• No results found

PERSMEDEDELING. 2630e zitting van de Raad. Algemene Zaken en Externe Betrekkingen. Algemene Zaken. Brussel, 13 december 2004

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "PERSMEDEDELING. 2630e zitting van de Raad. Algemene Zaken en Externe Betrekkingen. Algemene Zaken. Brussel, 13 december 2004"

Copied!
29
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

RAAD VAN

DE EUROPESE UNIE

NL

15460/04 (Presse 343) (OR. en)

PERSMEDEDELING

2630e zitting van de Raad

Algemene Zaken en Externe Betrekkingen Algemene Zaken

Brussel, 13 december 2004 Voorzitter de heer Bernard BOT

minister van Buitenlandse Zaken van Nederland

* Voor de 2631e zitting van de Raad Externe Betrekkingen is er een aparte mededeling aan de pers (15461/04)

(2)

Voornaamste resultaten van de Raadszitting

De Raad heeft zich gebogen over ontwerp-conclusies van het voorzitterschap ter voorbereiding van de bijeenkomst van de Europese Raad op 16 en 17 december, die met name betrekking hebben op de afsluiting van de toetredingsonderhandelingen met Bulgarije en Roemenië en op de opening van onderhandelingen met Turkije en Kroatië.

De Raad heeft ter uitvoering van Resolutie 1572 van de VN-Veiligheidsraad maatregelen aan- genomen om de levering van wapens en militaire steun aan Ivoorkust te beperken en om een visum- verbod op leggen aan en de activa te bevriezen van personen die een bedreiging voor de vrede en de nationale verzoening vormen. Hij heeft ook een visumverbod aangenomen voor functionarissen die verantwoordelijk zijn voor verkiezingsfraude en schendingen van de mensenrechten in Belarus.

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een voortgangsverslag over de EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens (MVW) en een lijst van prioriteiten voor de samen- hangende uitvoering daarvan in de toekomst. Hij heeft ook aanbevelingen over uitvoercontrole- systemen voor goederen voor tweeërlei gebruik goedgekeurd.

De Raad heeft conclusies over het EVDB aangenomen, en tevens voorstellen voor een civiel/militaire cel goedgekeurd.

Hij heeft nieuwe bepalingen aangenomen in verband met het aflopen van de WTO-Overeenkomst inzake textiel en kledingproducten, alsook voorschriften waarmee de gelijke behandeling van mannen en vrouwen wordt uitgebreid van de werkplek naar andere gebieden van het dagelijks leven.

De Raad heeft voorschriften aangenomen waarbij de verplichting wordt ingevoerd om op EU- paspoorten gezichtsopnames en vingerafdrukken te gebruiken en waarbij de lidstaten worden verplicht de reisdocumenten van onderdanen van derde landen bij binnenkomst in de EU af te stempelen, alsook een richtlijn houdende voorschriften voor de toelating van studenten uit derde landen.

De Raad heeft ook een politiek akkoord bereikt over bepalingen betreffende de uitoefening van het voorzitterschap van de Raad, met inbegrip van de volgorde van de voorzitterschappen van 2007 tot en met 2020.

(3)

INHOUD

1

DEELNEMERS... 6

BESPROKEN PUNTEN VOORBEREIDING VAN DE DECEMBERBIJEENKOMST VAN DE EUROPESE RAAD ... 8

WERKPROGRAMMA voor 2005 ... 9

OFFICIËLE TALEN... 10

ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN EXTERNE BETREKKINGEN – Ivoorkust - wapenembargo en visumverbod... 11

Belarus - Uitgebreid visumverbod... 11

Colombia - Conclusies van de Raad... 12

Afghanistan - Conclusies van de Raad ... 13

Somalië - Conclusies van de Raad ... 15

Kroatië - Stabilisatie- en associatieovereenkomst ... 16

Betrekkingen met Mexico - Uitbreiding van de EU ... 16

Betrekkingen met Jordanië - Uitbreiding van de EU... 16

EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens - Voortgangsverslag en Aanbevelingen inzake uitvoercontrole ... 16

Mensenrechten - richtsnoeren... 19

Strijd tegen het terrorisme - externe betrekkingen... 19

(4)

EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID

EVDB - Conclusies van de Raad... 19

Verslag over activiteiten van de EU inzake veiligheid en defensie ... 20

Civiele crisisbeheersing - Hoofddoel 2008... 21

Opleidingsprogramma in veiligheids- en defensieaangelegenheden ... 21

Samenwerking met de OVSE - crisisbeheersing ... 21

Afrika - Richtsnoeren voor ondersteuning van vrede en veiligheid ... 22

JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN – Biometrische identificatiemiddelen in EU-paspoorten*... 22

Stempels op reisdocumenten van onderdanen van derde landen... 23

Visa, asiel en immigratie - Financiële steun voor het ARGO-programma ... 23

Studenten uit derde landen - Voorwaarden voor toelating ... 23

HANDELSBELEID – Invoer van textielproducten* ... 24

Handelsstatistieken ... 24

India - compenserend recht op katoenhoudend beddenlinnen ... 24

Zwitserland - Tariefcontingent voor landbouwproducten ... 25

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN – EU-begroting 2005 - PEACE II-programma, gedecentraliseerde agentschappen en wederopbouw van Irak... 25

BTW - Oostenrijk - Uitgaven voor goederen en diensten voor privé-doeleinden ... 25

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE – Wijzigingen in de EER-overeenkomst ... 26

ALGEMENE ZAKEN – Voorzitterschap van de Raad *... 26

Activiteiten van de Raad ... 28

SOCIAAL BELEID

(5)

BENOEMINGEN

Comité van de regio's ... 29

(6)

DEELNEMERS

De regeringen van de lidstaten en de Europese Commissie waren als volgt vertegenwoordigd:

België:

de heer Karel DE GUCHT minister van Buitenlandse Zaken

de heer Didier DONFUT staatssecretaris van Europese Zaken

Tsjechië:

de heer Cyril SVOBODA vice-minister-president en minister van Buitenlandse Zaken

Denemarken:

de heer Per Stig MØLLER minister van Buitenlandse Zaken

Duitsland:

de heer Joschka FISCHER minister van Buitenlandse Zaken en plaatsvervanger van de bondskanselier

Estland:

mevrouw Kristiina OJULAND minister van Buitenlandse Zaken

Griekenland:

de heer Petros MOLYVIATIS minister van Buitenlandse Zaken

de heer Yannis G. VALINAKIS staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Spanje:

de heer Miguel Angel MORATINOS CUYAUBÉ minister van Buitenlandse Zaken Frankrijk:

de heer Michel BARNIER minister van Buitenlandse Zaken

mevrouw Claudie HAIGNERÉ toegevoegd minister van Europese Zaken, ministerie van Buitenlandse Zaken

Ierland:

de heer Dermot AHERN T.D. minister van Buitenlandse Zaken

Italië:

de heer Gianfranco FINI vice-minister-president en minister van Buitenlandse Zaken

Cyprus:

de heer George IACOVOU minister van Buitenlandse Zaken

Letland:

de heer Artis PABRIKS minister van Buitenlandse Zaken

Litouwen:

de heer Antanas VALIONIS minister van Buitenlandse Zaken

Luxemburg:

de heer Jean ASSELBORN vice-minister-president, minister van Buitenlandse Zaken en Immigratie

Hongarije:

de heer Ferenc SOMOGYI minister van Buitenlandse Zaken

de heer Etele BARÁTH minister zonder portefeuille, belast met Europese Zaken Malta:

de heer Michael FRENDO minister van Buitenlandse Zaken

Nederland:

de heer Bernard BOT minister van Buitenlandse Zaken

de heer Atzo NICOLAÏ minister van Europese Zaken

mevrouw Agnes van ARDENNE-van der HOEVEN minister voor Ontwikkelingssamenwerking Oostenrijk:

(7)

Polen:

de heer Wlodzimierz CIMOSZEWICZ minister van Buitenlandse Zaken Portugal:

de heer António MONTEIRO minister van Buitenlandse Zaken en van de Portugese Gemeenschappen

de heer Mário DAVID staatssecretaris van Europese Zaken

Slovenië:

de heer Dimitrij RUPEL minister van Buitenlandse Zaken

Slowakije:

de heer Jozsef BERENYI staatssecretaris, ministerie van Buitenlandse Zaken Finland:

de heer Erkki TUOMIOJA minister van Buitenlandse Zaken

Zweden:

mevrouw Laila FREIVALDS minister van Buitenlandse Zaken

Verenigd Koninkrijk:

de heer Jack STRAW minister van Buitenlandse Zaken en Gemenebestzaken

Commissie:

de heer José Manuel BARROSO voorzitter

mevrouw Margot WALLSTRÖM vice-voorzitter

mevrouw Benita FERRERO-WALDNER lid

de heer Olli REHN lid

Secretariaat-generaal van de Raad:

de heer Javier SOLANA Secretaris-generaal/Hoge vertegenwoordiger voor het

GBVB

(8)

BESPROKEN PUNTEN

VOORBEREIDING VAN DE DECEMBERBIJEENKOMST VAN DE EUROPESE RAAD De Raad heeft zich gebogen over ontwerp-conclusies van het voorzitterschap voor de bijeenkomst van de Europese Raad te Brussel op 16 en 17 december.

De belangrijkste kwesties die de Europese Raad dient te bespreken zijn:

• de uitbreiding van de EU: besluiten over de afsluiting van de toetredingsonderhandelingen met Bulgarije en Roemenië en de opening van onderhandelingen met Turkije en Kroatië.

• terrorisme: stand van zaken bij de terrorismebestrijding;

• Financieel kader van de EU voor 2007-2013: besluit over beginselen en richtsnoeren voor verdere werkzaamheden met het oog op een akkoord over het nieuwe financiële kader en aan- verwante zaken, met inbegrip van het eigenmiddelenstelsel voor de financiering van de EU- begroting;

• Justitie en Binnenlandse Zaken: EU-drugsstrategie 2005-2012;

• Externe betrekkingen: een aantal kwesties, waaronder het vredesproces in het Midden-Oosten en Oekraïne.

De besprekingen over de ontwerp-conclusies zullen waarschijnlijk worden voortgezet in de aanloop naar de bijeenkomst van de Europese Raad, met name wat externe betrekkingen betreft.

(9)

WERKPROGRAMMA voor 2005

De Raad heeft nota genomen van de presentatie door de aantredende Luxemburgse en Britse voor- zitterschappen van een ontwerp-werkprogramma voor de Raad voor 2005.

Het verslag behelst de volgende onderwerpen:

– de agenda voor economische hervormingen van Lissabon;

– het gemeenschappelijk landbouwbeleid en de visserij;

– duurzame ontwikkeling;

– justitie en binnenlandse zaken;

– toekomstige toetredingen;

– de versterking van de mondiale veiligheid en welvaart;

– het constitutioneel verdrag: inwerkingtreding.

(10)

OFFICIËLE TALEN

De Raad heeft nota genomen van de indiening van verzoeken door de Spaanse en de Ierse delegatie met betrekking tot de status van hun taal binnen de Europese Unie. Hij heeft het Comité van

permanente vertegenwoordigers verzocht deze verzoeken te bestuderen.

(11)

ANDERE GOEDGEKEURDE PUNTEN

EXTERNE BETREKKINGEN

Ivoorkust - wapenembargo en visumverbod

De Raad heeft ter uitvoering van Resolutie 1572(2004) van de VN-Veiligheidsraad een gemeen- schappelijk standpunt betreffende beperkende maatregelen tegen Ivoorkust vastgesteld (15437/04).

Het gemeenschappelijk standpunt voorziet in verbodsmaatregelen met betrekking tot:

• de verkoop of levering van wapens door onderdanen van de lidstaten of vanaf EU-grondgebied;

• het verlenen van technische bijstand in verband met militaire activiteiten;

• het verstrekken van financiële bijstand of van materieel die voor binnenlandse repressie kunnen worden gebruikt;

• de binnenkomst in de EU van personen die een bedreiging vormen voor het proces van vrede en nationale verzoening in Ivoorkust, of die verantwoordelijk worden geacht voor schendingen van de mensenrechten en het internationale humanitaire recht, alsook de bevriezing van de financiële activa en economische middelen van die personen.

Belarus - Uitgebreid visumverbod

De Raad heeft een gemeenschappelijk standpunt vastgesteld dat ertoe strekt reisbeperkingen op te leggen aan functionarissen uit Belarus die verantwoordelijk zijn voor het frauduleuze verloop van de parlementsverkiezingen en het referendum van 17 oktober 2004 en voor schendingen van de mensenrechten tijdens daaropvolgende vreedzame politieke betogingen in Minsk (15469/04).

Bij dit gemeenschappelijk standpunt wordt de in Gemeenschappelijk Standpunt 2004/661/GBVB vastgestelde lijst van personen uitgebreid en wordt de lidstaten de verplichting opgelegd de nodige maatregelen te treffen om de binnenkomst op of doorreis via hun grondgebied van de betrokken personen te beletten.

De reisbeperkingen van de Europese Unie worden uitgebreid tot Lidia YERMOSHINA, voorzitter van de centrale verkiezingscommissie en Joeri PODOBED, hoofd van de speciale politie-eenheid OMON in Minsk.

(12)

Colombia - Conclusies van de Raad

De Raad heeft de onderstaande conclusies aangenomen:

"Onder verwijzing naar zijn conclusies van 10 december 2002 en van 26 januari 2004, alsmede naar de verklaring van Londen van juli 2003, heeft de Raad bevestigd dat de Europese Unie de Colom- biaanse regering ten volle steunt, met name in haar inspanningen om in het gehele land de rechts- staat te herstellen en in haar strijd tegen terrorisme en tegen de illegale productie van en handel in drugs. De Raad sprak andermaal zijn steun uit voor de inspanningen van de Colombiaanse regering om de economie te hervormen en de sociale samenhang te vergroten, overeenkomstig de Verklaring van Guadalajara van 29 mei 2004 van de staatshoofden en regeringsleiders van Latijns-Amerika en het Caribische Gebied en van de Europese Unie. De Europese Unie is bereid in dit verband haar medewerking te verlenen aan de Colombiaanse regering.

De Raad verklaarde dat de Europese Unie volledig solidair is met het volk van Colombia en gaf opnieuw uiting aan zijn ongerustheid over de ernstige situatie op het gebied van de mensenrechten en het internationaal humanitair recht in Colombia, met name ten aanzien van binnenlandse ontheemden. De Raad riep alle partijen in het conflict op de mensenrechten en het internationaal humanitair recht te eerbiedigen en deed opnieuw een beroep op alle illegale groeperingen om alle vijandelijkheden te beëindigen, een begin te maken met besprekingen over een vredesakkoord en dienovereenkomstig te handelen. De Raad was verheugd over het besluit van de Colombiaanse regering om 23 FARC-leden gratie te verlenen. De Raad eiste opnieuw dat de illegale gewapende groeperingen die nog steeds mensen in gijzeling houden de betrokkenen onverwijld en onvoor- waardelijk vrijlaten. Aldus zal mogelijkerwijs een humanitaire overeenkomst tot stand kunnen komen die er hopelijk toe zal bijdragen dat alle partijen betrokken worden bij het vredesproces. De Raad wees erop dat het belangrijk is de veiligheid te waarborgen van de betrokken personen, organisaties en instellingen, met inbegrip van de verdedigers van de mensenrechten, die zich inzetten voor de bevordering en bescherming van de rechten van de mens, en dat de rechten van minderheden en inheemse volkeren moeten worden beschermd overeenkomstig de Verklaring van Guadalajara. Voorts prees de Raad het werk van het bureau van de Hoge Vertegenwoordiger van de Verenigde Naties voor de mensenrechten in Colombia en drong hij aan op een snelle uitvoering van de aanbevelingen van dit bureau zoals die zijn geformuleerd in de verklaring van het voorzitter- schap over Colombia welke de Commissie voor de rechten van de mens tijdens haar 60ste zitting heeft aangenomen. Het verheugde de Raad dat er een ontmoeting tussen President Uribe en

vertegenwoordigers van civiele samenleving gepland is op 15 december 2004, waarop onder andere gesproken zal worden over de uitvoering van deze aanbevelingen ten blijke van het feit dat de Colombiaanse regering de belangrijke rol erkent die voor de civiele samenleving is weggelegd.

De Raad wees andermaal op zijn vaste beleid om de regering van Colombia te steunen in haar streven naar een via onderhandelingen te bereiken oplossing voor het binnenlandse gewapende conflict, onder meer van directe afspraken met illegale gewapende groeperingen die eventueel bereid zijn om over een vredesakkoord te praten. De Raad heeft de Colombiaanse autoriteiten opgeroepen om op korte termijn een algemeen juridische kader aan te nemen voor het proces van ontwapening, demobilisatie en reïntegratie van de illegale gewapende groeperingen. Dit kader dient in overeenstemming te zijn met de internationale verplichtingen en er dient rekening te worden gehouden met het recht van slachtoffers op waarheid, gerechtigheid en genoegdoening.

(13)

De Raad verklaarde de goede diensten van de Secretaris-Generaal van de Verenigde Naties met kracht te steunen en was verheugd over de inzet van de organisatie van Amerikaanse staten, de regering van Mexico en de landen van de groep vrienden en de inspanningen van de Rooms- katholieke kerk in het vredesproces van Colombia.

De Raad verklaarde dat de Europese Unie bereid is te helpen bij de totstandbrenging van een vreed- zame en duurzame oplossing voor het conflict in het kader van een geloofwaardige en alles-

omvattende vredesstrategie, zoals het voorzitterschap reeds eerder heeft verklaard in zijn verklaring van 30 juni 2004.

Meer in het bijzonder verklaarde de Raad dat de Europese Unie bereid is tot een daadwerkelijke en resultaatgerichte inspanning. Een meer formele betrokkenheid van de EU zou gestalte kunnen krijgen door een tijdige politieke bekrachtiging van het lopende vredesproces, nadat de regering van Colombia een algemeen juridisch kader heeft gecreëerd. In dit verband onderstreepte de Raad dat het voor de Europese Unie zeer moeilijk zal zijn om haar steun te geven aan vredesbesprekingen zolang de illegale gewapende groeperingen de vijandelijkheden niet hebben beëindigd. De Raad verklaarde zich eveneens bereid om in het kader van een gefaseerde aanpak op basis van de ontwikkelingen in het veld concrete en adequate financiële ondersteuning te bieden voor het resultaat van die besprekingen nadat een algemene strategie is vastgesteld voor de concentratie, ontwapening, demobilisatie en reïntegratie in de samenleving van de leden van de illegale gewapende groeperingen.

De Raad sprak zijn voldoening uit over het feit dat de regering van Colombia heeft besloten een vervolgbijeenkomst op hoog niveau van de partijen bij de verklaring van Londen van juli 2003 te beleggen in Cartagena de Indias, die op 3-4 februari 2005 zal plaatsvinden. Dit zal een uitnemende gelegenheid bieden om de uitvoering van de verklaring van Londen van juli 2003 te evalueren en te bezien wat de volgende stappen moeten zijn."

Afghanistan - Conclusies van de Raad

De Raad heeft de onderstaande conclusies aangenomen:

"De Raad spreekt nogmaals zijn voldoening uit over het succesvolle verloop van de presidents- verkiezingen op 9 oktober 2004 in Afghanistan. Deze verkiezingen vormden een mijlpaal in het Afghaanse democratiseringsproces en waren een duidelijke blijk van het verlangen van het Afghaanse volk naar verandering. De Raad ziet nu uit naar de parlements-, de provinciale en de plaatselijke verkiezingen die in 2005 moeten plaatsvinden, en is bereid de Afghaanse regering en de VN te helpen die verkiezingen tot een vergelijkbaar succes te maken.

De EU zal het democratiseringsproces in Afghanistan, inclusief de komende verkiezingen, metter- daad begeleiden en ondersteunen, rekening houdend met de lering die uit de presidentsverkiezingen

(14)

De Raad spoort president Karzai met klem aan deze gelegenheid te baat te nemen om een kabinet te formeren dat opgewassen is tegen de grote uitdagingen waarvoor het land zich geplaatst ziet.

Tot de meest dringende problemen behoren de versterking van het democratiseringsproces, drugs- bestrijding, de rechtsstaat, veiligheid, wederopbouw en ontwikkeling.

De Raad wijst erop dat de productie van en de handel in verdovende middelen ook gevolgen heeft voor de lidstaten van de Europese Unie en hun burgers. Daarom is het een gezamenlijk belang en een gezamenlijke verbintenis van de EU en Afghanistan dat drugsbestrijding een zeer hoge priori- teit krijgt in Afghanistan.

De Raad bevestigt nogmaals dat de EU op lange termijn streeft naar de wederopbouw, de

ontwikkeling en de stabilisatie van Afghanistan. Hij is van oordeel dat het werkplan van Berlijn, en de uitvoering ervan door alle partijen, de hoeksteen blijft van de internationale inspanningen en van het hervormingsstreven van de Afghaanse regering.

De Raad is het erover eens dat het optreden van de EU de volgende prioriteiten dient te hebben:

1. Ondersteuning van het democratiseringsproces door de ontwikkeling van erkende overheidsinstituties en de versterking van de rechtsstaat. In dit verband moet sterk de nadruk worden gelegd op hervorming van het gerechtelijk apparaat. Dank zij de ontwikkeling van democratische en gematigde politieke partijen zal de rol van het toekomstige parlement kunnen worden versterkt en zal Afghanistan een samenleving kunnen opbouwen waarin de mensenrechten van eenieder, vooral vrouwen, meisjes en kwetsbare groepen, worden bevorderd. De EU zal de Afghaanse regering en bevolking bijstaan met betrekking tot het vraagstuk van de overgangsjustitie.

2. Steun voor het streven van de Afghaanse en de internationale partners om de teelt, de bereiding en het verhandelen van drugs te bestrijden. In 2005 moeten wij door middel van een strikt plan effectief uitvoering geven aan de Afghaanse nationale drugsbestrijdings- strategie, en aldus streven naar grotere risico's en geringere winst voor degenen die bij de handel zijn betrokken. Dat plan zal leiden tot een grotere strafrechtelijke activiteit; de justitiële task force drugsbestrijding (CJTF) zal in het justitiële traject snel nieuwe drugs- zaken kunnen aanpakken. Ook zal in grotere mate worden gepoogd de betrokkenen

spoedig andere, duurzame middelen van bestaan te verschaffen. De toenemende macht van de drugseconomie heeft de inspanningen van de internationale gemeenschap om goed bestuur te bevorderen en de corruptie te bestrijden - twee volstrekte prioriteiten - onder- graven.

3. Bevordering van de veiligheid en stabiliteit door de opbouw van de veiligheidstroepen (leger en politie) onder controle van een civiel bestuur, alsook een overtuigende uitvoering van het programma voor ontwapening, demobilisatie en reïntegratie (DDR). De lidstaten van de EU erkennen het belang van de internationale militaire aanwezigheid in

Afghanistan en zullen daaraan hun medewerking blijven verlenen.

(15)

4. Verdere ondersteuning van het proces van wederopbouw, door middel van omvangrijke financiële en technische steunverlening aan de Afghaanse regering, mede ter ontwikkeling van een effectief macro-economisch en monetair totaalkader. De EU zal streven naar een grotere efficiëntie van de adviesgroepen en naar een betere informatie-uitwisseling tussen de donoren. Het opstellen van een tussentijdse strategienota betreffende armoede-

bestrijding kan hierbij dienstig zijn. Daarnaast zal de EU waar nodig humanitaire bijstand blijven verstrekken, met bijzondere aandacht voor degenen die daar het meest behoefte aan hebben, zoals repatrianten en ontheemden, alsmede personen met een handicap.

De Raad onderstreept het belang van regionale samenwerking en steunt de verdere ontwikkeling van goede betrekkingen tussen Afghanistan en zijn buurlanden, voortbouwend op de verklaring van Kabul van 2002.

Er is de Raad veel aan gelegen dat de betrekkingen tussen de EU en Afghanistan spoedig

worden geformaliseerd en hij is bereid met de regering van Afghanistan een politieke dialoog op ministerieel niveau tot ontwikkeling te brengen."

Somalië - Conclusies van de Raad

De Raad heeft de onderstaande conclusies aangenomen:

"1. De Raad toonde zich verheugd over het succesrijke resultaat van de conferentie voor nationale verzoening in Somalië en over de oprichting van de federale overgangs- instellingen als belangrijke stappen in de richting van duurzame vrede, stabiliteit en de vorming van een federale overgangsautoriteit in Somalië.

2. De Raad betuigde zijn volle steun aan de consolidatieproces van die instellingen ook door de schepping van een veilig klimaat.

3. De Raad was ingenomen met de bekrachtiging door de federale overgangsinstellingen van de beginselen en doelstellingen voor gestructureerde samenwerking met de internationale gemeenschap. De Raad ziet uit naar een snelle activering van de gemeenschappelijke structuren voor coördinatie en monitoring van de overgangsfase, onder de leiding van de VN, zoals bevestigd tijdens de bijeenkomst in Stockholm over Somalië teneinde de inspanningen met het oog op verzoening, wederopbouw en ontwikkeling in Somalië te versterken.

4. De EU is bereid verzoeken van de Afrikaanse Unie om steun aan initiatieven op

veiligheidsgebied met een positieve ingesteldheid te bestuderen. De Raad herhaalde dat het gestage proces van vrede en verzoening een zaak van de Somaliërs is en moet zijn."

(16)

Kroatië - Stabilisatie- en associatieovereenkomst

De Raad heeft besluiten aangenomen tot goedkeuring van de sluiting van een stabilisatie- en associatieovereenkomst met Kroatië en de ondertekening van een protocol bij de overeenkomst in verband met de toetreding van de nieuwe lidstaten tot de EU (15099/04 en 14310/04).

Betrekkingen met Mexico - Uitbreiding van de EU

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een ter aanneming aan de Gezamenlijke Raad EU- Mexico toe te zenden ontwerp-besluit houdende aanpassing, in verband met de uitbreiding van de EU, van bepalingen betreffende financiële diensten die in het kader van de Overeenkomst inzake Economisch Partnerschap, Politieke Coördinatie en Samenwerking tussen de EU en Mexico zijn overeengekomen (13827/04).

Betrekkingen met Jordanië - Uitbreiding van de EU

De Raad heeft een besluit aangenomen tot goedkeuring van de ondertekening van een protocol bij de Euro-mediterrane Overeenkomst tot instelling van een associatie met Jordanië teneinde rekening te houden met de toetreding van de nieuwe lidstaten tot de EU (14994/04).

EU-strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens - Voortgangsverslag en Aanbevelingen inzake uitvoercontrole

De Raad heeft nota genomen van een zesmaandelijks verslag over de uitvoering van de EU-

strategie tegen de verspreiding van massavernietigingswapens en van een lijst van prioriteiten voor een samenhangende uitvoering van de strategie (15246/04).

In dit verslag wordt nota genomen van de vooruitgang die bij de bestrijding van de verspreiding van MVW is geboekt na de aanneming door de Europese Raad in december 2003 van de non-

proliferatiestrategie als essentieel onderdeel van de algemene Europese veiligheidsstrategie.

Er is bijzondere aandacht besteed aan:

• de diplomatieke demarches van de EU ter bevordering en versterking van multilaterale overeen- komsten;

• de bevordering van de rol van de VN-Veiligheidsraad;

(17)

• de vrijmaking van financiële middelen ter ondersteuning van projecten die worden geleid door multilaterale instellingen (bv. de IAEA en de Organisatie voor het verbod van chemische wapens);

• de intensivering van de exportcontrole;

• de integratie van de MVW-problematiek in de betrekkingen van de EU met derde landen;

• de samenwerking met de Verenigde Staten en andere belangrijke partners.

In de nota aan de Raad wordt ook de aandacht gevestigd op een lijst van prioriteiten voor een samenhangende uitvoering van de MVW-strategie vóór 2008.

De Raad heeft ook nota genomen van aanbevelingen over uitvoercontrolesystemen voor goederen voor tweeërlei gebruik. Deze aanbevelingen strekken tot verbetering van de uitvoercontrole- systemen van de EU voor goederen die zowel voor civiele als voor militaire doeleinden kunnen worden gebruikt (15455/04). De aanbevelingen zijn gebaseerd op het inzicht dat er pro-actieve benaderingen nodig zijn om de toegang tot goederen voor tweeërlei gebruik met het oog op terroristische acties te voorkomen.

Deze aanbevelingen worden samengevat aan het eind van de volgende verklaring, die de Raad heeft goedgekeurd:

" Het actieplan ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens, dat door de Europese Raad in juni 2003 te Thessaloniki is goedgekeurd, omvat een engagement om de efficiëntie van uitvoercontroles in een uitgebreide Unie te verhogen, alsook om met succes een

"peer review" van de nationale uitvoercontroles uit te voeren met het oog op de verspreiding van goede praktijken, met speciale aandacht voor de uitdagingen van de uitbreiding.

De voorschriften van de Europese Unie voor de controle op de uitvoer van goederen en technologie voor tweeërlei gebruik (d.w.z. producten en technologie die zowel voor civiele als voor militaire doeleinden kunnen worden gebruikt, onder andere voor de ontwikkeling van massavernietigings- wapens) zijn opgenomen in Verordening (EG) nr. 1334/2000. In de verordening worden strikte procedures vastgesteld voor de controle op de uitvoer van goederen voor tweeërlei gebruik die in de vier internationale uitvoercontroleregelingen en in het Chemische Wapens Verdrag voor controle worden aangemerkt. Zij verschaft de lidstaten tevens de basis om de uitvoer te controleren van elk product dat niet is opgenomen in de lijst van goederen voor tweeërlei gebruik, maar dat volgens hen proliferatierisico's inhoudt.

(18)

Als follow-up van het actieplan van Thessaloniki en ter uitvoering van de strategie ter bestrijding van de verspreiding van massavernietigingswapens, hebben de lidstaten, de Commissiediensten en het secretariaat-generaal van de Raad nauw samengewerkt teneinde de succesvolle uitvoering van het "peer-reviewprocess" voor te bereiden en hieraan bij te dragen. Dit is zeer nuttig gebleken en heeft in hoge mate bijgedragen aan de verhoogde efficiëntie van de EU-uitvoercontroles. Tijdens bezoeken die tussen februari en juli 2004 plaatsvonden, hadden alle lidstaten, hierin bijgestaan door een task force, de mogelijkheid om praktijken te vergelijken, van elkaars ervaringen te leren en voorstellen te doen voor verbetering.

Op basis van deze voorstellen en van een analyse van nationale systemen, heeft de task force aan- bevelingen voor verdere stappen opgesteld, teneinde de EU-uitvoercontroles verder te verbeteren en aldus de lidstaten beter in staat te stellen om te beletten dat ongewenste eindgebruikers, waaronder terroristen in derde landen, toegang zouden krijgen tot goederen voor tweeërlei gebruik, die voor MVW-doeleinden kunnen worden aangewend. Deze aanbevelingen, die hierna worden vermeld, zullen onverwijld worden toegepast.

Aanbevelingen ter verhoging van de efficiëntie van de EU-exportcontrolesystemen:

– ervoor zorgen dat de wetgeving inzake de uitvoering van het EU-systeem transparant en bekend is;

– alle significante verschillen tussen de praktijken in de lidstaten tot een minimum beperken;

– nagaan welke mogelijkheden er zijn om aanvullende controles op doorvoer en over- lading in te stellen;

– bijstand verlenen bij de herkenning van goederen voor tweeërlei gebruik die aan controle onderworpen zijn;

– de uitwisseling van informatie inzake weigeringen verbeteren, en zich beraden over de oprichting van een gegevensbank voor de uitwisseling van gevoelige informatie;

– beste praktijken voor de handhaving van de controles overeenkomen;

– de transparantie verbeteren teneinde de harmonisering van de uitvoering van controles op niet op de lijst vermelde producten te vergemakkelijken (catch-all);

– de interactie met exporteurs verhogen;

– beste praktijken overeenkomen voor de controle van de immateriële overdracht van technologie."

(19)

Mensenrechten - richtsnoeren

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een verslag over de uitvoering van de richtsnoeren van de EU voor mensenrechtendialogen met derde landen.

Het verslag bevat een overzicht van de verschillende soorten mensenrechtendialoog van de EU en een lijst van belangrijke aandachtspunten die de Unie moeten helpen wanneer een nieuwe mensen- rechtendialoog met een derde land wordt aangegaan.

De Raad heeft de richtsnoeren van de EU inzake mensenrechten in december 2001 aangenomen.

Strijd tegen het terrorisme - externe betrekkingen

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een in samenwerking met het voorzitterschap door de secretaris-generaal/hoge vertegenwoordiger opgesteld verslag, met als titel "Integratie van

terrorismebestrijding in het EU-beleid inzake externe betrekkingen".

Dit document is een antwoord op het verzoek van de Europese Raad van 17 en 18 juni 2004, die heeft beklemtoond dat de strijd tegen het terrorisme volledig moet worden geïntegreerd in het externe beleid van de EU, en heeft verzocht om concrete voorstellen over de beste manier om dit te bereiken aan de Europese Raad van december voor te leggen.

Voortbouwend op hetgeen reeds onder het Nederlandse voorzitterschap is gedaan, geeft het verslag gebieden aan waar de werkmethoden verbeterd kunnen worden en doet het voorstellen in dit

verband. Het is niet bedoeld als een herziening van al het antiterrorismebeleid in de externe betrekkingen van de EU.

De Raad heeft ook nota genomen van een gezamenlijk verslag van de coördinator voor terrorisme- bestrijding en de Commissie over terrorismebestrijdingsclausules in EU-overeenkomsten met derde landen.

EUROPEES VEILIGHEIDS- EN DEFENSIEBELEID

EVDB - Conclusies van de Raad

De Raad heeft onderstaande conclusies aangenomen:

"De Raad heeft het verslag van het voorzitterschap over het GVDB aangenomen en besloten het aan

(20)

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan de gedetailleerde voorstellen voor de uitvoering van het document van het voorzitterschap getiteld "Europese defensie: overleg NAVO-EU, planning en operaties", dat in 2003 positief is ontvangen door de Europese Raad. Dankzij deze voorstellen kan de civiel/militaire cel zoals gepland van start gaan met haar werkzaamheden, daaronder begrepen het vermogen om wanneer nodig snel een operatiecentrum voor bepaalde autonome operaties te kunnen instellen, dat uiterlijk op 1 januari 2006 beschikbaar moet zijn. De Raad verzoekt de SG/HV hier verder werk van te maken, onder meer om in een zo vroeg mogelijk stadium te kunnen voor- zien in opleiding en oefeningen voor het operatiecentrum. De voorstellen dienen tevens als basis voor een akkoord met de NAVO over de oprichting van een kleine EU-cel bij SHAPE en een NAVO-verbindingsregeling met de EUMS. Onder verwijzing naar de conclusies van de Europese Raad van juni 2004 verzoekt de Raad de SG/HV zoals gepland voort te gaan met het werk dienaan- gaande.

De Raad heeft overeenstemming bereikt over het civiel hoofddoel 2008, waarmee op behoeften gebaseerde doelstellingen worden vastgelegd zodat de EU voort kan gaan met de omschrijving en ontwikkeling van de civiele vermogens die zij tegen 2008 nodig heeft voor toekomstige taken en uitdagingen teneinde sneller en effectiever te kunnen reageren op crises. Dit hoofddoel verwoordt duidelijk de aspiraties van de EU inzake de civiele aspecten van het EVDB voor de komende jaren en biedt een hechte basis voor de vaststelling van de vermogens die in overeenstemming zijn met deze aspiraties, en van de gebieden waarop zij vermogens verder dient te ontwikkelen.

Ter verwezenlijking van haar taken en aspiraties die de EU met betrekking tot het civiele EVDB voor ogen heeft, zal zij de ontwikkeling van de nodige civiele vermogens op systematische wijze aanpakken. Voor eind 2005 moet een conferentie ter verbetering van de civiele vermogens plaats- vinden, waarop de lidstaten hun toezeggingen in verband met het civiel hoofddoel, zullen

bevestigen, en moet een plan ter verbetering van de vermogens zijn voltooid."

Verslag over activiteiten van de EU inzake veiligheid en defensie

De Raad heeft een verslag van het voorzitterschap over de stand van zaken bij het Europees veiligheids- en defensiebeleid goedgekeurd en besloten het voor te leggen aan de Europese Raad van 16-17december (15547/04)

In het verslag wordt het aantredende voorzitterschap van de Raad verzocht verder te werken aan:

• de voorbereiding en de uitvoering van civiele en militaire missies,

• de ontwikkeling van militaire en civiele vermogens en de uitvoering van het EU-programma ter voorkoming van gewelddadige conflicten,

• de uitvoering van het Actieplan voor de civiele aspecten van het EVDB,

• de uitvoering van besluiten inzake de EU-NAVO-betrekkingen,

(21)

• de afronding in het voorjaar van 2005, in het kader van Hoofddoel 2010, van de behoefte- catalogus,

• de operationele rol van het Europees Defensieagentschap,

• het snelle-reactievermogen van de EU en de verdere uitvoering van het EU-gevechtsgroepen- concept,

• de follow-up van het Europese vermogensactieplan,

• de uitvoering van het EU-oefeningenprogramma en van het opleidingsconcept van de EU op EVDB-gebied,

• de ontwikkeling van de EVDB-bijdrage aan de strijd tegen het terrorisme,

• de samenwerking met internationale organisaties,

• de uitvoering van het actieplan voor ondersteuning van vrede en veiligheid in Afrika.

Civiele crisisbeheersing - Hoofddoel 2008

De Raad heeft zijn goedkeuring gehecht aan een verslag over de civiele crisisbeheersing, met als titel "Civiel hoofddoel 2008", dat bedoeld is voor de Europese Raad op 16 en 17 december 2004 (15863/04).

In dit verslag wordt de civiele dimensie uitgewerkt van de algemene benadering van de EU bij het gebruik van civiele en militaire middelen voor crisisbeheersingstaken zoals conflictpreventie, vredeshandhaving en stabilisatie na een conflict, ter aanvulling op de vier prioritaire gebieden waarover de Europese Raad overeenstemming had bereikt: politie, rechtsstaat, civiel bestuur en civiele bescherming.

Opleidingsprogramma in veiligheids- en defensieaangelegenheden

De Raad heeft een EU-opleidingsprogramma op het gebied van het Europees veiligheids- en defensiebeleid voor de jaren 2005 tot en met 2007 goedgekeurd (15959/04)

Samenwerking met de OVSE - crisisbeheersing

(22)

Het verslag weerspiegelt twee hoofddoelstellingen: de banden aanhalen en het optreden van de EU in de OVSE versterken. Op de lange termijn heeft de EU zich ten doel gesteld de onverkorte implementatie van de OVSE-waarden en -normen in het Euro-Atlantisch gebied veilig te stellen.

In dit document worden ook de financiële bijdragen van de lidstaten aan de OVSE in 2003 en 2004 gepresenteerd en wordt een inventaris opgemaakt van gezamenlijke actieprogramma's.

Afrika - Richtsnoeren voor ondersteuning van vrede en veiligheid

De Raad heeft richtsnoeren goedgekeurd voor de uitvoering van EU-ondersteuning van vrede en veiligheid in Afrika (15542/1/04).

De richtsnoeren geven duidelijk aan dat de EU in Afrika actie moet ondernemen ter ondersteuning van vrede en veiligheid, en wel op verzoeken van de Verenigde Naties, Afrikaanse organisaties of Afrikaanse staten, met volledige inachtneming van de eigen inbreng van Afrika. De richtsnoeren bestrijken de volgende aspecten: de noodzakelijke rechtsinstrumenten die overwogen moeten worden, de begrotings- en beheersinstrumenten en logistieke en operationele ondersteuning.

JUSTITIE EN BINNENLANDSE ZAKEN

Biometrische identificatiemiddelen in EU-paspoorten*

De Raad heeft een verordening aangenomen die het gebruik verplicht stelt van een gezichtsopname en vingerafdrukken in EU-paspoorten en reisdocumenten, ter bescherming tegen vervalsing en voor een betere identificatie van paspoorthouders (15152/04 en 15918/04 ADD 1)1

Met de nieuwe bepalingen wordt beoogd de standaardveiligheidskenmerken die bij de productie van EU-paspoorten en -reisdocumenten worden gebruikt, te harmoniseren. De technische specificaties in de verordening betreffen het materiaal en de druktechnieken, persoonsgegevens en bescherming tegen kopiëren en namaak. Om veiligheidsredenen zal in iedere lidstaat één organisatie

verantwoordelijk zijn voor het aanmaken van de paspoorten en reisdocumenten.

Krachtens de verordening moeten de lidstaten in nieuw afgegeven paspoorten binnen 18 maanden de afbeelding van de houder opnemen en binnen drie jaar vingerafdrukken.

(23)

Stempels op reisdocumenten van onderdanen van derde landen

De Raad heeft een verordening aangenomen over het aanbrengen van een stempel op reis- documenten van onderdanen van derde landen wanneer zij de buitengrenzen van de EU over- schrijden (14709/04). 2

De verordening verduidelijkt bepalingen van de Schengenuitvoeringsovereenkomst en van het gemeenschappelijk handboek van Schengen over de harmonisatie van praktijken in de lidstaten bij het toepassen van de verplichting om aan de EU-grenzen systematisch een stempel aan te brengen op reisdocumenten van onderdanen van derde landen.

Visa, asiel en immigratie - Financiële steun voor het ARGO-programma

De Raad heeft een beschikking aangenomen tot wijziging van een actieprogramma voor samen- werking op het gebied van visa, asiel en immigratie (ARGO-programma), ter verbetering van de grenscontroles en grenstoezicht aan de buitengrenzen van de EU (15166/04). 3

Het ARGO-programma is bij Beschikking 2002/463/EG in het leven geroepen om administratieve samenwerking aan de buitengrenzen voor de periode 2002-2006 te bevorderen en te steunen. De kredieten voor het ARGO-programma zijn voor 2004 verhoogd.

Studenten uit derde landen - Voorwaarden voor toelating

De Raad heeft een richtlijn aangenomen met regels voor de toelating van studenten uit derde landen in de EU voor perioden van meer dan drie maanden (14535/04).

Deze richtlijn geldt ook voor onderdanen van derde landen die met het oog op scholieren-

uitwisseling, onbezoldigde opleiding of vrijwilligerswerk verzoeken te worden toegelaten in een lidstaat.

Eisen waarmee de lidstaten rekening moeten houden wanneer zij in het kader van de richtlijn toe- stemming geven voor binnenkomst, zijn onder andere: de geldigheid van reisdocumenten, toe- stemming van de ouders, ziekteverzekering, waarborgen inzake openbare veiligheid en de volks- gezondheid, bewijs van toelating tot een onderwijsinstelling, middelen om de kosten van levens- onderhoud, de studiekosten en de kosten van de terugreis te dekken.

De nieuwe bepalingen gelden zonder dat wordt geraakt aan bilaterale of multilaterale overeen- komsten tussen lidstaten en derde landen.

(24)

HANDELSBELEID

Invoer van textielproducten*

De Raad heeft een verordening aangenomen ter aanpassing van de EU-bepalingen inzake de invoer van bepaalde textielproducten in verband met het verstrijken van de WTO-Overeenkomst inzake textiel- en kledingproducten (ATC) op 31 december 2004 (13962/04 ADD 1 en 13963/04).

Bij deze verordening worden de verordeningen 3030/93 en 3285/94 gewijzigd.

Met de wijzigingen in Verordening nr. 3030/93, die de uitvoering van de ATC waarborgt, wordt beoogd ten aanzien van de WTO-leden de kwantitatieve beperkingen op de invoer van textiel- producten met ingang van 1 januari 2005 op te heffen.

Voorts voorzien de nieuwe regels in

• een regeling, voor bepaalde invoer uit China, van voorafgaande controle en in een regeling van controle achteraf door de douane voor bepaalde invoer;

• een regeling voor producten die aan het einde van het jaar, vóór het verstrijken van de ATC, zijn verzonden maar na het verstrijken voor vrij verkeer in de Gemeenschap zijn vrijgegeven;

• de handhaving van kwantitatieve beperkingen voor landen die geen lid zijn van de WTO en waarmee de Gemeenschap bilaterale overeenkomsten heeft gesloten;

• andere technische aanpassingen.

Handelsstatistieken

De Raad heeft een verordening aangenomen die de lidstaten verplicht statistieken inzake over hun betalingsbalans, de internationale handel in diensten en buitenlandse directe investeringen te leveren ten behoeve van een beter toezicht op de economische ontwikkelingen in de EU (PE-

CONS 3679/04).

De verordening biedt een gemeenschappelijk kader voor de systematische productie van commu- nautaire statistieken die aan Eurostat moeten worden toegezonden om tussen de EU-landen vergelijkbare gegevens te verkrijgen.

India - compenserend recht op katoenhoudend beddenlinnen

De Raad heeft een Verordening van de Raad tot wijziging van Verordening (EG) nr. 74/2004 tot

(25)

Zwitserland - Tariefcontingent voor landbouwproducten

De Raad heeft een Verordening voor de opening van een rechtenvrij tariefcontingent voor bepaalde landbouwproducten uit Zwitserland aangenomen (13684/04).

ECONOMISCHE EN FINANCIËLE ZAKEN

EU-begroting 2005 - PEACE II-programma, gedecentraliseerde agentschappen en weder- opbouw van Irak

De Raad heeft een besluit aangenomen ter aanvulling van de EU-begroting voor 2005 inzake

• de uitbreiding van het PEACE-II-programma voor een bedrag van 45 miljoen euro;

• de subsidies voor gedecentraliseerde agentschappen voor een totaalbedrag van 40 miljoen euro;

• herstel en wederopbouw in Irak voor een bedrag van 100 miljoen euro.

Over het besluit is met het Europees Parlement overeenstemming bereikt tijdens overleg op 25 november 2004.

BTW - Oostenrijk - Uitgaven voor goederen en diensten voor privé-doeleinden

De Raad heeft een beschikking aangenomen waarbij Oostenrijk wordt gemachtigd de BTW op uit- gaven voor goederen en diensten van het recht op aftrek uit te sluiten, wanneer deze goederen en diensten voor meer dan 90% van het totale gebruik voor privé-doeleinden van de belastingplichtige of diens werknemers worden gebruikt of, meer in het algemeen, voor andere dan bedrijfsdoeleinden (14816/04).

Deze speciale maatregel is een afwijking op algemene regels voor omzetbelasting, omschreven in Richtlijn 77/388/EEG, en geldt tot eind 2009.

(26)

EUROPESE ECONOMISCHE RUIMTE

Wijzigingen in de EER-overeenkomst

De Raad heeft zes besluiten aangenomen die het gemengd comité van de Europese Economische Ruimte (EER) in staat stellen besluiten aan te nemen tot wijziging van EER-bepalingen op het gebied van cultuur, onderwijs, jeugdzaken, onderzoek en technische ontwikkeling, statistieken en technische voorschriften (13661/04, 13666/04, 13736/04, 14109/04, 13671/04 en 13801/04).

ALGEMENE ZAKEN

Voorzitterschap van de Raad *

De Raad heeft zijn politieke goedkeuring gehecht aan een ontwerp van Europees besluit van de Raad tot vaststelling van de maatregelen tot toepassing van het Europees besluit van de Europese Raad betreffende de uitoefening van het voorzitterschap van de Raad (15865/04 en 15866/04).

Het ontwerp van Europees besluit van de Raad

• geeft de volgorde aan van de voorzitterschappen vanaf 1 januari 2007 en

• bevat bepaalde voorschriften inzake regelingen tussen de lidstaten voor de uitoefening van het voorzitterschap.

• Het ontwerp van Europees besluit van de Europese Raad betreffende de uitoefening van het voorzitterschap, zoals bedoeld in verklaring nr.4 van de intergouvernementele conferentie ad artikel I-24 van het verdrag tot vaststelling van een grondwet voor Europa, bepaalt dat de Raad een Europees besluit houdende uitvoeringsmaatregelen vaststelt. Volgens dezelfde verklaring nr.4 moet de Raad, zodra het Verdrag is ondertekend, beginnen met de voorbereiding van dit toepassingsbesluit en moet hij daaraan binnen zes maanden zijn goedkeuring hechten.

• Het ontwerp van Europees besluit van de Europese Raad betreffende de uitoefening van het voorzitterschap, zoals bedoeld in verklaring nr.4 van de intergouvernementele conferentie bepaalt dat het voorzitterschap van de Raad, met uitzondering van de Raad Buitenlandse Zaken, gedurende een periode van 18 maanden zal worden bekleed door vooraf bepaalde groepen van drie lidstaten. Elk lid van de groep verzorgt bij toerbeurt gedurende een periode van zes maanden het voorzitterschap van alle formaties van de Raad, wederom met uitzondering van de Raad Buitenlandse Zaken, waarbij de andere leden van de groep op basis van een gemeenschappelijk programma het voorzitterschap bijstaan in de uitoefening van al zijn taken. De leden van de groep kunnen onderling andere regelingen overeenkomen.

(27)

De volgorde waarin de lidstaten vanaf 1 januari 2007 het voorzitterschap van de Raad zullen bekleden is:

Duitsland januari - juni 2007

Portugal juli - december

Slovenië januari - juni 2008

---

Frankrijk juli - december

Tsjechië januari - juni 2009

Zweden juli - december

---

Spanje januari - juni 2010

België juli - december

Hongarije januari - juni 2011

---

Polen juli - december

Denemarken januari - juni 2012

Cyprus juli - december

---

Ierland januari - juni 2013

Litouwen juli - december

Griekenland januari - juni 2014

---

(28)

Nederland januari - juni 2016

Slowakije juli - december

Malta januari - juni 2017

---

Verenigd Koninkrijk juli - december

Estland januari - juni 2018

Bulgarije juli - december

---

Oostenrijk januari - juni 2019

Roemenië juli - december

Finland januari - juni 2020

Activiteiten van de Raad

De Raad heeft nota genomen van een verslag over de besprekingen in diverse formaties (15631/04)

SOCIAAL BELEID

Gelijkheid van mannen en vrouwen - Toegang tot goederen en diensten*

De Raad heeft een richtlijn aangenomen, gericht op de toepassing van gelijke behandeling van vrouwen en mannen buiten de werkplek en op de uitbreiding van het beginsel van gelijke

behandeling, naast het terrein van de arbeid, tot andere gebieden van het dagelijks leven (14438/04 en 15622/04 ADD 1).

Zie voor verdere details Persmededeling 15856/04.

(29)

BENOEMINGEN

Comité van de regio's

De Raad heeft een besluit aangenomen waarbij de heer Gebhard HALDER, Landtagspräsident, Vorarlberger Landtag, wordt benoemd tot plaatsvervangend lid van het Comité van de regio's ter vervanging van de heer Manfred DÖRLER, voor de verdere duur van diens ambtstermijn, d.w.z. tot en met 25 januari 2006.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

vrijheden van betrokkenen met zich meebrengt. De lidstaten waarborgen dat de toezichthoudende autoriteit wordt geraadpleegd bij het opstellen van een voorstel voor een door

Nederland pleit voor verdieping en versterking van de samenwerking tussen de EU en de VS, waarbij onder andere de relatie met China en de mogelijke Amerikaanse terugkeer naar

Nederland verwelkomde de Gezamenlijke Mededeling en onderstreepte daarbij de noodzaak voor versterkte samenwerking ten aanzien van migratie, waaronder terugkeer.. In

de heer Miguel Ángel MORATINOS minister van Buitenlandse Zaken en Samenwerking de heer Alberto NAVARRO GONZÁLEZ staatssecretaris voor de Europese

Voortbouwend op de inspanningen van de EU ter bevordering van de mensenrechten op alle gebieden van haar externe optreden, en in overeenstemming met de beleidscoherentie

Daarnaast zal de missie van de Europese Unie voor de opbouw van regionale maritieme capaciteit in de Hoorn van Afrika (EUCAP NESTOR) Somalië en landen in de regio bijstaan om

De Raad hechtte zijn goedkeuring aan het gemeenschappelijk standpunt van de EU voor de top- ontmoeting tussen de EU en Zwitserland, die gepland is voor 19 mei in Brussel en bedoeld

industrieproducten te waarborgen en gelet op het feit dat er in de Unie niet in toereikende mate identieke, gelijkwaardige of vervangende producten worden vervaardigd, moeten er