Vraag nr. 8 van 12 juli 1995
van de heer M. VERLINDEN
Universiteit Boekarest – Leerstoel Nederlands
In zijn schriftelijke vraag nr. 224 van 7 augustus 1990 peilde de heer Guido Janzegers naar de modaliteiten bij de aanstelling van een tweede docent Nederlands aan de Universiteit van Boekarest.
In zijn antwoord stelde de voorganger van de minister dat die aanstelling moest worden bekeken in het kader van de Nederlandse Taalunie en dat redelijkerwijze de nieuwe bijkomende docent uit Vlaanderen zou moeten komen, vermits de eerste uit Nederland afkomstig was. Mag ik van de minister vernemen hoe het op dit ogen-blik staat met die leerstoel Nederlands aan de Uni-versiteit van Boekarest ?
Naar verluidt zouden ook andere Roemeense universi-teiten, zoals bijvoorbeeld de Transsilvaanse Univer-siteit van Brasov (die beschikt over de vanuit Vlaan-deren geschonken ”Mediatheca Norbert De Taeye”), de wens hebben uitgedrukt een leerstoel Nederlands te organiseren. Graag vernam ik dan ook of er buiten Boekarest nog andere universiteiten of hogescholen zijn in Roemenië die over een leerstoel Nederlands beschikken.
Antwoord
1. Aan de universiteit van Boekarest wordt op dit ogenblik Nederlands als hoofdvak B gegeven. Dat wil zeggen dat de studenten, naast een andere Ger-maanse taal (als hoofdvak A) ook Nederlands kun-nen studeren. De studie duurt 5 jaar. De huidige hoofddocent is dr. G. Nicolaescu, een Roemeen. 2. De hoofddocent wordt bijgestaan door drs. C.
Lint-horst, afgestudeerd aan de Universiteit van Amster-dam (UvA). De UvA heeft met de universiteit van Boekarest een uitwisselingsakkoord voor docenten en de aanstelling van drs. Linthorst past in dit akkoord. De uitwisseling wordt gefinancierd door de UvA c.g. universiteit van Boekarest. Bij dit ini-tiatief is de Nederlandse Taalunie (en dus ook Vlaanderen) niet verder betrokken.
3. De Nederlandse Taalunie heeft sinds begin 1994 een stimuleringsprogramma Neerlandistiek in Oost-Europa lopen, dat over een periode van 4 jaar onge-veer 5 miljoen frank zal verdelen over Oost-Euro-pese universiteiten. Dit bedrag (1/3 Vl., 2/3 Nl.) wordt o.a. besteed aan docentschappen Neerlandis-tiek in Tsjechië, Slowakije, Hongarije, Polen en Rusland. Aan verschillende van deze universiteiten zijn Vlamingen werkzaam (o.a. Brno, Boedapest, Warschau) die worden betaald uit deze middelen. 4. In het kader van dit stimuleringsprogramma werden
geen afspraken gemaakt met Roemenië, al steunt de Taalunie, occasioneel, met boekenkredieten de vakgroep in Boekarest. Op korte termijn zal de Taalunie geen extra docent Nederlands in Boe-karest financieren, maar indien het programma na 1997 wordt voortgezet, kan Roemenië wel in