Vraag nr. 207
van 7 september 2005
van mevrouw HELGA STEVENS
Ministerie Vlaamse Gemeenschap – Kinder-opvang
Voor de zomervakantie kondigde minister Bourgeois aan dat de kinderopvang voor de amb-tenaren voor de buitendiensten Gent, Hasselt, Brugge en Antwerpen uitgebreid werd van vier naar zes weken.
1. Hoeveel daginschrijvingen waren er in de zomervakantie van 2005?
2. Overtrof de vraag het aanbod in één van de opvangverblijven?
3. Wat waren de meerkosten voor de Vlaamse overheid ten opzichte van 2004?
4. Is de georganiseerde kinderopvang ook toegan-kelijk voor kinderen die meer aandacht verei-sen, zoals kinderen met een handicap?
5. Heeft de minister plannen om de kinderopvang (geografisch/numeriek) verder uit te breiden? Naar mijn mening heeft de dienst Emanci-patiezaken momenteel een minimale bezetting. De laatste jaren werden steeds meer doelgroepen aan de dienst toegewezen maar de personeelsbezetting bleef nagenoeg dezelfde. Het is niet zo dat de aan-vankelijke taakstelling zonder voorwerp geworden is en er dus automatisch ruimte is vrijgekomen voor bijkomende taken. Nog zeer recentelijk berichtten verschillende dagbladen over de geringe doorstroming van vrouwen naar hogere/hoogste niveaus binnen de Vlaamse (en federale) overheid. Het belang van de dienst Emancipatiezaken bij de opstart en de uitbouw van kinderopvang en de
bete-kenis hiervan voor de werkende vrouw mag niet onderschat worden, maar volgens mij kan vandaag de vraag gesteld worden of het niet opportuun zou zijn om de kinderopvang uit handen te geven. Deze dienst heeft mijns inziens de taak een idee vorm te geven, op de sporen te zetten en te bege-leiden bij de opstart. Echter, eenmaal de trein rijdt, zou een andere bestuurder moeten overnemen zodat de dienst zich opnieuw kan bezighouden met nieuwe initiatieven, nieuwe proefprojecten, enzovoort. De vrijgekomen tijd zou de dienst Emancipatiezaken ongetwijfeld nuttig kunnen gebruiken om een aantal uitdagingen, zoals ver-woord in zijn ambitieuze jaarlijkse positieve-actie-plannen, voor te bereiden en vorm te geven. 6. Kan de minister een schets geven van het aantal
voltijdse equivalenten bij de dienst Emancipatie zaken door de jaren heen?
7. Wat is het standpunt over een eventuele over-dracht van de kinderopvang?
N.B. Deze vraag werd gesteld aan de ministers Bourgeois (vraag nr. 175) en Van Brempt (nr. 207).
Antwoord
