• No results found

Definitieve rapportage RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Luzac Lyceum Maastricht Afdelingen mavo, havo en vwo

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Definitieve rapportage RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK Luzac Lyceum Maastricht Afdelingen mavo, havo en vwo"

Copied!
13
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAPPORT VAN BEVINDINGEN

KWALITEITSONDERZOEK Luzac Lyceum Maastricht Afdelingen mavo, havo en vwo

Definitieve rapportage

Plaats: Maastricht

BRIN-nummer: 30CH

Arrangementsnummer: 3523545

Onderzoek uitgevoerd op: 25 oktober 2012 Conceptrapport verzonden op: 27 november 2012 Rapport vastgesteld te Tilburg op: 6 mei 2013

Reproductie van het rapport zonder toestemming van de inspectie of de school/instelling vindt niet plaats anders dan in zijn volledige vorm.

(2)
(3)

Inhoudsopgave

1. Inleiding ... 4

2. Bevindingen ... 6

2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel ... 6

2.2 Beoordeling ... 8

3. Toezichtarrangementen ... 12

(4)

1. INLEIDING

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 25 oktober 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Maastricht, de afdelingen havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de kwaliteit van het onderwijs op deze afdeling en over de naleving van wet- en regelgeving. Voor de afdeling mavo zijn geen leerlingen ingeschreven.

Aanleiding

De aanleiding voor dit onderzoek is het volgende.

De inspectie heeft voor Luzac Lyceum Maastricht, de afdelingen mavo, havo en vwo een

risicoanalyse uitgevoerd. Uit deze analyse kwam naar voren dat er geen leerlingen geweest zijn die op Luzac Lyceum Maastricht examen hebben gedaan. Op de afdeling mavo zijn geen leerlingen ingeschreven. Ook niet in de eerste drie leerjaren.

Op 20 maart 2012 heeft de inspectie op basis van het nieuwe waarderingskader met het bevoegd gezag besproken dat in 2012 en 2013 een bestandsopname plaatsvindt; een onderzoek bij alle vestigingen (BRIN’s) en alle afdelingen. Daarbij zal de inspectie een onderzoek uitvoeren op alle indicatoren, ongeacht of er wel of geen tekortkomingen in de risicoanalyse zijn geconstateerd. Met dit onderzoek wil de inspectie ook eventuele tekortkomingen vaststellen. In dit onderzoek wordt tevens nagegaan of de instelling aan enkele wettelijke voorschriften voldoet. De inspectie oordeelt in deze bestandsopname met de oordelen voldoende of onvoldoende. Bij het oordeel onvoldoende heeft de instelling één jaar na vaststelling van het definitieve inspectierapport om de

tekortkomingen te herstellen. Aan wettelijke vereisten moet binnen de afgesproken termijn worden voldaan. Daarna volgt op basis van onderzoek de gangbare systematiek van oordelen bij

tekortkomingen in termen van zwak of zeer zwak.

Toezichthistorie

Het Luzac Lyceum Maastricht is operationeel sinds augustus 2011. Luzac Lyceum is een erkende school voor mavo, havo en vwo op grond van de Wet Voortgezet Onderwijs. Op 2 september 2009 is een licentie afgegeven ex artikel 56 van de Wet voortgezet onderwijs (WVO).

In de afgelopen jaren richtte het inspectiebezoek zich vooral op de wettelijk verplichte

documenten, de opbrengsten en bevoegdheden. Het inspectieonderzoek op 15 december 2010 wees uit dat het aantal bevoegd gegeven lesuren voldeed aan de norm.

Er zijn 11 leerlingen ingeschreven per 1 oktober 2012: 8 voor havo en 3 voor vwo.

Onderzoeksopzet

De inspectie heeft de kernindicatoren onderzocht op de aspecten:

de opbrengsten, het onderwijsproces, de kwaliteitszorg en de wet- en regelgeving.

Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten:

- Onderzoek en analyse van documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn.

- Analyse van documenten die betrekking hebben op zelfevaluatie-activiteiten van de school en van andere documenten die de school voorafgaand aan het schoolbezoek heeft

toegestuurd en tijdens het schoolbezoek heeft overhandigd.

- Schoolbezoek, waarbij in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen. Bovendien heeft de inspectie over de kwaliteit van de indicatoren gesprekken gevoerd met het management.

- Op uw school is verder een gesprek gevoerd met leerlingen en docenten en zorgfunctionarissen.

- Aan het eind van het schoolbezoek heeft de inspectie de bevindingen van het onderzoek besproken met de rector.

(5)

Toezichtkader

De inspectie heeft zich bij haar onderzoek gebaseerd op het Toezichtkader VO 2011 (te vinden op www.onderwijsinspectie.nl). Dit waarderingskader is aangepast in maart 2012 voor particuliere exameninstellingen mavo, havo en vwo en overhandigd aan het bevoegd gezag. In 2013 zal dit toezichtkader op de site van de inspectie staan.

Voor de beoordeling van de opbrengsten is gebruikgemaakt van gegevens uit BRON, het

informatiesysteem van de Dienst Uitvoering Onderwijs van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, over de schooljaren 2010-2011 en 2011-2012.

In het jaarwerkplan verantwoordt de inspectie welke wettelijke aspecten zijn onderzocht. Dit document is te vinden op www.onderwijsinspectie.nl.

Opbouw rapport

In hoofdstuk 2 zijn de bevindingen uit het onderzoek naar de onderwijskwaliteit en de wettelijke voorschriften weergegeven. Deze worden gevolgd door een paragraaf waarin het oordeel van de inspectie wordt toegelicht en - waar mogelijk - de schoolontwikkeling in samenhang wordt beschreven. Hoofdstuk 3 geeft het toezichtarrangement weer. In de bijlage is de normering voor de beoordeling van het onderwijsleerproces weergegeven.

(6)

2. BEVINDINGEN

2.1 Kwaliteits- en nalevingsprofiel

In onderstaande tabel vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader voortgezet onderwijs. De indicatoren met een asterisk zijn de

normindicatoren; zij spelen een beslissende rol bij de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs.

De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is.

Legenda:

1. onvoldoende 2. voldoende

3. niet te beoordelen

De inspectie heeft daarnaast onderzocht of wordt voldaan aan de naleving van enkele wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score ‘ja’ of ‘nee’.

OPBRENGSTEN (per afdeling)

Opbrengsten; 1.4 is de norm voor (on) voldoende

opbrengsten 1 2 3

1.3 De leerlingen van de opleiding havo behalen voor het centraal examen de cijfers die mogen worden

verwacht.

1.3 De leerlingen van de opleiding vwo behalen voor het

centraal examen de cijfers die mogen worden verwacht. 1.4 * Bij de opleiding havo zijn de verschillen tussen het

cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het

centraal examen van een aanvaardbaar niveau.

1.4 * Bij de opleiding vwo zijn de verschillen tussen het cijfer voor het schoolexamen en het cijfer voor het centraal

examen van een aanvaardbaar niveau.

ONDERWIJSLEERPROCES (in de bijlage is de beoordelingsprocedure weergegeven)

Leerstofaanbod 1 2 3

2.1 * De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan

de wettelijke vereisten. V

2.2 * De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend

voor de examenprogramma’s. V

2.3 * De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden

dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen. O 2.4 De school heeft een specifiek aanbod om sociale competenties

te ontwikkelen. V

2.5 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

V

(7)

Onderwijstijd 1 2 3 3.1 De uitval van geplande onderwijsactiviteiten blijft beperkt. V 3.2 Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen is beperkt. V 3.3 De leerlingen maken efficiënt gebruik van de onderwijstijd. V

Schoolklimaat 1 2 3

4.1 De ouders zijn betrokken bij de school door de activiteiten die

de school daartoe onderneemt. V

4.2 De leerlingen voelen zich aantoonbaar veilig op school. V 4.3 Het personeel voelt zich aantoonbaar veilig op school. V 4.4 * De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van

leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het

gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. V 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het

voorkomen van incidenten in en om de school. V

4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling

van incidenten in en om de school. V

4.7 * Het personeel van de school zorgt ervoor dat de leerlingen

op een respectvolle manier met elkaar en anderen omgaan. V 4.8 * Het personeel stimuleert het welbevinden en de motivatie

van de leerlingen. V

Didactisch handelen 1 2 3

5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. V 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. v 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten. O

Differentiatie 1 2 3

6.1 De aangeboden leerinhouden maken afstemming mogelijk op

de onderwijsbehoeften van de individuele leerlingen. V 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in

ontwikkeling tussen de leerlingen. V

6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op

verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. O 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in

ontwikkeling tussen de leerlingen. v

ZORG EN BEGELEIDING

Systematisch volgen van vorderingen van leerlingen 1 2 3 7.1 * De school kan aantonen dat zij de prestaties en de

ontwikkeling van de leerlingen systematisch volgt. V 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in

de ontwikkeling van de leerlingen. V

Extra zorg voor specifieke onderwijshulpvragen 1 2 3 8.1 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt

de school tijdig de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. V

8.2 * De school voert de zorg planmatig uit. V

8.3 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg. O 8.4 De school zoekt de structurele samenwerking met

ketenpartners waar noodzakelijke interventies op

leerlingniveau haar eigen kerntaak overschrijden. V

(8)

KWALITEITSZORG (voor een voldoende oordeel moeten de indicatoren 9.1 t/m 9.7 voldoende zijn) Systematisch behoud en verbetering van onderwijskwaliteit 1 2 3 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar

leerlingenpopulatie. V

9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. V 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. V 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. V 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces (80%

bevoegd gegeven lessen). V

9.6 De school waarborgt de kwaliteit van het schoolexamen en van

andere toetsinstrumenten. V

9.7 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de

gerealiseerde onderwijskwaliteit. V

9.8 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.

v

Wet- en regelgeving

Nee Ja N1 Door of namens het bestuur is de vastgestelde schoolgids naar de

inspectie gestuurd en deze schoolgids bevat de verplichte onderdelen

(WVO art. 24a en 24c).

N2 Door of namens het bestuur is het vastgestelde schoolplan naar de inspectie gestuurd en dit schoolplan bevat de verplichte onderdelen

(WVO art. 24 en 24c).

N3 De school verzorgt minimaal 80% bevoegd gegeven lessen én heeft

een VOG voor al het personeel. (art 33 WVO).

N4 Door of namens het bestuur zijn het Examenreglement en het PTA naar de inspectie gestuurd en beide voldoen inhoudelijk aan de

wettelijke vereisten (Eindexamenbesluit art. 31). N5 De school meldt verzuim, schorsing en verwijdering aan de

leerplichtambtenaar via het verzuimloket conform wet- en

regelgeving. Voor een besluit tot verwijdering voert de school overleg met de inspecteur.

N6 De geplande onderwijsduur voldoet aan de wettelijke vereisten (WVO

art. 10, lid 2; 10b, lid 2; 10d, lid 2; 10f, lid 3a; 11c, lid 1b; 12, lid 5).

2.2 Beoordeling Algemeen beeld

Omdat er nog geen leerlingen zijn die het Luzac Lyceum Maastricht hebben afgerond met een examen, kan de inspectie geen oordeel geven over de kwaliteit van de opbrengsten.

De inspectie beoordeelt de kwaliteit van het onderwijsproces als voldoende.

Het onderwijsproces vertoont weliswaar enkele tekortkomingen, met name op het punt van, aanbod, didactiek en leerlingenzorg (differentiatie en effectmeting), maar is naar het oordeel van de inspectie van voldoende kwaliteit.

De school werkt in haar kwaliteitszorg systematisch en planmatig De school leeft de onderzochte wet- en regelgeving na.

Toelichting

Het bovenstaande algemene oordeel van de inspectie wordt hieronder toegelicht. Daarbij komen voor zover van toepassing achtereenvolgens de in de inleiding genoemde aspecten aan bod: de opbrengsten, het onderwijsproces, de kwaliteitszorg en de wet- en regelgeving.

(9)

Opbrengsten

Op het Luzac Lyceum Maastricht zijn alleen leerlingen ingeschreven die in het vierde leerjaar van de havo en vwo zitten. Van hen is een deel overgegaan van het derde jaar Luzac Lyceum naar het vierde jaar. De anderen zijn zij-instromers. Omdat er nog geen leerlingen zijn die het Lyceum hebben afgerond met een examen, kan de inspectie geen oordeel geven over de kwaliteit van de opbrengsten van de afdelingen havo en vwo van het Lyceum Maastricht. Op dit moment zijn er geen mavo-leerlingen die onderwijs volgen op het Lyceum.

De school heeft wel 19 leerlingen uitbesteed aan het vavo op Luzac College Maastricht. Voor elke leerling is een uitbestedingformulier opgesteld, maar geen argumentatie in het leerlingendossier over het waardoor en waartoe deze overplaatsing naar Luzac College wenselijk is. Tot nu toe maakten Lyceum leerlingen in de bovenbouw standaard de overstap naar het vavo.

Het Lyceum is pas recent operationeel, maar de inspectie wijst er op dat een Luzac Lyceum als uitgangspunt de volledige cursusduur mavo, havo en vwo moet bieden. Uitbesteding van alle examenleerlingen naar Luzac College staat op gespannen voet met de verplichte cursusduur van mavo, havo en vwo van respectievelijk 4, 5 en 6 jaar.

Het onderwijsproces

Het onderwijsproces heeft voldoende kwaliteit.

De school realiseert met name voldoende kwaliteit op de terreinen onderwijstijd en schoolklimaat.

Een positief schoolklimaat wordt gestimuleerd door duidelijke gedragsregels die strikt gehandhaafd worden. De leerlingen voelen zich gekend en ervaren een positief leer- en werkklimaat. Dat blijkt ook uit de enquêtegegevens van leerlingen, ouders en personeel.

Het onderwijsproces kenmerkt zich door de uitvoering van een voor alle vestigingen geldend onderwijsconcept. Centraal hierin staan klassikale lessen aan kleine groepen leerlingen. In aanvulling daarop worden verschillende hulp-en steunlessen ingeroosterd voor leerlingen die daaraan behoefte hebben.

Voor de verschillende vakken zijn in het verlengde van de programma’s voor toetsing en overgang (PTO’s) en programma’s voor toetsing en afsluiting (PTA’s) studiewijzers opgesteld die de

leerlingen duidelijkheid en structuur bieden over het aanbod en toetsing. De inspectie observeerde 3 leseenheden en constateerde dat de uitleg duidelijk is en er taakgericht gewerkt werd door de leerlingen. Maar de actieve betrokkenheid van de leerlingen is nog te beperkt. Zij worden daartoe onvoldoende uitgedaagd.

Door (intake)gesprekken en toetsen en activiteiten in een introductieweek (startweek) stelt Luzac Lyceum Maastricht een profiel van de leerling op. Leerlingen worden getest op tekstverklaring Nederlands, wiskunde en geschiedenis, op studievaardigheden en leerstijlen (ILS-VO).

De leerlingen zeggen voldoende te worden ingelicht over wat hun te wachten staat als leerling van het Luzac Lyceum, bijvoorbeeld door de schoolgids. Zij zijn ook tevreden over de informatie voor de noodzakelijke keuzes die zij moeten maken in het vakkenpakket, exameneisen en

vervolgopleiding. Daartoe is een leerlingenbegeleider specifiek opgeleid.

Er is voldoende zorg en begeleiding van leerlingen. Er zijn geen onderbouw leerlingen ingeschreven dit schooljaar. De schoolleiding meent dat de inrichting van Luzac Lyceum hiertoe nog niet geschikt is. In het derde jaar werden afgelopen jaar de genormeerde Cito Volgtoetsen afgenomen. Nu zijn er alleen vierdejaars leerlingen. De schoolleiding overweegt ook in het vierde leerjaar Cito toetsen af te nemen.

Verschillende aspecten kan Luzac Lyceum Maastricht nog wel verbeteren. De feedback op

leerprestaties wordt niet altijd gegeven en is soms teveel op het product en niet op het leerproces gericht. Daar komt bij dat het aanbod en de opdrachten in enerzijds de steun- en bijlessen en anderzijds de reguliere lessen onderling niet voldoende zijn afgestemd. Dat is ook moeilijk wanneer de hulpvraag van de leerling niet specifiek genoeg is vastgelegd op het aanvraagformulier steunles en er geen aantoonbaar verband wordt gelegd tussen de leerstijl van de leerling en de didactiek van de leraar. Effectmeting kan dan ook niet voldoende worden uitgevoerd. Differentiatie in instructie en verwerking vindt beperkt plaats in de vaklessen, wel buiten de reguliere lessen in de steunlessen en hulplessen.

(10)

Tijdens de vaklessen zou meer te doen zijn met opdrachten gericht op het niveau en de snelheid van de afzonderlijke leerlingen. De inspectie vraagt specifiek aandacht voor de didactiek en

differentiatie wanneer Lyceum leerlingen en College leerlingen samen een les volgen. Voor Lyceum leerlingen zou er meer ruimte en mogelijkheden moeten zijn om buiten het examenprogramma leerstof te verwerken.

Luzac Lyceum Maastricht kan de kwaliteit van het onderwijs nog verder verbeteren door uitvoering te geven aan taalbeleid en het gebruik van onderwijsondersteunende middelen. Het leerstofaanbod in de Nederlandse taal is binnen de lessen Nederlands voldoende verzorgd. Maar taalbeleid houdt een gestructureerde aanpak in vanuit alle vakken voor de ontwikkeling van de Nederlandse taalvaardigheid van leerlingen. Taalbeleid is niet als speerpunt opgenomen in het vestigingsplan.

Voor de uitvoering van practicumopdrachten wordt af en toe uitgeweken naar scholen met ruimere voorzieningen.

Leraren en leerlingen maken in de lessen nog relatief weinig gebruik van ICT-hulpmiddelen.

De inspectie beveelt verder verbetering aan van het leerstofaanbod.

De kerndoelen en de exameneisen zijn verwerkt in het leerstofaanbod. Voor alle vakken is het leerstofaanbod verder uitgewerkt in studiewijzers. Het aanbod actief burgerschap en sociale integratie is verwerkt in het leergebied Levenskunde. Muziekonderwijs komt weinig aan bod en daardoor staat het leerstofaanbod op gespannen voet met de eis om te voldoen aan de kerndoelen.

De kwaliteitszorg

De kwaliteitszorg van het Luzac Lyceum Maastricht is van voldoende kwaliteit.

Luzac stelt in onderlinge afstemming met de vestigingen landelijk en per vestiging plannen op, voert verbeteracties uit en evalueert met diverse belanghebbenden de gerealiseerde kwaliteit.

Visie, missie, uitgangspunten en uitwerking daarvan worden op centraal niveau bepaald en vastgelegd. De Luzac Lycea hebben een centraal schoolplan. Daarnaast is er op landelijk niveau een kwaliteitsmedewerker, die onder andere de interne audits verzorgt. Dat gebeurde in Luzac Lyceum Maastricht in 2010.

De inspectie heeft waardering voor het intake en plaatsingsbeleid van Luzac Lyceum Maastricht. Er is een intake van leerlingen om vast te stellen op welk niveau de leerling geplaatst kan worden en welk leertraject wenselijk is. Jaarlijks en ook tussentijds evalueert de schoolleiding de resultaten van leerlingen. Wel dient de school te zorgen voor geschikte mogelijkheden voor

onderbouwleerlingen. Onder de licentie ex artikel 56 WVO behoort Luzac Lyceum Maastricht zo’n inrichting en aanbod beschikbaar te hebben.

De aansturing van de kwaliteitszorg per school is in handen van de rector. De vestiging beschikt over een jaarlijks op te stellen vestigingsplan en een jaarverslag. Het vestigingsplan bevat de speerpunten in het vestigingsbeleid voor een schooljaar. Voor 2012-2013 zijn dit met name de verdere invoering van RTTI, de leersfeer, de interne communicatie, goed burgerschap en het leerklimaat in de studiezaal. Het vestigingsplan start met een beoordeling van de speerpunten van het voorafgaande schooljaar. De dashboard gegevens zijn toegevoegd. Beoordeling en

dashboardgegevens leidden tot de nieuwe vestigingsdoelen die in een activiteitenmatrix uiteen zijn gelegd, verdeeld in beheers- (borging) en verbeterpunten (ontwikkeling). In het vestigingsplan wordt weinig onderscheid gemaakt tussen College en Lyceum.

Het jaarverslag 2011-2012 is openbaar en start met een samenvatting van het centrale

examenverslag en bevat de cijfers voor Luzac College Maastricht. De focus van het jaarverslag ligt op de opbrengsten. De kwaliteit van het onderwijsproces en de kwaliteitsborging worden hierin niet in beeld gebracht.

(11)

De instelling monitort het onderwijsproces regelmatig met tevredenheidonderzoeken onder leerlingen en ouders. De vraagstelling gaat daarbij zowel over het onderwijsproces als over de resultaten. Geconstateerde tekorten of punten met een ‘lage’ beoordeling worden met de leraren besproken en kunnen consequenties hebben voor de aanstelling. Soms worden lesbezoeken afgelegd met behulp van een globaal aandachtspuntenlijstje. De observatiegegevens worden gebruikt in functioneringsgesprekken, maar zijn te globaal en beperkt om op vestigingsniveau de sterke en zwakke punten vast te stellen.

De kwaliteit van de lessen is standaard een onderdeel van een cyclisch proces van

kwaliteitsborging op het niveau van de leraar. Bovendien is er een nieuw lesobservatieformulier ontworpen (“Competentieprofiel leraar Luzac Lyceum”) dat nog dit jaar in gebruik zal worden genomen.

Communicatie is naar het oordeel van de inspectie voor verbetering vatbaar: de analyse en beleidsbeslissingen worden maar in beperkte mate aantoonbaar besproken met het team en andere betrokkenen.

En tot slot zien we een aangrijpingspunt voor verbetering in het scholingsbeleid. De vestiging voert het scholingsplan dat centraal wordt bepaald uit maar heeft tot nu toe geen specifiek

scholingsbeleid waarmee zowel de centrale- als de vestigingsspecifieke doelstellingen ondersteund kunnen worden.

Wet- en regelgeving

Luzac Lyceum Maastricht voldoet aan de Wet- en regelgeving.

Dat betreft de volgende gebieden:

- meldplicht bij verzuim en voortijdig schoolverlaten en schorsing - wettelijke documenten

- bevoegd gegeven lessen.

Het aantal bevoegd gegeven lessen voldoet met ca 90% aan de norm van 80%.

De inspectie maakt verder twee opmerkingen die aandacht vragen van Luzac Lyceum Maastricht:

- De school moet blijven streven naar een percentage van 100% bevoegd gegeven lessen.

- De school moet een aanbod hebben met een cursusduur voor mavo, havo en vwo van respectievelijk 4, 5 en 6 jaar. Versnelling door overplaatsing naar een vavo-instelling kan alleen bij uitzondering op persoonlijke basis en op gemotiveerde gronden plaatsvinden.

(12)

3. TOEZICHTARRANGEMENT

Het onderwijsproces en de kwaliteitszorg van Luzac Lyceum Maastricht hebben voldoende kwaliteit.

De opbrengsten zijn niet te bepalen omdat er geen examens zijn afgelegd.

De inspectie heeft geen tekortkomingen vastgesteld in de naleving van de wettelijke voorschriften.

Het oordeel leidt niet tot intensivering van het vervolgtoezicht bij Luzac Lyceum Maastricht.

(13)

Bijlage

Het onderwijsproces bestaat uit tien normindicatoren ten behoeve van de beslisregel voor een oordeel, onderverdeeld in twee categorieën; het betreft de volgende indicatoren:

Categorie 1: aanbod

- De aangeboden leerinhouden in de onderbouw voldoen aan de wettelijke vereisten.

- De aangeboden leerinhouden in de bovenbouw zijn dekkend voor de examenprogramma’s.

- De school met een substantieel percentage taalzwakke leerlingen heeft bij alle vakken een aanbod aan leerinhouden dat past bij de talige onderwijsbehoeften van deze leerlingen.

Categorie 2: pedagogisch-didactisch handelen

- Het personeel van de school zorgt ervoor dat leerlingen op een respectvolle manier met elkaar en met anderen omgaan.

- De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer.

- De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof.

- De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.

Categorie 3: klimaat

- De school heeft inzicht in de beleving van de sociale veiligheid door leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen.

Categorie 4: zorg en begeleiding

- De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen.

- De school voert de zorg planmatig uit.

Het onderwijsproces is van onvoldoende kwaliteit als twee of meer normindicatoren uit dezelfde categorie onvoldoende zijn, dan wel in meer dan twee categorieën ten minste één onvoldoende normindicator zit.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 20 december 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Utrecht, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 19 december 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Den Haag, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 24 april 2012 een onderzoek uitgevoerd op het Luzac College te Dordrecht, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 11 december 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Amersfoort op de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 21 november 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Arnhem, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 21 november 2012 een onderzoek uitgevoerd op het Luzac Lyceum Rotterdam, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 30 oktober 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac College Goes, afdelingen mavo, havo en vwo om een oordeel te kunnen uitspreken over de

De Inspectie van het Onderwijs heeft op 19 april 2012 een onderzoek uitgevoerd op Luzac Lyceum Eindhoven, de afdelingen mavo, havo en vwo, om een oordeel te kunnen uitspreken over de