Vraag nr. 114 van 11 juni 1996
van de heer MARK VAN DER POORTEN
Gemeentepersoneel – Terugbetaling inhoudingen va-kantiegeld
Sommige gemeenten hebben blijkbaar besloten om de niet-ingevorderde inhoudingen op het vakantiegeld aan hun personeelsleden terug te betalen. Dat is in strijd met het koninklijk besluit van 3 januari 1979 betreffen-de betreffen-de toekenning van een vakantiegeld aan het perso-neel van 's lands algemeen bestuur. Vorig jaar werd een dergelijke beslissing van het gemeentebestuur van Jabbeke reeds geschorst door de gouvemeur van de provincie West-Vlaanderen en vervolgens vernietigd door de minister van Binnenlandse Aangelegenheden. 1. Heeft de minister weet van gemeenten die besloten
hebben om die inhoudingen op het vakantiegeld aan hun personeel terug te betalen ?
2. Hoe treden de provinciegouverneurs op tegen der-gelijke beslissingen ? Heeft de minister hen daar-omtrent specifieke instructies gegeven ? Zijn er gouverneurs die nalaten om dergelijke beslissingen te schorsen ? Wat zijn de gevolgen van een dergelij-ke nalatigheid ?
3. Van welke gemeenten heeft de minister een derge-lijke beslissing reeds vernietigd ?
4. Welke maatregelen heeft de minister genomen om de gemeenten ertoe aan te zetten geen beslissingen tot terugbetaling meer te nemen ?
Antwoord
1. en 2. Aangaande deze problematiek heeft mijn voorganger bij omzendbrief van 9 juni 1995 de pro-vinciegouverneurs reeds gewezen op de onwettelijk-heid van beslissingen tot terugbetaling van de bij-zondere inhoudingen op het vakantiegeld voor de periode 1982-1991.
De omzendbrief werd verspreid nadat werd vastge-steld dat voornamelijk besturen uit de provincie Oost-Vlaanderen waren overgegaan tot het nemen van dergelijke beslissingen. Andere besturen over-wogen dergelijke maatregel. In voormelde omzend-brief werd de gouverneurs verzocht in de toekomst toe te zien op de naleving van deze richtlijnen. Tegen beslissingen van sommige gemeentelijke overheden kan evenwel niet meer worden opgetre-den wegens het verstrijken van de toezichtstermijn. Deze beslissingen werden, ondanks het onwettelijk karakter, uitvoerbaar.
Mijn administratie ontvangt vandaag nog vrij gere-geld vragen in verband met de eventuele terugbe-taling van de inhoudingen op vakantiegeld.
In antwoord op deze vragen wordt gesteld dat de terugbetaling van de inhoudingen op het vakantie-geld niet geoorloofd is. Dienaangaande wordt ver-wezen naar artikel 148 van de Nieuwe Gemeente-wet, dat bepaalt dat het gemeentepersoneel onder dezelfde voorwaarden als het personeel van de
ministeries geniet van het vakantiegeld, en artikel 11bis van het koninklijk besluit van 3 januari 1979 betreffende de toekenning van een vakantiegeld van 's lands algemeen bestuur, dat bepaalt dat een inhouding van 12,7 % (vanaf 1993 13,07 %) op het vakantiegeld moet gebeuren.
3. Door mijn voorganger werd één enkel vernieti-gingsbesluit getroffen, met name op 21 april 1995 inzake een besluit van de gemeente Jabbeke. Ande-re vernietigsbesluiten werden niet genomen. 4. Aangezien over deze aangelegenheid reeds een
omzendbrief werd verstuurd en de beleidslijn niet afwijkt van de inhoud van die omzendbrief, zijn bij-komende maatregelen niet nodig.
