Vraag nr. 1
van 26 september 2003
van de heer JOHAN DE ROO
Visserijgebieden – Onderscheid ze e v i s s e r s - S ch e l d e-vissers
Met betrekking tot de visserij in Vlaanderen had ik graag de volgende vragen gesteld.
1. De vissers van het zeegebied van Zeebrugge vissen in het gebied van de We s t e r s c h e l d e, m a a r de vissers van de BOU (Boekhoute) mogen niet vissen in het Noordzeegebied.
Waarom speelt er geen wederkerigheid, z o d a t beide groepen overal mogen vissen ?
2. Moeten de vissers die actief zijn in het visgebied van de Westerschelde hun vaartuigen uitrusten met een volgsysteem of een satelliet ?
Antwoord
1. Het is de Vlaamse volksvertegenwoordiger be-kend dat de zeevisserij alsook visserij in de "estuaria" geregeld wordt op communautair v l a k . Als algemeen principe geldt dat elk vaar-tuig dat een vlag van een van de lidstaten voert, toegang krijgt tot de Europese wateren. D e z e vaartuigen moeten over een visvergunning be-schikken en in het administratief visserijvlootregister van de EU zijn opgenomen (EU : E u r o p e -se Unie – red.). De Belgische vis-sersvaartuigen die behoren tot de zogenaamde Scheldevissers-vloot mogen enkel binnengaats, dat wil zeggen ten oosten van de lijn BreskenVlissingen, v i s-s e n . Ze bes-schikken niet over een vis-svergunning en behoren dus niet tot de Belgische zeevisserij-vloot.
Bovendien voldoen ze niet aan de veiligheids-voorwaarden opgelegd door de bevoegde dienst van de FOD Mobiliteit (Scheepvaartinspectie) om buitengaats te gaan (FOD : Federale Over -heidsdienst – red.).
In het kader van het nastreven van een even-wicht tussen de visserijcapaciteiten en de vangstmogelijkheden kunnen geen vaartuigen aan de zeevisserijvloot worden toegevoegd, b e-houdens vervanging van een onttrokken be-staand vaartuig. Bovendien kunnen de vaartui-gen die enkel binnengaats movaartui-gen vissen, o m veiligheidsoverwegingen noch op zee noch in het estuarium toegelaten worden.
Aan de vissersvaartuigen van de Scheldevissers-v l o o t , die enkel binnengaats mogen Scheldevissers-vissen, w o r-den geen quota voor tong, schol en kabeljauw toegekend in de Noordzee en het Schelde-estu-a r i u m . Teneinde deze vSchelde-estu-aSchelde-estu-artuigen, die in feite de riviervisserij beoefenen, te beschermen, w o r d t het alle andere vissersvaartuigen, met uitzonde-ring van de visservaartuigen van de Scheldevis-s e r Scheldevis-s v l o o t , die toelating hebben om in het Schel-de-estuarium te vissen, met name de BOU 24 en de BOU 7, verboden tong, schol en kabeljauw te vangen op de Westerschelde binnengaats. Het feit dat alle vaartuigen met een visvergun-n i visvergun-n g, behalve de BOU 24 evisvergun-n de BOU 7, visvergun-n i e t binnengaats mogen vissen op quotasoorten be-tekent een extra bescherming voor de Schelde-vissers.
2. De EU-verordeningen bepalen dat alle vissers-vaartuigen van meer dan 18 meter lengte over alles vanaf 1 januari 2004 moeten voorzien zijn van een plaatsbepalingssysteem voor vaartuigen ( V M S ) . Vanaf 1 januari 2005 vallen ook de vaar-tuigen vanaf 15 meter lengte over alles onder die verplichting. Vaartuigen die enkel binnen-gaats mogen vissen, hoeven niet uitgerust te worden met VMS.