P E R S
DE EUROPESE UNIE
NL
11595/11 (OR. en) PRESSE 177 PR CO 41 PERSMEDEDELING
3100e zitting van de Raad
Economische en Financiële Zaken
Luxemburg, 20 juni 2011 Voorzitter de heer György Matolcsy
minister van Nationale Economie van Hongarije
11595/11 2
NL
Voornaamste resultaten van de Raadszitting
De Raad heeft, met eenparigheid van stemmen, een geactualiseerde algemene oriëntatie inzake een pakket wetgevingsvoorstellen betreffende de economische governance goedgekeurd om de
onderhandelingen met het Europees Parlement voor het eind van de week te kunnen afronden.
De voorstellen zijn onderdeel van de respons van de EU op de uitdagingen van de
staatsschuldcrisis. Zij hebben tot doel de begrotingsdiscipline in de lidstaten te verbeteren en de macro-economische onevenwichtigheden in de EU aan te pakken, meer specifiek in de eurozone.
Hij heeft aanbevelingen over de nationale hervormingsprogramma's en het nationale
begrotingsbeleid goedgekeurd. Daarmee werd het Europees Semester afgesloten, dat dit jaar voor het eerst is uitgevoerd als onderdeel van een bredere hervorming van de economische governance van de EU.
1 Ÿ Wanneer de Raad verklaringen, conclusies of resoluties heeft aangenomen, wordt dat in de titel van het betrokken punt vermeld. De aangenomen teksten staan tussen aanhalingstekens.
Ÿ De documenten waarvan het nummer in de tekst wordt genoemd, staan op de internetsite van de Raad http://www.consilium.europa.eu.
Ÿ Besluiten ten aanzien waarvan verklaringen voor de Raadsnotulen zijn afgelegd die beschikbaar zijn voor het publiek, zijn aangegeven met een asterisk; de tekst van de verklaringen staat op de bovengenoemde internetsite van de Raad en is ook verkrijgbaar bij de Persdienst.
INHOUD1
DEELNEMERS ... 5
BESPROKEN PUNTEN ECONOMISCHE GOVERNANCE ... 7
EUROPESE INVESTERINGSBANK - LENINGEN IN DERDE LANDEN ... 8
DERIVATEN - CLEARING- EN RAPPORTAGEVERPLICHTINGEN ... 9
EUROPEES SEMESTER - DE GEÏNTEGREERDE RICHTSNOEREN ... 10
STATISTIEKEN VAN DE OVERHEIDSFINANCIËN... 11
DIVERSEN ... 12
BIJEENKOMSTEN IN DE MARGE VAN DE RAAD... 13
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN – Btw-behandeling van financiële diensten - Voortgangsverslag...14
– Schadelijke belastingconcurrentie - Gedragscode - conclusies van de Raad ...14
– BTW - Roemenië - granen en oliehoudende zaden ...15
– Elektriciteitsbelasting - Zweden - walstroom...15
ALGEMENE ZAKEN – Behandeling van documenten ...15
WERKGELEGENHEID – Beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering - Denemarken ...16
11595/11 4
NL
VISSERIJ
– Voorkomen en uitbannen van illegale visserij ...16
– Wijziging van vangstmogelijkheden ...17
BENOEMINGEN
– Comité van de Regio's ...17
DEELNEMERS
België:
de heer Didier REYNDERS vice-eersteminister en minister van Financiën en Institutionele Hervormingen
Bulgarije:
mevrouw Boryana PENCHEVA viceminister van Financiën
Tsjechië:
de heer Miroslav KALOUSEK minister van Financiën
de heer Tomáš ZÍDEK viceminister van Financiën, sectie internationale
betrekkingen en financieel beleid Denemarken:
de heer Claus HJORT FREDERIKSEN minister van Financiën
Duitsland:
de heer Wolfgang SCHÄUBLE minister van Financiën
de heer Jörg ASMUSSEN staatssecretaris, ministerie van Financiën
Estland:
de heer Jürgen LIGI minister van Financiën
Ierland:
de heer Michael NOONAN minister van Financiën
Griekenland:
de heer Evangelos VENIZELOS minister van Financiën
Spanje:
mevrouw Elena SALGADO viceminister-president en minister van Economische
Zaken en Financiën Frankrijk:
mevrouw Christine LAGARDE minister van Financiën
Italië:
de heer Giulio TREMONTI minister van Economische Zaken en Financiën
Cyprus:
de heer Charilaos STAVRAKIS minister van Financiën
Letland:
mevrouw Ilze JUHANSONE permanent vertegenwoordiger
Litouwen:
de heer Raimundas KAROBLIS permanent vertegenwoordiger
Luxemburg:
de heer Luc FRIEDEN minister van Financiën
Hongarije:
de heer György MATOLCSY minister van Nationale Economie
de heer András KÁRMÁN onderstaatssecretaris, ministerie van Nationale Economie Malta:
de heer Tonio FENECH minister van Financiën
Nederland:
de heer Jan Kees de JAGER minister van Financiën
Oostenrijk:
mevrouw Maria FEKTER minister van Financiën
Polen:
de heer Jan VINCENT-ROSTOWSKI minister van Financiën
de heer Jacek DOMINIK onderstaatssecretaris, ministerie van Financiën
Portugal:
de heer Manuel LOBO ANTUNES permanent vertegenwoordiger
11595/11 6
NL
Roemenië:
de heer Gheorghe IALOMITIANU minister van Financiën
Slovenië:
de heer Franc KRIŽANIČ minister van Financiën
Slowakije:
de heer Ivan MIKLOŠ viceminister-president en minister van Financiën
Finland:
de heer Jan STORE permanent vertegenwoordiger
Zweden:
de heer Anders BORG minister van Financiën
mevrouw Susanne ACKUM staatssecretaris, ministerie van Financiën
Verenigd Koninkrijk:
de heer George OSBORNE minister van Financiën
Commissie:
de heer Olli REHN lid
de heer Michel BARNIER lid
Overige deelnemers:
de heer Vitor CONSTÂNCIO vicepresident van de Europese Centrale Bank
de heer Philippe MAYSTADT president van de Europese Investeringsbank
de heer Vittorio GRILLI voorzitter van het Economisch en Financieel Comité de heer Lorenzo CODOGNO voorzitter van het Comité voor de economische politiek
BESPROKEN PUNTEN
ECONOMISCHE GOVERNANCE
De Raad heeft, met eenparigheid van stemmen, een geactualiseerde algemene oriëntatie inzake een pakket wetgevingsvoorstellen betreffende de economische governance goedgekeurd om de onderhandelingen met het Europees Parlement tijdig te kunnen afronden met het oog op de zitting van de Europese Raad op 23 en 24 juni.
Hij zal het Parlement op 21 juni, per brief aan de voorzitter van het Comité van permanente vertegenwoordigers, zijn compromistekst meedelen.
De voorstellen strekken ertoe de economische governance in de EU - en meer bepaald in de
eurozone - te versterken teneinde de uitdagingen te kunnen opnemen die door de recente problemen op de staatsobligatiemarkten onder de aandacht zijn gekomen.
De Raad heeft op 15 maart overeenstemming bereikt over een algemene oriëntatie, waarmee de weg is geëffend voor onderhandelingen met het Parlement.
Aangezien de bestaande EU-instrumenten de overheidsschulden onvoldoende hebben doen dalen en onvoldoende hebben ingespeeld op macro-economische onevenwichtigheden, moeten deze voorstellen de begrotingsdiscipline in de lidstaten verbeteren en het toezicht op hun economisch beleid verbreden. Zij geven uitvoering aan de aanbeveling van een taskforce1onder leiding van de voorzitter van de Europese Raad, Herman Van Rompuy, die concludeerde dat de monetaire unie van de EU op lange termijn niet naar behoren kan functioneren indien het economische beleid niet intensiever wordt gecoördineerd.
Vier van deze voorstellen betreffen de hervorming van het stabiliteits- en groeipact van de EU, waarbij het toezicht op het begrotingsbeleid wordt aangescherpt, bepalingen betreffende nationale begrotingskaders worden opgenomen en consequenter en in een vroeger stadium handhavings- maatregelen worden toegepast ten aanzien van lidstaten die zich niet aan de regels houden. De andere twee voorstellen zijn gericht tegen macro-economische onevenwichtigheden binnen de EU.
1 Definitief verslag van de taskforce, 21 oktober 2010:
http://www.consilium.europa.eu/uedocs/cms_Data/docs/pressdata/en/ec/117236.pdf
11595/11 8
NL
EUROPESE INVESTERINGSBANK - LENINGEN IN DERDE LANDEN
De Raad heeft een ontwerp-besluit goedgekeurd dat erop gericht is de budgettaire garantie van de EU voor operaties in derde landen van de Europese Investeringsbank te verlengen voor de verdere duur van het huidige financiële kader 2007-2013.
Besproken werd of IJsland voor EIB-financiering in aanmerking komt. Nu deze kwestie is opgelost, heeft het voorzitterschap een volledig mandaat om tot een akkoord te komen met het Europees Parlement. Over alle overige kwesties was vooraf een compromis bereikt.
De EU verstrekt een budgettaire garantie aan de EIB voor de dekking van de politieke en
landenrisico's in verband met EIB-leningen en EIB-leninggaranties buiten de EU, ter ondersteuning van de doelstellingen van haar externe beleid.
Het ontwerp-besluit, dat in de plaats komt van het bestaande mandaat voor EIB-leningen in derde landen, introduceert ook enkele nieuwe elementen, onder meer
– een facultatief mandaat van 2 miljard euro voor de financiering van projecten in verband met klimaatverandering; en
– leningen voor landen die momenteel niet onder het EIB-mandaat vallen.
Voorts is in het compromisvoorstel van het voorzitterschap het subplafond voor mediterrane landen in de categorie "nabuurschaps- en partnerschapslanden" verhoogd van 8.700 miljoen euro tot 9.700 miljoen euro, conform de conclusies van de Raad waarin werd gevraagd het
maximumbedrag voor verrichtingen van de EIB ten behoeve van Middellandse Zeelanden die politieke hervormingen nastreven met een miljard euro te verhogen.
DERIVATEN - CLEARING- EN RAPPORTAGEVERPLICHTINGEN
De Raad heeft een oriënterend debat gehouden over een ontwerp-verordening die gericht is op het verhogen van de transparantie in de markt van over-the-counter1(otc)-derivaten.
Hij heeft het Comité van permanente vertegenwoordigers verzocht toezicht te houden op de verdere werkzaamheden betreffende het voorstel, zodat de Raad zo spoedig mogelijk overeenstemming kan bereiken over een algemene oriëntatie.
In de ontwerp-verordening wordt gevraagd otc-derivatencontracten te melden aan transactie- registers (d.w.z. centrale gegevenscentra) en gestandaardiseerde otc-derivatencontracten via centrale tegenpartijen (ctp's)2te clearen teneinde het risico voor tegenpartijen te verminderen (d.w.z. het risico dat een van de partijen het contract niet nakomt). Daarmee moet worden
voorkomen dat een marktdeelnemer zijn verplichtingen niet nakomt, waardoor andere marktpartijen ten onder gaan, en het hele financiële systeem in gevaar komt. Om toegelaten te worden moet een ctp over een minimumkapitaal beschikken.
De transactieregisters moeten geaggregeerde posities per klasse van derivaten publiceren, waarmee zij de marktdeelnemers een duidelijker beeld geven van de markt van otc-derivaten. De Europese Autoriteit voor effecten en markten (EAEM) zou belast worden met het toezicht op de
transactieregisters en het toekennen en intrekken van hun registratie.
Met de verordening worden de toezeggingen van de G-20 leiders in september 2009 nagekomen.
Na aanneming zal zij vanaf eind 2012 van toepassing zijn.
Het debat in de Raad ging met name over twee punten:
· Toelating van en toezicht op ctp's, met name de rol die de EAEM daarbij speelt.
· De werkingssfeer van de verordening, met name of de clearing- en meldingsverplichtingen ook moeten gelden voor op een ranglijst voorkomende derivatencontracten die op gereguleerde markten verhandeld worden.
1 Een derivaat dat niet verhandeld wordt op de beurs maar waarover privé onderhandeld wordt tussen twee tegenpartijen.
2 Ctp's zijn entiteiten die zichzelf tussen twee tegenpartijen bij een transactie plaatsen en daarbij de koper worden voor elke verkoper en de verkoper voor elke koper.
11595/11 10
NL
EUROPEES SEMESTER - DE GEÏNTEGREERDE RICHTSNOEREN
De Raad heeft aanbevelingen goedgekeurd:
· over de nationale hervormingsprogramma's van de lidstaten;
· waarbij advies wordt verleend over de geactualiseerde stabiliteits- en convergentieprogramma's van de lidstaten.
Hij kwam overeen de teksten aan de Europese Raad voor te leggen met het oog op de bijeenkomst op 23 en 24 juni. De "geïntegreerde richtsnoeren" zullen worden aangenomen tijdens een komende Raadszitting, waarmee het Europees Semester wordt afgesloten, dat dit jaar voor het eerst is uitgevoerd als onderdeel van de lopende hervorming van de economische governance van de EU.
Het Europees semester houdt in dat het economische beleid en het begrotingsbeleid van de lidstaten op basis van gemeenschappelijke regels gedurende een termijn van zes maanden per jaar gelijktijdig worden bewaakt.
De nationale hervormingsprogramma's maken multilateraal toezicht op het economisch beleid van de lidstaten mogelijk, en bevatten groeibevorderende maatregelen en nationale doelen in het kader van de "Europa 2020"-strategie voor banen en groei te verbeteren.
Doel van de stabiliteits- en convergentieprogramma's1is, conform het stabiliteits- en groeipact van de EU, te zorgen voor deugdelijke openbare financiën als middel om de voorwaarden voor prijsstabiliteit en voor een duurzame groei te verbeteren.
1 Lidstaten van de eurozone dienen stabiliteitsprogramma's in; lidstaten die niet tot de eurozone behoren, convergentieprogramma's.
STATISTIEKEN VAN DE OVERHEIDSFINANCIËN De Raad heeft conclusiesaangenomen.
11595/11 12
NL
DIVERSEN
– Gemeenschappelijke eurobetalingsruimte - overmakingen en automatische afschrijvingen
De Raad heeft een korte bespreking gewijd aan een ontwerp-verordening tot vaststelling van technische vereisten voor overmakingen en automatische afschrijvingen in euro, een kernelement van de gemeenschappelijke eurobetalingsruimte (SEPA).
Het Comité van permanente vertegenwoordigers is het op 8 juni eens geworden over een algemene oriëntatie over de ontwerp-verordening (11019/1/11 REV 1), waardoor het voorzitterschap namens de Raad onderhandelingen kan beginnen met het Europees Parlement opdat de verordening in eerste lezing kan worden aangenomen.
BIJEENKOMSTEN IN DE MARGE VAN DE RAAD
In de marge van de Raad hebben de volgende bijeenkomsten plaatsgevonden:
– Eurogroep
De ministers van de lidstaten van de eurozone hebben op 19 en 20 juni een vergadering van de eurogroep bijgewoond.
– Ministeriële bijeenkomst over het Europees stabiliteitsmechanisme
De ministers hebben een bijeenkomst bijgewoond over de voorbereiding van een Europees
stabiliteitsmechanisme met het oog op het beschermen van de financiële stabiliteit van de eurozone.
*
* *
Tijdens het diner hebben de ministers gesproken over vangnetmaatregelen in de banksector opdat begin juli de resultaten van de stresstests voor 2011 kunnen worden bekendgemaakt.
11595/11 14
NL
ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN
Btw-behandeling van financiële diensten - Voortgangsverslag
De Raad heeft nota genomen van een voortgangsverslag over een ontwerp-richtlijn en een ontwerp-verordening betreffende de btw-behandeling van verzekerings- en financiële diensten (doc.11092/11).
De voorstellen, die dateren van 2007, beogen de definities en regels voor diensten die zijn
vrijgesteld van btw te verduidelijken en te actualiseren, opdat ze in de lidstaten op dezelfde manier worden geïnterpreteerd. De Commissie stelde ook een mechanisme voor om grensoverschrijdende kostendelende samenwerkingsverbanden in te stellen, en een verlenging van de mogelijkheid voor dienstverleners om de normale btw-regels toe te passen.
Het verslag bevat een overzicht van de vorderingen die sinds begin dit jaar zijn gemaakt en vermeldt de belangrijkste punten die moeten worden aangepakt.
Schadelijke belastingconcurrentie - Gedragscode - conclusies van de Raad
De Raad heeft de volgende conclusies aangenomen.
"De Raad, wat de gedragscode (belastingregeling voor ondernemingen) betreft,
– is verheugd over de vorderingen die de Groep gedragscode (belastingregeling ondernemingen) tijdens het Hongaarse voorzitterschap heeft gemaakt (zie verslag in doc. 10857/11 FISC 75);
– verzoekt de groep om de standstill en de uitvoering van de terugdraaiing te blijven volgen en voort te gaan met de besprekingen in het kader van het werkpakket dat op 5 december 2008 door de Raad (Ecofin) is goedgekeurd (doc. 16410/08 FISC 174);
– spoort de Commissie aan de besprekingen met derde landen, zoals aangegeven in het verslag van de Groep, voort te zetten en de Groep geregeld op de hoogte te brengen van de voortgang;
– verzoekt de groep vóór het einde van het Poolse voorzitterschap verslag uit te brengen aan de Raad."
BTW - Roemenië - granen en oliehoudende zaden
De Raad heeft een besluit aangenomen waarbij Roemenië wordt gemachtigd om in afwijking van artikel 193 van Richtlijn 2006/112/EG de afnemer van bepaalde graangewassen en oliehoudende zaden aan te wijzen als de tot voldoening van de belasting over de toegevoegde waarde (btw) gehouden persoon (doc. 10845/11).
Deze tijdelijke verleggingsregeling (van de leverancier naar de belastingplichtige afnemer) geldt voor een periode van twee jaar. Roemenië zal daardoor belastingontwijking beter kunnen bestrijden en definitieve maatregelen kunnen nemen om dat probleem in de toekomst te voorkomen.
Roemenië heeft laten weten geen verlenging van deze machtiging te zullen vragen.
Elektriciteitsbelasting - Zweden - walstroom
De Raad heeft een besluit aangenomen waarbij Zweden overeenkomstig artikel 19 van
Richtlijn 2003/96/EG wordt gemachtigd een verlaagd tarief van elektriciteitsbelasting toe te passen op stroom die rechtstreeks wordt geleverd aan schepen die zijn afgemeerd op een ligplaats in een haven (10692/11).
Met deze maatregel wil de Zweedse regering een ruimer gebruik van walstroom stimuleren als een minder milieubelastende manier om afgemeerde schepen van stroom te voorzien in vergelijking met de verbranding van bunkerbrandstoffen aan boord van schepen. De afwijking wordt verleend voor drie jaar.
ALGEMENE ZAKEN
Behandeling van documenten
De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan de richtsnoeren voor de behandeling van interne Raadsdocumenten (11336/11).
11595/11 16
NL
WERKGELEGENHEID
Beschikbaarstelling van middelen uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering - Denemarken
De Raad heeft twee besluiten aangenomen waarbij 20,4 miljoen euro uit het Europees Fonds voor aanpassing aan de globalisering (EGF) beschikbaar wordt gesteld voor ontslagen werknemers in Denemarken.
Een bedrag van 14,2 miljoen euro wordt bestemd voor werknemers van de onderneming Odense Steel Shipyard die zijn ontslagen als gevolg van de grote structurele veranderingen in de
wereldhandelspatronen en de daling van de vraag naar vrachtschepen die toe te schrijven is aan de wereldwijde financiële en economische crisis. Nog eens 6,2 miljoen euro gaat naar werknemers van de onderneming LM Glasfiber die zijn ontslagen als gevolg van de daling van de vraag naar
windturbines wegens de crisis.
VISSERIJ
Voorkomen en uitbannen van illegale visserij
De Raad heeft een besluit vastgesteld betreffende de goedkeuring namens de EU van de
overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale, ongemelde en ongereglementeerde visserij (IOO) te voorkomen, tegen te gaan en te beëindigen (5571/11).
Havenstaatmaatregelen worden beschouwd als een essentieel instrument in de strijd van de
internationale gemeenschap tegen IOO-visserij. Een modelregeling was eerst aangenomen door de voedsel- en landbouworganisatie (FAO) met minimumnormen als basis voor de vaststelling door de staten van maatregelen om onder buitenlandse vlag varende vissersvaartuigen die hun havens wensen te gebruiken, te onderwerpen aan toezicht, controles en inspecties. Het betreft een niet-bindend instrument dat op vrijwillige basis wordt toegepast.
Voorts hebben sommige regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's) bindende
havenstaatregelingen ingesteld die de leden van die organisaties moeten toepassen om toezicht uit te oefenen op de rechtmatigheid van aanlandingen, overladingen en andere activiteiten in hun havens.
De EU is lid van de FAO en van 13 ROVB's. Door ROVB's vastgestelde havenstaatregelingen zijn reeds omgezet in het EU-recht, dat ook voorziet in algemene regels voor de aanlanding van
visserijproducten door vaartuigen van derde landen in EU-havens. Het is een wezenlijk onderdeel van het gemeenschappelijk visserijbeleid van de EU.
De overeenkomst inzake havenstaatmaatregelen om illegale visserij te voorkomen en te beëindigen is opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de FAO. De overeenkomst is op 22 november 2009 door de overeenkomstsluitende partijen ondertekend.
Wijziging van vangstmogelijkheden
De Raad heeft een wijziging in verordening 57/2011 aangenomen betreffende de vangstmogelijkheden voor sommige visbestanden voor 2011 (10395/11).
Die wijziging houdt rekening met de mislukking van het overleg tussen de EU en de Faeröer over de vangstmogelijkheden voor 2011. Na overleg met Noorwegen worden de vangstmogelijkheden die tijdens het overleg met de Faeröer ter sprake hadden moeten komen, toegewezen aan de lidstaten.
De tekst strekt ook tot uitvoering van flexibele regelingen inzake het gebruik van de quota voor blauwe wijting, en stelt specifieke quota voor langoustine vast. Voorts strekt hij tot uitvoering van besluiten die zijn overeengekomen in regionale organisaties voor visserijbeheer (ROVB's) waarbij de EU is aangesloten.
Verordening 57/2011 stelt voor 2011 de vangstmogelijkheden vast voor sommige visbestanden en groepen visbestanden welke in de EU-wateren en, voor EU-vaartuigen, in bepaalde wateren buiten de EU, van toepassing zijn. Hierbij gaat het vooral om bestanden die voorkomen in de Atlantische Oceaan en de Noordzee. Het is gebruikelijk dat de verordening tijdens de periode waarin die van kracht is, herhaaldelijk wordt gewijzigd.
BENOEMINGEN
Comité van de Regio's
De Raad heeft de heren Alessandro COSIMI en Roberto RUOCCO (Italië) tot lid van het Comité van de Regio's benoemd voor de verdere duur van de ambtstermijn, dat wil zeggen tot en met 25 januari 2015 (11565/11).
