangegeven zoals bezettingscoëfficiënt, l a n d-schappelijke inrichting die in het op te maken BPA (bijzondere plan van aanleg) voor het koppelings-gebied moeten worden vastgesteld.
Onder recreatieve activiteiten worden onder ande-re begande-repen : s p e e l b o s, p a r k , w a t e r p l a n , s p o r t i n-frastructuur, ...
Onder dienstverlenende bedrijven worden onder andere begrepen : t a n k s t a t i o n s, t r u c k e r s c e n t r u m , b a n k k a n t o r e n , o v e r h e i d s d i e n s t e n ,c a t e r i n g b e d r i j f-jes, logistieke dienstverlening, ...
Onder gemeenschapsvoorzieningen worden onder andere begrepen : niet-commerciële dienstverle-ning (politie, b r a n d w e e r, p o s t , b e g r a a f p l a a t s e n , administratie van openbare lichamen), het onder-w i j s, de sociaal-medische dienstverlening, de voor-zieningen voor cultuur recreatie en ontmoeting ( t h e a t e r s, culturele centra, openbare bibliotheken, kerkelijke voorzieningen, m u s e a , club- en buurt-h u i z e n , muziekscbuurt-holen en vrijetijdscentra, a c c o m-modatie voor verenigingsleven, ...).
Onder nutsvoorzieningen worden onder andere begrepen : e l e k t r i c i t e i t s v o o r z i e n i n g, i n f r a s t r u c t u u r voor zuivering van rioolafvalwater, g a s v o o r z i e n i n g, w a t e r v o o r z i e n i n g, telefoon- en telecominfrastruc-tuur, containerpark, ...
Activiteiten en bedrijven van nutsvoorzieningsbe-drijven kunnen in principe in het koppelingsgebied worden gevestigd, in zoverre ze een sterke functio-nele binding of relatie onderhouden met het omlig-gende gebied en in hun geheel voldoen aan de in het bestemmingsvoorschrift vermelde ruimtelijke inrichtingsprincipes.
Dienstverlenende bedrijven en activiteiten kunnen in het koppelingsgebied worden gevestigd, i n zoverre zij een sterke functionele relatie onderhou-den met het omliggende gebied en in hun geheel voldoen aan de in het bestemmingsvoorschrift ver-melde ruimtelijke inrichtingsprincipes.
"Complementair" betekent dat de gronden in het koppelingsgebied zodanig worden ingericht dat er voor de omliggende gebieden een meerwaarde of voordeel uit ontstaat. Het ophogen en beplanten van de terreinen tot bijvoorbeeld een toegankelijk bos of park betekent dat enerzijds buffering optreedt ten opzichte van de zeehavenactiviteiten en dat anderzijds het gebied als groene ruimte kan worden gebruikt door de omwonenden.
De ontwikkelingsmogelijkheden voor de bestaan-de agrarische bedrijven in het koppelingsgebied moeten worden onderzocht en afgewogen vanuit een globale ruimtelijke visie op het koppelingsge-bied en de omliggende gekoppelingsge-bieden (zeehavengekoppelingsge-bied, w o o n g e b i e d , . . . ) . Deze visie moet worden vastge-legd in een BPA , zoals ook in het bestemmings-voorschrift wordt aangegeven.