• No results found

algemeen secretariaat Prins Hendrikkade 104 1011 AJ Amsterdam telefoon 020-242000Informatiebulletin voor afdelingen en districten van de Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie verschijnt 10 maal per jaar

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "algemeen secretariaat Prins Hendrikkade 104 1011 AJ Amsterdam telefoon 020-242000Informatiebulletin voor afdelingen en districten van de Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie verschijnt 10 maal per jaar"

Copied!
43
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

- resolutie Milieu - resolutie Onderwijs - Moties - HB besluiten - Vd Biezen a

algemeen secretariaat

Prins Hendrikkade 104

1011 AJ Amsterdam

telefoon 020-242000

(2)

INHOUDSOPGAVE

1. Inhoudsopgave 2. Voorwoord

3. Resolutie 'Onderwijs' 8. Resolutie 'Milieu'

12. Politieke moties van het maartcongres

23. Brief aan de Minister van O&W, dr. ir. J.M.M. Ritzen 24. Huishoudelijke algemene moties van het maartcongres

'Prakbord'

26. Tekst van toespraak Mark Rutte op WD-congres 29. Nicole Koetsier zoekt een kamer

30. Besluitenlijst HB vergadering d.d. 29/30 maart 1991 35. Besluitenlijst HB vergadering d.d. 11 april 1991 36. 'Prakbord'

37. Uitleg over de besloten vergadering

38. Wijzigingen in de Liberale Adressen Vraagbaak 39. Kranteknipsels

(3)

©

Beste JOVD-ers,

De HB-info in een overgangsfase....

Na gesprekken set de hoofdredacteur van Driemaster is er al wat meer duidelijkheid over de toekomst van dit blad. Nog' niet. zeker is of het zal blijven bestaan, en zo ja, in welke vorm. Zeker is wel dat een aantal zaken die tot nu tóe énkel in de HB-info werden gepubliceerd, nu (ook) in de Driemaster komen te staan.

Onderlinge overeenstemming is al bereikt op het gebied van de politieke uitspraken van deze vereniging (resoluties en moties), besluitenlijsten van het hoofdbestuur, .notulen van algemene vergaderingen, mededelingen van hoofdbestuursleden (bijvoorbeeld politiek secretarissen) en natuurlijk de lijst met activiteiten (stond al in de laatste Driemaster).

De activiteitenlijst zal enkel nog in de Driemaster ver­ schijnen, de moties en HB-besluitenlijsten in zowel deze HB- info als in de volgende Driemaster (bij wijze van proef).

De notulen van het maartcongres zijn niet in deze HB-info gepubliceerd, zoals wel eerder aangekondigd, maar zullen worden meegestuurd met het jaarverslag.

Verder kunt U in deze HB-info nog een nieuw fenomeentje vinden, misschien wel het begin van een leuke serie:

De rubriek 'Prakbord'; een vrolijke potpourri van grappen en grollen over de heeren Rutte en Van der Biezen.

üest mij ü veel leesplezier toe te wensen. Tiet vriendelijke groet.

Rogier van der Sande Algemeen Secretaris.'

7 2 Z

(4)

o

ONDERWIJS RESOLUTIE

PREAMBULE Stelling 1:

Onderwijs moet gericht zijn op:

A). het bieden van maximale ontplooiingskansen naar aard, belangstelling en vermogen van ieder individu.

Bj een goede aansluiting óp de arbeidsmarkt.

Een liberaal onderwijsbeleid dient'gebaseerd te zijn op gelijke deelnemingskansen voor ieder individu.

Stelling 2:

De functies van onderwijs zijn globaal te verdelen in: - sociale vorming

- kennisoverdracht - inzichtsverwerking - cultuur overdracht Stelling 3:

De volgende onderwijscategorieen zijn te onderscheiden: - peuteronderwi js

- basisonderwijs voortgezet onderwijs

- voorbereidend wetenschappelijk onderwijs - wetenschappelijk onderwijs

- voorbereidend beroepsonderwijs - beroepsonderwijs

- speciaal onderwijs

- voortgezet speciaal onderwijs - volwasseneneducatie

PECTERONDERWIJS Stelling 4:

De peuterschool (voor 2 tot 4-jarigen) is een belangrijk middel om kinderen voor te bereiden op het verplichte onderwijs. Daarom dient het peuteronderwijs, twee dagdelen per week, gefinancierd te worden uit de begroting van OSW en een ouderlijke bijdrage, en het bezoek ervan gestimuleerd te worden.

BASISONDERWIJS Stelling 5:

Het kind dient in het jaar waarin het vier wordt naar groep een van het basisonderwijs te gaan. Het jaar loopt van maart tot maart.

(5)

o

Stelling 6:

Kaast de algemene eisen die aan het basisonderwijs worden gesteld, dient het voor te bereiden op het vervolgonderwijs. Hiertoe dienen eisen aan het eindniveau te worden gesteld. Binnen deze voorwaarden is elke school vrij het onderwijs naar eigen idee in te richten.

Stelling 7:

Basisscholen dienen via de lump-sum methode te worden gefinancierd. Een school krijgt geld via een puntensysteem. Voor kinderen uit bepaalde extra aandacht behoevende groepen krijgt men meer punten, dus meer geld.

Stelling 8:

De klassegrootte wordt beperkt door een maximum te stellen aan het aantal punten per klas. Om de integratie van kinderen uit aandachts behoevende groepen te bevorderen dient elke klas tevens een minimum-aantal punten te hebben dat hoger ligt dan de gemiddelde klassegrootte en dat gedifferentieerd wordt vastgesteld.

Stelling 9:

Kinderen uit etnische minderheidsgroepen met een

aanvangsachterstand dienen zo snel mogelijk Nederlands te leren. Hun onderwijsachterstand kan worden ingehaald door middel van lessen in de eigen taal en cultuur. Dit dient tot een minimum te worden beperkt.

VOORTGEZET ONDERWIJS, VOORBEREIDEND WETENSCHAPPELIJK- EN BEROEPSONDERWIJS

Stelling 10:

De basisvorming blijft afgewezen worden door de JOVD omdat het onvoldoende individuele mogelijkheden biedt. De JOVD is echter wel van menig dat zij gezien de politieke realiteit een voorstel tot invulling van het voortgezet onderwijs moet doen, waarbij naast het voortgezet onderwijs het gymnasiale onderwijs gegarandeerd moet worden en in het voortgezet onderwijs voldoende mogelijkheden aanwezig moeten zijn voor het volgen van gymnasiale vakken.

Na het basisonderwijs dient er een splitsing plaats te vinden tussen LBO en AVO/-VWO. Na een jaar dient er dan een splitsing plaats te vinden tussen HAVO en HAVO/VWO. Na het tweede jaar V0 wordt de HAVO/VWO opgesplitst in èen HAVO- en een VWO-klas.

Stelling 11:

De voorbereiding op het vervolgonderwijs dient verbeterd te worden door extra aandacht te schenken aan de verbetering van studievaardigheden en aan de keuzebegeleiding.

(6)

Stelling 12:

Alle scholen zijn openbaar tenzij er meerdere scholen in een gemeente zijn dan is het mogelijk dat deze een andere

grondslag hebben. Op openbare scholen zal facultatief godsdienst onderwijs gegeven worden als een van de extra vakken die de school zelf mag kiezen.

BEROEPSONDERWIJS Stelling 13:

Het LBO en MBO moeten integreren in een 6 jarige opleiding. De eerste 3 jaren zijn algemeen vormende jaren, de laatste 3 jaren bestaan uit 1,5 jaar praktijk en 1,5 jaar theorie. Stelling 14:

Het bedrijfsleven dient een zekere invloed te krijgen op het curriculum van het tweede gedeelte van de opleiding.

Advisering door bedrijven dient nationaal te worden georganiseerd per opleidingsrichting.

WETENSCHAPPELIJK ONDERWIJS Stelling 15:

Ieder bestuurlijk niveau (vakgroep, faculteit en

universiteit) dient met betrekking tot de universiteit het raamwerk bepalen waaraan de lagere niveau's naar eigen inzicht invulling kunnen geven.

Stelling 16:

Er dient een nieuwe berekening voor de geldstroom van de overheid naar de universiteiten te komen gerelateerd aan onderzoekskosten, absoluut aantal studenten per faculteit en secundaire geldstromen.

Stelling 17:

Er dient een kwaliteitsbewaking op verschillende niveaus binnen de universiteiten te zijn. Naast het reeds bestaande landelijke visitatiesysteem, dient per faculteit een

facultaire toetsingscommissie in het leven geroepen te worden, bestaande uit leden van de verschillende

vertegenwoordigingen in de faculteitsraden. Deze commissie heeft als taak de beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs en de mate van geschiktheid van docenten. De facultaire toetsingscommissies hebben de bevoegdheid

aanbevelingen onder de aandacht te brengen van de faculteit, universiteit en landelijke visitatieorganisatie.

7 5 z

(7)

o

Stelling 18:

De Open Universiteit dient opgenomen te worden in het landelijke bekostigingssysteem van universiteiten, zodat de universiteiten die een OU binnen hun geleding hebben ook voor de OU-studenten een rechtvaardige: vergoeding krijgen. De cursusbijdrage aan ou-opleidingen dient niet

inkomensgerelateerd en laagdrempelig te zijn. Stelling 19:

De mogelijkheden voor studenten om in de tweede fase in te stromen dienen te worden uitgebreid. Hierbij dient vooral gedacht te worden aan het oprichten van onderzoekscholen. Deze dienen gefinancierd te worden uit contractonderzoek, waarbij de overheid dient bij te dragen aan vooral uit academisch oogpunt aantrekkelijk onderzoek.

Stelling 20:

De verkorte opleiding die HBO-studenten kunnen volgen in het WO (2 jaar) mag aan de kwaliteit van het onderwijs geen afbreuk doen. HBO-afgestudeerden kunnen:

- instromen in het eerste jaar van de doctoraal-fase, - een beperkt aantal vrijstellingen krijgen,

- en vervolgens 3 jaar de tijd om de WO-opleiding af te ronden.

Stelling 21:

Selectie door universiteiten dient niet primair in de propaedeuse plaats te vinden maar daarvoor. Er dient op capaciteit geselecteerd te worden, niet door loting. Stelling 22:

De universitaire studie moet zich primair gaan richten op fundamentele kennisverwerking en het HBO op toegepaste kennisverwerking. Hierbij is aan te bevelen dat docenten, in praktijk gerichte vakken, aan het HBO naast theoretische vaardigheden ook praktische vaardigheden bezitten.

Stelling 23:

Het propaedeutisch examen HBO geeft geen toegang tot het wetenschappelijk onderwijs.

Stelling 24:

Om ervoor te zorgen dat een opleiding van een zo hoog mogelijk niveau wordt bereikt zal het beroep van docent aan de HBO en WO aantrekkelijk moeten worden gemaakt. Dit kan gebeuren door middel van flexibele salariëring, afhankelijk van de arbeidsmarktsituatie in bepaalde sectoren.

(8)

SPECIAAL ONDERWIJS Stelling 25:

De leeftijdsgrens van 18 jaar voor deelname aan het speciaal voortgezet onderwijs kan allen dan overschreden worden, maximaal 2 jaar, wanneer daardoor het beihalén van een diploma mogelijk gemaakt wordt. Óm dit te verwezenlijken moet het aantal plaatsen in inrichtingen worden uitgebreid. Stelling 26:

Het speciaal onderwijs wordt ingedeeld in drie verschillende categorieën, te weten scholen voor kinderen met:

a) leer en/of opvoedingsmoeilijkheden b) een hoge begaafdheid

c) een lichamelijke en geestelijke handicap.

Het aantal scholen van deze soort zal worden bepaald naar het inwonertal, tenminste 1 school per 40.000 inwoners. Op deze school zal op twee niveaus gewérkt worden, die

overeenkomen met MLK en ZMLK op dit moment. Voor élk soort voorkomende handicap op een dergelijke school, die elk een aparte aanpak vraagt, zal een groep aanwezig zijn met de daarvoor bekwame begeleiding. Het accent moet op het zo veel mogelijk benutten van de mogelijkheden van de leerling liggen. De scholen dienen tevens voor alle leerlingen op ZMLK-niveau te zorgen voor een goede aansluiting met een gezinsvervangend tehuis.

Stelling 27:

Bij het verwijzen van kinderen naar het speciaal onderwijs dient terughoudendheid te worden betracht.

Stelling 28:

Voor hoogbegaafden dienen regionaal speciale scholen in het leven geroepen te worden, waar zij naast het reguliere onderwijs periodiek onder deskundige begeleiding hun talenten en sociale vaardigheden kunnen ontplooien.

VOLWASSENENEDUCATIE Stelling 29:

De overheid dient volwassenen educatie in voldoende mate te garanderen en te financieren ten behoeve van volwassenen die hun onderwi jsniveau willen brengen op het peil van de voor het derde jaar van de MAVO gestelde normen.

7

7

z

(9)

PREAMBULE Stelling 1:

Hoofddoel van het milieubeleid is te komen tot een duurzaam ecologisch evenwicht op mondiaal niveau. Daarom moet gepoogd worden de stofkringlopen (van winning van een product tot aan de definitieve afvalverwerking) te sluiten en in ieder geval het aantal lekken dat milieuvervuiling veroorzaakt te beperken.

Stelling 2:

De JOVD staat een zo gering mogelijk overheidsinvloed op de markt voor. Haar het de milieuproblematiek betreft acht zij echter interventie noodzakelijk.

Stelling 3:

De uitvoering van het milieubeleid dient in de eerste plaats te geschieden door voorlichting, in de tweede plaats door heffingen en subsidies en in de derde plaats door

regelgeving. Stelling 4:

Uitgangspunt voor de verdeling van de milieukosten dient te zijn het principe: "De vervuiler betaalt".

Stelling 5:

Het aanscherpen van milieumaatregelen dient zoveel mogelijk in Europees verband te gebeuren. Haar dit niet tot het gewenste resultaat leidt, dient Nederland een

vooruitstrevende rol te spelen. Daarnaast dient Europa de milieuregelgeving op mondiaal niveau te bevorderen.

FINANCIËN Stelling 6:

Elke sector dient proportioneel bij te dragen aan de financiering van de oplossingen voor het milieuprobleem. Stelling 7:

Milieuheffingen en subsidies zijn correcties op het

marktmechanisme. De financiering van het milieubeleid dient bij voorkeur hierdoor tot stand te komen, en niet door directe regulering en financiering uit algemene middelen. Stelling 8:

Het stelsel van milieuheffingen en subsidiés dient per sector budgettair neutraal te worden uitgevoerd.

78

z

(10)

• r _ ______________

INDUSTRIE Stelling 9:

On te konen tot een reductie van de nilieuaantasting door de industrie, noet er worden gestreefd naar een grotere

controle op de productieketen van elk product. Stelling 10:

Een negatieve beïnvloeding van het vestigingsbeleid van bedrijven nag geen argument zijn on het aanscherpen van

milieuregelgeving na te laten.

Stelling 11:

De overheid dient de ontwikkeling van de nilieu-industrie te stimuleren. Naast oplossing van bepaalde milieuproblemen kan dit leiden tot een vergrote export van milieutechnologie en een verbeterde concurrentiepositie door het aanbieden van schonere producten.

VERKEER EN VERVOER Stelling 12:

Uitgangspunt bij het verkeers- en vervoersbeleid moet zijn dat de mobiliteit geen afbraak mag doen op de

minimumvoorwaarden die noodzakelijk zijn om de natuur te kunnen behouden.

Stelling 13:

Teneinde de uitstoot van schadelijke stoffen door het verkeer te minimaliseren is het noodzakelijk dat alle mogelijke technische maatregelen worden genomen voor al het verkeer. Daarnaast dient er een verplichte jaarlijkse milieu keuring te zijn.

Stelling 14:

Om een aanvaardbare reductie van uitstoot van schadelijke stoffen te bereiken, is het verplicht stellen van een geregelde 3-weg catalysator en/of andere technische maatregelen noodzakelijk. Tevens zwaardere sancties bij overtreding van de emissie normen. Directe invoering van 3- weg catalysatoren voor alle nieuwe auto's en een verbod op termijn voor tweedehands auto's (ongeveer 5 jaar).

Stelling 15:

Voor het vrachtverkeer moet o.a. door standaardisatie van containers het vervoer over de weg, per rail en over het water op elkaar worden afgestemd teneinde een beperking in de groei van het vrachtverkeer over de weg te

bewerkstel1igen.

(11)

Stelling 16:

Voor de noodzakelijke beperking van de automobiliteit moeten de kwaliteit en de kwantiteit van het openbaar vervoer verbeterd worden.

Stelling 17:

Met een goed R.O. beleid dient er niet alleen voor gezorgd te worden dat zoveel mogelijk lokaties met het openbaar vervoer bereikbaar zijn, maar ook dat de groei van de mobiliteit tot het uiterste beperkt wordt.

Stelling 18:

De overheid dient door middel van voorlichting en verbetering het fietsgebruik te bevorderen.

ENERGIE Stelling 19:

Het energie beleid dient erop gericht te zijn het milieu te sparen en de beschikbaarheid van energiebronnen in de toekomst zeker te stellen.

Stelling 20:

Het stoken van fossiele brandstoffen brengt verzuring van het milieu met zich mee. Er dient zo veel mogelijk gebruikt te worden gemaakt van (nieuwe) technologieën om verzuring tegen te gaan.

Stelling 21:

Alternatieve energie bronnen als zonne-collectoren en wind­ en waterkracht leggen allen een groot beslag op de ruimte maar waar dit mogelijk is moeten zij worden geëxploiteerd. Energie opwekking uit biomassa (agrificatie) dient te worden bevorderd.

Stelling 22:

Energiebesparingsprogramma's zijn noodzakelijk om de inzet van fossiele brandstoffen zoveel mogelijk te beperken om daarmee het milieu te besparen.

Stelling 23:

Kernenergie heeft wel mogelijkheden óm op lange termijn gebruikt te worden maar brengt een groot afval probleem met zich mee. Gezien de hoge mate van vervuiling door andere methoden van energie-opwekking pleit de JOVD voor

kernenergie. Stelling 24:

Het plan Lievense moet tot uitvoering worden gebracht.

710

Z

(12)

o

LANDBOUW Stelling 25:

On het mestoverschot in de veehouderij tegen te gaan kan het indikken van mest een oplossing zijn. De JOVD is voorstander van deze vorm van mestverwerking, zodat dit gen vervanger kan worden van een groot deel van het kunstmest. Andere beschikbare alternatieven voor mestverwerking moéten ook toegepast worden.

Stelling 26:

Omdat grootschalige mestverwerking niét op zéér korte termijn tot resultaten zal leiden dien(t)(en):

- de veestapel in overschotgebieden niet te worden uitgebreid.

- het verplaatsen van mest via de mestbank beter te worden geregeld.

- onderzoek naar milieuvriendelijker toedieningsmethoden te worden voortgezet en op gronden waar alternatieven

voorhanden zijn. De toedieningsmethoden dient aan eisen te worden gesteld.

Stelling 27:

Het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen verandert snel. Deze veranderingen zullen moeten worden ondersteund met een zorgvuldige maar snellere procedure waarbij het van belang is dat minder schadelijke stoffen worden toegelaten.

Stelling 28:

Alternatieve vormen van landbouw moeten worden bevorderd.

BURGER & MILIEU Stelling 29:

Door een onafhankelijke, door de overheid gecontroleerde instantie dienen producten te worden beoordeeld óp hun milieubelasting waarbij gelet wordt op het totale productieproces. Concreet dienen de bevindingen tot

uitdrukking te komen in een gestandaardiseerde, voor ieder product verplichte milieukeur met interval.

Stelling 30:

Om tot een goede recycling van afval te komen is gescheiden inzameling en verwerking van essentieel belang. Dit dient gestimuleerd te worden door op meer artikelen statiegeld te heffen.

(13)

POLITIEKE MOTIES

INTERNATIONALE MOTIES

MOTIE ZUID-AFRIKA

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 naart te Lelystad, CONSTATERENDE

- dat de Zuidafrikaanse regering hard op weg is naar een op redelijke wijze functionerende democratie,

OVERWEGENDE

-'dat de Nederlandse regering deze vooruitgang zoveel mogelijk zou moeten steunen,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat de Nederlandse regering een aantal van haar sancties onmiddellijk zou moeten intrekken als beloning voor de inzet van de huidige regering in Zuid-Afrika en als stimulans voor het in de toekomst te voeren beleid,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE ISLAMIETEN EN DE GOLF

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad, CONSTATERENDE

- de crisis in de Perzische Golf,

- de groeiende vereenzelviging, door Nederlanders, van islamieten met aanhangers van Saddam Hoessein,

- het beroep van minister Dales op met name Turkse en Marokkaanse organisaties zich voorlopig minder te profileren,

OVERWEGENDE

- dat de religieuze argumenten, door Saddam Hoessein gebruikt, door de meeste islamieten niet gedeeld worden, - dat de verwarring met betrekking tot de termen Irakezen, Arabieren en islamieten vaak het gevolg is van onwetendheid, - dat het recht op een mening over de oorlog in de Golf en het uitdragen van deze mening natuurlijk niet voorbehouden kan zijn aan autochtone Nederlanders,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat maatschappelijke organisaties in Nederland een actief beleid dienen te voeren om de verspreiding van deze

vooroordelen tegen te gaan.

(14)

L

- dat de uitspraken van minister Dales onacceptabel zijn en een gevaar betekenen voor de vrijheid van meningsuiting, EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE VOEDSELHULP SOVJET-ÜNIE

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad, CONSTATERENDE

- De VARA-actie * Help de Russen de winter door" met als doel het inzamelen van geld voor voedselpakketten voor de USSR,

- De recordoogsten van de afgelopen zomer in de SU en de volle graanschuren,

OVERWEGENDE

- Dat het sovjet voedselprobleem vooral te wijten is aan een falend distributiesysteem, corruptie en bureaucratie,

- Dat inherent aan het Sovjet klimaat er ieder jaar een strenge winter is,

- Dat de huidige Sovjet situatie weinig hoop geeft voor een snelle en effectieve oplossing voor de structuele problemen, sterker nog, de situatie zal eerder verergen,

- Dat ook de volgende jaren er sprake zal zijn van een voedselprobleem in de SU,

VOORTS ÖONSTATERENDB

- De ontwikkelingsproblematiek in andere regio's van de wereld,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat deze problematiek van veel ernstigere aard is dan die van de USSR gezien de voedselsituatie daar,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- Dat de voedselhulp asm de USSR geen zoden aan de dijk zet, - Dat deze voedselhulp vanuit mondiaal oogpunt moreel onrechtvaardig is,

- Dat de overheid soortgelijke acties niet dient te ondersteunen,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

NOTIE VOETBALBEDROG

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad, CONSTATERENDE

- dat Groot-Brittanniö al sinds mensenheugenis vier

(15)

L

voetbalbonden heeft, te weten Engeland, Wales, Schotland en Noord-Ierland,

- dat deze delen elk een voetbalploeg afvaardigen in de strijd o* EK- en WK-titels, .

OVERWEGENDE

- dat het verenigde Duitsland onlangs van twee voetbalbonden één voetbalbond heeft gevormd,

- dat Duitsland qua bevolkingsgrootte Groot-Brittannié overtreft en dat de voetballiefde in Duitsland ook niet onderdoet voor die in Groot-Brittannié,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat het over het algemeen nergens voorkomt dat één land meerdere voetbalploegen afvaardigt,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat Groot-Britannië aan concurrentiebedrog doet, DRAAGT HET HOOFDBESTUUR OP

- de kanalen van de internationale voetbalwereld te bewandelen om dit euvel recht te zetten,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

SOCIAAL Bcm m T r s r m m o t i e s

NOTIE SAMENWERKING

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

GELEZEN HEBBENDE

- de resolutie ontwikkelingssamenwerking zoals vastgesteld op 18-11-90,

CONSTATERENDE

- dat ontwikkelingssamenwerking, mondiaal gezien, te kampen heeft met een bureaucratische en bovenal langdurige

besluitvorming, een sterke overheid en een versnipperd aanbod (het niet ego-gecoérdineerd optreden van de donors), OVERWEGENDE

- dat de bureaucratische besluitvorming de voor ontwikkeling noodzakelijke flexibiliteit en maatwerk in belangrijke mate kan belemmeren,

- dat bureaucratische besluitvorming niet leidt tot de voor continuïteit van de ontwikkeling essentiële betrokkenheid onder de bevolking, zomin in het gevende als in het ontvangende land, omdat de projecten vaak te ver af staan

7 1 4 Z

(16)

o

van de locale bevolking,

- dat dë overhead ten koste gaat van de voor de projecten beschikbare middelen,

- dat het huidige aanbod de bestedingsvrijheid; voor de ontwikkelingslanden te zeer beperkt en onvoldoende

mogelijkheid biedt om in zeer specifieke situaties hulp te bieden,

- dat een voor ieder land geldend ontwikkelingsmodel niet te geven is,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat bij de besluitvorming betrokkenheid van de bevolking uitgangspunt dient te zijn,

- dat de overhead verminderd kan worden door de lijn besluitvorming-uiivöering te bekorten,

- dat bij ontwikkelingssamenwerking uitgegaan dient te worden van wat het onwikkelingsland nodig heeft (vraag), - dat ontwikkelingssamenwerking vooral dient te bestaan uit landenprogramma's en deze hulp niet versnipperd dient te raken door het kiezen van teveel landen,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat er per ontwikkelingsland één ontwikkelingsmaatschappij onder uitvoeringsbeheer van dat land dient te komen,

- dat de donors zitting dienen te hebben ih het bestuur van deze maatschappij waarbij beide partners over de helft van de bestuurszetels beschikken,

- dat de donors onderling hun vertegenwoordiging in dé ontwikkelingsmaatschappijen dienen af te stemmen, zonder dat dit echter tot afhankelijkheid van de ontwikkelingslanden leidt,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE WAO/AAW-UITKKRIMGEN

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

CONSTATERENDE

- dat het aantal arbeidsongeschikten nog steeds stijgt, OVERWEGENDE

- dat aan AAM- EN WAO-uitkeringen meer dan fl. 20 mld. per jaar wordt uitgegeven (ca. 8% van de totale collectieve uitgaven),

- dat dit vooral een gevolg is van de stijging van het aantal uitkeringsgerechtigden en niet zozeer van de stijging van de hóogté van de uitkeringen,

- dat de toename van het aantal Uitkeringsgerechtigden voor bijna 50% zijn oorzaak vindt in ëociaal-desografische

(17)

factoren en in de Invoering van de AAW,

- dat deze factoren als niet-beïnvloedbaar móeten worden beschouwd,

- dat in toenemende nate psychische oorzaken aan de

arbeidsongeschiktheid ten grondslag liggen (ca. 30% van de nieuwe gevallen),

- dat in Nederland in vergelijking net andere landen, mensen bij een geringe arbeidsongeschiktheid (WAO: bij 15%, AAN: bij 25%) voor een uitkering in aanmerking konen,

- dat de indruk bestaat dat in hét verleden door sommige bedrijven de WAO als een luxe is misbruikt,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat de JOVD tijdens haar congres van 16 en 17 juni 1990 te Haren een voorstel een nieuw stelsel sociale zekerheid heeft aangenomen, waarin de meeste onderdelen van dé sociale zekerheid, waaronder de WAO en de AAN worden geïntegreerd, SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat in afwachting van de invoering van genoemd stelsel, een diepgaand onderzoek dient plaats te vindén naar dé sterke toename van het aantal arbeidsongeschikten met psychische klachten,

- geen uitkeringen meer plaatsvinden indien de arbeidsongeschiktenheid minder dan 33% bedraagt,

- er een strengere selectiebeleid moet konen, waarbij er naar wordt gestreefd dat gedeeltelijk arbeidsongeschikten bij bun huidige werkgever in dienst blijven of bij een andere werkgever worden aangenomen,

- dat bovendien een bonus/nalusregeling dient te worden ingevoerd waarbij bedrijven een premie krijgen als zij een arbeidsongeschikte in dienst nemen en een boete krijgen als een werknemer arbeidsongeschikt wordt,

EN GAAT OVER TOT OE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE BG LANDBOUWBELEID

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

CONSTATERENDE

- dat de EG, om iedere boer een minimum inkomen te garanderen, een beleid van garantieprijzen hanteert, - dat het EG landbouwbeleid beslag legt op een relatief groot deel van de totale EG begroting, nl . ongeveer 75%. - dat de productieoverschotten in de landbouw binnen de EG onaanvaardbaar hoog zijn, grotendeels als gevolg van het beleid van de garantieprijzen,

- dat de EG zich tot doel heeft gesteld de

productieoverschotten in de landbouwsector terug te dringen,,

(18)

o

- dat dit streven echter door het garantieprijsbeleid wordt belemmerd,

- dat de landbouwsector zich over het algemeen weinig inspant voor het zoeken naar milieu vriendelijkere productiemethoden,

OVERWEGENDE

- dat productieoverschotten veel kosten met zich meebrengen, zoals bijvoorbeeld voor opslag en vernietiging en

exportsubsidies,

- dat de consument de dupe is van het systeem van

garantieprijzen, zowel door de verhoogde prijzen als door de belastingen die nodig zijn om het beleid te financieren, - dat het geen taak voor de overheid is om de inkomens op peil te houden van een beroepsgroep die haar producten op de particuliere markt verkoopt,

- dat milieuvriendelijkere productiemethoden gewenst zijn, - dat door het schrappen van de garantieprijzen geld vrijkomt voor het onderzoek naar alternatieve

landbouwmethoden en milieumaatregelen,

VOORTS CONSTATERENDE

- dat het beleid van garantieprijzen concurrentievervalsend werkt,

- dat de garantieprijzen herhaaldelijk oorzaak zijn van conflicten, bijv, in het kader van het GATT overleg,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat concurrentievervalsing in de internationale handel niet verantwoord is,

- dat de conflictsituaties waarin de EG door het

landbouwbeleid verzeild raakt de Europese zaak geen goed doen,

SPREEKT ALS HAAR MENING ÜIT

- dat de garantieprijzen voor landbouwproducten moeten worden afgeschaft,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE ARBKIDSVOORZIKNIWGSBKLBID (I)

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

CONSTATERENDE

- dat per 1 januari 1991 de tripartisering van de arbeidsvoorziening in Nederland van kracht is, - dat de tripartisering in^oudt dat organisaties van

7

1

7

^

(19)

©

werkgevers en werknemers alsmede de overheid samen verantwoordelijk zijn voor het arbeidsvoorzieningsbeleid (het geheel van subsidiemogelijkheden en maatregelen ter bevordering van opname in het arbeidsproces),

- dat de tripartisering vorm krijgt door 28 regionale besturen (RBA's) waarin vertegenwoordigers van genoemde partners zitten die functioneren onder het Centraal Bestuut voor de Arbeidsvoorziening (CBA), eveneens tripartite samengesteld, ^

- dat elk van de partners het vetorecht heeft, OVERWEGENDE

- dat binnen de arbeidsvoorziening fl 1,9 miljard gemeenschapsgeld omgaat,

- dat beleid betreffende de besteding van gemeenschapsgeld democratisch gecontroleerd dient te worden,

- dat de tripartisering voor democratische controle van het beleid onvoldoende garantie biedt omdat de

vertegenwoordigende lichamen niet meer het laatste woord over de besteding van gemeenschapsgeld hebben,

- dat de zeggenschap van de vertegenwoordigende lichamen des temeer wordt ingeperkt doordat de overheid met het oog op de continuiteit van het SBA het vetorecht niet snel zal

gebruiken,

- dat er feitelijk geen instantie is die alle werkgevers en werknemers effectief op hun verantwoordelijkheid kan

aanspreken,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat samenwerking tussen overheid en sociale partners bij het arbeidsvoorzieningsbeleid gewenst is,

- dat het vetorecht geen garantie biedt dat de huidige verschillen van mening tussen sociale partners en de overheid zullen verminderen of sneller worden bijgelegd, VOORTS CONSTATERENDE

- dat bij de gemeenten veel kennis is over de situatie van zowel de werkloze als de locale arbeidsmarkt,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat langdurig werklozen, die het meest te maken hebben met arbeidsvoorzieningsbeleid, al vertrouwd zijn met de

gemeente,

- dat gemeentelijk beleid in principe democratisch controleerbaar is,

- dat realiseerbaarheid van beleid een draagvlak voor het beleid onder de subjecten van dat beleid noodzakelijk maakt, SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat het voordeel van de gedeelde verantwoordelijkheid in het RBA niet opweegt tegen het nadeel van de onvoldoende democratische legitimatie van,het vastgestelde beleid,

7 » ^

(20)

'bvtfèrtint®

u

o

- dat zolang het arbeidsvoorzieningsbeleid voornamelijk gefinancierd wordt door gemeenschapsgelden democratisch gelegitimeerde lichamen dit beleid dienen vast te stellen, na overleg met werkgevers en werknemers,

- dat de tripartisering van het arbeidsvoorzienlngsbeleid dient te worden ingeruild voor een model waarbij de gemeenten de beleidstaken van het RBA ovememen, - dat werkgevers en werknemers binnen dit model een adviserende rol dienen te krijgen,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE INHOUD ARBEIDSVOORZIENINGSBELEID (II)

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

KENNIS GENOMEN HEBBENDE VAN

- de harde kern langdurig werklozen,

- de slepende invoering van het Jeugd Werk Garantieplan (JWG),

- de vele en veelzijdige regels en subsidies in het arbeidsvoorz ieningsbeleid,

- de op tafel liggende banenpoolvoorstellen, CONSTATERENDE

- dat er op dit moment geen overzichtelijk en omvattend beleid t.a.v. afwezigheid of verlies van betaald werk (arbeidsvoorzieningsbeleid) is,

- dat er hierdoor veel personen zonder werk buiten hun schuld geen gebruik (kunnén) maken van voorzieningen, OVERWEGENDE

- dat arbeidsvoorzieningsbeleid zich moet richten op inpassing van werklozen in het arbeidsproces,

- dat aanpak van de langdurige werkloosheid in een regeling dient te worden gerealiseerd en niet in tal van

afzonderlijke specifieke maatregelen waarbij rekening moet worden gehouden met de verschillende aspecten,

- dat (om-, her- en bij)scholing, waaronder het

leerlingwezen, de voorkeur verdient boven het uitsluitend opdoen van werkervaring via werkervaringsplaatsen,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat arbeidsvoorzieningsbeleid individueel maatwerk dient

in te houden/ .

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat arbeidsvoorzieningsbeleid er op gericht dient te zijn de werkloze werkervaring via werkervaringsplaatsen op te laten doen als (om-, her- of bij)scholing onvoldoende is

(21)

L

voor inpassing in het arbeidsproces,

- dat bij werkervaring de doorstroming naar een reguliere arbeidsplaats voorop dient te staan en daarom

werkervaringsplaatsen niet alleen in de collectieve sector maak ook in de marktsector gerealiseerd dienen te worden, - dat indien ook het opdoen van werkervaring via

werkervaringsplaatsen weinig invloed heeft op de positie op de arbeidsmarkt, de werkloze de mogelijkheid moet hebben zijn uitkering te behouden dóór zich op enige wijze voor de samenleving in te zetten (vrijwilligerswerk),

- dat het niet gebruik maken van deze mogelijkheden dient te leiden tot het niet hebben van het recht op een uitkering, EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

BESTOORLIJKK JURIDISCHE MOTTES

MOTIE TREINCONDOCTEDREN

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

CONSTATERENDE

- dat het een aantal keren is voorgekomen dat conducteurs in drukke treinen hébben omgeroepen dat

OV-studentenkaarthouders moeten gaan staan om zodoende plaats te maken voor personen die wel voor hun kaartje hebben betaald,

- dat die conducteurs op persoonlijke titel hebben gesproken - dat de NS deze incidenten, bij navraag, niet blijkt af te keuren,

- dat studenten wel degelijk betalen voor hun OV^-jaarkaart, OVERWEGENDE

- dat er op deze manier een derde klasse gecreeerd wordt die al jaren is afgeschaft,

- dat de studenten op deze manier als paria's behandeld worden door het NS-personeel,

- dat het hierdoor heel goéd mogelijk is dat studenten na hun studietijd geen gebruik meer wensen te maken van de diensten van de NS,

- dat dit toch niet de bedoeling kan zijn van deze OV- jaarkaart,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- de wens dat de NS het zijn conducteurs met ingang van 18 maart verbiedt mededelingen als bovengesteld om te roepen in treinen,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

(22)

<0

MOTIE WERKVERGUNNING ASIELZOEKERS

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te

Lelystad, - ..

CONSTATERENDE

- dat op dit moment slechts bij uitzondering aan

vluchtelingen die op een verblijfsvergunning wachten een werkvergunning wordt verleend,

- het voorstel van staatssecretaris Kosto en minister de Vries om asielzoekers in afwachting van een

verblijfsvergunning helemaal nooit meer een werkvergunng te geven,

- dat wachttijden van drie jaar niet ongewoon zijn, OVERWEGENDE

- de noodzaak van een goede integratie in de samenleving van immigranten in casu asielzoekers,

VOORTS CONSTATERENDE

- dat in het rapport van de comaissie-Kulder, die de procedures van asielzoekers heeft onderzocht, o.a. gepleit wordt om gedoogden in aanmerking te laten komen voor een tijdelijke werkvergunning,

- dat zo'n vergunning na drie jaar permanent zou moeten werden,

- de achterstand die allochtonen ;bebbén wanneer het gaat om werkgelegenheid,

VOORTS OVERWEGENDE

- dat het ongewenst is dat asielzoekers gedurende enkele jaren niet een opleiding mogen volgen of mogen werken tot ze een vaste verblijfsvergunning hebben,

SPREEKT ALS HAAR MENING DIT

- dat asielzoekers waarvan de asielaanvraag "kennelijk gegrond" is en gedoogde asielzoekers in Nederland een tijdelijke werkvergunning moeten kunnen krijgen die na drie jaar permanent wordt wanneeer zij nog geen vaste

verblijfsvergunning hébben,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

MOTIE SPECIALE TOELAGE ISO EN LSVB

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad, CONSTATERENDE

- de speciale toelage van ruim duizend gulden per maand voor

(23)

o

J Ü

vijf leden van de LSVB en vijf leden van het ISO die deelnemen aan het overleg met de Minister van Onderwijs en Wetenschappen,

- dat deze LSVB en ISO niet uniek zijn als

vertegenwoordigers van maatschappelijke belangengroepen, - dat ook veel andere personen betrokken zijn bij

maatschappelijke activiteiten maar daarvoor geen onkosten in deze mate vergoed krijgen,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat hier sprake is van een onterechte voorkeursbehandeling,

- dat deze regeling met onmiddelijke ingang dient te worden beëindigd,

EN DRAAGT HET HOOFDBESTUUR OP

- deze motie als zodanig aan te bieden aan de Minister van Onderwijs en Wetenschappen,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG

MOTIE "RITZEN MAAKT MEER KAPOT DAN DRANK GOED KAM MAKEN" De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad, CONSTATERENDE

- dat minister Ritzen van Onderwijs en Wetenschappen onlangs de volgende tekst, betreffende het lbo, heeft uitgesproken voor het parlement: " Als die ouder mij echter vraagt wat hij daar dan mee wordt, moet ik zeggen: hij wordt er eigenlijk niets mee. Nu ja, hij wordt er eigenlijk wel wat mee en het is ook belangrijk op de arbeidsmarkt, maar hij verdient minder dan iemand met een mavo-opleiding,

- d a t de minister, naar aanleiding van de storm van protest die hij over zich heen gekregen heeft als gevolg van deze uitspraak, getracht heeft de tekst in de notulen van de Tweede Kamer te wijzigen,

OVERWEGENDE

- dat de minister slechts in liet openbaar afstand kern doen van uitspraken die hij in het openbaar heeft gedaan,

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat de poging van de minister om de notulen te wijzigen afkeurenswaardig is,

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG

(24)

o

Jóngeren Organisatie Vrijheid en Democratie

Aan de Sinister van Onderwi js Wetenscha open

dr . Ritsen .

P o s t b u s u t i ü ü ' i 2?uG

LZ

lioetermeer

Utrecht. i-S april I99i

Mijnheer a.e M i n i s t e r ..

Op het maartcongres van de onafhankelijke liberale .Jongeren Organisatie Vrijheid en Democratie is door de iAigemene Vergadering 'ie motie "Speela-ie Toelage ISO en L3VB" aangenomen.

In deze motie wordt geeonspateerd dat leden van de I.3VE eti net ISO die deelnemen aan overleg met L>. daar . eer. speciale toelage '/oor krijgen. Volgens, de JOVD is hier sprake. van een onterechte voorkeursbehandeiing: veel andere personen die betrokken zijn. bij maatschappelijke.activiteiten krijgen voor hun. vaak onmisbaar werk. geer: onkostenvergoeding die veraeiijkbaar is met de toelage aan de LSVB en ISO leden.

De JGVD is dan o o k van mening dat deze regeling met onmiddellijke ingang dient te worden beëindigd.

Hoogachtend,

namens het JOVD Hoofdbestuur, de vice voorzitter Politiek :.

Eduard A.H. van der Biezen.

(25)

©

HUISHOUDELIJKE ALGEMENE MOTIES NOTIE KLANTENNUMMER BIJ HOOFDBESTUUR

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart 1991 te Lelystad,

CONSTATERENDE

De verplichting voor afdelingen en districten tot; vooruitbetaling voor bij het HB te bestellen (promotie- en ander) materiaal.

De noodzaak bovengenoemd materiaal vaak snel,bij de afdeling of het district beschikbaar te hebben in verband met opgezette ledenwerfacties.

De feitelijke onmogelijkheid voor veel afdelingen en districten eventjes langs te komen op het Algemeen Secretariaat in Amsterdam.

OVERWEGENDE

- Dat deze twee feiten met elkaar in tegenspraak zijn. - Dat de door het hoofdbestuur opgelegde verplichting tot

vooruitbetaling een gerechtvaardigde eis is.

- Dat de landelijke penningmeester is gebaat bij een doelmatige controle op de geldstromen die betrekking hebben op bovengenoemde goederenstromen.

Dat de hele vereniging is gebaat bij een grote verkoop van bovengenoemd materiaal.

SPREEKT ALS HAAR MENING UIT

- dat het HB de mogelijkheden moet onderzoeken naar een effectief beheer van deze geldstromen, zodanig dat het voor een afdeling en district gemakkelijker wordt het bestelde materiaal sneller in bezit te krijgen.

- dat daartoe in eerste instantie gekeken dient te worden naar de mogelijkheid dat afdelingen en districten met klantennummers vooruitbetalingen doen bij het HB, en door het aldus opgebouwde krediet besteld materiaal direct in huis kunnen krijgen, daar aan de eis van vooruitbetaling is voldaan.

(26)

MOTIE DRAAG HET HOOFDBESTUUR OP

De JOVD in vergadering bijeen op 16 en 17 maart te Lelystad Constaterende

Dat vele moties eindigen met een oproep aan het hoofdbestuur.

Dat het hoofdbestuur deze zinsnede geschrapt wil zien. Overwegende .

- Dat vele leden belang hechten aan een concrete uitwerking van hun moties.

Dat het vooral duidelijk1 dient te zijn waar de moties na aanname door de vereniging terecht komen.

Spreekt als haar mening uit

- dat bij vele moties deze zinsnede zeer terecht is. - dat deze zinsnede een belangrijk doel dient. Draagt het hoofdbestuur op

Deze zinsnede als afsluiting van een motie te blijven accepteren bij organisatie moties.

EN GAAT OVER TOT DE ORDE VAN DE DAG.

'Prakbord'

Stille getuige van de groteske vormen aannemende eigenliefde van Eduard vdB

(27)

o

m

TOESPRAAK JOVD—VOORZITTER MARK RUTTE T.G.V HET WD-CONGRES 26/27 APRIL 1991. VRIJDAGAVOND 26 APRIL. Krasnapolsky-A'dam

Voorzitter,dames en heren,

Joop den Uyl staat sinds kort weer volop in de

belangstelling.Veel sociaal-democraten denken met weemoed terug aan de dagen van zijn leiderschap. Pvda-ers droomden . eind jaren '70 hardop dat hun partij de 40%-grens zou doorbreken. Wat een mooie tijdën waren dat voor links- Nederland.Anno 1991 hopen ze niet onder de 20%-grens te vallen.Het visionair en inspirerend leiderschap van Kok en Sint lijkt niet iedereen te overtuigen. Maar niet getreurd: Ze zijn graag bereid het nog een keer uit te léggen.En, daarover is iedereen het eens. Kok is een bekwéééme man.Wanneer zal de Pvda-top eindelijk doorkrijgen dat de kiezer het niet nog een keer uitgelegd wil krijgen!. Dat de kiezer het heel goed begrijpt. Dat de kiezer heel goed ziet dat de sociaal-democraten door Lubbers gesloopt worden en dat ze aansprekende aanvoerders ontberen.

Sinds de dagen van Joop den Uyl is veel veranderd. De sociaal-democratie lijkt op de terugtocht: De christen­ democratie was midden jaren '70 afgeschreven, maar heeft zich verbazingwekkend goed hersteld. De greep van de

confessionelen op de samenleving is enorm, mede dankzij het knappe gebruik van het maatschappelijk middenveld. De verzuiling mag dan bijna verdwenen zijn, het

corporatistische maatschappelijk middenveld, eert woud van stichtingen en door het CDA gedomineerde lobbyclubjes, dat : middenveld is springlevend. De liberalen tenslotte doen het sinds kort electoraal weer iets beter, al is de groei niet spectaculair.

Er is sinds de dagen van Joop den Uyl nog meer veranderd. De polarisatie is verdwenen. De politiek is saaier geworden, grauwer, minder aansprekend. Dat zou goed zijn als Nederland inderdaad af was. Geen burger heeft belang bij felle

debatten op het Binnenhof, op het moment dat ons land geen problemen meer heeft. Maar, voorzitter, Nederland is niet af! Een land met een staatsschuld als de onze is niet af! Een land met een collectieve lastendruk als de onze, kan niet af zijn! De politiek staat voor enorme uitdagingen, maar durft ze niet ter hand te nemen. De huidige regering komt niet verder dan de kaasschaaf. De Tussenbalans is feitelijk niet meer dan een ordinaire lastenverzwaring. Een stapel losse invalletjes, met een nietje erdoorheen, waarbij een duidelijke visie ontbreekt.

Het gevolg is, dat het vertrouwen van de kiezer in de politiek terugloopt. De burger wordt geconfronteerd met een overheid, die ondanks alle beloftes alleen maar groter

... - =72fc /

"

(28)

o

wordt.En klantonvriendelijker. De burger wordt

geconfronteerd wet een lastendruk die tot de hoogste in Europa gerekend kan ««orden, terwijl zijn land niettemin een enorme staatsschuld heeft. Zo'n burger verliest het

vertrouwen in de politiek, die blijkbaar niet in staat is tot ingrijpende beslissingen. De kiezer moet wel het gevoel krijgen- dat hij/zij èr voor de politiek is, en niet

omgekeerd. Mee, dan CDAfractieleider Brinkman in een -interview vorig weekend; ik citeer: "Het kabinet zit ervoor om één keer, één keer te zeggen: Nederlandse samenleving, het spijt ohs zeer, maar we pikken het niet langer. Het spel is uit.” Einde citaat; Meneer Brinkman: de zaak ligt precies andersom: De samenleving pikt het niet langer, üw spel is dadelijk uit.

Hier ligt een taak voor:liberalen. Een taak, de verkokering, de spiraal, te doorbreken. Een politiek te voeren die een beroep doet op de eigen verant«roordelijkheid van mensen. Hun eigen rol onderstreept. Het is tijd voor een radicaal

programma, een liberale agenda voor de jaren '90.

Belangrijkste doel moet zijn de mensen het vertrou««en in de politiek weer terug te geven, te laten zien dat die politiek wel degelijk iets tot stand kan brengen.

Op die liberale agenda moet staan: Een substantiële verlaging van het financieringstekort; Een aanzienlijke verlaging van de collectieve lastendruk en een compacte en goed controleerbare overheid.

Met de JOVD-standpunten in gedachte wil ik een drietal voorstellen lanceren.

Het eerste voorstel heeft betrekking op ons sociale

zekerheidsstelsel. De herziening van dit stelsel - ««aar heel Nederland.reikhalzend naar heeft uitgekeken - leverde niet op ««at ervan ««erd verwacht. Nog steeds is het huidige stelsel een bureaucratisch, geldverslindend en

ontoegankelijk ««oud van regelingen. De JOVD pleit voor een compactere opzet. Dit zogenaamde Ministelsel van sociale zekerheid moet voorzien in een minimumuitkering voor allen die om wat voor reden dan ook buiten het arbeidsproces terecht zijn gekomen. Deze basisvoorziening vervangt alle huidige ««etten en regelingen, en is volstrekt

verzelfstandigd. Aanvullend kan iedereen zich laten

bijverzekeren. Het Ministelsel is door zijn eenvoud vrijwel niet fraudegevoelig en tegelijkertijd toegankelijk voor alle betrokkenen. Invoering van zo'n stelsel zal tot een

aanzienlijke besparing leiden op de overheidsbegroting, waar het gaat om de uitgaven voor de sociale zekerheid.

(29)

o

> > w

vereenvoudigd moet worden en dat alle effecten die gericht zijn op inkomensherverdeling stoeten verdwijnen. Inkrimping van het subsidiestelsel zal bovendien de nodige gevolgen hebben voor de vele overleg- en lobbyclub je?s in hèt maatschappelijk middenveld. Voor liberalen een niet onbelangrijk gevolg.

Tenslotte pleit de JOVD voor ontbureaucratisering, decentralisatie en inkrimping van de overheid. Liberalen zijn voorstander van een compacte, efficiënte overheid. De ambtenarentrap moet van bovenaf worden schoongeveegd. Dus niet alleen de secretaresses, maar Ook de overbodige topambtenaar eruit. De overheid moet prioriteiten stellen. Toegankelijk zijn voor burgers. Dit zal op termijn niet alleen enorme besparing oplevereri, maar ook de

geloofwaardigheid van die overheid vergroten. Een Ministelsel van sociale zekerheid, een klein

vereenvoudigd subsidiestelsel en een toegankelijke, compacte overheid zijn duidelijke keuzes. Gezamenlijk of ieder

afzonderlijk snijden ze in de bestaande structuren. Het financieringstekort zal aanvankelijk gelijk blijven, maar daarna fors afnemen. De ruimte die dan ontstaat moet

gebruikt worden om de collectieve lastendruk te laten dalen, vanaf 1993 aanzienlijk. Nu al moet de overheid haar burgers daarop uitzicht bieden, wil er na het openstellen van de grenzen geen kapitaalvlucht naar het buitenland ontstaan. Maar het gaat om meer dan de spaarpot en de overheid. Het gaat om de geloofwaardigheid van de politiek, om het

vormgeven aan de toekomst. Het gaat om het besef dat kabinet en kamer daadwerkelijk iets kunnen veranderen als dat nodig

is. Met deze voorstellen zal de flexibiliteit in de

samenleving toenemen, zal de overheid toegankelijker worden en het Binnenhof de greep op de ambtenaren terugkrijgen. Een partij die dié keuzes durft te maken, zal door de kiezers rijkelijk beloond worden.

Voorzitter, sinds 'Zwolle' is een lange weg afgelegd. De discussie rondom ongebroken lijnen heeft aangetoond dat ook in liberale kring gesproken kan worden over inhoudelijke zaken, niet alleen over personen. Dat is van grote waarde: Een moderne liberale partij moet méér zijn dan een

kiesvereniging, moet het debat stimuleren. Zo'n partij hoeft niet bang te zijn voor interne verdeeldheid over

inhoudelijke kwesties. De kiezer zal dat alleen maar waarderen en begrijpen dat een partij daar sterker van wordt. Discussie over de hoofdlijnen van het te voeren beleid zal grote aantrekkingskracht uitoefenen op potentiële leden. Zij zullen zien dat een partij waar gediscussieerd wordt hen veel te bieden heeft, dat zij daar hun opvattingen kwijt kunnen. Een partij die zich op die manier opstelt zal bruisen van de ideeën en met veel originele oplossingen

(30)

©

Int®

komen voor politieke vraagstukken. Zo'n partij zal midden in de maatschappij staan en het debat met de samenleving zélf aangaan. Ongebroken lijnen is een beginpunt, niet het eindpunt. De JOVD roept de W D op op deze weg verder te gaan. Tegelijkertijd moet de presentatie van de liberale boodschap ontspannen zijn, met een relativerende ondertoon. Het succes van die andere oppositiepartij bewijst dat die aanpak veel kiezers aanspreekt.

Kiezers moeten wat te kiezen hebben. Daar hoort bij dat de christen-democraten aan het idee wennen dat ook zij in de oppositie terecht kunnen komen, hoe vervelend dat ook mag zijn. CDA-êrs hebben een haast vanzelfsprekend beslag op de macht in Nederland gelegd. Een coalitie van liberalen en sociaal-democraten lijkt dichterbij dan ooit, nu ook de PvdA merkt dat met het CDA regeren een funeste uitwerking op de eigen partij heeft. De JOVD verwacht niet van de W D dat U zich Vastlegt op een coalitie met de PvdA, wel hoopt de JOVD dat zo'n samenwerking een buitengewone reële optie is na de volgende verkiezingen.

Voorzitter, dames en heren, op het jaarcongres van de JOVD, op 22' en 23 juni aanstaande treed ik af als voorzitter. Ik wil graag van deze gelegenheid gebruik maken U te bedanken voor de aangename contacten die ik in de afgelopen drie jaar met velen van D heb mogen onderhouden. Ik hoop dat mijn opvolger tot een even plezierige samenwerking zal komen. Hellicht tot ziens.

Dank D wel.

AANDACHT AANDACHT AANDACHT AANDACHT AANDACHT

Nicole Koetsier zoekt op zö kort mogelijke termijn een kamer in'Amsterdam. Huurprijs maximaal FL 350;- (incl.) Gouden tip ? Bel Nicole ! Tel.: 05730 - 56690

7*5 7

(31)

o

BESLUITENLIJST VAM OK HW VEPCADERTMG D.D. 29/30 MAART 1991.

m

LedenAdainistratie Nieuwa-Stijl (LAMS);

De Algemeen Secretaris krijgt het mandaat om bij de firma Programming Systems voor het bedrag van FL 15.000,- (zegge vijftienduizend gulden) een softwareprogramma voor de ledenadministratie te laten maken, conform de eisen zoals in het definitieve rapport LANS omschreven.

B..-513 Ont

2

ettinasverzoek DV Zuid-Holland:

Eduard, Ron en Koen bereiden dit besluit voor, o.a. middels een hoorzitting met de betrokkenen, waarna

ze verslag uitbrengen aan het HB. Dit alles binnen de statutair gestelde termijnen.

P 520 Archief:

Eddy en Rogier zullen er voor zorgen dat het archief aangaande politieke nota's. Driemasters, stukken van Ariêtta Blok en brieven van Jtilius Remarque zowel voor JOVD als voor DNPP zo ver mogelijk op orde wordt gebracht.

B 521 Publicatie HB besluiten:

Besloten wordt dat voor alle besluiten in de HB vergadering waarin ze worden goedgekeurd, vastgesteld wordt of ze worden gepubliceerd of niet. Alle te publiceren besluiten worden voorzien van hun originele nummer

gepubliceerd-b 522

Onkostenvergoeding JQVD-vecteqenwoordiqert

De overgebleven gelden uit intern budget 6533 (Milieu) staan ter beschikking ter dekking van de onkosten van de JOVD-vertegenwoordiger in het milieuplatform van de PJO's.

B 523 Benoeminaen/ontslaaen Projectgroepen; Het Hoofdbestuur besluit:

- een PG Beursspel in te stellen en in deze PG te benoemen: Martijn Spijk, Steven Vossepoel, Michael Abraham en Robert-Jan Meulmeester;

- onder dankzegging uit de PG Jeugdwerkgelegenheid

te ontslaan: Vvonne den Bakker, Arthur Koeken en Jan Verhagen en vervolgens deze PG ó p te heffen; - te benoemen in de PG Exploring: Marrit Hoogwater, Remco Koster, Rolf Willemse en Harold de Bakker; - op eigen verzoek en onder dankzegging te ontslaan uit de PG Minderheden: Boudewijn van der Kaay; - onder dankzegging uit de PG Onderwijs te ontslaan: Bernadette van den Anker, Claartje Schoenaker, Margaret Penders, Onno Brouwer, Arnoud Koers de Vries, Marco Frijlink en Menno Jan

(32)

B 524

B 525

B 526

B. 537

- onder dankzegging uit de PG Hilieu te ontslaan: Dolf Vink, Ernst Visser, Arjan Toor, Hans Engels en Remco Bruinsna en vervolgens deze PG op te heffen; - te benoemen in de PG Communicatie/Informatie: Renzo Verwer;

- op eigen verzoek en onder dankzegging uit de PG Aletta Jacobs te ontslaan: Mirjam Mol, en te benoemen in deze PG: Petra van Riemsdijk, Carolien Wellink en Monique vd Berg;

- een PG Vierde Macht in te stellen en in deze PG te benoemen: Jan Weijers, Anco Sesselaar, Arthur Koeken, Jeroen den Hartog, Bas Bakker, Marco Frijlink, Mark Rutte, Eddy Habben Jansen, Jan Kees Martijn, koen Petersen en Eduard van der Biezen

(qq)-Regionale Pro i ectoroepen:

Opzet en concrete invulling van deze projectgroepen worden vastgesteld conform de inbreng van Eduard.

HsflBfcrijd conqresQnderverpx

Het HB besluit de afdeling van de winnaar

(ütrecht/Arthur Koeken) tijdens een afdelingsborrel een 'rondje' aan te bieden ter waarde van FL 100,-

(éénhonderd gulden). Eduard regelt dit . Het bedrag komt ten- laste van representatie HB.

Politieke Informatie:

Het HB besluit een politiek archief aan te leggen op het AS, waar in een overzichtelijk systeem alle relevante resoluties, moties, HB-notities (sinds 1980) , voorzittersspeeches (voor zover aanwezig) en kranteartikelen (vanaf april 1991) zullen worden opgeborgen.

- De AS ontwerpt een doeltreffend archiefsysteem. - iedere Politiek Secretaris is verantwoordelijk voor het up-to-date- houden van het archief op zijn/haar beleidsterreinen, de W P archiveert Algemene Zaken.

- De W P is belast met coördinatie van en toezicht op het archief.

Commissie Zeeland:

Het HB besluit tot het instellen van een commissie ter voorbereiding van de (her)oprichting van district Zeeland en in deze commissie te benoemen: Frederique Arps, Robert-Jan Meulmeester en Lodewijk van Zwieten.

Taak van de commissie zal zijn: heroprichting van Zeeuws-Vlaanderen en het bekijken van mogelijkheden voor het (her)oprichten van andere afdelingen in Zeeland.

(33)

o

n

B__528

B-529

B.

53,

Q

B.-531

B 532

B 533

Statutenwijziging afdeling Groningen! De door de afdelingsvergadering van Groningen aangenomen wijziging in de afdelingsstatuten wordt goedgekeurd; ze is niet strijdig met de statuten of door de Algemene Vergadering vastgestelde

reglementen.

Cor zal een bevestiging sturen. Bezoek J.CDS congres Spaniël

Het HB besluit dat de JOVD alleen bijdraagt in de kosten van de reis zelf, indien de post

'onvoorzien' (FL 300,-) of 'eigen risico Citroën' (FL 350,-) wordt aangesproken.

IFLRY. Bxecutive Committee:

In de kosten van de reis naar de executive van IFLRY op 26 mei 1991 in Berlijn wordt uit de post 'Internationaal Secretaris' bijgedragen tot een bedrag van FL 275,-.

v frS gelden voor geel and;.

De FL 250,- die eind 1990 vanuit het VSS budget zijn overgémaakt naar alle districten, zal nu ook naar Zeeland worden overgemaakt, en wel naar afdeling Noord- en Midden Zeeland. Het bedrag komt uit het budget 'V&s-administratie'.

Ontslag uit commissie V&S:

Het HB besluit om op eigen verzoek en onder dankzegging te ontslaan uit de commissie VSS: Ada den Ottelander.

Kandidaten Hoofdbestuur;

- Voor de functie van voorzitter zijn twéé

kandidaten: cor Schagen 6 stemmen Eddy Habben Jansen 3 stemmen

onthoudingen 3

Het HB besluit Cor te kandideren als voorzitter. - Voor de functie van W O zijn twee kandidaten:

Koen Petersen 8 stemmen

Arjan Toor 1 stem

onthoudingen 2

Het HB besluit Koen te kandideren als W O . - Het HB besluit de volgende personen in de volgende volgorde te benaderen als kandidaat Secretaris PR S Voorlichting:

1. Marco Frijlink (7 voor, 4 onthoudingen); 2. Arjan Toor (5 voor, 6 onthoudingen); 3. Luc spin.

- Het HB besluit de volgende personen in dé volgende volgorde te benaderen als 'kandidaat Landelijk Penningmeester:

1. Martijn Spijk (9 voor, 1 tegen, 1 onthouding); 2. Jan Weijers.

1

v

f i

^ z z z ...— :

(34)

o

- Het HB besluit voor de overige functies de zittende personen te kandideren:

vice-voorzitter politiek algemeen secretaris internationaal secretaris secretaris V&S secretaris organisatie politiek secretaris I politiek secretaris II politiek secretaris III

Eduard van der Biezen Rogier van der Sande Ron Batten

Nicole Koetsier Alex van Reeuwijk Jan Kees Martijn Abby Russchen Eddy Habben Jansen. B 9.34 Regeling voor opvolging van LP. JP Frishert; Conform de met de Algemene Vergadering gemaakte afspraken zal Jean-Paul op de JAV (de AV dat de JPF aftreedt als Landelijk Penningmeester) een

financieel verslag en een verslag van de kascommissie presenteren. Het verslag zal de periode 1 januari - 31 mei 1991 beslaan. Vanaf 1 juni 1991 zal de kandidaat-LP benoemd worden als administrateur.

B 535 Verdeling Gordiaan-gelden:

De 'Regeling vergoeding politieke projecten in afdelingen' wordt conform de inbreng van Eduard en de kritieken hierop, door Eduard opgesteld en door het HB aan de Algemene Vergadering ter kennisgeving gepresenteerd.

B. 536. Voordracht leden kascommissie;

Rogier zal de mensen, conform de inbreng van Jean- Paul, benaderen.

P 537 Voordracht leden verenigingsorganen:

Rogier zal de mensen voor de redactieraad, eerste en tweede kamer van de commissie van beroep en buitengewone leden van de adviesraad, conform de inbreng van Rogier, benaderen.

R-538 Voorstel contributiedelen:

Het HB besluit het volgende voorstel te doen aangaande de voorlopige vaststelling

contributiedelen:

landelijk deel :

16,-districtsdeel : 2,- (richtbedrag) afdelingsdeel : 17,- (richtbedrag) B 539 Ippkadercursus:

Het HB besluit de deelnemerskpsten aan de

topkadercursus WD-JÓVD, groot FL 140,- voor Cor Schagen (deelneming q q), te bekostigen uit de pot 'SWO-contacten'.

735

z

(35)

B 540 Procedure vervolg AV o p 6 april 1991;

- Eduard zal de vergadering voorzitten.

- Tijdens de vergadering zal een HB-lid achter de tafel zitten op het moment dat zijn/haar

beleidsterrein aan de orde is.

- Bij aanvang van de vergadering zullen alle voorstellen inzake Gordiaan,. die tijdens het congres behandeld zijn, nog eens langsgelopen worden.

B 541

B..5A2. B 543

B 544

Publicatie bureau-besluiten;

De besluitenlijsten van de HB-bureaus (Polit-bureau en Orgi-bureau) zullen voortaan ook gepubliceerd worden.

Plenaire vergadering congressen:

Gezien de 'tijdnood' die er al enkele congressen op zondag blijkt te zijn besluit, het HB als volgt: - De plenaire voorzitters krijgen in het vervolg strengere instructies mee, inclusief een

tijdschema.

- De zondagmoties worden voortaan behandeld vóór de gewone moties, direct né de resolutie(s)f deze procedure is ook al van toepassing op de moties constitutionele toetsing tijdens het juni-congres.

Uiterste inschrijfdatum congressen:

De uiterste inschrijfdatum voor congressen wordt met één week vervroegd, dus 3 1/2 week voor het

congres in plaats van de huidige 2 1/2 week.

Iedereen die zich né de uiterste inschrijfdatum nog inschrijft voor het congres moet de extra

administratiekosten (FL 7,50) betalen, ongeacht of de congresboeken al zijn verstuurd, ongeacht of ze een abonnement hebben op de HB-info., ,

Conoresonderwernen 1992:

Het junicongres het eerste resolutieloze congres laten zijn. Eduard stuurt bericht naar de

afdelingen en districten met de mededeling dat het congres open ligt en dat suggesties welkom zijn. Congresonderwerp voor november '92: Demostaat '92.

B 545 Conoreskosten Hoofdredacteur Driemaster:

Aangezien de hoofdredacteur van Driemaster, net als de leden van het Hoofdbestuur, op het congres behoort te zijn, besluit het HB dat de

Hoofdredacteur dezelfde tegemoetkoming in de congreskosten ontvangt als de leden van het HB.

£

(36)

o

9 546 Eis tot rectificatie II;

Naar aanleiding van overleg met F. Kools besluit het HB dat de eis tot rectificatie van Kools' uitlatingen, aan de leden van de Eerste Kamer van beroep voor te leggen.

De uitspraak, die slechts op persoonlijke titel kan geschieden, wordt door beide partijen als bindend beschouwd.

B 547 Verslag van besloten BAV in Bralboei:

Naar aanleiding van een ongeoorloofd verslag van de BAV van 2 maart 1991 in de Bralboei, afdelingsblad van Leeuwarden e .o ., besluit hét HB een uitleg van het fenomeen besloten vergadering in de HB-info te publiceren. Eduard zal hier zorg voor dragen.

BESLUITENLIJST VAN DE HB VERGADERING D.D. H APRIL 1991*.

Geld aan JMA:

Aangezien het 'Jongeren Milieu Actief' in finan­ ciële problemen zit besluit het HB, net als de andere PJO's FL 250,- uit het budget Milieu (nr. 6533) aan het JMA te, geven.

Gesprek JOVD - D66;

Het HB besluit op dinsdag 28 mei circa vijf HB- leden af te vaardigen naar het gesprek dat zal plaats hebben met de Tweede Kamer-fractie van D66. Eduard zal dit alles voor dinsdag 16 april

kortsluiten met de D66 fractie. Promdstand op W D congres;

Het HB besluit om, zoals ieder jaar, een promotie- stand te regelen op het W D congres, dit jaar te houden op 26 en 27 april in Krasnapolsky. Alex regelt dit.

S_55_k Kandidaat hoofdredacteur Driemaster:

Het HB besluit Kei Koenen te kandideren voor het hoofdredacteurschap van Driemaster.

B 553 Interne budgetten 1991:

De wijzigingen in de interne budgetten 1991, naar aanleiding de Gordiaan-discussie en gewijzigde begroting 1991 worden conform de inbreng van Jean- Paul goedgekeurd.

B 554 Voorlopige begroting 1992;

Het HB besluit de voorlopige begroting over het boekjaar 1992 conform de inbreng van Jean-Paul voor te leggen aan de Jaarlijkse Algemene Vergadering. B..549.

B 550

B 551

(37)

o

» H

B 555

Fax-aebruik: K

Het HB besluit dat, zonden voorafgaande toestemming van de Algemeen Secretaris, gebruik mogen maken van de fax:

- alle HB-leden, alsmede de hoofdredacteuren van Driemaster en LEF,

onder de voorwaarde dat:

- dit enkel geldt voor faxverkeer binnen Nederland (m.u.v. de Internationaal Secretaris, daarvoor geldt deze beperking niet);

Hetgeen gefaxt wordt samenhangt met de functie. In alle andere gevallen is toestemming van de Algemeen Secretaris vereist.

B 55fi

Kandidaat Landelijk Penningmeester;

Het HB besluit de volgende personen in de volgende volgorde te benaderen als kandidaat landelijk penningmeester:

1. Dirk-Jan Wierenga (5 stemmen voor, 2 tegen, 2 onthoudingen);

2. Ruud Koning (5 voor, 2 tegen, 2 onthoudingen); 3. Michael Abraham.

B-552

Voorstel wijziging LS. HR. RvQAV.MSvA._RRl

Het HB besluit een aantal wijzigingen in <je Lande­ lijke Statuten, het Huishoudelijk Reglement, het Reglement van Orde voor de Algemene vergadering, de Modelstatuten voor Afdelingen en het Redactie. Reglement, de meesten naar aanleiding v a n de genomen besluiten tijdens de Gordiaan-discussie, aan de Jaarlijkse Algemene Vergadering voor te leggen. De wijzigingsvoorstellen zijn conform de',, discussie in het HB rond.de door Eduard gedane voorstellen.

'Prakbord' :

Het favoriete tijdschrift: van Hark Rutte ? De PlayBob !

(38)

<Q

PBBESLOTEN VERGADERING: R FM ONBEKEND FE N O M EE N ONDER DE LOEP Door: Eduard A.H. van der Biezen.

Op verzoek van het JOVD-lid E. van Splunter werd begin dit jaar de BAV te Zwolle door JOVD-voorzitter Hark Rutte 'besloten verklaard'. Uit het feit dat in de weken na de BAV min of meer letterlijke verslagen van hetgeen daar besproken werd in diverse JOVD-bulletins verschenen blijkt dat niet iedereen vertrouwd is met het fenomeen:. "Besloten Vergadering". Reden voor het hoofdbestuur om ondergetekende op te dragen een nadere uitleg (en handleiding) over en voor de besloten vergadering te schrijven.

Alle landelijke, afdelings- en districtsvergaderingen in de JOVD zijn in principe openbaar, d.w.z. toegankelijk voor leden en niet leden. Alle agendapunten die ter behandeling voor­ liggen worden in het openbaar behandeld. Soms kan het echter voorkomen dat er tijdens zo'n vergadering zaken aan de orde komen waarbij het in het belang van de JOVD of in- het kader van de bescherming van de privacy van bepaalde personen, van belang kan zijn dat het behandelde "binnen vier muren" blijft. De JOVD statuten en reglementen bieden dan de mogelijkheid een vergadering besloten te verklaren, o,

Een vergadering moet per agendapunt besloten verklaard worden. Ieder bij zo'n vergadering aanwezig JOVD-lid kan bij aanvang van het agendapunt verzoeken de vergadering tijdens dat punt besloten te verklaren. Bij districtsvergaderingen kunnen alleen leden van de bij het district aangesloten afdelingen en bij afdelingsvergaderingen kunnen alleen leden van de afdeling een zodanig verzoek doen. Als niemand daartegen bezwaar maakt, verklaart de voorzitter van de vergadering de vergadering vanaf dat moment besloten. Haakt iemand bezwaar tegen de beslotenverklaring, dan is de vergadering vanaf dat moment automatisch besloten en wordt er in deze besloten vergadering gediscussieerd over het al dan niet in besloten vergadering behandelen van het agendapunt.

Het gevolg van een besloten vergadering is beschreven in het huishoudelijk reglement: "Een ieder die in een besloten vergadering aanwezig is, onthoudt zich tegenover hen, die niet gerechtigd waren in de besloten vergadering aanwezig te zijn van het doen van mededelingen over hetgeen in de besloten vergadering is besproken.” Cruciaal is dus wie wel en niet gerechtigd zijn een besloten vergadering bij te wonen. Bij een besloten ' landelijke JOVD-vergadering hebben alleen (buiten)gewone JOVD-leden toegang. Bij een besloten districts- vergadering hebben alleen leden van de aangesloten afdelingen en hoofdbestuursleden toegang, terwijl bij een besloten afdelingsvergadering alleen de leden van die afdeling, leden van het hoofdbestuur alsmede diegenen die door het afdelings­ bestuur zijn aangewezen om de vergadering voor te zitten of te notuleren toegang hebben. Hierop bestaan overigens nog een aantal uitzonderingen die in de model-reglementen voor

(39)

I

» l

è a

districten en modelstatuten voor afdelingen beschreven Staan.1 Over het tijdens een besloten vergadering besprokene mogen dus alleen mondelinge of schriftelijke mededelingen gedaan worden tegenover diegenen die in principe tijdens die vergadering aanwezig hadden mogen zijn. Verder tegen niemand! Ook niet tegen je moeder of partner als die geen lid van de JOVD zijn en als zodanig in principe aanwezig hadden mogen zijn. Dat betekent dat je ook nooit in je afdelingsblad of districts- bulletin gedetailleerd mag beschrijven wat er behandeld is tijdens een in besloten vergadering behandeld agendapunt. Je kunt er immers nooit zeker van zijn dat een zodanig blaadje niet door iemand gelezen zal worden die geen lid van de JOVD is!

Zie daarvoor:

-artt. 17.4 en 17.5 Modelstatuten voor Afdelingen, -art. 18.3 Modelreglement voor Districten.

Wijzigingen in de Liberale Adressen Vraagbaak;

•t o k a t-s nieuw adres: Averkamplaan 19

3533 SK Utrecht telefoon: 030 - 961954

W in iB l- B r ig v a n j g t, M atan gr-h u ppor,

juiste adres moet zijn: Postbus 25000 2700 LZ Zoetermeer Kabinet, van de Koningin (Overheid) Korte Vijverweg 3

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Op- en afstroom naar geslacht (%) Heel niveau lager dan advies Half niveau lager dan advies Plaats in leerjaar 3 gelijk aan advies Half niveau hoger dan advies Heel niveau hoger

binnen de afdeling valt beiden het richtbedrag wensen aan te houden, zullen de leden een acceptgiro ontvangen voor fl. (onder voorbehoud van de definitieve

Het zou ieder afde1ingsbëstuur sieren indien zij eens zeer kritisch zou gaan kijken naar ledenbestand verdeeld over de gemeenten van het afdelingsgebied. Vaak zal men ontdekken dat

f 10.000,-, maar dit geldt alleen voor loontrekkenden (de loonbelas- ting houdt geen rekening met spaar- tegoeden). Kleine zelfstandigen - en is het gewaagd te

Congres van de Intern. Federation of Radical en Liberal Youth stelde. Bet liberalisme stelt zich ten doel, elk individu de vrijheid en de gelegen- heid te geven om zijn

• Subsidie voor primair onderwijs (po), voortgezet onderwijs (vo), middelbaar beroepsonderwijs (mbo), voortgezet algemeen volwassenenonderwijs (vavo), overige educatie (oe) en

Van 6 tot en met 9 maart 2017 hebben we onder directeuren uit het basisonderwijs en voortgezet onderwijs onderzoek verricht naar (onder meer) het vertrouwen in het kabinet Rutte II,

Welke relatie bestaat er tussen personeels-, organisatie- en managementkenmerken enerzijds en anderzijds opbrengsten van het leren en kwaliteit van het onderwijsleerproces