• No results found

Vraag nr. 372 van 3 juli 2000 van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 372 van 3 juli 2000 van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 372 van 3 juli 2000

van mevrouw MARLEEN VAN DEN EYNDE N171 Kontich-Boom – Doortrekking

In opvolging van het antwoord van de minister v i c e-president op vragen betreffende de door-trekking van de N171 naar de A12 had ik graag het volgende vernomen (Handelingen C 169 van 25 mei 2000, blz. 2-4 – red.).

1. In hoeverre is de beslissing van de minister v i c e-president tot doortrekking van de N171 de-finitief ?

2. Heeft hij ondertussen reeds een landschapsstu-die laten uitvoeren ? Met welk resultaat ? 3. Welke maatregelen worden genomen om de

schade te beperken aan het natuurgebied ? 4. Welke maatregelen worden genomen om de

in-woners van de aanpalende wijk, die nog op geen 50 meter van de nieuw aan te leggen weg is ge-legen, te ontlasten van verkeershinder ?

5. Is er een alternatief van groenvoorziening en re-creatie ter compensatie van het natuurgebied dat zou verdwijnen ?

Antwoord

1. Door de conformverklaring van het mobiliteits-plan van de Rupelstreek werd door alle betrok-ken partijen, inclusief het Vlaams Gewest, e e n pakket maatregelen goedgekeurd en ter uitvoe-ring voorgesteld met het oog op de realisatie van een duurzame mobiliteit in de regio.

Deze ingreep is dus een gezamenlijk genomen beslissing in het kader van een globaal pakket. 2. De landschapsstudie wordt nog dit jaar

aanbe-steed. Resultaten zijn dus nog niet bekend. 3. De eventuele maatregelen tot beperking van de

schade aan het natuurgebied zullen in de land-schapsstudie aan bod komen.

4. Het aspect van de beperking van de verkeers-h i n d e r, met name vooral de geluidsverkeers-hinder, zal in dezelfde studie worden behandeld.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De minister verklaarde dat hij zal ingrijpen tegen bedrijven die hun personeelsleden belemmeren om gemeentelijke mandaten op te nemen1. Hij richt hiervoor een

exploitant met ritten tijdens de schoolperiode blijft de hinder voor het achteropkomend ver- keer beperkt tot de instaptijd voor de reizigers.. Aan de exploitant wiens autobussen aan

De karakterisatie van de bodems van de V l a a m- se waterlopen gebeurde in een eerste fase voor de onbevaarbare waterlopen (1996-1998) en in een tweede fase voor de

Welk dossiernummer heeft het vermelde pro- bleem bij de administratie Wegen en

Bij de opmaak van het mobiliteitsplan voor de Ru- pelsteek werd volgens de minister vice-president gebruikgemaakt van verschillende scenario's om de mobiliteitseffecten te

Deze werkwijze (eerst een "voorlopige" straat- laag) wordt in dergelijke omstandigheden dik- wijls toegepast omdat :2. – mogelijke nazettingen van de aanvulling ten gevolge

Om de fietsers te beschermen, werd tussen deze afslagstroken en het fietspad een veiligheids- strook aangelegd van 30 centimeter breedte, w a a r- in paaltjes werden

Aangezien de bescherming geen enkele ingreep inhoudt in het terrein of in het gebruik dat ervan wordt gemaakt, is er geen noodzaak om een bescherming de facto te koppelen