Vraag nr. 44 van 8 januari 1996
van de heer ETIENNE VAN VAERENBERGH Franstalige basisscholen faciliteitengemeenten – Peda-gogische inspectie
De administratieve inspectie en het toezicht op deze Franstalige basisscholen worden uitgeoefend door de Vlaamse Gemeenschap.
Het blijkt dat de pedagogische inspectie wordt uitgeoe-fend door het Franstalige ministerie van Onderwijs. Waarom is de pedagogische inspectie niet toegewezen aan de Vlaamse Gemeenschap ?
Zijn er aanwijzingen dat dit in de komende tijd zal ver-anderen, zoals de provincie Vlaams-Brabant dit trou-wens vraagt ?
Antwoord
Ingevolge het protocol-akkoord van 24 mei 1973 betreffende het beheer van de Franstalige scholen in het Nederlands taalgebied, gesloten door de toenmali-ge ministers van Nationale Opvoeding M. Toussaint en W. Calewaert, is de Vlaamse minister van Onderwijs bevoegd voor het administratief beheer en de minister van Onderwijs van de Franse Gemeenschap voor de pedagogische aangelegenheden, dus ook voor de peda-gogische inspectie. De pedapeda-gogische inspectie heeft enkel betrekking op het pedagogisch toezicht van de betrokken scholen (o.a. toezicht op het leerplan, het onderwijspeil, ... ).
Alle andere bevoegdheden blijven ressorteren onder het ambt van de onderwijsinspectie van de Vlaamse Gemeenschap. Zij moet aldus de inspecties verrichten die ze nodig acht voor de controle van de wettelijke subsidiëringsvoorwaarden.
Er bestaat momenteel geen aanleiding om dit akkoord, destijds afgesloten met het oog op het bewaren van taalvrede in ruime context, te herzien.