• No results found

(Stuk 156 (2004-2005) – Nr. 1 – red.)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "(Stuk 156 (2004-2005) – Nr. 1 – red.)"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 70

van 23 december 2004

van de heer HUBERT BROUNS

Deeltijds onderwijs – Bevriezing lesurenpakket In de begroting Onderwijs wordt voor het secun-dair onderwijs het lesurenpakket bevroren op basis van het leerlingenaantal van het schooljaar 2003-2004. Dat wil zeggen dat een toename van het aantal leerlingen niet zal leiden tot een toena-me van het aantal lesuren.

Voor het onderwijs voor sociale promotie gebeurt een gelijkaardige oefening voor 2005, maar wordt vanaf 1 januari 2006 in een beheerste groei voor-zien.

De organisatie, het gevarieerde aanbod en de specifieke begeleiding van het deeltijds onderwijs kunnen deels gelijkgesteld worden met het onder-wijs voor sociale promotie. De vraag rijst dan ook waarom ook voor het deeltijds onderwijs niet in een beheerste groei vanaf 1 januari 2006 kan wor-den voorzien.

1. Vanwaar de beslissing om het lesurenpakket op basis van het leerlingenaantal 2003-2004 voor het deeltijds onderwijs te bevriezen, gezien het toch zeer specifieke karakter van deze vorm van onderwijs ?

2. Waarom wordt er, ook voor deze vorm van onderwijs, niet minstens in een beheerste groei voorzien vanaf 1 januari 2006 ?

Antwoord

De lerarenformatie voor het deeltijds beroepsse-cundair onderwijs bevindt zich momenteel in een specifieke situatie omdat ze voor een deel afhanke-lijk is van niet-structurele middelen, met name de extra uren ter bevordering van werkervaring (de zogenaamde Vesoc-middelen) en de ESF-midde-len (Vesoc: Vlaams Economisch Sociaal Overlegco-mité; ESF: Europees Sociaal Fonds – red.).

De ESF-input neemt in 2006 een einde, terwijl het driejarig project bevordering werkervaring (dat op zich reeds in het verlengde ligt van een eerder pro-ject trapro-jectbegeleiding) op het einde van het school-jaar 2004-2005 afloopt. Een herziening van het huidig financieringsmechanisme is daarom nodig,

zoals overigens opgenomen in de beleidsnota voor onderwij s (Stuk 156 (2004-2005) – Nr. 1 – red.). Dezelfde beleidsnota bevat ook de intentie om voor deeltijds lerenden een zogenaamd voltijds engagement in te voeren, dit wil zeggen. de invul-ling met een zinvolle werkervaringscomponent tijdens die dagen van de school week dat de leer-ling niet in het centrum voor deeltijds beroepsse-cundair onderwijs (of centrum voor erkende deel-tijdse vorming) lessen volgt. Naast de overheid, de sociale partners ... zullen de centra hierin een belangrijke rol spelen, wat betekent dat urenpak-ketten nog meer dan thans het geval is ook voor begeleidingsopdrachten buiten de centra dienen aangewend te worden.

Een en ander maakt dat een zuiver wiskundige vergelijking inzake omkadering van het voltijds, respectievelijk het deeltijds secundair onderwijs niet opgaat.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Vanaf 1 januari 2017 kunt u derhalve terecht bij: Commissie van beroep funderend onderwijs De uitspraken van de Commissie van Beroep tot 1 januari 2017 blijven uiteraard staan op de

ACM komt in het onderhavige wijzigingsbesluit tot het oordeel dat de overeengekomen tarieven voor de periode vanaf 1 januari 2006 tot 1 januari 2009 in strijd zijn met

ACM komt in het onderhavige wijzigingsbesluit tot het oordeel dat de overeengekomen tarieven voor de periode vanaf 1 januari 2006 tot 1 januari 2009 in strijd zijn met

De EU-verordeningen bepalen dat alle vissers- vaartuigen van meer dan 18 meter lengte over alles vanaf 1 januari 2004 moeten voorzien zijn van een plaatsbepalingssysteem voor

Gemeenten, OCMW’s, provincies en andere open- bare diensten en besturen (NMBS, AWV, enz.) mogen in groenzones in principe vanaf 1 januari 2004 geen bestrijdingsmiddelen meer

Begin dit jaar (22.01.2004) bezorgde de toenmali- ge minister van Onderwijs de Vlaamse volksverte- genwoordiger, als antwoord op zijn vraag om uit- leg over de uitvoering van de

Het Vlaams Gewest wordt pas vanaf 01 januari 2006 verantwoordelijk voor de ontruiming van het terrein.. Krachtens de akte behoudt de vroe- gere eigenaar beheersbevoegdheid op

Een gecoördineerd antwoord zal worden verstrekt door de heer Frank Vandenbroucke, Vlaams minis- ter van Werk, Onderwijs