Vraag nr. 235 van 7 juni 2001
van de heer CARL DECALUWE N36 doortocht Tiegem – Geluidshinder
De gemeenteraad van Anzegem heeft in 1999 in het kader van het mobiliteitsconvenant besloten om de doortochten in Kaster, Ingooigem en Ti e-gem met middelen van het Vlaams Gewest heraan te leggen.
Ondertussen klagen buurtbewoners ter hoogte van Westdorp in Tiegem (N36) over geluidsoverlast ( d a v e r ) . Deze overlast is het gevolg van het zwaar verkeer en hoogteverschillen tussen het wegdek en rioolduikers.
De problemen zijn ontstaan na het aanleggen van aardgasleidingen en het daarvoor noodzakelijke opbreken van het beton van de wegfunderingen. 1. Werden ooit steekproeven uitgevoerd door de
betrokken administratie m.b. t . de snelheid van het zwaar wegverkeer in het centrum van Ti e-gem (N36) ? Zo ja, wat waren de resultaten ? 2. Zijn de geluidsproblemen ter hoogte van We s
t-dorp bij de administratie bekend ?
3. Wat is de stand van zaken in verband met de heraanleg van de doortochten in Kaster (N328), Ingooigem en Tiegem (N36) ?
4. Is er in de plannen voor de heraanleg van de dorpskern in Tiegem sprake van om de wegdek-problemen (die aan de basis liggen van de ge-luidsoverlast) in Westdorp aan te pakken ?
Antwoord
De heraanleg van de doortochten van Kaster, I n-gooigem en Tiegem op het grondgebied van A n z e-gem is nog niet opgenomen op het indicatief meer-jarenprogramma van mijn departement. Een pro-jectbijakte aan het mobiliteitsconvenant voor de heraanleg van doortochten kan enkel worden afge-sloten voor projecten die voorkomen op een goed-gekeurd investeringsprogramma.
Enkele jaren geleden werden aan de afdeling Wegen en Verkeer West-Vlaanderen geluidsproble-men gemeld. Na herstellingen aan het wegdek wer-den haar geen klachten over geluidshinder meer g e m e l d . Deksels van onderzoeksschouwen behoren tot de riolering, die onder de bevoegdheid van de
gemeente valt. Het is dan ook mogelijk dat het ge-meentebestuur hierover klachten ontvangen heeft. Mijn administratie heeft mij gemeld dat de overlast het gevolg is van hoogteverschillen tussen wegdek en riooldeksels en dat dit hoogteverschil het gevolg is van het verzakken van het raam en het deksel op de onderzoeksschouwen. Gelet op deze vaststelling dient de gemeente deze deksels opnieuw op peil te brengen.