• No results found

Vraag nr. 88 van 8 januari 1997 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 88 van 8 januari 1997 van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 88 van 8 januari 1997

van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Vlaams-Brabantbeleid – Overbrenging kadaster Wemmel naar Brussel

Het Vlaams Parlement en de Vlaamse regering leg-gen reeds geruime tijd bekommernis aan de dag over de handhaving en versterking van de V l a a m-s e, groene en landelijke aard van V l a a m m-s - B r a b a n t . De eerste rechtstreekse verkiezing van het V l a a m s Parlement bracht bovendien een eerste krachtdadi-ge stap mee in de richting van de splitsing van het a d m i n i s t r a t i e f, juridisch en politiek arrondissement B r u s s e l - H a l l e - Vi l v o o r d e, overeenkomstig de logica van de doorgevoerde staatshervormingen.

Nochtans doorkruisen een aantal federale beleids-lijnen en initiatieven, of de ontstentenis daarvan, a l te vaak de goede voornemens van het Vlaams Par-lement en zijn regering. De inroeping van normen-, belangen- en bevoegdheidsconflicten (indien al mogelijk) verhelpt weinig of niets en komt vaak schromelijk laat.

Een hedendaags voorbeeld terzake is de overbren-ging van het kadasterkantoor van We m m e l , in de provincie V l a a m s - B r a b a n t , naar Je t t e, in de hoofd-stedelijke agglomeratie Brussel. Het is niet de eer-ste keer dat de federale minieer-ster van Fi n a n c i ë n ingaat tegen de belangen van Vlaanderen.

1. Welke initiatieven heeft de minister- p r e s i d e n t genomen teneinde de federale minister van Financiën aan te moedigen zijn beslissing te herzien ?

2. Welke middelen zijn er voorhanden om derge-lijke schade aan de Vlaamse belangen door de federale overheid te voorkomen en zo nodig krachtdadig te bestrijden ?

3. Bestaan er plannen voor de instelling van een bijzondere interministeriële conferentie voor V l a a m s - B r a b a n t , bijvoorbeeld ter voorberei-ding van de dringende splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde ?

4. Welke stappen zijn er gezet opdat het V l a a m s Parlement zijn rol om conflicten met andere overheden te voorkomen en op te lossen ten volle kan spelen, bijvoorbeeld door middel van interparlementaire conferenties ?

5. Hoe ziet de minister- p r e s i d e n t , tevens bevoegd voor staatshervorming, zijn bijdrage tot de

ver-dere ombouw qua bevoegdheden en qua samenstelling van de federale Senaat tot een ontmoetingskamer van de deelstaten ?

Antwoord

1. Dezelfde vraag werd reeds gesteld op 16 sep-tember 1996 door de Vlaamse volksvertegen-woordiger Luk Van Nieuwenhuysen (vraag nr. 1 6 7 , Bulletin van Vragen en A n t w o o rden nr. 7 van 10 januari 1997, blz. 670 – red.)

Het kadasterkantoor van Wemmel was tot voor de verhuizing naar Jette territoriaal bevoegd voor de gemeente Wemmel.

Ook na de verhuizing blijft het enige perso-neelslid van dit kadasterkantoor uitsluitend controles voor het grondgebied Wemmel uit-v o e r e n . Alleen gebeurt dit niet langer uit-vanuit Wemmel, maar vanuit Jette. Er heeft dus enkel een fysieke verplaatsing van een ambtenaar van het ministerie van Financiën van Wemmel naar Jette plaatsgevonden. Zowel materieel als terri-toriaal blijft de bevoegdheid van het vroegere kantoor in Wemmel ongewijzigd.

In het licht van de vraag is het nuttig om na te gaan wat deze verandering van kantooradres te betekenen heeft op het gebied van de taalwet-geving.

In de vroegere toestand was het kadasterkan-toor in Wemmel een plaatselijke dienst geves-tigd in een randgemeente en dus onderworpen aan de artikelen 23 en volgende van de gecoördineerde wetten van 18 juli 1966 op het gebruik van de talen in bestuurszaken (verder afgekort als SWT). Kort samengevat betekent dit dat in de binnendiensten uitsluitend het Nederlands wordt gebruikt, dat berichten, mededelingen en formulieren die bestemd zijn voor het publiek in het Nederlands of het Frans moeten gesteld zijn, en dat de betrekkingen met particulieren in het Nederlands of het Frans geschieden naargelang de wens van de betrok-kene.

De huidige toestand is moeilijk in te passen in de taalwetgeving. Het kadasterkantoor We m-mel opereert als het ware vanuit Brussel. Deze dienst heeft echter geen enkele territoriale bevoegdheid in Brussel en kan dus bezwaarlijk worden beschouwd als een plaatselijke dienst uit Brussel-Hoofdstad. Maar zelfs als we deze hypothese aanhouden, betekent dit geen noe-menswaardige verandering ten opzichte van de taalverplichtingen die gelden voor de plaatselij-ke diensten in de randgemeenten. De artiplaatselij-kelen

(2)

17 en volgende van de SWT die van toepassing zijn op de plaatselijke diensten in Brussel, z i j n bijna woordelijk identiek aan de bovengenoem-de artikelen 23 en volgenbovengenoem-de die gelbovengenoem-den voor bovengenoem-de randgemeenten.

Wanneer we het huidige kantoor beschouwen als een gewestelijke dienst (vermits twee gemeenten, met name Jette en Wemmel, betrok-ken zijn),speelt de regeling van artikel 35,§ 1, b, van de SWT, waarin wordt gesteld dat iedere gewestelijke dienst waarvan de werkkring gemeenten omvat uit Brussel-Hoofdstad en uit het Nederlandse taalgebied onderworpen is aan de taalregeling die geldt voor de plaatselijke diensten gevestigd in Brussel-Hoofdstad.

Er kan dus worden besloten dat het overheve-len van het kantoor van Wemmel naar Je t t e geen noemenswaardige veranderingen op het vlak van de taalwetgeving tot gevolg heeft. D e overplaatsing van het kadasterkantoor druist bijgevolg niet in tegen de V l a a m s - B r a b a n t p o l i-tiek van de Vlaamse regering. Wel is het zo dat inwoners van Wemmel die inlichtingen wensen, nu niet meer in de eigen gemeente terecht kun-nen maar zich moeten verplaatsen naar Brussel. Ik heb de federale minister van Financiën der-halve gevraagd te onderzoeken in hoeverre de vroegere toestand – om redenen van klant-vriendelijkheid – kan worden hersteld.

2. en 4. Zoals in het eerste deel van het antwoord werd aangetoond, is er in het concrete geval geen sprake van schade aan de Vlaamse belan-gen.

Om conflicten met andere overheden te vermij-den en zo nodig op te lossen, bestaan er ver-schillende wettelijke mogelijkheden. In dat licht moet een wezenlijk onderscheid worden gemaakt tussen :

– een bevoegdheidsconflict, dat van juridische aard is en bijgevolg jurisdictioneel beslecht wordt via de Raad van State of het Arbitra-gehof ;

– een belangenconflict dat van politieke aard is en enkel kan worden opgelost via de poli-tieke dialoog tussen de parlementen of in het Overlegcomité.

In de ruime betekenis kan ook een belangen-conflict ontstaan tussen de taalgemeenschappen bij het uitoefenen van de federale wetgevende m a c h t . De zogenaamde "alarmbelprocedure"

werd ontworpen om dit soort van conflicten tus-sen de taalgroepen in het parlement te voorko-men.

3. Er bestaan geen plannen om een bijzondere interministeriële conferentie voor V l a a m s - B r a-bant op te richten.

5. Zoals in de door de Vlaamse regering goedge-keurde discussienota voor een verdere staats-hervorming reeds werd gesteld, is de Senaat het orgaan bij uitstek om gestalte te geven aan de "federale" opbouw van de machten in de unie. De actuele samenstelling van de Senaat (art. 67 gecoördineerde Grondwet) is onmiskenbaar de vrucht van een compromis. Slechts in beperkte mate is de Senaat een kamer van de deelstaten, naast de integraal federale Kamer van Volksver-t e g e n w o o r d i g e r s. De verVolksver-tegenwoordiging van de deelstaten wordt als zodanig belichaamd door de gemeenschapssenatoren : 21 op 71, d i t is minder dan eenderde van de leden.

Voor een structurele oplossing van het gestelde probleem van de verankering van de autonomie van de deelstaten kan worden overwogen het aantal gemeenschapssenatoren te verhogen, waardoor de impact van de deelstaten bij de hervormingsprocedures van Grondwet en bij-zondere wet wordt versterkt.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vermits de ontvangsten van de buitendiensten maandelijks retroactief worden opgenomen in de Bloso-boekhouding op kasbasis, dit wil zeg- gen alleen die ontvangsten en

van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Herziening verdrag Europese Unie – Taalclausule In antwoord op mijn eerdere schriftelijke vraag over de Vlaamse bekommernissen bij de

De belangstelling voor het toevoegen van bepaalde rechten in het kader van het burgerschap waarnaar de federale ambtenaar in het door de V l a a m s e

42 van 16 oktober 1996 stelde de minister-president dat er voor het houden van volksraadplegingen op het Vlaamse beleidsniveau geen wettelijke basis bestaat (Bulletin van

In verband met het eventueel doortrekken van het in het gewestplan bepaalde tracé van de N16, verwijs ik naar het uitvoerige antwoord dat de Vlaamse volksvertegenwoordiger werd

De aangehaalde fei- ten blijken zich te hebben voorgedaan op gewest- grensoverschrijdende diensten van de MIVB, a a n wie het beheer ervan is toevertrouwd overeenkom- stig

Onverminderd artikel 7 en andere modaliteiten voor overleg en betrokkenheid overeengekomen tussen de partijen, onder meer de protocols die afgesloten werden binnen de

Calewaert, is de Vlaamse minister van Onderwijs bevoegd voor het administratief beheer en de minister van Onderwijs van de Franse Gemeenschap voor de pedagogische aangelegenheden,