Bijlage I
Interviewvragen
1 = helemaal mee eens 2 = grotendeels mee eens
3 = niet mee eens / niet mee oneens 4 = grotendeels mee oneens
5 = helemaal mee oneens
Deel I Het CVA-zorgproces binnen de organisatie
A Activiteiten in het CVA-zorgproces binnen de organisatie
Complexiteit van het CVA-zorgproces binnen de organisatie
1. Hoeveel medewerkers in uw organisatie voeren in de huidige situatie activiteiten uit ten behoeve van de zorg voor CVA-patiënten?
2. Welke deelprocessen bevat het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie?
3. Welke processen ondersteunen het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie?
4. Welke processen besturen het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie?
5. De genoemde processen zijn sterk met elkaar
verweven: 1 2 3 4 5
6. De interacties tussen de genoemde processen zijn
overzichtelijk: 1 2 3 4 5
7. De interacties tussen de genoemde processen zijn
voorspelbaar: 1 2 3 4 5
8. De processen in de eigen organisatie, de direct voorafgaande organisaties en de direct volgende organisaties in het regionale CVA-zorgproces
zijn sterk met elkaar verweven: 1 2 3 4 5
9. De interacties tussen de genoemde processen zijn
overzichtelijk: 1 2 3 4 5
10. De interacties tussen de genoemde processen zijn
voorspelbaar: 1 2 3 4 5
Stabiliteit van het CVA-zorgproces binnen de organisatie
11. De genoemde processen in uw organisatie zijn veranderlijk als gevolg van externe
ontwikkelingen: 1 2 3 4 5
12. Welke externe ontwikkelingen zijn dit?
13. De genoemde processen in uw organisatie zijn veranderlijk als gevolg van interne
ontwikkelingen: 1 2 3 4 5
14. Welke interne ontwikkelingen zijn dit?
Bekendheid van het huidige CVA-zorgproces in de organisatie
15. De CVA-medewerkers in uw organisatie zijn bekend met de te veranderen processen in uw
organisatie: 1 2 3 4 5
16. De leden van de projectgroep Stroke Service ZWD-NWO zijn bekend met de te veranderen
processen in uw organisatie: 1 2 3 4 5 B De organisatie van het CVA-zorgproces in de organisatie
17. De wijze waarop het CVA-zorgproces in uw
organisatie is georganiseerd, is ingewikkeld: 1 2 3 4 5 C Veranderingsvermogen en veranderingsbereidheid in de organisatie
18. Veranderingen lijken gemakkelijk in organisatie
te kunnen worden doorgevoerd: 1 2 3 4 5
19. Veranderingen in uw organisatie hebben vaak
succes: 1 2 3 4 5
20. Actieve medewerking van CVA-medewerkers in
uw organisatie worden in het algemeen beloond: 1 2 3 4 5 D CVA-medewerkers in de organisatie
Bekendheid van de strategieën en doelen van de organisatie bij de CVA-medewerkers in de organisatie
21. De algemene strategieën en doelstellingen van uw organisatie zijn bij de CVA-medewerkers in uw
organisatie bekend: 1 2 3 4 5
Heterogeniteit van de CVA-medewerkers in de organisatie
22. De achtergronden van de CVA-medewerkers in uw
organisatie zijn in sterke mate verschillend: 1 2 3 4 5
23. De ideeën ten aanzien van de zorg voor CVA-patiënten bij de verschillende
CVA-medewerkers in uw organisatie zijn in sterke
mate verschillend: 1 2 3 4 5
Contacten van de CVA-medewerkers in uw organisatie
24. De contacten tussen de CVA-medewerkers in uw
organisatie onderling zijn goed: 1 2 3 4 5
25. De contacten tussen de CVA-medewerkers in uw
organisatie en hun leiding zijn goed: 1 2 3 4 5
26. De contacten tussen de CVA-medewerkers in uw organisatie en de CVA-medewerkers in de
voorafgaande en volgende organisaties zijn goed: 1 2 3 4 5
27. De solidariteit tussen de CVA-medewerkers in uw
organisatie is groot: 1 2 3 4 5
Deel II Het project Stroke Service ZWD-NWO in de organisatie E De opdrachtgever van het project Stroke Service ZWD-NWO 28. Wie ziet u als opdrachtgever voor het project Stroke Service ZWD-NWO?
29. Waarom zit u hem / haar als opdrachtgever?
30. De problematiek die aanleiding geeft voor het opzetten van het project Stroke Service
ZWD-NWO, is bij deze opdrachtgever bekend: 1 2 3 4 5
31. De doelen van het project Stroke Service
ZWD-NWO zijn duidelijk vastgesteld door deze
opdrachtgever: 1 2 3 4 5
32. Welke doelen zijn dit volgens u?
33. Deze doelen komen overeen met de doelen van de andere zorgorganisaties die deelnemen aan het
project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
Globale behoeften van de CVA-medewerkers in de organisatie
34. De globale behoeften van de CVA-medewerkers in uw organisatie met betrekking tot hun
arbeidsomstandigheden zijn bekend: 1 2 3 4 5
35. Het is waarschijnlijk dat door middel van het project Stroke Service ZWD-NWO aan deze
behoeften wordt voldaan: 1 2 3 4 5
36. De globale behoeften van de CVA-medewerkers in uw organisatie met betrekking tot de zorg voor
CVA-patiënten zijn bekend: 1 2 3 4 5
37. Het is waarschijnlijk dat door middel van het project Stroke Service ZWD-NWO aan deze
behoeften wordt voldaan: 1 2 3 4 5
F Veranderkundige kwaliteit van de CVA-medewerkers in de organisatie
38. De CVA-medewerkers in uw organisatie zijn bekend met het fenomeen transmurale
samenwerking: 1 2 3 4 5
39. De CVA-medewerkers in uw organisatie zijn
bekend met het Stroke Serviceconcept: 1 2 3 4 5
40. Het aantal CVA-medewerkers in uw organisatie dat ooit heeft deelgenomen aan een transmuraal
zorgvernieuwingsproject is groot: 1 2 3 4 5
41. Het aantal CVA-medewerkers in uw organisatie waarvan het takenpakket al eens eerder is herzien ten gevolge van een transmuraal
zorgvernieuwingsproject is groot: 1 2 3 4 5
42. Het project Stroke Service ZWD-NWO bouwt voort op andere zorgvernieuwingsprojecten waar
uw organisatie bij betrokken is (geweest): 1 2 3 4 5 G Afhankelijkheden van het project Stroke Service ZWD-NWO
43. De voortgang van het project Stroke Service ZWD-NWO is afhankelijk van de voortgang van
een ander project / andere projecten: 1 2 3 4 5 44. Welk(-e) project(-en) is (zijn) dit?
45. De voortgang van het project Stroke Service ZWD-NWO is afhankelijk van een derde partij /
derde partijen: 1 2 3 4 5
46. Welke derde partij(-en) is (zijn) dit?
H Ingrijpendheid van het project Stroke Service ZWD-NWO in het CVA- zorgproces in de organisatie
47. Hoeveel CVA-medewerkers werken, na de invoering van de Stroke Service ZWD- NWO, in het CVA-zorgproces in uw organisatie?
48. Het project Stroke Service ZWD-NWO is erop gericht het huidige CVA-zorgproces in uw organisatie aan te passen (in tegenstelling tot het
opbouwen van een volledig nieuw systeem): 1 2 3 4 5
49. Op hoeveel afdelingen van uw organisatie vindt de ontwikkeling en invoering van de Stroke Service ZWD-NWO plaats?
50. Het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie zal in sterke mate veranderen ten gevolge van het
project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
51. Het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie zal in sterke mate veranderen op de
overdrachtsmomenten met de voorafgaande en de volgende organisaties ten gevolge van het
project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
52. De processen die het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie ondersteunen zullen in sterke mate veranderen ten gevolge van hetproject Stroke
Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
53. De processen die het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie ondersteunen zullen in sterke mate veranderen op de overdrachtsmomenten met de voorafgaande en de volgende organisaties ten
gevolge van het project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
54. De processen die het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie besturen zullen in sterke mate veranderen ten gevolge van hetproject Stroke
Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
55. De processen die het primaire CVA-zorgproces in uw organisatie besturen zullen in sterke mate veranderen op de overdrachtsmomenten met de voorafgaande en de volgende organisaties ten
gevolge van het project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
56. De activiteiten die de CVA-medewerkers uitvoeren ten behoeve van het CVA-zorgproces in uw organisatie zullen in sterke mate veranderen ten
gevolge van het project Stroke Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
57. Ten gevolge van het project Stroke Service ZWD-NWO vallen in uw organisatie mogelijk
(gedwongen) ontslagen: 1 2 3 4 5
58. De CVA-medewerkers kunnenzelf bepalen hoe ze de veranderingen in hun activiteiten ten behoeve van het CVA-zorgproces in uw organisatie inpassen in hun huidige manier van werken (in tegenstelling tot de Stroke Service ZWD-NWO die
bepaalt op welke wijze dit gebeurt): 1 2 3 4 5
59. De Stroke Service ZWD-NWO zal in uw organisatie sterke veranderingen teweegbrengen in de huidige machts- / invloeds- en
statusverdeling: 1 2 3 4 5
60. De Stroke Service ZWD-NWO moet in uw organisatie voldoen aan strenge eisen
(bijvoorbeeld precisie of continuïteit): 1 2 3 4 5
61. Voor uw organisatie moeten nieuwe methoden, systemen en technieken worden verworven om in de Stroke Service ZWD-NWO te kunnen
functioneren: 1 2 3 4 5
I Veranderingsbereid in de organisatie ten aanzien van het project Stroke
Service ZWD-NWO
62. Het commitment van de leiding van uw organisatie ten aanzien van het project Stroke
Service ZWD-NWO is groot: 1 2 3 4 5
63. De noodzaak van het project Stroke Service ZWD-NWO is onder de CVA-medewerkers in uw
organisatie bekend en geaccepteerd: 1 2 3 4 5
64. De Stroke Service ZWD-NWO zal op vrijwillige basis worden ingevoerd bij de CVA-medewerkers
in uw organisatie: 1 2 3 4 5
65. Actieve medewerking van CVA-medewerkers aan het project Stroke Service ZWD-NWO wordt in uw
organisatie beloond: 1 2 3 4 5
J Noodzaak van de integratie tussen de CVA-medewerkers in de organisatie
66. De noodzaak van integratie van de activiteiten van de verschillende CVA-medewerkers in uw organisatie ten behoeve van het CVA-zorgproces
is groot: 1 2 3 4 5
K Mogelijke problemen ten gevolge van het project Stroke Service ZWD- NWO
67. De kans dat er problemen ontstaan in uw organisatie ten gevolge van het project Stroke
Service ZWD-NWO is groot: 1 2 3 4 5
68. Welke problemen zijn dit?
69. De kans dat er bronnen van frustratie ontstaan bij
de CVA-medewerkers in uw organisatie is groot: 1 2 3 4 5 70. Welke bronnen van frustratie zijn dit?
L Materiële randvoorwaarden ten aanzien van het project Stroke Service ZWD-NWO
71. Het belang dat uw organisatie heeft bij het project Stroke Service ZWD-NWO (in vergelijking met
andere zorgvernieuwingsprojecten) is groot: 1 2 3 4 5
72. De hoogte van de kosten van het project Stroke
Service ZWD-NWO in uw organisatie is groot: 1 2 3 4 5
73. Uw organisatie stelt een groot aantal
randvoorwaarden ten aanzien van de budgetten die worden gehanteerd bij het project Stroke
Service ZWD-NWO: 1 2 3 4 5
74. Welke randvoorwaarden zijn dit?
75. Wat is de te verwachten doorlooptijd van het project Stroke Service ZWD-NWO in uw
organsiatie: 1 2 3 4 5
76. De tijdsdruk die uw organisatie verwachten gedurende het project Stroke Service ZWD-NWO (door onzekerheid of beperkte capaciteit) is
redelijk: 1 2 3 4 5
Deel III Het project Stroke Service ZWD-NWO in het gehele regionale CVA- zorgproces
M De organisatie van het regionale CVA-zorgproces
77. De wijze waarop het regionale CVA-zorgproces is
georganiseerd is ingewikkeld: 1 2 3 4 5 N Ontwerp van de Stroke Service ZWD-NWO
78. In het project Stroke Service ZWD-NWO wordt
gebruik gemaakt van ‘proven technology’: 1 2 3 4 5 O CVA-medewerkers in het regionale CVA-zorgproces
79. De achtergronden van de CVA-medewerkers van de verschillende organisaties die zijn betrokken bij het project Stroke Service ZWD-NWO zijn in sterke
mate verschillend: 1 2 3 4 5
80. De ideeën ten aanzien van de zorg voor
CVA-patiënten van de CVA-medewerkers van de verschillende organisaties die zijn betrokken bij
het project Stroke Service ZWD-NWO zijn in sterke
mate verschillend: 1 2 3 4 5
81. De noodzaak van integratie tussen de verschillende CVA-medewerkers van de verschillende
organisaties die zijn betrokken bij het project
Stroke Service ZWD-NWO is groot: 1 2 3 4 5 P Leden van de project Stroke Service ZWD-NWO
82. De veranderkundige kwaliteit (ervaring, kennis en vaardigheden) van de leden van de projectgroep
Stroke Service ZWD-NWO is groot: 1 2 3 4 5
83. De leden van de projectgroep Stroke Service WD-NWO hebben al vaker met transmurale zorg
gewerkt: 1 2 3 4 5
84. De leden van de projectgroep Stroke Service ZWD-NWO hebben al vaker met het Stroke
Serviceconcept gewerkt: 1 2 3 4 5
85. Het belang van de leden van de projectgroep Stroke Service ZWD-NWO bij het welslagen van
het project is groot: 1 2 3 4 5
86. De leden van de projectgroep Stroke Service
ZWD-NWO zien het project als leuk en uitdagend: 1 2 3 4 5
87. De leden van de projectgroep Stroke Service ZWD-NWO worden in sterke mate afgeleid door
andere projecten waaraan ze werken: 1 2 3 4 5 88. Welke projecten zijn dit?