• No results found

Verkondiging. Gemeente in de Heer Jezus Christus,

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Verkondiging. Gemeente in de Heer Jezus Christus,"

Copied!
5
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Verkondiging

Gemeente in de Heer Jezus Christus,

Wanneer heeft u voor het laatst geprobeerd om de sterren te tellen? Ik vrees dat we daarvoor ver terug moeten gaan. Ik zal dat ongetwijfeld wel eens als kind hebben geprobeerd, totdat het populair wetenschappelijk tijdschrift Kijk mijn leven binnentrad en astronomen mijn magisch

wereldbeeld bruut verstoorden. Zo af en toe kan het je nog eens

overvallen. In die straalverliefde periodes van je bestaan bijvoorbeeld. Of met een goed glas wijn ergens diep in Frankrijk, als werkelijk geen enkel vals licht het zicht op de sterrenhemel meer verhindert. Maar het is

natuurlijk een onzinnige bezigheid. We worden geacht realistisch te zijn.

Je zou kunnen stellen dat het dromen ons structureel wordt afgeleerd.

Misschien wel om te beginnen met een abonnement op een tijdschrift als Kijk. Wij worden geacht ons eigen leven vorm te geven. En daarbij past realisme. Een nuchtere blik op de mogelijkheden maar ook de

onmogelijkheden van ons bestaan. Hebben wij dat evenwicht bereikt, dan zijn wij volwassen.

Het lijkt erop dat Abram dat stadium op zijn vijfenzeventigste heeft bereikt. Hij heeft ooit de stem van zijn Heer gehoord, die hem opriep weg te trekken uit zijn land, zijn maagschap en het huis van zijn vader en te gaan naar het land dat de Heer hem wijzen zou. Maar dat is allemaal lang geleden. Inmiddels is er van alles gebeurd waarin het realisme, zijn realisme, het realisme van Abram de boventoon voerde.

Zijn weg voerde naar Egypte, waarheen een hongersnood hem dreef. In dat angstland nam hij zo zijn voorzorgsmaatregelen. Gaf zijn vrouw

(2)

Sarai uit voor zijn zuster en kwam daarmee in serieuze problemen met Farao die haar schoonheid niet kon weerstaan. Moest een zakelijk

conflict met zijn neef Lot oplossen om de toegang tot weidegebieden om vervolgens zijn neef gewapend te hulp te schieten tegenover een coalitie van de koningen van het Oosten onder aanvoering van de koning van Sodom. Kortom: het volwassen, realistische bestaan van alledag meldt zich nu al een geruime tijd. En daarin is voor dromen geen plaats, laat staan voor het tellen van sterren. Abram gaat zijn gang nu al een tijdje alleen. Zonder breder of hoger perspectief. Ik denk zo’n beetje als alle mensen gaan. Zo hier en daar is er een vaag besef. Een vreemd verlangen naar meer. Maar doorgaans stoppen wij dat goed en stevig weg. Je kunt er het leven niet mee leven. Het is niet realistisch.

Uiteindelijk sta je er toch helemaal alleen voor. Dat bewijzen de

episodes in Egypte en het gevecht tegen de koningen van het Oosten in het leven van Abram. En dat, naar ik vrees, bewijzen goeddeels ook onze eigen levenservaringen. We zouden zo graag wat meer zien.

Misschien ook wel eens wat meer van God. Maar we zien het niet. We ervaren het niet. We leven maar wat aan en proberen er het beste van te maken. Maar de tijd schrijdt voort. We worden oud. En van de beloften van God nog niets gezien.

Het is blijkbaar heel moeilijk om in het dagelijkse gevecht om het

bestaan, iets van God te zien. Misschien gunnen wij er ons ook geen tijd voor. Of is er eenvoudigweg veel te veel wat ons in beslag neemt.

Abram is met de dagelijkse gang van zaken bezig. Zacharias, van wie ik maar even aanneem dat hij ook vijfenzeventig jaar is, houdt zich

routineus bezig met de offerdienst in de tempel van Jeruzalem. Je moet blijkbaar gestoord worden. Onderbroken in de dagelijkse gang van de

(3)

geschreven dat het woord des Heren tot Abram komt. Dat klinkt in de profetenboeken zo vaak dat we het hier amper zouden opmerken. Maar het is werkelijk voor het eerst dat we deze zin in het boek van Genesis horen. Dichterbij kan de verhouding tussen God en mens blijkbaar niet komen en blijkbaar speelt deze zich af in de binnenkamer van een mens. Zonder verdere getuigen en kennelijk in de nacht. Het is dus dat moment waarop je even teruggeworpen bent op jezelf. Wellicht ook de tijd hebt - gewild of ongewild - om bange gedachten over je toekomst tot je toe te laten. De tijd dringt. Abram is een zoon beloofd. Maar zijn vrouw Sarai is onvruchtbaar en hijzelf wordt er ook niet jonger op. Zacharias runt routineus de tempel. Hier het altaar. Daar het reukoffer. Dat zijn ook zo van die momenten waarop je gedachten alle kanten op kunnen gaan omdat de handelingen ook niet zoveel aandacht behoeven. In het

vervolg van het gesprek van Abram met zijn Heer merken we dat zijn gedachten ook wat verder zijn gegaan. Die beloofde zoon, daar lijkt het niet echt meer van te komen. Zijn rijkdom. Alles wat hij zo ondertussen heeft vergaard. Het succes wat hij heeft behaald. Dat krijgt niet echt een vervolg. Dat valt in handen van Eliëzer, zijn majordomus. Zijn naam klinkt heel vroom. En mogelijk heeft Abram hem zelf die naam gegeven:

Eliëzer, God is mijn hulp. Maar met een ingewikkeld woordspelletje in het Hebreeuws maakt Abram duidelijk dat hij het zich toch anders had voorgesteld. Iemand uit Damascus, een damesek, word mijn benmesek, mijn erfgenaam. En dat woord kan ook nog eens hoofdbediende,

majordomus, betekenen. Uiteindelijk krijgt de butler alles. Dat is wat overblijft van de droom. Zo slaat de droom stuk op de realiteit van alledag. Dit spoor loopt dood, hoe geslaagd het leven van Abram in de ogen van de buitenwereld ook was. Het is uiteindelijk toch allemaal onvruchtbaar gebleven.

(4)

In deze adventstijd komt mensen het ongehoorde ter ore. Maar het gaat niet buiten hen om. Het is niet allemaal een goddelijk spel dat zich

ergens buiten de mens afspeelt. Ergens ver weg van ons bestaan, in de hemel ofzo. Concrete mensen, met een naam en een gezicht worden aangesproken. Worden door gezichten verrast waarin zich even een goddelijke toekomst openbaart. Maar niet onterecht vragen zij

vervolgens terug naar het realisme van dit soort dromen: hoe zal dit geschieden? Het is een soort adventsrefrein van de kant van de

mensen. Maria vraagt het. Zacharias vraagt het. Abram vraagt het. Hoe kan dit? Want wat wij horen is menselijkerwijs onmogelijk. Alles, alle feiten van ons leven spreken het tegen. Ik ben te jong. Ik ben te oud. Het leven, mijn leven, is zo heel anders gelopen. De harde feiten van mijn bestaan hebben mij het dromen wel afgeleerd. Mijn man is ziek. Mijn dochter, en ik kan haar niet bijstaan. Ik kan helemaal niets voor haar doen. Hoe kan dat waarvan wij horen? Waarvoor wij ons geacht worden op te maken in de tijd van Advent? Het spreekt onze ervaringen tegen zoals Abram nu is aan het einde van zijn latijn. Die jongen? Die komt er niet. Het is alleszins redelijk het kapitaal maar onder te brengen bij mijn betrouwbare majordomus, nu ik het huis waarvan ik droomde, nooit zal zien.

Wie heeft onder ons voor het laatst geprobeerd om de sterren te tellen?

Na een felle dialoog, waarbij de een als het ware niet kan wachten om de ander te beantwoorden, troont de Allerhoogste Abram mee naar buiten. Of hij de sterren wil tellen, als hij dat kan. Eerder al werd Abram een nageslacht beloofd, talrijk als het stof der aarde. Maar dat te tellen, daar is natuurlijk geen beginnen aan. Maar in het bijbelse denken horen hemel en aarde hecht samen: wat God belooft, zal echt werkelijkheid, de

(5)

Het vertrouwen van Abram, zo staat geschreven en klinkt het eindeloos herhaald in met name de protestantse traditie, het vertrouwen van Abram werd hem tot gerechtigheid gerekend. Je kunt er natuurlijk

eindeloos over debatteren wat dit vertrouwen nu behelst heeft en dat is in de traditie ook eindeloos gedaan. Maar ik denk toch vooral dat het dat was, dat Abram omhoog keek en een klein begin maakte om de sterren te tellen. Hoog, Brammie, kijk omhoog, Brammie! Want wie de sterren begint te tellen, laat zich toch in met de droom. Om vol verbazing te constateren dat de sterren niet te tellen zijn en dat toch zo talrijk, zo vruchtbaar, de toekomst zal zijn. Misschien is het lang geleden dat wij de sterren telden. Maar er is geen enkele reden om daar vandaag niet aan te beginnen.

Amen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De zonen van Cheet kunnen verder zijn rug op en Efron mag in zijn vuistje lachen: Abraham heeft grond onder de voeten en een plek om zijn geliefde dode te begraven.. Inderdaad

Maar voor nu wordt aan Marta eigenlijk alleen gevraagd of zij bereid zou zijn om erop te vertrouwen dat zij in Jezus iets van God en daarom ook iets van deze nieuwe wereld

Vreemd, maar eigenlijk ook wel heel mooi dat in en onder al die algemeenheid van de dagen van keizer Augustus, van de dagen van Corona, de dagen die ons wereldtoneel beheersen,

NEEMT DEZE BEKER EN DRINKT HIER ALLEN UIT, WANT DIT IS DE BEKER VAN HET NIEUWE, ALTIJD-DURENDE VERBOND, DIT IS MIJN BLOED DAT VOOR U EN ALLE MENSEN WORDT VERGOTEN TOT

En om het allemaal wat dichter bij onszelf te brengen, zeggen ze dan dat niet wij de eigenaars van de aarde zijn, maar dat we de aarde geleend hebben van onze kleinkinderen?.

In dit boek Ruth gebeurt van alles maar het is toch vooral het boek der kleine dingen.. Hoe mensen maar wat aan doen maar wat aan rotzooien zonder dat daar nu precies grote lijnen of

Zo bezien, heeft het iets jaloersmakends dat temidden van al die verhalen er blijkbaar één is die voor de eerste leerlingen van Jezus zo doorslaggevend is dat zij hem gaan

Bewust leven, keuzes maken, Gods leefregels een plaats in je leven geven, dat wil niet zeggen dat je voortdurend op de barricaden moet staan, dat je altijd maar bezig moet zijn.